18 december
Dag 6
Ze zei: “Zie de dienstmaagd des Heren. Mij geschiede naar Uw Woord.” Ik kan haar kleine bruine ogen zien oplichten als de sterren van de hemel.
Ze ging rond en vertelde: “Weet je dat ik een baby zal krijgen?”
“Oh, Maria!”
“Ja, ik krijg een baby.”
“Zijn jij en Jozef getrouwd?”
“Nee. Hij zal de Zoon van God zijn.” Amen. Iets dergelijks was nooit eerder gebeurd. Maar het maakte haar totaal niet uit of het ooit eerder was gebeurd. Zij had Gods Woord, Gods belofte. Dat is goed genoeg. Ze maakte zich niet bezorgd over het schaamtevolle deel ervan. Ze had Gods Woord ervoor.
Kijk in de tempel die dag toen ze Hem liet opdragen. Hier kwam Hij aan en al de moeders kwamen erbij staan met kleine geborduurde kleertjes en dergelijke dingen bij hun kleine baby’s en daar zeiden ze allemaal: “Oh-oh, kijk daar eens, daar is die Maria. Kijk, die Baby werd buitenechtelijk geboren. Blijf bij Hem uit de buurt; ga weg”, en ze bleven ver bij Hem uit de buurt. Hij was gewikkeld in wikkeldoeken, geen borduurwerk, wikkeldoeken.
En toen Hij daarin lag, als het mij goed werd verteld, was daar een juk van een os dat ze daar in de stal hadden neergezet en ze hadden er spul omheen gedaan om zijn schouder te behoeden voor schuren. Ze beweren dat dat het was waar Jezus in gewikkeld was, zelfs geen kleertjes om te dragen, geen plaats om Zijn hoofd neer te leggen; kwam naar de aarde door een geleende schoot, lag boven een mesthoop, ging heen en moest een graf lenen om in begraven te worden. En dan denken wij dat we iemand zijn.
De God des hemels Die brood en vis kon scheppen en water in wijn veranderen, Die de hemelen en aarde maakte, nam de plaats in van een nederige, de armste van allemaal. Waste de voeten van de discipelen, het stof dat Hij Zelf schiep waste Hij af. Van het stof dat Hij Zelf schiep was Hij gemaakt, plaatste Zijn tent hier beneden en leefde onder ons in een lichaam van vlees, ging aan Zijn hoedanigheid voorbij, kwam van God vandaan naar beneden en werd mens om de harten te kunnen beroeren. Dat is een superteken.
Het is een echt teken. U spreekt over tekenen; toen Jehova vlees werd gemaakt en onder ons woonde, een teken dat het hart van ieder mens behoorde te beroeren, te weten dat God zo nederig is.
- Overeenkomstig Schriftgedeelte:
- Lukas 1:26-38
Aanhaling genomen uit de prediking:
- Het onveranderlijke Woord van God 24 juli 1960