17 december
Dag 5
We kijken naar Johannes de Doper, wat een groot man hij was. Jezus, op deze tijd van onze boodschap, ging heen om Johannes de Doper te zien. Hij trok door de hele omgeving rondom Judéa en de Jordaan naar de Jordaan toe om hem te horen. Wat een groot man was hij. Hij was ook voorbestemd.
Voordat hij werd geboren, was zijn vader in de tempel. Zijn verplichting was om wierook te offeren terwijl de mensen aan het bidden waren; wierook branden. Merk op dat hij een toegewijde man was (ik houd daarvan, u niet?), een man die God vereerde.
Nu, er rustte een schande op zijn huis. Zijn vrouw was oud. Ze had altijd kinderen willen krijgen zoals alle Joodse vrouwen. Ze vonden dit een grote eer en een oneer om onvruchtbaar te zijn. Zoals Davids eerste vrouw, toen zij hem uitlachte omdat hij voor de ark uit danste; God plaatste een vloek op haar dat zij geen kinderen kon baren.
En nu, Zacharias, een rechtvaardig man, een heilig man, een toegewijde man; hij en zijn vrouw hadden gebeden en geloofd dat God hun op een dag kinderen zou geven; ze hielden vast aan God. En toen, bij deze speciale gelegenheid, terwijl hij zijn wierook daarbinnen heen en weer wuifde, verscheen de engel Gabriël aan hem en vertelde hem, dat hij na de dagen van zijn dienst doen in de tempel naar huis zou gaan en bij zijn vrouw zou zijn en zij zou zwanger worden en een zoon baren en zij zouden zijn naam Johannes noemen.
Zacharias, hoewel hij een goede man was, heilige man, rechtvaardige man, die voor deze dingen had gebeden... Let er op. Hij faalde te geloven waarvoor hij gebeden had, toen zijn gebed werd beantwoord. Is dat niet het geval met de meesten van ons vandaag? Bidden, en als God uw gebeden beantwoordt, bent u er doodsbang voor.
Merk op. Hij had de hele tijd gebeden en God was zijn gebed aan het beantwoorden. En ik zeg dit hier. God zal ieder oprecht gebed beantwoorden (dat geloof ik), op Zijn eigen manier.
Toen was zij voorbij de leeftijd van baren. Zacharias zei: “O, dit kan helemaal niet. My, my. Zij is oud en ik ben oud. En hoe kan dat nu?”
En omdat hij de engel betwijfelde, zei de engel tegen hem: “U zult stom zijn tot op de dag dat de baby is geboren.” En hij werd met stomheid geslagen. En u weet hoe de mensen op hem stonden te wachten. En toen hij naar buiten kwam, wel, toen wenkte hij naar hen. Ze bemerkten dat hij een engel had gezien. En hij ging naar huis en zijn vrouw werd zwanger en deze kleine Johannes was onderweg om geboren te worden.
- Overeenkomstig Schriftgedeelte:
- Lukas 1:5-25
Aanhaling genomen uit de prediking:
- Gelooft gij dit? 1 januari 1950