12 januari
Dag 31
Met de voorloper Johannes de Doper, kwam de stem van één die roept in de wildernis; wel, de Bijbel zei dat alle hoge plaatsen zouden worden vernederd en alle dalen zouden worden verhoogd en al deze dingen zouden plaats vinden. De bergen zouden huppelen als rammetjes en de bladeren zouden in hun handen klappen. Wel, ze verwachtten een opschudding door deze man als hij uit de gangen van de hemel zou neerkomen, helemaal gekleed in fijn linnen en kronen op zijn hoofd en dergelijke.
Wat gebeurde er? God zond een oude prediker naar hen toe uit de wildernis, met een stuk schapenvacht om zich heen geslagen, die er uitzag als een behaarde rups, zijn gezicht vol met baard.
“O, weg met zo iemand die sprinkhanen eet en wilde honing. Daar willen we niets mee te maken hebben. Hoe kan zoiets de voorloper van de Messias zijn?” Maar het was Gods manier om aan de Messias vooraf te gaan.
We moeten het ontvangen op de manier dat God het heeft gezegd; God heeft daar welgevallen aan. Dat is Zijn manier. Hij is vol wijsheid. Hij is vol kracht. Hij is almachtig, alom tegenwoordig, oh, Hij is God, de IK BEN. Niet de “Ik was” of “zal zijn”. Maar “IK BEN” voor eeuwig Dezelfde. Hij is God en Hij doet dingen op geheimzinnige manieren. Maar Hij doet het voor Zijn eigen glorie. Hij doet het omdat het zo het beste is op die manier. Wij moeten het ontvangen op de manier dat Hij het zendt.
Ik ben er zeker van dat alles wat wij hebben uitgetekend op onze kaarten en kalenders, enzovoort: Jezus komt op een wolk, de volgende heeft Hem op een wit paard en al dergelijke, dat het allemaal anders is wanneer Hij komt. Het zal niet op de manier zijn die wij hebben uitgemaakt, en velen zullen het niet kunnen zien.
Velen zullen falen deze dag te zien waarin wij leven. Velen falen om het teken te zien van de komende Messias precies nu. Velen falen om het te zien. Het is vlak voor hen, toch zien ze het niet.
Jezus zei toen Hij sprak, ik geloof dat het in Lukas is; en Hij zei: “Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen. Zoals het was in de dagen van Noach...” Hebt u opgemerkt wat Hij zei over de moraal van de mensen in de dagen van Noach? “Etend, drinkend, huwend, ten huwelijk gevend.” Maar toen Hij zei: “Sodom”, daar liet Hij het bij. Dat was het vuur dat Sodom verbrandde. Het is het vuur dat de aarde vandaag zal treffen.
Aanhaling genomen uit de prediking:
- De onveranderlijke God 26 maart 1960