Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
E-Book
E-BookE-Book
ePub Download ePubVoor E-Readers (maar niet optimaal voor apparaten van Apple). meer info...
ePub ePub voor AppleVoor iPod / iPhone / iPad, en vanwege de kleinere plaatjes ook geschikt voor andere telefoons of handhelds. meer info...
ePub zonder plaatjesIn deze versie ontbreken de dagelijkse plaatjes (behalve de kaft, logo's en dergelijke) meer info...

23 november

Dag 347

Zij dan leidden Jezus van Kajafas in het rechthuis. En het was ‘s morgens vroeg; en zij gingen niet in het rechthuis, opdat zij niet verontreinigd zouden worden, maar opdat zij het pascha eten mochten. Pilatus dan ging tot hen uit, en zeide: Wat beschuldiging brengt gij tegen dezen Mens? Zij antwoordden en zeiden tot hem: Indien Deze geen kwaaddoener ware, zo zouden wij Hem u niet overgeleverd hebben. Pilatus dan zeide tot hen: Neemt gij Hem, en oordeelt Hem naar uw wet. De Joden dan zeiden tot hem: Het is ons niet geoorloofd iemand te doden. Opdat het woord van Jezus vervuld wierd, dat Hij gezegd had, betekenende, hoedanigen dood Hij sterven zoude. Pilatus dan ging wederom in het rechthuis, en riep Jezus, en zeide tot Hem: Zijt Gij de Koning der Joden? Jezus antwoordde hem: Zegt gij dit van uzelven, of hebben het u anderen van Mij gezegd? Pilatus antwoordde: Ben ik een Jood? Uw volk en de overpriesters hebben U aan mij overgeleverd; wat hebt Gij gedaan? Jezus antwoordde: Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld. Indien Mijn Koninkrijk van deze wereld ware, zo zouden Mijn dienaren gestreden hebben, opdat Ik den Joden niet ware overgeleverd; maar nu is Mijn Koninkrijk niet van hier. Pilatus dan zeide tot Hem: Zijt Gij dan een Koning? Jezus antwoordde: Gij zegt, dat Ik een Koning ben. Hiertoe ben Ik geboren en hiertoe ben Ik in de wereld gekomen, opdat Ik der waarheid getuigenis geven zou. Een iegelijk, die uit de waarheid is, hoort Mijn stem. Pilatus zeide tot Hem: Wat is waarheid? En als hij dat gezegd had, ging hij wederom uit tot de Joden, en zeide tot hen: Ik vind geen schuld in Hem. Doch gij hebt een gewoonte, dat ik u op het pascha een loslate. Wilt gij dan, dat ik u den Koning der Joden loslate? Zij dan riepen allen wederom, zeggende: Niet Dezen, maar Bar-abbas! En Bar-abbas was een moordenaar.
Johannes 18:28-40
Jezus wordt voorgeleid in een rechtzaal voor Pontius Pilatus

De hoop van de gelovige is het uitzien naar de tweede komst: deze grote Prins Die de gevangenisdeuren opende en ons bevrijdde. De schuld is vereffend. Het is allemaal betaald. God en zondaren werden met elkaar verzoend op Golgotha toen Jezus stierf. En God wekte Hem op de derde dag op voor onze rechtvaardiging, zodat wanneer wij daarop zien en het geloven en het aannemen met ons hele hart, wij gerechtvaardigd zijn in de ogen van de levende God. Dat maakt u beslist emotioneel. Dat maakt u beslist gelukkig. Hoe kunt u zich stilhouden? Hoe zou iemand zich kunnen inhouden, die weet dat de dood daar vlak voor hem hangt, en hier komt een vrijspraak? Dat is waar. Hoe denkt u dat de oude Bar-Abbas zich die morgen heeft gevoeld toen hij de Romein door de stegen hoorde aankomen stampen met zijn grote ijzeren schoenen aan, met kettingen die rammelden, de speer slepend over de straat, wetend dat hij zou worden gedood. Toen hij de deur opendeed, zei Bar-Abbas, bevend en huilend, gereed om eruit te rennen: “O, dit betekent mijn einde.”

Zei: “Bar-Abbas, ik lees: ‘Je bent vrijgesproken, vrij.’”

“Wel,” zei hij, “hoef ik niet te sterven?”

Zei: “Nee. Je hoeft niet te sterven.”

“Wel, wat moet ik daarvoor doen?”

“Niets.”

“Wel, hoe komt dat?”

Toen moet de hoofdman over honderd hem hebben omgedraaid en gezegd hebben: “Zie je die Man daar aan het kruis hangen? Zie je dat speeksel van spotters op Zijn gezicht? Zie je de wonden in Zijn handen? Die waren voor jou, maar Hij nam jouw plaats in. Hij opende de gevangenisdeur voor jou, zodat Hij voor jou, die veroordeeld was om te sterven, jouw plaats kon innemen.”


Aanhaling genomen uit de prediking: