Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
E-BookPrint
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...

Gods toebereide weg voor genezing

Door William Marrion Branham

1 Goedenavond, vrienden. U mag gaan zitten. Het is werkelijk een voorrecht deze middag hier te zijn om opnieuw te dienen in de Naam van onze Heer.

2 En voordat we de dienst beginnen - ik zie enigen van mijn broeders hier zitten op de plek voor de opname, met bandrecorders - en mijn zoon Billy Paul heeft broeder Wood gevraagd - een vriend - of hij hem voor in het gebouw wil ontmoeten, zo snel als mogelijk is, voor in het gebouw, betreffende de boeken en foto's voor de diensten.

3 En om zo'n introductie te krijgen die zo vriendelijk was, dat ik... Wat voor soort persoon... Ik zou een behoorlijk goed leven moeten leven om daar aan te voldoen, nietwaar? Maar dat komt omdat broeder Mattson mij liefheeft. Hij is mijn boezemvriend.

4 Dus wij zijn heel blij vanwege dit voorrecht om hier te zijn en het ziet er naar uit dat ik iets op gang breng in Chicago. Van al de jaren van mijn bediening is dit de eerste keer in mijn gehele bediening dat ik een middagdienst heb. In al de tijd van mijn bediening, voor zover ik mij kan herinneren, is dit de eerste introductie-samenkomst in de middag. En ik ben nu geloof ik al ongeveer negen jaar in de diensten. Dus ik begin opnieuw in Chicago, broeder Jozef. Ik weet geen betere plaats om dingen te starten of te beginnen. (Broeder Jozef zegt: "Wel, ik zou slechts één woordje willen zeggen, en dat is dat ik persoonlijk vind dat broeder Branham bij Chicago hoort. Hoevelen vinden dat juist?") [De samenkomst zegt: "Amen" – Vert] ("Zie je wel?"). Dank u. Dank u, broeder Jozef. Dank u, dierbare christenvrienden.

5 Ik heb er vaak aan gedacht dat God ons eens een opwekking zou geven in Chicago zoals in de dagen van Moody, toen de gehele stad in beweging was voor God. En u hebt er niet één gehad sedert die tijd, maar ik geloof dat het voor de deur staat. En dat ene ding is in mijn bediening geweest, christenvrienden, en ik weet dat deze bandrecorders deze dingen opnemen en ze zullen overal in de kranten worden verspreid. Dus ik moet op de woorden letten die ik zeg en ze wegen, want wanneer er eenmaal een artikel is gepubliceerd en eenmaal je stem op een recorder is vastgelegd, dan ligt het vast. Ziet u? Dat is het dan.

6 Dus ze nemen het op, dikwijls om het vast te leggen voor de mensen die in de gebedsrij komen. Als u er op let, sommige mensen komen er doorheen en zeggen: "Welnu, de Here zei deze bepaalde dingen." Wel, als wij alleen het woord van de mensen ervoor hebben, dan is dat alles wat we hebben. Maar de recorder maakt het vast. Ziet u? Als er wordt gezegd, wel, wanneer... Let op wat Hij u vertelt om te doen, let op uw bestemming, let op wat Hij u vertelde over de voorbije tijd, wat u hebt gedaan, en laat dan... Let op wat Hij u vertelt over de tijd die er aankomt. En u zult ontdekken dat u nooit een fout zult vinden bij God, maar Hij zal helemaal precies dat doen, wat Hij iedere keer zegt dat Hij zal doen. Zie? Hij zal het doen.

7 Ik ben in april vijfenveertig jaar geworden en ik heb visioenen gezien sinds de... Een van de eerste dingen die ik mij kan herinneren, het mag vreemd lijken, maar ik herinner mij dat ik nog kroop. In mijn tijd droegen kleine kinderen lange jurken, wanneer ze nog kropen. En ik herinner mij dat mijn moeder een lintje had verwerkt in mijn jurk. En ik kroop op de oude vloer van een hut, ver weg in de bergen van Kentucky waar ik werd geboren. En ik at sneeuw op van de voet van een man. Dat was het eerste wat ik mij kan herinneren. En het volgende wat ik mij herinner, was dat God tot mij sprak in een visioen en mij vertelde dat ik een belangrijk deel van mijn leven zou doorbrengen in de buurt van een stad genaamd New Albany. En de laatste veertig jaar heb ik op een paar mijl afstand van New Albany, Indiana, gewoond, dat is twee- of driehonderd mijl van de plaats vandaan waar het was. En niemand van onze familie is tot nu toe, voor zover ik weet, uit de staat Kentucky weggegaan. Maar altijd en iedere keer... Zie?

8 Gaven en roepingen zijn onberouwelijk. Deze dingen worden ten eerste door God gegeven. Deze bedieningen worden door God in de gemeente geplaatst. En daar hebben, naar mijn mening, in deze dag zovelen een fout gemaakt. Als we zeggen: "Nu wil ik verdergaan en ernaar zoeken dat God mij dit of dat maakt." Dat kunt u niet doen. Zie? U bent wat u bent door genade, er is niets wat u uit uzelf kunt doen. God geeft het. God heeft in de gemeente gezet apostelen, leraars en profeten. Is dat juist? God heeft voor de volmaking in de gemeente gezet... Dus de bisschop heeft ze niet geplaatst, of de oudste of iemand anders, maar Gòd heeft ze gezet. En zij zijn... Deze bedieningen zijn geplaatst in de gemeente.

9 Nu, ik weet dat gaven, zoals de negen geestelijke gaven, gaven zijn die in de gehele gemeente werkzaam zijn. Bijvoorbeeld, vanavond zou deze persoon kunnen profeteren en daarna nooit meer profeteren. Misschien zal de geest van profetie de volgende avond op iemand anders zijn. Paulus zei: "U kunt allen een voor een profeteren." Dat is de gave van profetie; niet een profeet. Zie? Er is nogal een verschil tussen een gave van profetie en een profeet. De gave van profetie moet worden beoordeeld door drie goede geestelijke rechters, voordat de gemeente het kan ontvangen, overeenkomstig wat Paulus schrijft in Korinthe. De rechters moeten dit beoordelen, moeten de uitleg van tongen beoordelen voordat de gemeente het ontvangt, want men zou niet weten of... Maar nu, als u een persoon zou nemen die een profeet zou zijn zoals Jesaja, Jeremia, Mozes. Voor hen stond niemand om te beoordelen of het goed was of niet. Zij werden in deze wereld geboren als profeten. Het Woord van God was bij hen. "God heeft eertijds op vele wijzen tot de vaderen gesproken door de profeten, in deze laatste dagen door Zijn Zoon, Jezus Christus." En Hij is de Profeet van de kerk in deze laatste dag, Jezus Christus. De Bijbel zei in het Boek Openbaring dat de geest, of het getuigenis van Jezus Christus, de geest is der profetie.

10 En zo zien wij in deze dingen, al deze grote dingen, hoe de gemeente wordt samengevoegd... Toen ik voor het eerst de mensen zag van Pinksteren en hen met tongen hoorde spreken, als Baptist was ik onderwezen dat dit van de duivel was. Dus ik dacht: "Nu, kijk hier eens..." En ik dacht: "Wel, dat ene ding... Het maakt me niet uit wat de kerk zegt, de Bijbel zei: 'Zij zullen met nieuwe tongen spreken'." Nu, ten eerste moest ik aannemen wat de kerk zei of wat de Bijbel zei. Ik zei: "Wat zal ik doen?"

11 Hij zei: "Laat ieders woord een leugen zijn (of het nu een bisschop is, een aartsbisschop of wie het ook is) en Mijn Woord de waarheid."

12 En dat is het fundamentele verschil tussen het Katholicisme en het Protestantisme. Ziet u? Het Katholicisme, u kunt niet met een Katholiek over de Bijbel argumenteren. Want uiteindelijk is het de kerk, al zegt de kerk iets wat tegengesteld is aan de Bijbel. Zij zeggen: "God is in Zijn kerk." De Protestanten zeggen: "God is in Zijn Woord." Ziet u? Nu, daar is het verschil. Dus u kunt er niet over argumenteren, want als de kerk een bepaald ding zegt... Vraag hun waar ze het vandaan halen dat je geen vlees mag eten op vrijdag en al die andere zaken. Ze kunnen... Wel, ze zeggen dat de kerk het zo zei.

13 Een paar dagen geleden had ik een interview met een priester; de priester zei... Ik stelde hem een paar vragen, omdat mijn familie in het verleden Katholiek was. En ik zei: "Ik wil u een paar Schriftuurlijke vragen stellen."

     En hij zei: "Even een ogenblik, meneer Branham." Hij zei: "Ziet u, wij Katholieken gaan naar de kerk en aanbidden. U, Protestanten blijft thuis en leest de Bijbel, maar wij gaan naar de kerk en aanbidden."

14 Ik zei: "Maar wat?" Dat is het volgende. "Maar wat?"

15 Nu, hij zei: "Kijk, we letten er niet op wat... Wat de Bijbel zegt is in orde, maar als de kerk het tegengestelde zegt, dan heeft de kerk gelijk, want Petrus was de paus en de paus volgt Petrus op en wat de kerk ook heeft ingesteld, dat is het voorschrift. Op die manier gebeurt het. God beweegt nog steeds..."

16 "Wel", zei ik, "natuurlijk, dat is in orde. Iedereen... Dat heeft Amerika gemaakt tot wat het is: iedereen zijn eigen geloof." Maar ik geloof dat, wat God ook heeft gezegd... Gods Woord wijzigt niet. Gods Woord verandert niet: "Geen tittel of jota zal vergaan totdat elk klein deeltje ervan is vervuld." En ik geloof dat Paulus zei: "Indien een engel uit de hemel zou komen en iets anders zou leren dan wat u alreeds is onderwezen in deze Schrift, laat hem voor u zijn als vervloekt." Galaten 1:8.

17 Dus ik ben een fundamentele gelovige in de Bijbel. Wat de Bijbel zegt, geloof ik. En ik geloof dat het de waarheid is en ben bereid mijn ziel op te hangen aan ieder gedeelte van de Bijbel, of iedere zin, komma, wat het ook mag zijn, dat Gods Woord de Eeuwige Waarheid is. Het is geïnspireerd en opgeschreven en wij blijven erbij.

18 In het Oude Testament waren er drie manieren waarop zij een boodschap konden krijgen. Dat was door een profeet, door een dromer of door de wet. Als nu een profeet profeteerde... En op de borst van Aäron was de Urim Thummim. En wanneer de lichten opflitsten op de Urim Thummim, vertelde die profeet de waarheid. Maar wanneer de lichten op die Urim Thummim niet opflitsten, dan was het fout. Wanneer een dromer een droom droomde en die droom vertelde en het flitste niet op de Urim Thummim, dan was het verkeerd. Wanneer de profeet profeteerde en de lichten flitsten niet, dan was hij fout.

19 De Urim Thummim van dat priesterschap werd weggenomen, maar hier is de Urim Thummim van het priesterschap vandaag: het Woord van God. Als een dromer, of een profeet, of een prediker of iemand anders onderwijst in tegenspraak met deze Bijbel, is het verkeerd. Hij zij vervloekt. Maar het moet onwankelbaar zijn gebouwd op dit Woord, als ZO SPREEKT DE HERE. En als dit woord correct wordt geplaatst en door de prediker wordt onderwezen, dan heeft God een ernstige verplichting jegens Zijn Zoon om dat Woord te beantwoorden en het te vervullen. Dat is de manier waarop ik de Bijbel geloof. Ik geloof er ieder woord van.

20 Nu, er mogen tijden zijn dat ik niet in staat ben het goed te plaatsten. Ik geloof niet dat er één sterfelijk wezen in de wereld is die ieder woord correct kan plaatsen, maar wij kunnen het alleen als de Heilige Geest ons inspireert om het te doen. Het is vele malen tegengesteld aan onze lering.

21 Toevallig stond mijn vrouw gisteravond buiten. Ze zei: "Zodra twee of drie mensen over het podium waren gekomen stond er een groep mensen op en liep eruit." Ze zei: "Een van hen keek de ander aan en zei: 'Wat denk jij ervan?' Ze zei: 'O, kletskoek, dat stelt niets voor.' En een ander liep na een paar minuten naar buiten en zei: 'Wel, het was een aardig goede show, nietwaar, en je hoeft er niet eens voor te betalen om er in te komen.'"

22 En dat is de mening van de vormelijke mensen van deze wereld. Ziet u? Dat is hun mening. Het is altijd hun mening geweest. Het was hun mening... Hun vaders hadden dezelfde mening en zijn vandaag in de hel. En bedenk, wat als dit de waarheid zou zijn geweest waar zij gisteravond naar luisterden? Dan hebben zij de Heilige Geest gelasterd, waar geen vergeving voor is in deze wereld, noch in de toekomende wereld. Is dat waar? Dat is waar. Het is het beste om stil te blijven als je niet zeker bent. Dus de Here zegene u.

23 Nu, wij zijn hier deze middag vergaderd met één doel: dat is om aanwijzingen te geven voor de genezingsdienst van vanavond.

24 Wanneer ik van overzee terugkom, wil ik, als God het toestaat, mijn diensten anders beginnen. Ik sprak een paar ogenblikken geleden tot een van mijn managers, onze dierbare broeder Moore en ik vertelde hem wat God op mijn hart heeft geplaatst: om naar een stad zoals Chicago of ergens anders te komen en niet meteen weg te rennen, om maar voor een paar avonden te komen en... Je.... Het verzwakt mij zodanig, dat ze mij moeten weghalen. Maar om daar te komen waar ik slechts de gebedsrij opstel en blijf bidden voor de mensen, de een na de ander, totdat de Heilige Geest een houvast krijgt op die gave om die Zelf naar voren te brengen (ziet u?), op die wijze, dat als een zondaar of zo over het podium gaat zonder bekering, Hij zijn aandacht zou trekken. Zie? Maar op deze manier, door deze Goddelijke gave en Zijn tegenwoordigheid, ben ik al na een paar keer bijna aan m'n eind. Het maakt mij zo zwak; ik kan het gebouw bijna niet meer verlaten. Soms raak ik daaronder geheel het bewustzijn kwijt. En ik was er al eens acht maanden of meer uit. U herinnert zich die tijd wel, velen van u.

25 Maar wanneer ik terugkom, als God wil (terwijl ik dit zeg, wordt het op de bandrecorders vastgelegd), probeer ik, nadat ik terug ben, samenkomsten op te zetten voor een jaar tegelijk en te komen naar een plaats zoals Chicago om daar gewoon in Chicago te blijven, of waar het ook mag zijn, totdat Christus zegt: "Nu wil Ik dat je ergens anders heengaat." En op die manier hoef je niet iedere avond iedere keer... Ik breng mijn evangelieprediking, doe altaaroproepen, laat mensen gered worden en vervuld met de Heilige Geest en roep dan mijn rij op, bid voor de zieken nadat dat voorbij is. En geef gebedskaarten uit en waar het die avond ook stopt, ga ik de volgende avond van daar af aan verder, op die manier, en dan zal je voldoende tijd hebben. We kunnen het niet op die manier doen, omdat we hier maar een paar avonden zijn en we moeten proberen te vangen wat binnenkomt. Maar op die manier kan ieder persoon, als zij daar zijn en zien dat hun gebedskaarten achteraan zijn, vier of vijf avonden wegblijven en naar de samenkomst terugkomen of één of twee weken later of wat het ook zou zijn. Ziet u? En op die manier zouden we iedereen kunnen bereiken. Dat is mijn visie voor wanneer ik terugkom van overzee. En we hopen dat God erin is om ons te helpen en een grote samenkomst te hebben in Amerika.

26 Ik denk dat ik nu al ongeveer negen jaar op deze manier werk, waarin de Here heeft bewezen dat het de waarheid is en iedere keer en nog een keer zien we het steeds weer telkens opnieuw. Ik denk dus dat het nu de tijd is om het Evangelie te prediken. Ik stel niet veel voor als prediker; ik studeer niet op datgene waarover ik ga spreken. Ik predik slechts door inspiratie. Ik kijk slechts rond totdat ik het vind en strek mij uit en krijg het en geef het door. Soms is het tamelijk ruw, maar dat is de wijze waarop ik het krijg; het is ruw. Ik houd ervan om het op die manier te doen, want wie zijn wij tenslotte? Wij zijn geen groep aristocratische, hardnekkige mensen. Wij zijn pinkstermensen die zijn wedergeboren en gevuld met de Heilige Geest. Onze vaderen werden onder deze inspiratie geboren. Zij werden geboren als ongeletterde predikers.

27 Onze vaderen, wie waren dat? Petrus, Jakobus en Johannes. Is dat juist? Toen zij door de poort liepen genaamd de Schone, genazen zij een man die daar zat en vanaf de moederschoot kreupel was. Wel, ze waren arme mensen, hij zei: "Zilver en goud heb ik niet." En dan, de mensen moesten hebben opgemerkt dat zij onwetende en ongeletterde mensen waren, maar dat zij bij Jezus waren geweest. Dat was één ding dat zij wisten. Dus dat zijn wij. Dat is het soort mensen dat wij zijn.

28 Nu, de Here zegene u, en als wij nu overgaan tot het geven van aanwijzingen... En als broeder Jozef mij laat weten hoe lang het hier kan duren, zodat ik... Hoe laat sluit u meestal dit soort diensten? Ongeveer om vier uur? In orde, dat zal fijn zijn. Kunt u het daar allemaal goed horen, helemaal achteraan? Dat is fijn. Dat is... Dank u.

29 Nu, voordat wij dit Boek openen... Er is geen mens die dit Boek kan openen. Ik kan de bladzijden omslaan en zeggen: "Wij zullen vanaf hier een hoofdstuk lezen." Maar God is de Enige die dit Boek kan openen. U herinnert zich dat dit Boek in de hemel lag, op de rugzijde verzegeld met zeven zegels. Herinnert u zich dat? En hebt u er ooit over nagedacht dat wij door Luthers rechtvaardiging, door Wesley's heiliging, door Pinksteren met de Heilige Geest, zijn gekomen en nog steeds min of meer verder doorknoeien? Er is iets anders wat moet worden geopenbaard. Het is niet hierin opgeschreven, het is in de zegels. Wij zullen over deze dingen gaan onderwijzen, zo de Here wil, wanneer ik terugkom. Bedenk, Daniël hoorde deze zeven stemmen, die hun stem verhieven en hij begon het op te schrijven; Hij zei: "Schrijf het niet op." Ziet u? "Het zal in de laatste dagen worden geopenbaard." Is dat juist?

30 Johannes zag dezelfde zaak en toen hij het daarboven zag, had dit Boek aan de achterkant - nadat het de hele weg door goed was onderwezen - het had aan de achterkant zeven zegels. En deze moesten worden losgemaakt wanneer het geheimenis van God zou worden vervuld. Wij zijn in die tijd dat de zeven geheimenissen zullen worden geopend voor de kerk.

31 O, wat brengt deze Bijbel rijke leringen voort. Maar niet één - niemand was in staat zelfs maar het Boek te nemen, er op te kijken of de zegels te openen. Maar daar was een Lam, dat was geslacht sinds de grondlegging der wereld, dat het Boek uit de hand nam van Hem die op de troon zat en het Boek opende en de zegels ervan verbrak.

32 Laten we nu dus tot Hem spreken, die dit kan doen, terwijl wij nu onze hoofden buigen.

33 Onze dierbare, liefdevolle, hemelse Vader, wij naderen vandaag nederig tot U in de Naam van Uw dierbare Zoon, de Here Jezus Christus. En wij danken U, dat Hij ons steeds indachtig was, om ons daar in te sluiten van voor de grondlegging der wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn in die dag in Zijn tegenwoordigheid. Waarin zouden wij dan kunnen roemen? Er is niets wat wij hebben gedaan, er is niets wat wij kunnen doen, maar door genade zijn wij gered, door geloof. Maar voor de grondlegging der wereld koos Hij ons in Christus Jezus. En nu heeft Hij ons de Heilige Geest gegeven, een Zegel, tot aan de dag van onze verlossing, wanneer wij aan de Vader zullen worden voorgesteld, foutloos, daar staande, gewassen in Zijn Bloed.

34 En moge Hij nu, Die het Boek genomen heeft uit de rechterhand, komen en deze middag het Boek nemen en het voor ons openen als wij erover spreken.

35 Vader, ik bid dat U aanwijzingen wilt geven aan deze arme, zieke, behoeftige mensen. Velen hebben verschillende mijlen afgelegd om hierheen te komen om voor zich te laten bidden. En ik vraag U, Vader, om aan Uw dienstknecht geestkracht te geven en kennis, niet voor zichzelf, maar voor deze arme, zieke, behoeftige mensen die vandaag in deze gehoorzaal zitten. En wilt U hun zodanige aanwijzingen geven, dat zij precies weten hoe ze een houvast moeten krijgen en hoe zij Uw beloften moeten geloven en hoe de vijand te verslaan, hetgeen aan ons gegeven is, dat is het woord der verdediging precies hier in de Bijbel. En wij bidden dat u ons vandaag wilt helpen om het aan Uw kinderen uit te leggen en de glorie uit de diensten te verkrijgen. Want wij vragen het in Zijn lieflijke Naam, Jezus Christus onze Heer. Amen.

36 Als een kleine Schriftlezing wil ik lezen uit het Boek der Psalmen.

     Psalm 103, vers 1 tot 3.

     Loof den HERE, mijn ziel,
     en al wat in mij is, zijn heilige naam;
     loof den HERE, mijn ziel,
     en vergeet niet een van zijn weldaden;
     die al uw ongerechtigheid vergeeft,
     die al uw krankheden geneest;

37 En bij het sluiten van het Boek zeg ik dat dit Schriftgedeelte vandaag in uw tegenwoordigheid is vervuld, de Here zij gezegend; want Hij vergeeft al onze ongerechtigheden en geneest vandaag al onze ziekten. Het Woord is vandaag gemanifesteerd: hoe dat God een voorziening heeft gemaakt, en ik wilde er op deze manier over spreken: Gods toebereide weg voor genezing.

38 Zoveel mensen zoeken genezing met de verkeerde houding, het verkeerde motief om te komen. Het eerste wat een Christen zou moeten doen, of enig persoon die voor genezing komt, hij zou er zeker van moeten zijn dat zijn hart zuiver en rein is voor God. Als vervolgens deze ziekte nog blijft, dan zou u ergens hulp vandaan moeten krijgen.

39 Nu, ik ga iets zeggen wat ik nog nooit openlijk in mijn bediening heb gezegd. Maar omdat het nu direct in mijn gedachten komt, wil ik het uitspreken. En ik heb het geschuwd, maar alleen deze middag, daar ik zie dat er slechts een handjevol van ons hier zit deze middag... En laten we nu als het ware onze jas uittrekken en direct beginnen met van hart tot hart tot elkaar te spreken.

40 Nu, ik heb me vaak verward gevoeld als mensen zeiden: "De genezers van de... Deze goddelijke genezers..." En eerlijk gezegd zijn zij dat. Dat is in Bijbeltermen precies wat zij zijn. Zij zijn net zozeer goddelijke genezers als dat zij predikers zijn, net zozeer als dat zij apostelen waren en al het andere. Het is een goddelijke gave die aan een persoon wordt gegeven om te dienen.

41 We willen nu iets plaatsen, laten we bijvoorbeeld het prediken nemen. Wel, laat John Doe of enig ander prediken. Als John Doe niet absoluut door God was geroepen om een prediker te zijn, zal hij nooit een succesvolle prediker zijn. Misschien mag z'n moeder hem hebben verteld dat hij prediker moest worden en z'n vader mag hem naar een seminarie hebben gestuurd en hij mag z'n graden hebben, enzovoort; maar hij zal nooit in staat zijn mensen naar God te leiden totdat de Heilige Geest in het leven van die man is binnengekomen en hem iets gegeven heeft dat... Hij zou niet in staat mogen zijn zijn woorden goed uit te spreken; hij zou de juiste grammatica niet mogen hebben; hij zou niet in staat mogen zijn de juiste psychologie te gebruiken; maar als hij de kracht van God in zijn leven heeft, zullen de mensen het weten. Dat is waar. God zal met hem zijn.

42 Wel, op dezelfde manier is het met John Doe, hij mag een opgeleid man zijn met psychologie en al het andere, maar hij kan niet de boodschap voortbrengen zoals die arme, ongeletterde kerel die door de Here is geroepen.

43 Nu, wij weten dat. U kunt het net zo goed beamen, want onze grootste predikers die er zijn geweest waren mannen van dat soort. Bijvoorbeeld, de laatste opwekking in Chicago kwam door... een grote opwekking kwam door Dwight Moody, die een voorbeeld was van een ongeletterde man. Zijn grammatica was zo slecht, het was verschrikkelijk. Niets meer dan een kleine, oude schoenmaker. O, u leest zijn boeken, maar ja, zij waren door iemand anders geschreven en z'n predikingen werden behoorlijk bijgeschaafd. Dwight Moody was een ongeletterd man.

44 Petrus, een der grootste sprekers aller tijden, uitgezonderd Jezus Christus, een der grootste schrijvers, zou zelfs z'n eigen naam niet hebben herkend als deze voor hem was opgeschreven.

45 Johannes, die net zo onwetend en ongeleerd, enzovoort was, maar zij waren met Jezus geweest en zij hadden een boodschap die kracht bezat.

46 Petrus haalde een paar keer Joël aan en won er in één keer drieduizend zielen mee voor Jezus Christus. Denk daaraan: onwetend, ongeleerd. Dus u hoeft niet grote opleidingen te ondergaan en dergelijke uitzonderlijkheden. Wat u moet doen is Jezus kennen en Christus geeft u, door de Heilige Geest, bekwaamheid om die dingen te doen.

47 Nu, goddelijke genezing is op dezelfde basis. Er zijn mensen die echt in goddelijke genezing kunnen geloven en om goddelijke genezing kunnen bidden, maar die nooit in staat zijn om goddelijke genezing aan te raken, omdat zij het eenvoudig niet kunnen. Het is niet aan hen gegeven. Nu, er is zo'n... Ik let op de mensen op het podium. Dikwijls zal, voordat de Geest mij wegneemt, totdat de zalving zo groot is dat zij mij weg moeten leiden...

48 Nu, als ik naar de persoon kijk, sommigen komen en dikwijls zie ik dingen waar ik niets over zeg. Ik probeer slechts genoeg te zeggen om het geloof van de mensen op te wekken; ik kijk of ik hun aandacht heb getrokken, op die manier, en dan bid ik voor hen om daarna een houvast te krijgen op een ander. Hoe meer je zou spreken, hoe meer er zou komen, het gaat steeds maar... Je bent dan in dat kanaal en het blijft maar doorgaan.

49 Dus nu, in het onderwijzen van goddelijke genezing, zie je mensen komen die zeggen: "O ja, broeder, ik heb geloof." Nu, zij verbeelden zich dat zij geloof hebben. Ziet u? Zij hebben geen geloof.

50 Geloof is net zo positief als uw gezicht of mijn gevoel om te weten dat deze lessenaar hier is. U behoeft niet bestudeerd te zijn. Eerlijk gezegd, het zou goed zijn als u er een beetje eenvoudiger in was dan u eigenlijk bent. Dat is waar. U... Het is gewoon iets waarvan u weet dat het zal gebeuren. Dat is alles. Het is het positieve... Wel, er is niets dat het bij u vandaan zou kunnen bewegen. U weet dat het gaat gebeuren. Niets kan het eruit krijgen. Als de dokter er staat en zegt dat u het volgende uur zult sterven en u wist dat u beter zou worden... Hij zou u kunnen vertellen dat u helemaal door kanker bent verteerd en dat melaatsheid u had overdekt. Dat zou u helemaal niet bevreesd maken. Helemaal niet. Nu, dat is geloof.

51 Kijk naar Paulus toen hij schipbreuk leed. Wel, hij had ook alle hoop verloren. Paulus zei dat alle hoop dat zij konden worden gered, verloren was. Het kleine, oude schip was met water verzadigd en gedurende veertien dagen en nachten waren er geen maan of sterren, niets; de kleine boot slingerde rond op de wateren, enzovoort, en Paulus zei: "Wel, ik vermoed dat alle hoop is vervlogen." Dus hij wist het niet meer. Maar toen hij die nacht beneden in het gangpad stond te bidden, verscheen een visioen aan hem. En hij zag de Engel des Heren komen, Die zei: "Wees niet bevreesd, Paulus, want u zult voor Caesar worden gebracht." Dat klopt. "En zie, God geeft... Al degenen die met u varen, zijn aan u gegeven. Daarom, heb goede moed. En u zult er uitkomen en wees vol goede moed."

52 De kleine, oude Paulus, hij rende temidden van de storm naar buiten, bewoog zijn handen heen en weer en schreeuwde zo hard als hij kon: "Heb goede moed, broeder, want vannacht stond de Engel des Heren voor mij, Die zei dat ik niet bevreesd moest zijn. We zullen aankomen en voor Caesar staan." Hij zei: "Nu, ik vertel jullie dat niemand van jullie zal sterven. Geen haar van je hoofd zal worden gekrenkt, maar we zullen... Het schip zal ergens schipbreuk lijden. In het visioen dat ik zag, lag het ergens op de kust kapotgeslagen, maar er zal niets kwaads met ons gebeuren." Hij zei: "Laten we iets nemen om te eten."

53 En zij... O, zij waren te bang om het te doen. En Paulus ging weg, haalde brood en maakte het klaar en begon te eten. Wel, hij was niet bevreesd. Waarom? God had het zo gezegd. Het was in Paulus' hart verankerd. Het maakt mij niet uit; het schip stampte net zo hard als het maar kon. Geen sterren, geen maan, dagen gingen voorbij, het maakte Paulus niets uit. Ik stel me voor dat hij de ene boterham na de andere nam terwijl hij heen en weer liep over het dek en zei: "Glorie voor God, we zijn niet ver van het land af, broeders."

54 Daar bent u er, ongeacht hoe donker het wordt. De walvis mag er zijn aangekomen om het schip te kantelen; de haaien volgden hem bij honderden, het zou Paulus niet stoppen. Beslist niet. Hij wist wat God had gezegd. Hij geloofde wat God had gezegd. Hij zei: "Daarom, broeders, hebt goede moed, want ik geloof God: dat het precies zo zal zijn als Hij het aan mij liet zien." Daar is geloof.

55 Hij ging daar op het eiland aan land en hij raapte een paar takken op om ze op het vuur te gooien en de hitte kwam tussen de takken en een grote, oude slang die, als hij je bijt - je leeft nog maar een paar seconden nadat hij je heeft gepakt. Het moet zoiets als de Afrikaanse mamba zijn geweest. Ik geloof dat je ongeveer nog twee of drie minuten leeft nadat er een je heeft gebeten. Het duurt ongeveer zo lang dat je nog leeft, serum of geen serum. En hij beet hem in zijn hand. Paulus keek ernaar en zei: "De Here zei dat ik voor Caesar moet worden gebracht. Wel, jij kunt mij geen kwaad doen." Schudde hem af in het vuur en liep weg en haalde nog een paar takken en draaide zich om en werd warm, alsof er nooit iets was gebeurd. Ziet u wat ik bedoel?

56 God had Paulus verteld: "U zult voor Caesar worden gebracht." En Paulus was nog niet voor Caesar gebracht, dus niets kon Paulus stoppen. Hij wist dat hij verder ging. Nu, dat is geloof. U hebt uw richting bepaald. U weet precies waar u staat. Nu, wanneer een individu kan bidden totdat u die plaats bereikt, broeder, zijn er niet genoeg dokters in Chicago om u te vertellen dat u ziek zult blijven. Dat is juist.

57 Ik keek in het rond om een kreupele te ontdekken. Ik geloof dat hier een kruk staat, misschien van een kreupele dame. Als de Heilige Geest op dit moment aan u zou openbaren, zuster, dat u hier deze middag naar buiten zult gaan om die kruk midden op straat weg te gooien en naar huis zult wandelen om hem nooit meer te gebruiken en het zou zo rechtstreeks aan u worden bekendgemaakt, zou u waarschijnlijk de oude kruk vaarwel kussen, voordat u zelfs daar vandaan opstond. U zou zich naar de mensen omkeren en zeggen: "Misschien heb ik zó lang of zó lang niet gelopen, maar let op mij wanneer ik hier uitga." Zie? U zou het weten. Er is niets dat het kan stoppen.

58 Als de Heilige Geest nu tot mij zou spreken en zeggen: "Die vrouw"; ik zie haar door een visioen lopend die deur uitgaan, zou ik niet in het minst bevreesd zijn om te zeggen, al zijn er hier honderd miljoen mensen: "Die vrouw is zo lang kreupel geweest, of ze mag...?... ik weet wat er verkeerd was met haar. Wat het ook is, zij gaat hier weg", zou ik zeggen, "zonder die wandelstok of die kruk die ze onder haar arm houdt; zij gaat normaal naar buiten." En u zou het op die manier zien gebeuren. Wel, er zou geen vrees zijn; niets, wat dan ook. Ziet u? Dat is geloof.

59 Maar nu, als u komt en zegt: "O, ik geloof dat God een Genezer is." Ziet u, er zijn twee personen die in u leven, wist u dat? Op een keer hadden we een Indiaan in de samenkomst die tot bekering kwam en hem werd gevraagd hoe het met hem ging nadat hij de Heilige Geest had ontvangen.

     "Wel", zei hij, "er zijn twee honden in mij." Hij zei: "Een ervan is een boze hond en een ervan is een goede hond." En hij zei: "Ze ruziën en vechten de hele tijd."

60 En hij zei: "Wel baas, welke van de twee wint?"

61 Hij, de baas, zei: "Wel, het hangt er vanaf welke de baas het meest te eten geeft."

62 Wel, het is niet betamelijk, de duivel en de Heilige Geest met honden te vergelijken, maar kijk, er is goed in u en er is kwaad in u. En daar is geloof en ongeloof. Het hangt er vanaf waarmee u zich het meeste voedt (dat is alles), waarmee u zich het meeste voedt.

63 Nu, ik wil geloven dat hier binnen iedere persoon deze middag in goddelijke genezing gelooft, ieder van u.

     U zegt: "Zeker, broeder Branham, ik geloof in goddelijke genezing."

64 Nu, misschien meent u dat met al de intelligentie waarmee u het kunt uitspreken. U gelooft het. Dat is in uw hoofd. Maar onthoud, daar beneden is een onderbewustzijn dat hetzelfde moet zeggen. Als het dat niet doet, zult u nergens terecht komen. U mag de Bijbel lezen en zeggen: "Wel, broeder Branham, hier, de Bijbel zegt dit." Dat is waar. Dat is helemaal juist. Op die manier zeggen mensen vandaag: "Wel, ik geloof dat Jezus Christus de Zoon van God is en ik ben gered."

     "Hoe weet u dat Hij de Zoon van God is?"

     "De Bijbel zei het." Zie?

65 En ik zeg: "Wel, hoe weet u dat Hij de Zoon van God is?"

     "Moeder zei het. De prediker zei het."

66 Wel, ze hebben gelijk. Maar hoe weet ú het? De Bijbel zei dat u het niet kunt weten totdat u de Heilige Geest hebt ontvangen. U neemt slechts het woord van een ander. Wist u dat? Dat ging niet erg goed. Maar dat is de waarheid. Ik haal het aan: "Niemand kan zeggen dat Jezus is de Christus, dan door de Heilige Geest." Klopt dat? De Heilige Geest in u moet getuigenis afleggen van de opstanding en dat Jezus de Zoon van God is, anders neemt u slechts het woord van een ander ervoor. U neemt alleen wat de Bijbel zegt. De Bijbel is juist. Of u neemt alleen aan wat de prediker zegt. De prediker is juist. Of wat een ander... een ander goed persoon zei. Zij hebben gelijk. Maar u, als een individu weet niet dat Jezus de Christus is totdat de Heilige geest het tot u heeft gebracht. Dat is juist.

67 Let nu op, en niemand kan geloof voor genezing hebben totdat het aan hem is geopenbaard door de Heilige Geest, dat hij gezond zal worden. U zou er over mogen struikelen. U zou door het leven kunnen gaan met een goed christen-leven te leven. U zou tot een kerk kunnen behoren. U zou een fijn lidmaatschap mogen hebben. U zou een gewetensvol karakter mogen hebben, enzovoort, maar broeder, dat is nog steeds geen christendom. Christendom is wanneer de Heilige Geest volkomen bezit van u genomen heeft en u geleid wordt door de Heilige Geest. Ongeacht hoe goed, hoe moreel, hoe een goed kerklid...

68 Kaïn was net zo goed als ieder ander kerklid. Net als Ezau, een fijne, beschaafde heer. Net zoals Kaïn was, zeer religieus, geloofde in God, bracht een offer, bouwde een kerkaltaar; deed alle dingen die godsdienstig zijn, en God wees hem af. Niemand kan zeggen dat Jezus de Christus is, dan door de Heilige Geest.

69 Petrus was gerechtvaardigd geworden en had geloofd in de Here Jezus Christus. Hij had zelfs het Evangelie gepredikt, maar Jezus zei tegen hem: "Nadat gij bekeerd zijt, versterk dan uw broederen." Ziet u? "Nadat gij bekeerd zijt."

70 Bekering is dat de Heilige Geest de oude natuur eruit zet en dat de nieuwe natuur binnenkomt, hetgeen de Heilige Geest is. En wanneer een mens werkelijk geboren is uit de Geest van God, dan heeft hij Eeuwig Leven. Jezus zei dat. "Hij die Mijn Woorden hoort en gelooft in Hem, Die Mij gezonden heeft (Niemand kan het zeggen, behalve door de Heilige Geest)... Hij die Mijn Woorden hoort en gelooft in Hem Die Mij gezonden heeft, heeft Eeuwig Leven en zal niet in de veroordeling of in het oordeel komen, maar is overgegaan van de dood in het Leven." Dat zei Hij! Ik geloof Hem, u niet?

71 Dus iemand zei niet lang geleden: "Broeder Branham, ik geloof dat wij de Heilige Geest hebben. Ik geloof dat ik ben gered, enzovoort."

72 Wel, hoe kunt u geloven tenzij u de Heilige Geest hebt? U kunt niet correct geloven. Nu, daar mankeert het aan. Daar is de zaak waar de christenen niet overheen komen. Daar is de zaak waar de zieke persoon niet overheen komt. Zie? Er is een duidelijk verschil tussen kijken naar Gods Woord en het ontvangen van Gods Woord. Als u... Degenen die het Woord ontvingen, niet degenen die Het bestudeerden, maar hen die Het ontvingen, voegde God aan de kerk toe, degenen die waren gered. Drieduizend zielen ontvingen het Woord.

73 Nu, u kunt het Woord horen prediken. U kunt ernaar kijken en toegeven dat het juist is. Kaïn deed het; al de anderen deden het. Maar waar het Woord in viel, bracht Het voort. Zij die Het ontvingen werden gaarne gedoopt. Zie? Ontvingen het Woord.

74 Nu, als u de inspiratie ontvangt dat Jezus Christus voor uw ziekte stierf, dan is het precies in dat uur dat uw genezing is gekomen. Dat is juist. Wanneer u uit de hemel ontvangt dat Jezus voor uw zonden stierf en u hebt het aanvaard, dan hebt u geen enkel gebed meer voor u nodig. U hebt het al geaccepteerd. Het is voorbij.

75 Wij kunnen het Woord prediken, het Woord uitleggen. Maar u moet het Woord ontvangen. O, halleluja! Dat zet het in vuur, broeder! Wanneer u het ontvangt, de openbaring, glipt iets uit de ongeziene wereld vandaan, het komt naar beneden rollen door een mystiek kanaal ergens vandaan in uw ziel, dat zegt: "Nu zie ik het." Uw ogen beginnen te stralen; uw lippen die naar omlaag hingen gaan omhoog en glimlachen. Iedere spier in uw lichaam schijnt zich te verheugen. Iets staat op het punt te gebeuren. Iets... Dan hoeft u niet in een gebedsrij te komen. Dan hebt u het gekregen.

76 Nu, dat is waar... Als iedereen in dit gebouw, op dit moment, in dat soort houding zou kunnen komen, dan zou iedere persoon volmaakt genezen zijn.

77 Hoe krijgen wij mensen daartoe? Sommigen kunnen het ontvangen. Sommigen kunnen het niet ontvangen. Maar zij die het kunnen ontvangen kijken ernaar en aanvaarden het; geloven het. Anderen misschien in een andere samenkomst. Nu, dat is één manier, door het prediken van het Woord.

78 Een andere manier zou kunnen zijn dat iemand in tongen spreekt en zij geven een uitleg en openbaren de geheimen van hun hart. Of er zou iemand kunnen opstaan die een profeet is en iets doet in het bovennatuurlijke waardoor u zou opkijken en zeggen: "O, dat is het. Dat is het." Dan gebeurt er iets met u. Maar als u daar zit en zegt: "Hm, dat is geestelijke telepathie. O, ik weet het, doctor Jones zei het." Broeder, u bent op een gevaarlijke plaats. U bent op een verschrikkelijke plaats. U zou mogen zeggen dat het allemaal onzin is, enzovoort, zo ongeveer. Maar u zult er op de dag van het oordeel rekenschap voor af moeten leggen. Dat is waar.

79 En onthoud, wanneer God Zijn openbaring bekend maakt, Zichzelf aan Zijn volk openbaart... Nu, dat is het nut van de samenkomsten. Om die reden geeft God gaven, om Zichzelf te verheerlijken en de mensen in eenheid te brengen en om het lichaam tezamen te brengen en om ons te helpen onze inspanningen en onze gebeden te verenigen.

80 Als een persoon in een groep mensen zit zoals hier, waar geloof aan elke kant verzameld is, zal het u helpen gezond te worden. Er zullen mensen zijn die naar het Woord luisteren dat onderwezen wordt, die helemaal niet in een gebedsrij zullen komen, toch zullen zij gezond worden. Want onbewust gebeurt iets, misschien beseffen zij niet eens wat er aan de hand is. Zij zullen gezond worden. Iemand zit te kijken en ziet een van de tekenen van de Heer verschijnen, en [broeder Branham knipt met zijn vingers] zij zullen gezond worden. Zie? Dat is wanneer geloof, iets wat dat geloof kan stimuleren...

81 Ik kan naar graan kijken dat hier op mijn hand ligt; ik herken dat het graan is. Ik kan zeggen dat het graan is. Ik kan het aan de grond laten zien en als de grond kon kijken zou het zeggen: "Jawel, dat is graan. Ik geloof dat het graan is, ieder woord ervan." Maar dat graan kan nooit graan voortbrengen totdat dit graan in de grond valt en zelf sterft. Is dat juist? Dat is de man die fundamenteel kijkt en zegt: "Ja, ik geloof in genezing. Ik geloof dat het in orde is. Ik geloof dat het het Woord van God is. Ik geloof dat het voor de gelovige is. En ik geloof dat ik geloof heb gekregen om het te ontvangen."

82 Maar totdat u het ontvangt... Snapt u wat ik bedoel? Als u het dan ontvangt, dan verheugt u zich. Het Woord is daar binnen; het is klaar; alle twijfels zijn dood; al het kaf is afgevallen; en nieuw leven is ontsproten, groeiend tot genezing voor uzelf. Dan ontvangt u echt uw genezing. Daar komt genezing vandaan. Geloof komt door horen; horen van het Woord.

83 Nu, geloof is geen genezing. Geloof produceert genezing. Ziet u? Door geloof bent u gered. Nu kijk, stel dat hier een stuk brood lag dat een kwart dollar kost. Ik geloof dat dat ongeveer de prijs ervan is. En ik had vijfentwintig dollarcent. Nu, vijfentwintig dollarcent is de aankoopprijs van het brood, maar al heb ik de vijfentwintig dollarcent, ik heb nog niet het brood.

84 Nu, u kunt geloof hebben voor genezing en ik geloof dat velen van u het hebben. Maar u kunt geen genezing ontvangen totdat u genezing koopt door het geloof dat u hebt. U zegt: "O, broeder Branham, ik wou dat ik de Heilige Geest had. Ik heb geloof dat ik het zal krijgen." Welnu, verruil uw geloof voor de Heilige Geest! Zie? Dat is alles wat u hoeft te doen. Als u dat geloof hebt, kan niets het bij u weghalen. Als u slechts geloof maakt, bent u... als u het nabootst, als u zich voordoet, dan zal het niets voor u bewerken. Maar als het echt geloof is, dan is het voorbij. God zal het dan direct doen. Gelooft u dat? En als u zegt: "O ja, broeder Branham, ik geloof in goddelijke genezing." In orde, als u in goddelijke genezing gelooft, neem dan datzelfde geloof in goddelijke genezing dat u hebt en betaal uw genezing. Zie? En u die het ontvangt door het geloof... Zeker.

85 Iemand zei iets toen we spraken over het ontvangen van de Heilige Geest. Natuurlijk leerde ik dat je de Heilige Geest ontvangt als je gelooft, overeenkomstig de Baptistenkerk, omdat ik daarin ben opgevoed en gevoed tijdens de eerste dagen van mijn bediening; in een Baptistenkerk... Maar overeenkomstig de Bijbel ontvang je de Heilige Geest nadat je geloofde, nadat je gelooft. Je gelooft in de Here Jezus Christus, aanvaardt Hem als je persoonlijke Redder en dàn ontvang je de Heilige Geest. En totdat je de Heilige Geest hebt ontvangen, heeft God je geloof nooit erkend. Dat is waar.

86 Abraham, de vader des geloofs, geloofde God in geval van genezing en redding. Door de genezing bracht het redding voort, omdat het Izaäk voortbracht en door Izaäk kwam redding.

87 Merk op, dat Abraham God geloofde. Was dat waar? En het werd hem tot rechtvaardigheid gerekend en God gaf hem een teken dat Hij zijn geloof had aangenomen. Amen. Begrijpt u het?

88 Kijk. Abraham zei: "Here, ik geloof U." Geen stem komt terug. Ik weet het niet. Wel, hij zei: "Here, ik geloof U." Als er geen stem terugsprak, wist Abraham het niet. Maar God sprak terug en gaf Abraham een teken dat Hij zijn geloof had aanvaard. Hij gaf hem de besnijdenis als teken. Is dat juist? Met andere woorden, het was een bevestiging van Abrahams geloof. Toen hij dus de bevestiging kreeg, zei hij: "Prijs God, het is voorbij." Hij zei: "Ik had geloof en God erkende het."

89 Wanneer u zegt: "Ik heb geloof" en God geeft u de doop met de Heilige Geest is dat een bevestiging dat God uw geloof heeft aanvaard. Amen.

90 Wel, u zegt: "Is de Heilige Geest besnijdenis?" Jazeker. Amen. Het is waar. De Heilige Geest is het Zegel van de levende God. Het is het Zegel van Gods goedkeuring van uw geloof. Want Efeze 4:30 zegt:

     En bedroeft de Heilige Geest Gods niet, door Welke gij verzegeld zijt tot de dag der verlossing. Halleluja!

91 Nu, wanneer u zegt dat u geloof hebt voor goddelijke genezing en iets treft u en zegt: "Stap uit." Dat is de bevestiging dat God uw geloof voor goddelijke genezing heeft aanvaard. Dat is juist. Wanneer u moed hebt om uw geloof in werking te zetten. Maar wanneer u zegt dat u geloof hebt en u bent bevreesd om het los te laten, dan is uw geloof dood. Zie? Maar wanneer u geloof hebt en bereid bent om het te laten gaan, dan bevestigt God het met de tekenen die volgen en u zult uw genezing zien. Dat is waar. Als u geloof hebt.

92 Deze samenkomsten en mensen die tezamen komen zijn hiervoor: om geloof te versterken, geloof omhoog te brengen. Wij zouden niet kunnen genezen. Zeker niet. Maar we hebben er een aandeel in. Dat is het Evangelie prediken; dat is één deel ervan. Een ander deel zou spreken in tongen kunnen zijn. Dat is een deel ervan als het geschiedt door openbaring. En een gave van profetie, dat is een ander deel ervan. Vervolgens tekenen en wonderen en alles, het zijn gaven, enzovoort, in de gemeente om de gemeente te stimuleren, om de gemeente bij elkaar te houden, voor ieder attribuut van Jezus' leven; totdat Hij weer terugkeert in de Heerlijkheid. Amen.

93 Nu, de duivel is uw vijand. En God heeft op elke manier, in ieder tijdperk, altijd, geprobeerd om de mensen gezond te houden. Gelooft u dat? God heeft nooit te eniger tijd de mensen achtergelaten zonder een toebereide weg voor genezing. Noemt u het in de Schrift, waar Hij dat deed. Ongeacht hoe duister, hoe ver de mensen waren weggezakt, God had een toebereide weg voor genezing. Hij had het altijd. En Hij heeft ook altijd iemand gehad die het geloofde.

94 Kijk terug in de vroegere dagen: Hij had een toebereide weg. Toen had Hij een koperen slang; dat was Gods toebereide weg voor de kinderen Israëls; destijds, toen ze uit het land Egypte kwamen. Toen zij aan hun voetreis begonnen wist Hij dat er ziekte zou komen, dus Hij zei... wel, Hij voorzag in een weg.

95 Ik predikte hier een tijdje terug, ergens, dat Mozes een dokter was; dokter Mozes. Ik weet niet of u het gelooft of niet, maar hij was een dokter. De Bijbel zei: "Hij werd onderwezen in al de wijsheid der Egyptenaren." Is dat waar? Zij waren trotse artsen. O my. Dus dokter Mozes... Ik kan mij voorstellen dat heel wat medici hier in Chicago zouden willen weten hoe Mozes gedurende veertig jaar twee miljoen mensen gezond en sterk hield en met hen door de woestijn trok zonder een zwak persoon onder hen. Zou dat niet wonderbaar zijn? Ik zou graag wat van die geneesmiddelen willen hebben die hij had, u niet? Ik vraag mij af hoeveel papjes van vijgen hij had en dingen die hij daar gebruikte? Hoeveel kruiden en penicilline-injecties had hij daar?...

96 Dokter Mozes had circa twee miljoen mensen uit Egypte gebracht en nam ze uit Egypte mee en leidde ze naar Palestina. En hoeveel baby's zouden daar in één nacht worden geboren? Dokter Mozes moest de visite afleggen. Hoeveel mensen kregen maagpijn, ze moesten gedurende de dag eten wat ze langs de weg vonden. Hoeveel telefoontjes moest dokter Mozes iedere avond plegen? Hebt u daar ooit aan gedacht? En hoeveel mensen vielen over die rotsen en dergelijke en schaafden hun benen en misschien braken ze wel een been of iets dergelijks, en dat iedere dag? Want ze waren aan het mopperen en vielen terug, enzovoort, dus ze raakten in moeilijkheden. En dokter Mozes...

97 Zou u in zijn medicijnkast willen kijken en zien wat hij allemaal had? De Bijbel vertelt het. Wist u dat de Bijbel ieder druppeltje medicijn dat Mozes bij zich had, vermeldt? Wist u dat? Ik zal het u over slechts een ogenblik laten zien.

98 We zullen nu in zijn medicijnkast gaan kijken en zien wat Mozes had. Exodus, in orde. Laten we kijken, hier is het. Hij staat open.

     "Ik ben de Here, uw God, Die u geneest."

99 Dat was al het recept dat hij had. Dus als iemand zei dat een baby op het punt stond geboren te worden en de moeder was in moeilijkheden: "Ik ben de Here, uw God, Die u geneest." Als er een man was waar iets mee was gebeurd, die een oog had verloren: "Ik ben de Here, uw God, Die u geneest." En wanneer iemand viel en zijn been brak: "Ik ben de Here, uw God, Die u geneest." Als een van de kinderen longontsteking had: "Ik ben de Here, uw God, Die u geneest."

100 "Dokter Mozes, wat hebt u vanavond op het menu staan? Wat is er vanavond onderweg? Wat staat er vanavond op de kaart? We hebben hier een zieke baby."

     Mozes zei: "Ik ben de Here, uw God, Die u geneest."

101 "Dank u, dokter Mozes, we zullen het gaan gebruiken. Here, U zei dat U de Here was, uw God, Die de baby geneest. Amen. Wij geloven U, Here." De volgende morgen zat de baby te spelen. Dat is het. "Ik ben de Here, Die u geneest." Het enige recept dat Mozes had en hij leidde gedurende veertig jaar twee miljoen mensen door de woestijn en er was geen zwakke of kreupele of blinde die met hem de woestijn uitkwam. Halleluja! Neemt u mij niet kwalijk, dat moest ik even laten gaan; dat is alles. Ik hield het al ongeveer een half uur in. In orde.

102 "Ik ben de Here, Die u geneest." Dat is het enige recept dat zij kenden. En dat werkte erg goed. Geef mij vandaag een dokter die er twee miljoen gezond kan houden gedurende veertig jaar, hij zal zeker een praktijk hebben! Hij zal een goede reputatie hebben. Wel, ik zal u vertellen dat hetzelfde recept dat Mozes gebruikte, open staat voor ieder persoon in de wereld vandaag. Amen. "Een ieder die wil, laat hem komen en drinken van de wateren des levens om niet. Een ieder die wil, laat hem komen." Amen.

103 We beginnen ons nu thuis te voelen. Ik voel me nu religieus! My! Dat is het recept. Dat is datgene wat we vandaag aan de wereld proberen voor te stellen. "Indien gij kunt geloven", zei Jezus, "Ik kan het, als u het kunt."

104 "Here, heb genade met mij", zei de blinde man.

     "Gelooft gij dat Ik dit kan doen?"

     "Ja, Here, wij geloven."

     "Ik kan het, indien gij gelooft dat Ik het kan."

105 Hij raakte hun ogen aan. Dat is wat zij wilden, dat Zijn handen werden opgelegd. Hij zei: "Nu, overeenkomstig uw geloof zal het aan u geschieden." En zij hadden wat zij zeiden te hebben. Hun ogen werden geopend en zij verheerlijkten God. Daar was het.

106 Op een dag zat Hij in een huis te onderwijzen. En het eerste wat er gebeurde, weet u, was dat er overal stof op de grond begon te vallen. Ik kan mij voorstellen dat Hij rondkeek. "Ik vraag Mij af wie daar naar boven klimt." Na een paar minuten begon er iets anders naar beneden te vallen en ze waren bezig het dak van het huis er af te halen. Ze hadden een man daar; ze waren bezig om hem naar boven te brengen om hem voor de Here te krijgen. Nu mag deze knaap die kwam, misschien veel geloof hebben gehad. Ze lieten hem dus zakken. Toen Jezus de man aankeek, wist Hij dat hij had gezondigd en verkeerd gedaan. Maar toen Hij hun geloof bemerkte, geloofde Hij hun geloof. Halleluja! Hij keek de man aan en kende de gedachten van zijn hart; Hij zei:

     "Uw zonden zijn u nu vergeven. Sta op en ga naar huis."

107 Halleluja! Dat is iets wat wij nodig hebben in Chicago en overal vandaag, een openbaring van de kracht van de opstanding van de Here Jezus Christus, dat wij door het spreken van Zijn Woord Leven hebben.

108 Jezus kwam op een dag voorbij de boom, keek naar de boom en zei:

     "Geen vrucht zal aan je groeien. Voortaan zal geen mens meer van je eten."

109 Hij liep verder, niets gebeurde. De volgende dag kwamen ze tegen elven terug. Ze hadden Hem er bij de tempel uit gejaagd, de Farizeeën en Sadduceeën, scheldend en Hem bespottend. Hij liep er langs en Petrus, weet u, die altijd in de buurt aanwezig was, weet u, en overal op lette, keek ernaar en die boom begon te verdorren. Hij zei:

     "Here, kijk daarnaar, die boom die Gij gisteren vervloekte, hij is al verdord."

110 Jezus keerde zich om en zei: "Hebt geloof in God. Want wat... Alles wat gij verlangt, als gij bidt, gelooft dat gij het ontvangt en gij zult het hebben." Is dat waar? "Wanneer gij bidt, gelooft dat gij het ontvangt."

111 Nu, wat gebeurde er met die boom? Jezus... Hoevelen weten dat een boom een levenskiem heeft? Iedereen. Als hij dat niet had, zou hij niet leven. Nu, er was... Let op, waar vandaan stierf de boom? Vanaf de wortels. De Bijbel zei dat hij verdorde vanaf de wortels. Nu, in de wortel was het leven van de boom. Jezus sprak niet tegen de bladeren, evenmin sprak Hij tegen de takken. Hij sprak helemaal niet tegen de wortels, maar Hij sprak tegen het leven. En het leven verliet de boom. De boom bleef staan zonder leven. Hij verdorde. Is dat juist? Nu, zou het soms moeilijker voor Jezus zijn om tegen een kanker te spreken, dan tegen die boom? Is dat waar? Te spreken tegen een tumor, een grauwe staar of enige andere kiem, enig ander leven? Hij zei: "Geen mens zal voortaan van u eten." En de boom begon de volgende dag te verdorren. Hij had helemaal geen leven meer. Als Hij zou zeggen: "Hinder deze man niet meer." En Hij zei: "Wanneer gij zegt; niet Ik, niet wat Ik zeg; wat gij zegt... Geloof dat het zal geschieden en het leven zal eruit weggaan."

112 Wat is een kanker? Wat is een ziekte? We zullen daar gedurende de volgende vijf minuten op ingaan. Wat is een kanker? Wat veroorzaakte die zaak? Laten we een kanker nemen, of iets anders wat u zou willen nemen: tuberculose, longontsteking, wat u maar wilt, enigerlei ziekte. Ziekten zijn kiemen. Laat mij hier snel iets doornemen, daar onze tijd verdergaat. Luister, wist u dat de Bijbel voorspelt dat er in de laatste dagen een bacteriologische oorlog zal zijn? Dat ziekten zullen uitbreken onder de mensen en op iedereen zullen vallen zonder de doop met de Heilige Geest? Maar aan de engel, of aan wie deze plagen was opgedragen, werd de opdracht gegeven niemand aan te raken die het teken had. Wel, hoedanige leraars behoren wij te zijn, broeders, om de gemeente in orde te krijgen om in die conditie te zijn? Immuun. Mijn armen doen pijn omdat de dokters er injectienaalden hebben ingestoken om te proberen mij te vrijwaren van gele koorts, enzovoort. Ik vertelde hun dat ik het niet nodig had. Maar ze wilden niet naar me luisteren. Maar ik wil u vertellen wat God zal gaan doen. God heeft een serum en het wordt de Heilige Geest genoemd. En als dat Serum erin gaat zal het u immuun maken. Halleluja! In de laatste dagen...

113 Ik herinner mij eens dat, tijdens de overstroming van 1937, iedereen zich moest laten inenten tegen tyfus. Ik ontliep de mijne. Ik werkte als lijnwerker, dus ik was buiten en weg. Een man liep naar me toe en zei:

     "Heb jij je injecties al gekregen?"

     Ik zei: "O ja, ik heb mijn injectie gekregen."

     Hij zei: "Je hebt hem al." Hij zei: "Maakte het je ziek?"

     Ik zei: "O nee." Ik zei: "Nee, dat deed het helemaal niet."

     Hij zei: "Wanneer heb je je injectie gekregen?"

     Ik zei: "O, ongeveer drie jaar geleden."

     "Drie jaar?" Hij zei: "Wel, je moet er weer een nemen."

     Ik zei: "Ik krijg er ongeveer ieder uur één."

     Broeder, ik... in orde. Ik liep naar hem toe.

114 Maar kijk, vriend, de tijd komt eraan dat er een kerk moet opstaan. Als we geen geloof kunnen hebben voor goddelijke genezing, hoe zullen we het dan hebben voor de opname? We moeten uitstappen, vriend. We moeten uit deze oude, trage, kerkelijke toestand waarin we zijn, vandaan komen. Stap uit. Steek van wal. Kap de aanlegtouwen door en kom ergens in waar u al uw gevoelens van vrees en twijfel verliest; daar waar alle dingen mogelijk zijn; broeder, net zo vrij als het maar kan. U hebt uw koers naar de hemel gezet en niets kan u daar van afbrengen. U bent die kant opgegaan; dat is alles. Niets kan u deren.

115 Nu, dat is het soort kerk dat er een dezer dagen, overeenkomstig de Bijbel, zal zijn. Terwijl de engel Zijn wraak uitgoot en plagen uitbraken en de mensen zelfs in hun vlees wegrotten waar zij stonden. En de vogelen des hemels kwamen naar beneden en aten van hun schouders en aten het vlees van hoofdkapiteins en grote mannen en presidenten en soldaten en diplomaten en machthebbers en alles. Aten... Maar de engel had de opdracht gekregen: "Nader niet tot iemand die het Zegel van God aan zijn voorhoofd heeft."

116 Er zal een... Een dezer dagen zal goddelijke genezing een grote zaak zijn onder de mensen. Laten we dus in de juiste toestand komen. God wil dat wij...

     U zegt: "Wel, broeder Branham, u zegt 'Laten wij'." Daar wacht God op. God... Wij wachten op de terugkeer van Jezus en Jezus wacht op ons. U zegt: "Wel, wat kunnen wij er aan doen?" De Bijbel zegt dat het uur is aangebroken en Zijn Bruid heeft zichzelf gereed gemaakt (halleluja!), heeft zichzelf gereed gemaakt.

117 Ziekten, kanker, gezwellen, wat zijn het? Laten we als voorbeeld nemen, dat hier een jongedame staat, ze ziet er volmaakt gezond uit; sterk, een gezond uiterlijk. En het is mogelijk dat we na een paar weken beginnen op te merken dat haar gezondheid achteruit gaat. Wel, ze vragen zich af waarom. Misschien gaat ze naar een dokter. En een dokter zal haar nakijken; hij zal zeggen: "Wel." In de eerste plaats behoort hij haar bloed of iets dergelijks te onderzoeken of haar te onderzoeken en ontdekt dan dat er een kanker is. Nu, gedurende achttien of twintig jaar was zij volmaakt gezond. Maar in haar groeit iets anders. Voordat een gezwel groeit, is het een leven. Nu, hier is wat ziekten zijn. Luister goed, sommige nemen geen lichamelijke vorm aan, sommige gaan anders. Precies als de demoon ervan, er is er een van epilepsie, en er zijn er verschillende. Sommige nemen lichamelijke vormen aan.

118 Let nu op, er was een tijd dat u niets was, of nergens, maar er zal nooit meer een tijd zijn of u bent iets of ergens. Als u hier nu even op wilt letten. Toen u pas in deze wereld begon, was u ongeveer ter grootte van... Wel, u was kleiner dan iets wat het menselijk oog kan zien. En dat was een kiem die van de man komt, de vader. De moeder is de broedmachine. Daar komt deze kleine kiem in. En nadat deze kleine kiem zijn plaats heeft ingenomen in de schoot, dan is het eerste wat gebeurt, dat een cel in dit kleine celletje opzwelt en het stulpt een beetje uit, zoals een opgezwollen plekje in een draad.

119 De levenskiem lijkt op een dunne draad, een pluisje, haartje of zoiets, zo nietig; ik heb er naar gekeken door een microscoop bij bevriende doktoren. Maar daarbinnen komt een kliertje uit deze klier en begint op te zwellen. En dan zwelt er daar een bovenop en een andere daar bovenop begint de ruggegraat te vormen. En het groeit door; het laatste is de navelstreng. Let op, als het zich begint te voeden door deze streng... Nu, eerst is het ongeveer zo groot als een druif, dan als een citroen, dan een sinaasappel, dan begint het vorm aan te nemen. En na negen maanden wordt de baby geboren. Het blijft cellen vermenigvuldigen. En het gaat door, als niets het onderbreekt, totdat het een man of een vrouw is van misschien honderdzeventig- of tachtig pond, tweehonderd pond, enzovoort; wat er door de Here is voorbestemd. En daar is die baby in...

120 Laten we nog een keer teruggaan. Laten we cel voor cel teruggaan. De arm gaat terug, het hoofd gaat terug, het lichaam gaat terug, zo doorgaande totdat het één kleine cel is. Daar begon het. Dan vervalt deze cel tot een kiem. Wel, wat is die ene kiem? Die ene kiem is een nietige, kleine, zichtbare cel, de kleinste van alle cellen. Nu, wat is daar achter? Zijn geest, het leven. Het leven is in zichzelf bovennatuurlijk, want het komt uit het bovennatuurlijke en de kosmische elementen, enzovoort, en de petroleums maken dat het lichaam zwelt en zichzelf voortbrengt, uitzet, maar het eerste is een leven.

121 Laten we nu aan een kanker denken. Wat is een kanker dan? Een kanker is een ander leven. Hoevelen weten dat dat waar is? Tumor, grauwe staar, elk van deze dingen of kiemen zijn een ander leven. Nu, hier komt ergens een ander klein leven in u. Meestal komt een kanker voort uit een beschadiging. En alle dingen van het natuurlijke typeren het geestelijke. Zoals bij de natuurlijke geboorte...

122 Ik zie geen mensen die niet oud genoeg zijn om dit te begrijpen, en ik heb een gemengd gezelschap. Dit zou door een dokter verteld kunnen worden en ik ben uw broeder, dus luister. In het leven is het eerste bij een baby, wanneer het een natuurlijke geboorte heeft, het eerste wat komt is water (klopt dat?), bloed, dan geest. Het bewoog al zijn spieren, maar het heeft geen leven totdat het geboren is. Let nu op, ik bedoel ademend leven, u weet wat ik... Nu kijk, zo is het bij de geestelijke geboorte. Het eerste, de dingen die uit Jezus' lichaam kwamen, de elementen die uit Zijn lichaam kwamen, vormen het geestelijke lichaam. Wat kwam er uit Hem, toen Jezus stierf, wat kwam er uit Zijn lichaam? Water, Bloed en Geest. Is dat waar? Nu, dat zijn de dingen die de bovennatuurlijke geboorte bewerken. Wanneer een mens is wedergeboren moet hij door drie elementen gaan: water, Bloed, Geest: rechtvaardiging door geloof, gelovend in de Heer; heiliging, dat leven wordt gereinigd; en de doop met de Heilige Geest. Niet drie werken van genade, één genade...

123 Let op, rechtvaardiging door geloof; heiliging door het Bloed; en de doop met de Heilige Geest. Bij de geboorte van een baby: water, bloed en geest. Wanneer een baby wordt geboren, een pasgeboren baby in de hemel, dan komt hij door water, Bloed en Geest. Het natuurlijke typeert het geestelijke. Ieder ding op de aarde. Dat was mijn eerste Bijbel, om de natuur gade te slaan. Als u de natuur typeert met God, zult u ontdekken dat u hetzelfde krijgt.

124 Let hier op. We zien nu waar u vandaan komt. Uw vader en moeder trouwden door een heilige vereniging; beloofden God dat zij tezamen zouden leven, enzovoort, en door het heilig huwelijk... En door de eierstok worden kinderen voortgebracht: "Ga heen en vermenigvuldig u en vervul de aarde", was Gods plan, en daar komt u vandaan. Maar nu komt er, terwijl u opgroeit een ander leven in u, genaamd kanker. Nu, waar komt het vandaan? Het was daar niet in het begin, maar nu is het daar. Wat gebeurde er? Een kanker in de natuurlijke omstandigheden zou een aaseter zijn, een buizerd, die dode dingen eet. Een kanker ontstaat door een kwetsuur. Het komt gewoonlijk door een gekneusde cel. De cel is beschadigd. Kapot gegaan. Anders gezegd, de cel is teruggevallen. Er kan iets in zijn gebeurd waardoor het onvoldoende bloed krijgt toegediend. En door middel daarvan plaatst Satan, de auteur van de dood - terwijl God de Auteur van het leven is - Satan, de auteur van de dood, plaatst daar binnen een demoon, genaamd een duivel, demoon, die kanker wordt genoemd.

125 Kanker is niet zijn naam. De medische wetenschap gaf het slechts de naam van kanker. Het woord kanker komt van het woord krab. Het betekent iets met poten en dergelijke, die zich uitspreiden. Zoals andere ziekten die zij medische namen geven. Dan komt die kleine kanker daar binnen; eerst is het een geest. Dan gaat het in een teruggevallen cel, of een gekneusde cel, of een cel die niet goed functioneert.

126 O, ik zou nu graag, als ik de tijd had, gedurende vijf minuten het Evangelie willen prediken. Dat gebeurt er in de kerk! Wanneer hij het gedaan krijgt dat iemand faalt om in de kerk te functioneren, iemand faalt en trekt zich terug en wordt onverschillig, dan is dat een kanker in de gemeente. Het is een duivel in die persoon. Dat is waar. En dat veroorzaakt dat de hele kerk er ziek van wordt. Het beste om te doen is een geestelijke operatie.

127 Maar wat dit betreft, deze kleine cel valt terug en de kanker komt er in. De kanker; dan ligt het daar. Eerst is het een geest. Dan vormt het een heel klein celletje van zichzelf. En eerst wordt dit celletje... ik kan er de moeilijke woorden niet voor noemen, maar in het eerste stadium van leven is de kanker pijnloos. Niemand weet dat het gebeurt. Nu is deze kleine cel geboren en het moet zich voeden. Om zich te kunnen voeden moet het zich voeden met uw bloedstroom. Precies zoals u zich voedde met de bloedstroom toen u in de moederschoot was. U voedde zich met de stof die zij at, enzovoort. Zo voedt deze kanker zich met de stof van uw lichaam. Het is één kleine cel. Dan groeit het; het begint zich te voeden. Een andere cel breekt uit; een andere cel breekt uit; een volgende cel breekt uit, en na verloop van tijd cel na cel, cel na cel; tumor, grauwe staar, wat het ook mag zijn; het groeit groter, groter, groter, groter, breder, spreidt zich uit, meer cellen, meer cellen.

128 Het eerste, weet u, wat gebeurt is dat het zoveel bloed opzuigt dat deze jongedame zich ziek begint te voelen. Ziet u wat het is? Het is ook vergif; het is dood. Het gaat in iedere kleine vezel van het lichaam waar het maar kan; gaat door in de weefsels, spreidt zijn armen uit, stoelt zich uit als de wortels van een boom; gaat helemaal in het rond, wikkelt zich om de ingewanden heen, omhoog langs de ruggegraat. De dokter komt erbij, opent het: er kan niets aan worden gedaan. De man zegt naar het beste van zijn kennis alles wat hij weet. Dat is het dan. Naait de patiënt weer dicht; het is beëindigd. Dat is alles. Er kan niets worden gedaan. Je kunt de patiënt niet helemaal uit elkaar halen. We zouden het toch niet allemaal kunnen vinden. Dat is het dan. De patiënt is hopeloos, hulpeloos en dan verloren, voor zover het de dokter betreft.

129 Nu hier is goddelijke genezing. O, mijn tijd is voorbij. Nu, wacht een ogenblik. Ik had dat niet behoren te zeggen. Let op, laat dit nu heel goed inzinken. Hier komt een patiënt aan. Zij komen naderbij, hier staat de genezer zoals wij dat in onze termen noemen, want ik neem aan dat wij hier allen christenen zijn deze middag. Hier staat degene die bijvoorbeeld de prediker is, de genezer, de profeet of wat het mag zijn. Hier staat hij. Het is een gewone man, maar hier komt de Heilige Geest naar beneden en zalft deze persoon. Dan is hij niet zichzelf, hij heeft een geheim in zijn eigen hart dat slechts hij en God weten. Hij onderwerpt zichzelf aan de Geest. Zoals een prediker die naar de preekstoel gaat zichzelf onderwerpt. Hij heeft een tekst helemaal uitgeschreven: "O, hier ga ik over prediken." Maar het eerste wat hij ontdekt is dat het niet werkt. Een echte, met de Geest vervulde prediker zal iedere keer de Geest volgen. Als hij die oude droge preek probeert, zal hij veroorzaken dat zijn samenkomst in slaap valt. Maar als hij voorwaarts gaat en de Geest volgt, zal God hem daarmee regelrecht in diepe wateren leiden. U weet dat dit waar is. God probeert een boodschap naar voren te brengen.

130 Wel, hier staat nu de man met genezing. Hij is gezalfd. Het eerste, weet u, is dat een patiënt naar voren komt. Echt geloof, hier staat de man, gezalfd. Wanneer de patiënt begint naar voren te lopen - de gezalfde man, niet de man nu, hij is slechts menselijk, maar de Geest Die op hem is... Jezus zei:

     "Niet Ik, maar Mijn Vader Die in Mij woont."

     Hier komt de patiënt aanlopen. De genezer staat er. Hij let op de patiënt terwijl hij er aankomt. Zijn hart moet naar de patiënt uitgaan. Hij moet de patiënt liefhebben. Hij moet gewillig zijn om alles te doen om ervoor te zorgen dat de patiënt gezond wordt. Zijn hele menselijke ziel moet in goddelijke liefde naar die patiënt uitgaan, omdat hij weet dat hij in de plaats van de Here Jezus Christus staat. En hij weet dat hij op de dag van het oordeel rekenschap zal moeten afleggen voor ieder woord. U moet zich bewust zijn van wat u doet.

131 De patiënt komt naderbij. Het eerste wat gebeurt, weet u, is dat die kanker in die patiënt zich begint te roeren. Wat is er aan de hand? Het herkent - niet die man - het herkent die Geest op de man. Ik maakte het mee dat zij moesten komen in dwangbuizen en zij riepen en schreeuwden; ze wisten niet eens hun eigen naam, maar ze zeiden: "William Branham, jij hebt niets met mij te maken."

     En de mensen zeiden: "Wat, zij weten niet eens hun eigen naam!"

132 Dat waren zíj niet. Het was die duivel die hen zodanig onder controle had, dat hij wist wat het was. "Jij hebt niets met mij te maken!"

133 Nu, hier komen zij naar voren, daar ziet u uw patiënt. Hij komt dichterbij. Wat ga je doen? Je bent hulpeloos. Je keert je naar het gehoor. Hier komt een kritische geest aan; een komt hier vandaan; een komt hier vandaan. Je bent gezalfd; je kunt het voelen. Het is net of het "ffft, ffft, ffft" gaat. [Broeder Branham maakt een blazend geluid] Je kunt dat voelen. Dan kun je voelen en weten dat deze geest hier... Als je op je zalving acht geeft, gevoel hebt voor de Heilige Geest, zal je hier een andere horen roepen. Het is deze hier die naar die andere om hulp roept, om te proberen een ongeloof onder de mensen te creëren, met alles wat hij kan. Hier zit een oude, door de duivel bezeten persoon, die zegt: "Nu kijk, hij leest gewoon hun gedachten." Als hij diezelfde geest op degene naast hem kan krijgen, degene daar naast, degene daar naast, dan bouwen ze een ketting op. Ziet u? Jezus nam Petrus, Jakobus en Johannes mee, Hij zette de ongelovigen buiten.

134 Toen Jezus uitging om een blinde man te genezen, stonden zij daar omheen en bekritiseerden; Hij nam hem bij de hand, leidde hem de stad uit. Toen Petrus naar binnen ging om Dorcas op te wekken, waren ze allemaal aan het roepen en schreeuwen en tekeer gaan. Hij stuurde ze allemaal weg. Dat is waar. Kom tot jezelf.

135 Hier is de patiënt, maar je staat hier zowat als een publieke show. O, wat zal er plaats vinden? Wat zal de beslissing zijn van deze vrouw die hier staat? Ik zie u... Dan is het volgende wat gebeurt, weet u, dat de Geest begint te zalven. Ze komt met goed geloof; komt, gelovend met haar hele hart. Hier staat u op dezelfde wijze. Hier zijn dan deze demonische krachten aan het werk, daar overal in het rond, proberend samenwerking te krijgen waar het maar mogelijk is. Dat is de reden dat u mij soms hoort zeggen: "Deze vrouw hier heeft deze bepaalde dingen. Die vrouw daar heeft hetzelfde. Diegene daar heeft hetzelfde. Diegene daar..." Het is iedere keer de waarheid. Klopt dat? Wat is het? Het is dat kanaal daar, die demonen die schreeuwen. Wel, in een visioen kunt u als het ware een donkere streep zien. Dat is juist. En dat geeft ons een trek. Je kunt het voelen. Ik weet niet hoe ik het u moet vertellen, hoe je het doet, maar je doet het.

136 Nu, de kwestie is: je probeert de patiënt te helpen. Nu, hier is de patiënt. Wat ga je doen? Ik zou zeggen: "O my. Here, U zei dat 'Als u oprecht zult zijn en de mensen ertoe krijgt u te geloven, dan, wanneer u bidt, zal niets voor uw gebed kunnen standhouden'."

     Ik zei: "Here, zij zullen mij niet geloven."

     Hij zei: "Er zullen twee gaven aan u worden gegeven zoals aan Mozes en u zult deze dingen uitvoeren. En hierdoor zullen zij geloven."

137 Het eerste wat... Het voornaamste is niet... Dat heeft niets te maken met de genezing van de mensen. Hij vertelde mij dat ik in deze wereld werd geboren om voor de zieken te bidden en als ik de mensen ertoe kon krijgen mij te geloven en oprecht zou zijn wanneer ik bad, dat niets zou standhouden voor het gebed. Dat vertelde Hij mij. En het is de waarheid. Dat is juist. Het is geen... Ziet u, dit is niet de genezing. Dit is slechts om geloof te vermeerderen, om in genezing te geloven.

138 Daar staat de patiënt. Ik vraag mij af wat ik moet doen. Ik voel mijzelf wegdraaien en weggaan. Het lijkt erop of iets bij je vandaan gaat. Er is een gevecht aan de gang. Hier staat de Heilige Geest die Zijn grond hier vasthoudt. Gods Woord is waar. Daar zitten mannen en vrouwen die gezalfd zijn met de duivel, die zeggen:

     "Het is hypnose; het is psychologie. Het is allemaal dit of dat. Het is verkeerd, het is verkeerd."

139 Zij proberen de rest van de menigte te zalven. En hier is de Heilige Geest die probeert hen te laten geloven. Zij die in eenheid vergaderd zijn. Dat is juist. Samen vergaderd zijn, samen verbonden...

140 Wanneer ik dan kan voelen dat die geest op de mensen een greep krijgt, staat er iets op het punt te gebeuren. Ik kijk rond, ik denk: "Nu Heilige Geest, U vertelde mij dat ik de geheimen van hun hart zou kennen. En daardoor zouden zij mij geloven." Ik zeg: "Nu Here, laat mij in mijn hart weten wat deze vrouw heeft gedaan, of wat er verkeerd is met haar." En het eerste wat er gebeurt, weet u, is dat ik in een andere wereld doorbreek. En ik hoor mijn stem, toch weet ik niet dat ik spreek. Toch praat ik tegen deze vrouw en vertel haar wat zij heeft gedaan. Zij was in de spreekkamer van een dokter; zij deed een bepaald iets. Hij zei dat zij kanker had. Toen ze dit bepaalde ding deed... En waar zij bij... Ik zie haar een huis uitkomen; ik kijk omhoog en zie het huisnummer. Ik kijk naar een straat en misschien herken ik de stad, of zie een bord of iets. Zij hield iets in haar hand. Of waar zij neerknielt om te bidden of iets dergelijks. Dan, weet u, is het eerste wat er gebeurt, dat het bij mij wegtrekt. En als dat gebeurt, zegt ik: "Gelooft u? Is dat waar, zuster?"

     "Dat is de waarheid. Dat is volkomen de waarheid."

141 Dan kijk ik om en voel dat die strijd nog steeds aan de gang is. Wat moet ik dan doen? Ik weet het niet. Ik zeg: "Wel, heb geloof in God." Ik bid en laat hen verder gaan. Negen van de tien keer klopt dat leven daar nog precies zo. Maar hier komt een andere, net zoals zij, hetzelfde wordt gedaan. Zodra zij daar loopt, wordt het aan haar geopenbaard. Broeder, er gebeurt iets binnenin haar. Wat gebeurt er? Wanneer ik voel dat de geest in orde is, zeg ik:

     "Satan, kom uit van haar in de Naam van de Here Jezus Christus!"

142 Dezelfde God Die sprak en het leven uit die boom haalde, is dezelfde Heilige Geest Die spreekt, Die het leven uit die kanker haalt die die vrouw verteert... Klopt dat?

143 Zij haast zich naar beneden en gaat naar huis, vertelt de mensen: "O, God genas mij!"

     Haar man zegt: "Nou, nou, je bent helemaal overspannen."

144 Zij gaat het aan haar eigengereide voorganger vertellen: "Ach, de dagen van wonderen zijn voorbij. Ga het maar aan uw dokter vragen."

     De dokter zegt: "Wel, het gezwel zit daar nog steeds. Geloof die heilige roller niet."

145 Zeker, de boom stond er nog steeds. Maar het leven was eruit. Halleluja! Laat haar doorgaan met zeggen: "Ja, ik geloof het. Het kan me niet schelen hoe vaak mijn man 'nee' zegt, al is daar een gezwel van zo'n grootte, dan nog - iets in mijn hart vertelde mij dat ik genezen ben."

146 Soms zal er een visioen doorbreken; ik zie haar jaren later. Ik zal zeggen: "ZO SPREEKT DE HERE." Broeder, let daar dan op. Het is al geschied. "ZO SPREEKT DE HERE, u bent genezen in de Naam van de Here Jezus Christus. U zult gezond worden." Er zijn niet genoeg duivels uit de hel die het dan kunnen breken. Dat is juist. Die vrouw zal naar huis gaan. Zij zal zich gedurende enkele dagen goed voelen; het leven is eruit gegaan. Maar de kanker is er nog steeds. Zij zal zich enkele dagen goed voelen en zij zal doorgaan met zich te verheugen; en het eerste, weet u, dat bederf dat... (Het verdorren begon bij de wortel). Wat was het? Die hele kleine kiem die daar eerst inging, die de kanker veroorzaakte, dat leven is eruit gegaan. Duivelen uitwerpen. Halleluja! Die duivel is weg. En wanneer hij weg is, gelooft de gelovige het. En het was niet mijn geloof; het was de werking van de Heilige Geest door mij heen dat haar geloof gaf. Haar eigen geloof is het wat haar gezond maakte. Dan is zij genezen. Daar gaat zij op door. En ongeacht hoe ziek zij wordt, zij gelooft nog steeds dat er niets is wat haar kan veranderen. Zij is standvastig; zij gelooft het met haar hele hart.

147 Zij moet wel ziek worden. Dat oude ding begint te zwellen. Het eerste, weet u, is dat het slechter gaat; zij wordt ziek. Ze krijgt koorts; ze gaat achteruit. Zeker, het sterft af, het rot weg. De patiënt wordt gezond. Soms wordt er een wonder verricht; het verdwijnt gewoon. Maar wat is het? Uitwerpen van duivelen.

148 Jezus zei: "Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, niet slechts deze boom, maar indien gij tot deze berg zegt: 'Word opgeheven' en u twijfelt niet in uw hart, maar gelooft dat wat gij zegt zal komen te geschieden..." O glorie! O my. Ik houd van deze middagsamenkomsten, wanneer wij tezamen komen zoals op deze manier. Jazeker. Jazeker. O, "In Mijn Naam zullen zij duivelen uitwerpen." Halleluja! Dat is wat Hij zei. Dat geloof ik! Dat is ZO SPREEKT DE HERE. "In Mijn Naam zullen zij duivelen uitwerpen, en zij zullen hun handen op de zieken leggen, zij zullen herstellen." Daar is een duivel ten toon gesteld. Uw kanker met een mooi naampje, genaamd kanker; hij is een duivel. Die oude koorts die u lastig valt. Het is een duivel. Ja, inderdaad.

149 Een hele tijd geleden, ten tijde van het drankverbod, hadden zij de oude whiskykruik, genaamd "John Barleycorn", met een grote, brede, oude strohoed erop en met grote vreemd uitziende ogen. En hij zag er afschuwelijk uit. Weet u wat zij deden? Ze schaften de oude John Barleycorn af en ze deden hem in kleine blikjes, in bekertjes. De mensen zetten ze allemaal in hun koelkast, mooi opgedist, voor de gezelligheid. Maar broeder, in de grond van de zaak is het nog steeds dezelfde oude, vervloekte, verrotte sterke drank die het in de eerste plaats was. Hij is nog steeds dezelfde. Of hij in blikjes is of waar hij ook in is, het is nog steeds dezelfde oude duivel. En u mag hem, in deze andere medische wereld, u mag het kanker noemen, u mag het tumor noemen, grauwe staar of darmzweer of wat u ook maar wilt. Maar het is nog steeds dezelfde oude duivel waar Jezus tegen zei: "Kom uit van die man." Halleluja. "Ik ben de Here, uw God, Die al uw ongerechtigheid vergeeft, Die al uw ziekten geneest." Gelooft u het?

150 Onze hemelse Vader, wij danken U deze middag voor het samenzijn. Het Woord is nogal verbrokkeld, Here, maar moge de Heilige Geest het op de een of andere wijze rechttrekken en het aan ieder hart uitdelen. Mogen deze mensen, wanneer zij vanavond naar deze samenkomst komen, mogen zij met zo'n vastbeslotenheid komen, dat niets hen ooit meer zal hinderen. Moge geloof in hun harten druppelen, totdat de duivels van de hel hen op geen enkele wijze kunnen schudden. En moge dit een tijd van opwekking zijn, die zich onder de mensen beweegt. Here, mogen de lammen lopen; de blinden zien; de kankers worden genezen; duivelen worden uitgeworpen. Moge deze week een zodanige opwekking voortbrengen, dat Chicago het zich lang zal herinneren. En maak deze samenkomst zo zoutend.

     U zei: "Gij zijt het zout der aarde. Maar als het zout alleen een uiterlijk heeft en geen kracht, dan is het voortaan voor niets meer nuttig dan om te worden uitgelachen."

151 En Vader, wij bidden dat iedere Christen zijn post van plicht zal innemen, door naar de telefoon te gaan en anderen op te bellen. Om alles te doen wat hij kan. Het land in te trekken en hen uit de heggen en steggen en hoofdwegen en bijwegen te halen. De lammen, kreupelen, blinden; hetgeen de laatste oproep was, wat Jezus zei dat er zou zijn voor de komst, de grote maaltijd. Sta het toe, Vader, en wij zullen U prijzen in de eeuwigheid, wanneer de strijd helemaal voorbij is, de hete zon niet meer schijnt en wij in de schaduw kunnen zitten van de altijd groene bomen om daar te rusten als de oude attributen van de oorlog op een hoop zijn gegooid. De laatste prediking is gepredikt; de duivel is verslagen en vastgeketend en naar de hel gestuurd. Alle demonen zijn gebonden (halleluja!), geen kanker meer, geen ziekten meer. Alles is eruit gegooid en Christus is Koning en God is terug en de heiligen leven en regeren met Hem voor immer. Moge, tot dan, de Heilige Geest de gemeente leiden en zegen ons in Jezus' Naam. Amen.

152 God zegene u, en ik zal u vanavond ontmoeten.