Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
audioE-BookPrint
AudioAudio
mp3 Download mp3mp3 is een populaire audioformaat dat op vrijwel alle mediaspelers te beluisteren is. meer info...
m4b Download m4bM4B is een Audiobook formaat voor Apple apparatuur (iPod, iPhone etc...) Uw plek wordt bewaard e.d. meer info...
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...

Wat is er voor nodig om een Christen-leven te leiden?

Door William Marrion Branham

1 [Broeder Jozef Boze zegt "William Branham".]

     "Dank u, broeder Jozef."

     "Goed om u te zien."

     Goed om hier vanmorgen te zijn. En gemeenschap is iets dat moeilijk te verklaren is, is het niet?

     Ik vertelde mijn vrouw dat ik oud aan het worden ben toen ik... Jozef belde mij onlangs op en wij spraken met elkaar. Ik zei: "Zeg Jozef, ik ben zondagmorgen vlakbij de stad, ik wil je komen bezoeken."

     "O," zei hij, "niets zou ons aangenamer zijn."

2 Ik dacht dat ik te Gary was... en ik was honderdvijfentwintig mijl vanaf South Bend. Ik reed door een verblindende sneeuwstorm vanmorgen, na een samenkomst daar gisteravond om een kerk in te wijden. En een goede vriend, meneer Tom uit Canada, en wijzelf reden vanmorgen zig-zag over de wegen hierheen in een verblindende sneeuwstorm om onze belofte aan broeder Jozef, een zeer fijne vriend, te houden.

3 Deze Zweden, ik weet het niet. Ik zou het nooit geweten hebben als niet onlangs mijn boezemvrienden hier, Gene en Leo, het mij verteld hadden. Ik werd verondersteld in Minneapolis te zijn vanaf 10 februari tot en met de 17e. Ik hoorde er nooit een woord over. En ik ging erheen... de samenkomst was in voorbereiding, om bij zuster Coe te zijn, dat is de weduwe van broeder Jack. Zij... hij is juist heengegaan naar de Here, en zij is in een zeer dringende nood, en ik zei: "Nu zuster Coe, ik zal het u binnen een paar dagen laten weten. Ik zal erover bidden." En hier komt een boodschap binnen van deze jongens, dat ik op het radiostation werd aangekondigd, in een uitzending over het hele land, dat ik hier zou zijn van de 10e tot en met de 17e. Ik had er nog nooit van gehoord, zie? Dus moest ik gaan omdat... Ik moest zuster Coe gewoon vertellen: "Ik kan niet gaan."

4 Deze Zweden... Gordan Peterson. Dus geloof ik dat ik het moet doen, omdat ik... sommige mensen. Niet hij, deze keer, hij heeft gewoon... het heeft zelfs geen betrekking op hem. Dus is het gewoon... zij adverteren dat je op zekere plaatsen zult zijn en ik weet er niets van. En als ik dan andere samenkomsten heb opgezet, moet ik mijn woord aan de mensen houden, en zo is het gebeurd. Dus als iemand ooit zegt: "Broeder Branham houdt zijn woord niet", herinnert u dan slechts, dat er van dit soort vergissingen zijn en... ik heb geen grote uitzendingen, radio, televisie en dergelijke. Als het zo was, zou ik niet naar kleine samenkomsten kunnen gaan. Denkt u dat Oral Roberts naar een kleine samenkomst zou kunnen komen? Zeker niet!

5 Ik was onlangs in Parkersburg, West Virginia en ik hoorde een man een bewering doen en zeggen: "Hier zijn wij met weinig mensen, vijftienhonderd hier in de kleine tempel." En hij zei: "Wij vroegen een zekere prediker of hij wilde komen: 'Te klein, ik kan het niet doen.'" Dus hij vroeg een ander: 'Te klein, ik kan het niet doen.' Hij vroeg drie of vier van hen, van de grote predikers die vandaag op het veld zijn. "We kunnen het niet doen, u bent te klein." En hij zei: "Broeder Branham, kom." Alsof hij voor mij een grote eer was. En ik kwam naar het podium en zei: "Nu, even een ogenblik. Ik hoorde de herder daar die bewering doen. Nu, deze mannen zouden komen als zij konden, maar ziet u, zij hebben zelf zulke verplichtingen, financieel, dat zij het niet kunnen doen."

6 Hoeveel duizenden dollars per dag denkt u dat Oral Roberts moet hebben? Hoe kan hij naar een gemeente gaan om er vier of vijf dagen te blijven als hij een liefde-offer van een driehonderd dollar krijgt, terwijl hij er zes- á zevenduizend per dag nodig heeft? Hij kan het niet doen. Niet omdat hij het niet wil, maar hij kàn het niet doen!

7 Maar weet u, ik zelf, wel, ik heb dat niet. Ik heb niets nodig. Wat ik nodig heb, in het weinige dat ik moet hebben, daar voorziet de Here in. Dus heb ik geen enkele verplichting, en kan ik gewoon zo maar gaan. Als Hij wil dat ik naar een kleine plaats hier ga, die er tien in de samenkomst heeft, in orde. Als Hij wil dat ik een week of tien dagen blijf, kan ik blijven. Als Hij wil dat ik naar Afrika ga en predik voor drie- of vierhonderdduizend, wel Hij heeft het geld, dus zendt Hij mij gewoon. Ik heb geen enkele verplichting. En als Hij wil dat ik ga, zorgt hij daar altijd voor. Dus dat is de wijze waarop ik graag wil leven, gewoon vrij.

8 Ik ga naar een tabernakel, te beginnen morgenavond... Morgenavond ga ik naar een tabernakel, die als zij helemaal vol is, zestig personen bevat, voor een samenkomst van twee avonden. Zo is het. Sturgis, Michigan. Als zij helemaal vol is, bevat zij zestig mensen. Wel, ik ben net zo gelukkig daarheen te gaan als ik was in Bombay, India, met haar vijfhonderdduizend. Het hangt er alleen maar van af wat de Here wil dat je zult doen, zie? Nu, ik houd daarvan. Bid voor mij.

9 Nu, we hadden een sneeuwstorm en ik moest de hele weg terugrijden om daar vanmiddag aan te komen. Maar op de een of andere wijze stond mijn vrouw vanmorgen op... ze had een wat zwak geloof. Ze zei: "Ik geloof dat je gewoon Jozef moet opbellen en vertellen dat je een fout maakte."

     Ik zei: "Maar dat is niet wat ik beloofde."

     Ze zei: "Billy, denk je dat Chicago... wel, het is drie graden boven nul! Denk je dat de mensen komen?"

     "Wel, ik moet er wel komen omdat ik het beloofde, ziet u? Ik beloofde het Jozef en ik wil het doen."

10 Nu, voordat wij Zijn Woord openen voor een kleine evangelistische boodschap vanmorgen, zo de Here wil, en dan zullen we u laten gaan... U gaat naar huis en gebruikt uw diner. Wij zullen dan op de terugweg zijn. Wilt u voor ons bidden? (Het gehoor antwoordt: "Ja."). Doe dat. Ik ben zo dankbaar dit fijne gehoor te zien.

11 Nu even een woord tot de Auteur van het Boek: Onze Hemelse Vader, wij danken U vandaag voor de Here Jezus, die hier op aarde kwam uit de hemel en vlees werd gemaakt en onder ons woonde, het Woord van God gemanifesteerd. En door dit te doen, verzoende Hij God en mens met elkaar, die gedurende enige tijd vanwege de zonde en overtreding gescheiden waren geweest. Maar nu vandaag zijn wij zonen en dochters van God door Zijn verschijning. Het is nog niet openbaar wat wij uiteindelijk zullen zijn, maar wij weten dat wij er uit zullen zien gelijk Hij, want wij zullen een lichaam hebben als Zijn eigen heerlijk lichaam. Wij zullen Hem zien zoals Hij is. Wij zullen leven in een wereld zonder sneeuw en zonder moeiten en zonder hartzeer en zonder smart. En daar wij nu uitzien naar die tijd, Uw kostbare beloften uit de Bijbel halend, bidden wij dat de Heilige Geest nu zal komen en het Woord van God zal nemen om het tot elk hart te bezorgen, naardat wij behoefte hebben. Want wij vragen het in Christus' Naam. Amen.

12 In Ezechiël... en ik heb wat geschetst en hier opgeschreven, waarover ik iets zou willen zeggen, net vóór het lezen van de Schrift. Het spijt mij dat ik er niet aan dacht. Ik zag het toevallig op mijn bladwijzer.

13 Nu, na volgende week Sturgis, Michigan, te hebben verlaten, ben ik bij de Baptisten in Lima, Ohio in de Gemeentelijke Gehoorzaal. Ik ga dan naar Minneapolis vanaf de 10e februari tot en met de 17e, Mr.Peterson. De volgende zondag ben ik bij broeder Moore, één avond te Shreveport en de 10e februari... de 26e februari tot de 10e maart ben ik in Madison Square Gardens te Phoenix, Arizona. En op de 17e maart zal ik bij broeder Ezpinoza in de San Fernando Vallei beginnen. En op de 19e zal ik beginnen bij de Philadelphia Gemeente in de Burgerzaal. Dat is de grote gehoorzaal in Oakland, Californië. We komen terug en vanaf die tijd ben ik ongeveer in zes verschillende grote steden van Canada.

     In juni ben ik van plan, zo de Here wil, dit is na de... het eerst is de Philadelphia-samenkomst en de samenkomst van de Internationale Broederschap, eveneens in Indianapolis. Broeder Jozef weet ervan. En vandaar ga ik naar boven, ik hoop dat ik David Du Plessis in Afrika ontmoeten kan, en naar Afrika kan gaan en daar kan blijven tot deze komende herfst. Als dat niet verwezenlijkt kan worden, zal ik in juli bij de Christen Zakenlieden zijn met broeder Carlson, die mij dat juist gevraagd had. Ik vertelde hem dat ik het nog niet wist, omdat ik hier natuurlijk tussen twee meningen zit. Ik weet niet welke weg ik vandaar moet nemen, de Here vragend voor de grote conventie hier in Chicago deze komende juli. Dus bid voor ons.

14 In het 36e hoofdstuk van Ezechiël en te beginnen bij het 26e vers lezen wij dit:

     Ook zal Ik u een nieuw hart geven en een nieuwe geest zal Ik in het binnenste van u plaatsen en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen en Ik zal u een vlesen hart geven.

     En Ik zal Mijn Geest geven in het binnenste van u en Ik zal maken dat gij in Mijn inzettingen zult wandelen en Mijn rechten zult bewaren en doen.

     En Ik zal... (Dit hier is het gedeelte waarvan ik wil dat u het zult vatten:) En gij zult wonen in het land en Ik zal u uw eerstelingen geven.

     Nu, ik wil dat de Here Jezus, als Hij het wil, ons Zijn zegeningen geeft op het lezen van Zijn gezegende Woord.

15 Nu, we gaan vanmorgen spreken over wat de reden is... en broeder David, ik wil dat u speciaal voor mij hierover bidt, en de rest van U, waarover ik ga spreken:

     Wat is er voor nodig om een Christelijk leven te leiden?

     Wat vormt het Christelijk leven?

16 Nu, er zijn veel dingen die wij niet weten. Het is niet laten... we zijn niet... veel dingen weten wij niet. Er zijn veel dingen die God ons laat weten. En nu, met de dingen die wij weten, willen wij gemeenschap hebben met elkaar en rondom het Woord van God om deze dingen te ontdekken. Nu, ik bid dat God Zijn zegeningen op ons zal zenden, als wij in Zijn Woord dienen, terwijl u het allen gedenkt en bidt.

17 Nu, om te beginnen is er altijd iets met de gemeente geweest dat niet helemaal juist is. Natuurlijk beseffen wij dat het de duivel is. Broeder Carlson en ik spraken erover... daarboven in de kamer net een paar ogenblikken geleden, in de studeerkamer van de herder. Het lijkt alsof er ergens een tekort geweest is onder de mensen. Ik heb mijn ideeën en we hebben op deze brug gebeukt en op deze muren geslagen zo hard als wij konden, maar toch zijn wij in dit alles zonder succes gebleven om de muren van tegenstand af te breken. Toch ben ik zo blij dat wij er in ieder geval een paar bomkraters in hebben gekregen en dat op zekere dag deze grote muur van onverschilligheid onder de mensen zal vallen en Gods grote verenigde leger in één groot front zal opmarcheren, met één grote banier van de Here Jezus Christus. Dat is mijn oprechte hoop.

18 Nu, als de gemeente van de levende God, die de pilaar der waarheid is... God bedoelde dat deze gemeente een krachtige gemeente zou zijn, een heerlijke gemeente, een gemeente waar de hele wereld op zou kunnen zien als de Bruid van Christus, in goede verwachting en verloofd; en te leven in zo'n atmosfeer en zich te gedragen op zo'n wijze dat God trots zou zijn op deze gemeente om haar aan Christus voor te stellen bij de komst van de Here. Zij moet leven met die kenmerken van de gemeente en zij behoorde op die wijze te leven.

19 Maar wij ontdekken dat mensen zich vele malen met goede bedoelingen als Christenen proberen voor te doen. Zij proberen te... zeggen: "Wel, ik ben zo, maar ik moet op deze wijze leven."

20 Nu, als de gemeente er alleen maar niet op die wijze naar zou kunnen kijken. Maar het Christendom en de gemeente... God bedoelde nooit dat de Christenheid geregeerd zou worden door denominaties, noch door geloofsbelijdenissen, of Hij... Als God alleen maar toestond of bedoelde dat de gemeente geregeerd zou worden en haar gang zou gaan door geloofsbelijdenissen en denominaties en intellectuelen, dan hebben wij de Heilige Geest in de gemeente niet nodig. Onze gemeente zou dan moeten... haar succes zou dan grotendeels te danken zijn aan het verstand van de besten van ons. Dat zou dan zijn wat onze gemeente zou hebben... Hoe betere intellectuelen we in onze gemeente zouden hebben, hoe welvarender onze gemeente zou zijn.

21 Maar in het Woord vind ik dat God niet bedoelde dat de gemeente geregeerd zou worden door verstand of door enige theologie van mensen, maar de Heilige Geest werd aan de gemeente gegeven om het Lichaam van Christus te regeren en te controleren. En ik geloof door dat te doen, met dat in gedachten en in Gods programma, zullen wij nooit succesvol zijn, ongeacht hoe goed onze bedoelingen zijn, totdat wij terugkomen in het centrum van Gods programma, waar de Heilige Geest...

22 Nu, wij beseffen dat dit niet iets nieuws is om over te prediken. Het is iets waar al dikwijls over gepredikt is, maar de wijze waarop wij het benaderen en de wijze waarop wij het nemen... Wij nemen het, terwijl we nog steeds geloven dat het om een gemeente gaat die bestuurd wordt door de Heilige Geest, maar toch vermengen wij ons verstand ermee en dan krijgen wij een opeenhoping van zowel de Heilige Geest als het verstand. En als de Heilige Geest iets wenst te doen en iets vernedert of iets verhoogt, veroorzaakt het kleingeestige jaloersheid onder de mensen; wat bewijst dat zij de Heilige Geest niet hebben! Ieder zou op zijn eigen plaats moeten willen zijn.

23 Nu, hierin hebben de mensen een reden, omdat zij zoveel denominationeels hebben gezien en zoveel verschillende dictators, als het ware, geestelijke dictators in de gemeente om zus en zo te zeggen. Maar de Heilige Geest heeft ieder in het Lichaam van Christus geplaatst en wij zijn hulpeloos om te manoeuvreren als we niet elk lid van ons lichaam hebben. Wij moeten hebben: mijn handen, mijn armen, mijn mond, mijn ogen, mijn... alles wat in mij is moet werken om mijn lichaam volmaakt te laten functioneren. En dan, als God wilde dat Zijn Lichaam, de Gemeente, geregeerd moet worden door Zijn Geest, moet er de een of andere wijze zijn of enig programma dat wij hebben, om er verder in te gaan dan wat we al hebben gehad.

24 Nu, de Bijbel zei hier, waar Ezechiël spreekt. En Ezechiël was een profeet, en hij zegt:

     Een nieuw hart zal Ik u geven...

     Ik houd ervan dat God altijd spreekt van iets nieuws dat Hij zal gaan doen. Hij zei nu niet dat dit betekent dat Hij alleen maar de oude toestand oplapt, maar:

     Een nieuw hart zal Ik u geven en Ik zal het stenen hart dat gij hebt, wegnemen en een nieuwe geest zal Ik u geven.

     Hij zei nooit dat Hij de oude kerk een 'face-lift' zou geven. Hij zou iets nieuws hebben, gloednieuw. En als u dit doet, kunt u niet een oude intellectuele kerk vermengen met een nieuwe gemeente, die een Pinksterervaring heeft.

25 Jezus leerde hetzelfde in Lukas toen Hij zei: "U kunt geen nieuwe wijn in oude zakken doen." Dat was soms moeilijk voor mij te begrijpen, voordat ik zendeling werd om te zien wat voor zakken, enzovoort. Ik dacht: "Wel, de zak..." wat wij de fles noemen, hij zou gewoon niet oud worden. Maar in het Palestijnse land en speciaal gedurende die tijd, was de fles een dierenhuid, die gelooid was en dichtgenaaid en vastgemaakt op plaatsen, en die zak bevatte de vloeistoffen en dergelijke die zij erin deden: water, wijn en oliën, en wat zij maar in de zak droegen.

26 Nu, als de huid oud werd, wel, dan werd hij droog. En toen Jezus sprak, zei Hij: "Als u nieuwe wijn in oude zakken doet, zullen ze beide verderven." U zou uw wijn en uw zak verliezen.

27 Nu, u zou water in een oude zak kunnen doen, maar u kunt geen wijn in een oude zak doen. Omdat water de as is van waterstof en zuurstof, die overblijft als alles slinkt. Het krimpt. De substantie ervan heeft geen leven, maar het is de as, gemaakt van waterstof en zuurstof, het is as.

28 Maar wijn heeft leven in zich. In wijn, nieuwe wijn speciaal, gist het nog en het zou een beetje kunnen uitzetten en als het in de oude zak wordt geperst, zal die oude droge huid barsten en openscheuren. Nu, dat is - en dan wordt de huid vernield en ook de zak. De zak wordt vernield en de wijn loopt eruit weg.

29 Nu, dat is ongeveer het beeld dat wij vandaag voor ons hebben. U kunt niet komen tot een oude vormelijke groep intellectuelen met uw ideeën en proberen Gods programma op te nemen in uw intellectueel programma. Het zal gewoon niet werken. Die oude droge koeiehuid zou openbarsten. Hij kan het gewoon niet hebben. Nu, een nieuwe zak is een nieuwe gelooide huid en de nieuwe gelooide huid heeft nog de dierlijke olie in de huid en als dan de nieuwe wijn in een nieuwe zak gaat, en de nieuwe wijn begint te gisten, geeft de nieuwe zak mee, zet uit omdat hij olie in zich heeft. En als er ooit een tijd was dat de gemeente een oliën nodig heeft, is het vandaag, een oliën van de Heilige Geest.

30 Nieuwe wijn. Nu, als de Bijbel zegt: "Jezus Christus is Dezelfde gisteren, heden en voor immer", is Zijn genezende kracht vandaag even groot als hij ooit was. De oude intellectuelen zullen (broeder Branham illustreert het) uitbarsten: "Er is niet zoiets, Dr. Jones zei dat de dagen van wonderen voorbij zijn. Dat maakt het vast."

31 Maar als de nieuwe wijn in een nieuwe zak wordt gedaan en dan begint te gisten, begint het leven in te werken vanuit de oude buitenkant theologie, die wij plachten te bestuderen, en het ziet het Woord van God in Zijn goddelijke beloften en het zegt: "Jezus Christus is Dezelfde, gisteren, heden en voor immer." De nieuwe wijn zal zeggen: "Halleluja." En de zak zal zeggen: "Glorie voor God", zich uitzetten en ruimte geven.

32 Dat is wat wij hebben. Het is niet de... de nieuwe wijn in de oude zak doen. Het zegt: "Nu, onze school leert anders, onze denominatie..." Die oude droge koeiehuid. ("Onze leraars, onze herders zeiden dat deze dingen voorbij zijn.")

33 Maar als het een nieuwe huid is en nieuw leven heeft, is het soepel en geeft het plaats aan het Woord en het Woord ondersteunt de Geest, of de Geest ondersteunt het Woord, en als zij in de nieuwe zak komen, zeggen zij: "Iemand werd gisteravond genezen van een kanker." De oude huid zegt: "Laat mij zien wat de dokter zegt, laat het mij over een jaar vanaf nu zien. Ik kan het gewoon niet geloven." Maar de nieuwe huid zegt: "Halleluja voor het Lam", en hij zet uit. Dan worden zowel wijn als zak behouden. U kunt geen nieuwe wijn in oude zakken doen.

34 Het herinnert mij aan een ervaring van jaren geleden. Ik weet niet of ik het u ooit verteld heb of niet. Ik was in Noord Brits-Columbia op een jachttocht en ik was op een avond buiten in de bossen. Ik dacht dat ik een tamelijk goede boswachter was, heel mijn leven was ik opgegroeid in de bossen. En ik was verdwaald en ik was op een oude beer aan het jagen geweest en ik wilde een paar foto's van hem hebben, enzovoort. Ik had geen vergunning om de beer te schieten, omdat ik op geiten jaagde, maar ik wilde dicht bij deze grizzly komen. Het was een prachtig dier en ik wenste dat ik zijn foto had.

35 En ik reed op een klein jong paard van ongeveer drie jaar oud, dat de ambitie had om een prediker van zich af te willen werpen voor... en toen hij het de hele dag lang geprobeerd had om mij eraf te werpen, daar ik hem de sporen had gegeven door het kreupelhout om deze beer in te halen. En ik kwam in een plaats waar ik de richting kwijtgeraakt was. En op de terugweg, lette ik op algemene aanwijzingen; ik was ermee opgegroeid dat ik wist dat het mos aan de noordzijde van de boom zat, of als er geen mos was, je met gesloten ogen de boom vast moest pakken en je rond die boom moest bewegen met de schors in je hand, totdat je een dikke plaats vond en dat was de noordzijde. Dus er zijn veel dingen die je moet weten in de bossen als je wilt overleven. En dat is hetzelfde als u geestelijk wilt overleven. U moet Hem kennen die de Schepper is en die u leidt en u leert.

36 En toen merkte ik op, toen ik aan kwam lopen en mij kon oriënteren en ik ging terug naar de algemene richting. Omdat je honderden mijlen kunt gaan zonder iets levends te zien. Al mijn aanwijzingen gaven aan, zodat ik na een poosje de top van een berg in het oog zou krijgen om die avond mijn weg terug te vinden.

37 Ik was verbaasd, daar het die middag geregend en gestormd had; gedeeltelijk was het voor mij de oorzaak dat ik verdwaald was. Maar de wolken klaarden op en er waren grote witte wolken aan de hemel die de maan prachtig deden schijnen. En ik hield stil in een oude plaats met omgewaaide bomen. Ik weet het niet - een plaats met uitgebrande bomen, liever.

38 Ik weet niet of u mensen hier in de stad zouden weten hoe zo'n verbrande plek eruit ziet. Daar waar een zich snel bewegend vuur met een wind achter zich door het bos raast en alles doodt. Vele malen blijft de boom wel staan, maar het vuur heeft de schors afgebrand. Na een poosje zullen er kleine termieten in de schors kruipen, maar het vuur zal de boom treffen en de schors valt eraf, de termieten eten het op. Maar de oude boom staat daar als een kale stronk, zonder levenslijn erin. Geen sap, regen, enzovoort. En hij sterft omdat het sap... regen natuurlijk door de bodem komt.

39 Nu, toen ik daar stond, was ik verbaasd, terwijl ik mijn paard vastbond; m'n kleine makker was erg vermoeid en ik voelde mij ergens beslist geleid om een paar minuten stil te houden. En ik bond mijn paard vast en ik kwam daar en keek op naar de maan en ik zei: "Vader, God, ik ben zo gelukkig te weten dat U mijn Vader bent. In dit mooie land, waarin het mij nu toegestaan is te komen op deze jachttocht, om te kijken naar Uw dieren en de dingen die U voor mijn vreugde gemaakt hebt, en hoe dank ik U daarvoor." En als u slechts Brits Columbia zou kunnen zien, een boswachter of een jager zou het op prijs stellen om daar te kijken naar die mooie dingen.

40 Toen begon ik iets eigenaardigs op te merken. Het was een geluid dat zo klaaglijk scheen te zijn. En de wind blies daar ze de bui had weggeblazen. En toen de wolken voorbijgingen, kleine wat wij noemen "karnemelk luchten", die kleine vlekken erin, en... witte wolken. Maar terwijl de maan neerscheen en de wind blies, zette een heel klagelijk geluid in, als een droevig geluid. Klagend, kreunend (broeder Branham illustreert het). O! Terwijl de maan op de kale bomen scheen, leken zij op grafstenen en dan dat droevige geluid. Woe! Wat een verschrikkelijke zaak! En ik zei: "Nu vraag ik mij af wat dit allemaal betekent?"

41 En ons wordt geleerd dat de voetstappen van de rechtvaardige door de Here geleid worden. En alles werkt mede ten goede voor hen die God liefhebben. God maakt gewoon dat dingen langskomen en op die wijze geschieden. Het is Zijn grote liefde voor Zijn volk. Soms moet Hij u door enkele donkere plaatsen brengen, maar slechts om u het licht te laten zien. En uw Vader werkt die dingen uit.

42 En ik geloof dat de gemeente vandaag, slechts in haar toestand... Het is alleen maar een plaats waar God de gemeente brengt, als alles breekt; wat een tijd van verheuging! Als de verlosten op zekere dag staan om Jezus, Koning der Koningen en Here der Heren te kronen! Als Hij op de berg Sion gezeten is en de hele aarde omringd is door de verlosten die zingen van verlossing. De engelen zullen zich aan de kant op een afstand houden met gebogen hoofden. Zij zullen het niet begrijpen. Zij zijn nooit verlost. Zij vielen nooit om verlost te worden. Alleen wij stervelingen weten wat het betekent verlost te zijn; een engel weet niet wat het betekent verloren te zijn. En wij zijn de enigen die vreugde kunnen putten uit het lied van verlossing; en ik geloof dat dat de wijze is waarop het zal zijn in de gemeente.

43 En toen ik daar stond te kijken en ik... al dat droevige geluid, dacht ik: "O, dit is een afschuwelijke plaats." Dit is... we zouden het op straat "spookachtig" noemen. Het is een verschrikkelijke plaats. "O God, waarom liet U mij ooit mijn kleine paard hier vastbinden om hem hier te laten rusten? We hadden ginds verderop in het bos moeten zijn en... daar hebben vastgebonden." Maar op de een of andere wijze was het God die mij iets leerde. En ik zei: "Wat betekent dit allemaal?"

44 Toen begon ik als het ware over die grafstenen te denken. Die droevige wind, als hij er doorheen huilde, veroorzaakte een sensatie van een enigszins lusteloos gevoel, wat achterdochtig, speciaal ver weg in de bergen. Ik dacht: "Waarom zou aan mij, de dienstknecht des Heren, zo'n beeld worden voorgesteld? Welk drama-type plaatst u vóór mij, Vader?"

45 En toen ik voor mij uit keek, overdenkend, scheen het mij toe dat een Schriftplaats in Joël tot mij kwam:

     Wat de rups heeft overgelaten, heeft de kruidworm afgegeten. Wat de kruidworm overliet, hebben de andere kevers afgegeten.

     En ik dacht: "Dat is waar, dat is juist." Nu zie hier, deze grote dikke bomen waren eens enorm grote woudreuzen, die daar stonden, en als de winden bliezen, zwaaiden zij heen en weer in hun kracht. Wat een majestueus gezicht moet het zijn geweest, die torenhoge sparren boven op de berg, terwijl de wind ze deed slingeren. Maar wat kunnen zij nu doen? Ze kunnen niet meer met de wind meebuigen. Er is iets gebeurd. Ze zijn dood en de winden kunnen blazen en ze zijn alleen zo stijf, zo stram, dat de winden die door hun wezens gaan, slechts een droevig geluid kunnen maken, alleen maar opgericht in plaats van een mooi ritme van het spelen van de bladeren eraan; heen en weer zoals zij eens in de winden des hemels dartelden. Nu kunnen zij alleen maar kaal zijn en treuren. En ik dacht: "Ja Here, dat is het."

46 Ik keek toen terug naar de Lutheranen, de Methodisten en zelfs de Pinkstermensen en de Nazareners, de Pelgrim Heiligheidsmensen en al de grote kerken die wij hebben; en ik dacht er aan hoe ze destijds bij hun oorsprong waren. Hoe zij waren, toen ze een levenslijn in zich hadden, de Heilige Geest in hen was. En hoe zij, toen God de machtig ruisende wind zond, zoals Hij deed op de dag van Pinksteren, zij zich verheugden in de zegeningen van God met hun groot zwaar gebladerte op zich; de winden vingen hen op als zeilen en deden hen heen en weer zeilen, opwekking na opwekking.

47 Maar er stond iets op het punt te gebeuren. De vuren van vervolging en de nieuwe orde van de gemeente. Toen zij in seminaries belandden en jongens en mannen kregen die briljant en intellectueel waren en niet meer de oude doop van de Heilige Geest leerden, sneden zij de levenslijn af.

48 Toen de Methodistenopwekkingen destijds door de landen gingen, als zij in de schoolgebouwen op de grond lagen en de Heilige Geest ontvingen en "knock-out" werden geslagen, zoals wij het vandaag noemen. Of in die dagen dachten zij dat zij flauw gevallen waren. En in onze eigen Baptistenkerk, hoe ik in onze Baptistenkerk gezien heb, dat men kruiken water vanuit de preekstoel nam en deze uitgoten over de gezichten van de mensen en hun koelte toewuifden en riepen, als zij daar lagen onder de kracht van de Heilige Geest.

49 Maar de nieuwe leraar; met de oude plattelandskerk was afgedaan en zij brachten de meer ingewikkelde, de meer fantastische, geschoolde kant ervan binnen. Naast het altaar werd de zaak opgetooid met het pijporgel en de zitplaatsen werden alle van pluche voorzien... en met de oude kerk werd afgerekend. Het oude altaar werd weggenomen. De ouderwetse zondaarsbank werd weggenomen en in het souterrain geplaatst. En in plaats van zielen op het altaar, waren het leliën op het altaar. En in plaats van het ouderwetse orgel, waarbij men moest pompen met een stok, of de oude stemvork, nam men in de plaats van het zingen van: "Op een dag zal ik geen kwaad vrezen, als ik kom te sterven" een goed geoefend koor met een melodieuze stem, die zulke liederen zong tot ze... waarbij ze aanhielden totdat ze blauw in hun gezicht waren en dat noemen ze "klassiek".

50 Dat is het ellendigste waar ik ooit onder zat, te horen hoe een te hoog geschoolde stem een noot zal aanhouden totdat zij blauw in hun gezicht zijn om te proberen een vertoning op te voeren; dat is alles wat het is. U zingt niet tot de heerlijkheid van God. En de lieflijkste zaak onder de hemel is een ouderwetse met de Geest gevulde gemeente met de Heilige Geest, terwijl iedereen in de Geest zingt.

51 Maar zij sneden de levenslijn af toen zij het zingen weglieten. Toen zij de dagen van wonderen wegnamen uit de gemeente en hun theologieën en hun intellectuele vermogens aannamen in plaats van de doop van de Heilige Geest, sneden zij de levenslijn af. Ongetwijfeld zijn zij grote denominaties. Zo waren ook die grote bomen. Zij kunnen door de geschiedenis bewijzen dat zij grote dingen hadden. Dat als... Hij die naar het bos kijkt, kan bewijzen dat zij eens grote bloeiende bomen waren. Maar o, vandaag zijn zij niets dan verbleekt. De levenslijn is weg.

52 En als God nog steeds Zijn wind zendt voor Zijn bomen om vrolijk te zijn en nieuw leven te brengen door de bomen heen en weer te duwen, wat kunnen zij dan doen? Slechts een droevig geluid aanheffen. "Nu, ik zal deze samenkomst vertellen, dat als iemand die genezingscampagne zal bijwonen, zij onmiddellijk uit deze gemeenschap geëxcommuniceerd zullen worden." De een of andere kleine prediker met meer verstand dan onderscheidingsvermogen om te regeren, staat daar op met een smoking aan en buigt met een "Amen", als een kalf dat kramp heeft, en dan probeert dat de plaats van de Heilige Geest in te nemen. Het zal het nooit doen.

53 Gods eeuwige plan van verlossing voor Zijn volk is de Heilige Geest in de gemeente, wederomgeboren mannen en vrouwen, geleid door de Heilige Geest. Niet dat zij proberen de Heilige Geest in werking te zetten, maar de Heilige Geest zet hen in werking. Ziet u het?

54 En toen ik naar die bomen keek, vroeg ik mij af: "Hoe staat het daarmee?" En toen dacht ik: "Ja, daar komt de wind uit de hemel, precies zoals het altijd gebeurde." En Christus is Dezelfde. Op de dag van Pinksteren was er een machtig ruisende wind, die uit de hemel kwam en de mensen ontvingen het, omdat zij soepel waren. Zij waren gewillig om Gods weg te nemen.

55 Maar wij ontdekken dat nu, terwijl God een grote genezingscampagne zendt, of grote wonderen en tekenen; en de tekenen die in de Bijbel waren, tot de gemeente zijn teruggekeerd: Wat zegt de grote intellectuele groep? "De dagen van wonderen zijn voorbij. Er is niet zoiets als Goddelijke genezing. Er is geen doop van de Heilige Geest. Ik wil mijn samenkomst dit te kennen geven dat alleen de armen, de uitgeworpenen, alleen het ongeletterde type mensen die samenkomsten bijwonen. Ga maar naar hen toe en vind het uit." En de man heeft gelijk. De man heeft gelijk als hij dat zegt. Het zijn gewoonlijk de armen, de... niet het intellectuele type. Het is het ongeschoolde type, het zijn de gewone mensen die Hem graag hoorden, zegt de Bijbel.

56 Nu, we zullen dit eveneens opmerken, als u wilt. Toen dacht ik: "Wat heeft het voor nut om een ruisende machtige wind te zenden als er niets is om het te ontvangen?"

     Maar God is souverein aan Zijn belofte en Hij moet hem zenden. Hij houdt Zijn Woord.

     Een kleine tijd en de wereld zal Mij niet meer zien, maar gij zult Mij zien, want Ik zal met u zijn tot het einde der wereld en de dingen die Ik doe, zult gij ook doen.

     God moet Zijn belofte zenden! Ik dacht: "Wel Here, wat zal er gebeuren?"

57 Toen merkte ik toevallig op, luister! Toen merkte ik op dat nadat deze bomen gevallen waren, dat uit de grote denneappels die zij hadden een paar kleine zaden uit deze bomen gevallen waren, uit deze denneappels, en zij waren absoluut het leven van die boom. En zij waren op de grond gevallen en hoewel het vuur er overheen ging en al deze dingen gebeurden, bemerkte ik toch dat er van onderen kreupelhout opkwam. Opnieuw bomen. Bomen die plooibaar waren. Jonge bomen, die leven in zich hadden. Het kreupelhout, dat wij misschien vandaag de verdrukte zouden noemen. De knaap die uit de grote kerk is geschopt, omdat hij "Amen" schreeuwde toen de prediker predikte en misschien iets dergelijks. Maar hoe dan ook, het is iets van het leven of de leringen van het oude begin, van de Methodisten, de Lutheranen en de Pinkstermensen, enzovoort, zoals zij vroeger waren.

58 Vervolgens merkte ik op dat toen de winden vielen, de oude boom kreunde, maar de kleine boom had een opwekking. Hij sprong gewoon en ging steeds maar in het rond en vloog in het rond, juichend en de Here prijzend. En ik dacht: "Wel, er is één ding dat wij zouden kunnen zeggen, hij mag dan niet de scholing hebben die de ouden hadden, hij mag groen zijn, maar hij is buigzaam. Dus dat is wat God deed." En ik bemerkte in een ervaring met God, hoe God ervan houdt om Zijn bomen te schudden, hen los te maken. En elke keer dat een boom beweegt en schudt, trekt Hij aan de wortels en maakte ze los, zodat zij omlaag kunnen groeien om een beter houvast te krijgen.

59 Nu, wat de Lutheraan overliet, heeft de Methodist opgegeten. Wat de Methodist overliet, heeft de Baptist opgegeten. Wat de Baptist overliet, heeft de Presbyteriaan opgegeten. Wat de Presbyteriaan heeft overgelaten, heeft de Nazarener opgegeten. Wat de Nazarener heeft overgelaten, heeft de Pinksterman opgegeten. "Maar Ik zal herstellen", zegt de Here. "Ik zal herstellen." Dank God dat Hij in Zijn grote beweging van de Geest komt herstellen.

60 Let op, God nam honderdtwintig gloednieuwe groene zakken, o zo buigzaam. En Hij legde ze in de opperkamer, groene zakken. En toen er uit de hemel een geluid als van een machtig ruisende wind kwam, werden zij allen vervuld met nieuwe Pinksterwijn. O! Wat een werking en een beweging en een explosie moet daar zijn geweest. Wat huppelden en sprongen die zakken! Zij hadden leven in zich.

61 Nu, de oude zak zou zeggen: "Dit is fanatisme." Maar de nieuwe zak had leven en breidde zich uit en schreeuwde "Amen" op alles wat de Geest zei. Er waren sommige dingen die ermee gepaard gingen, die niet ethisch schenen voor de oude leer, maar zij waren nieuwe zakken, zij konden het doorstaan. En God neemt Zijn zakken...

62 Nu wil ik dat u gedurende een paar ogenblikken luistert, voordat wij sluiten. Ik wil dat u één ding opmerkt en er nu aandachtig op let. Let op de volgorde van de Schrift:

     Ik zal het stenen hart wegnemen en u een nieuw hart geven...

     Nu, het hart is de woonplaats van de Heilige Geest.

     ...en Ik zal u een nieuwe geest geven...

     Ik wil dat u op de volgorde let. Nu, veel mensen raken daar in de war. Zij denken dat zij de Heilige Geest hebben, maar zij hebben slechts een nieuwe geest. Let op:

     Ik zal u een nieuw hart geven en een nieuwe geest en dan zal Ik Mijn Geest plaatsen...

63 Nu, de nieuwe geest... God moest u een nieuwe geest geven, maar dat is de nieuwe geest die God u geeft, zodat u met de Heilige Geest zou kunnen omgaan. Met die oude geest, die u had, kon u niet met uw buurman opschieten, kon u niet met uzelf opschieten; dus u weet dat u niet met God zou kunnen opschieten, daarom geeft God u een nieuwe geest. En vele malen onder enthousiasme, en als u zult letten op het leven dat het voortbrengt... Ik hoop dat ik u niet kwets, maar ik hoop dat ik iets aan het licht breng, zie? Heel wat keren zou u denken dat u de Heilige Geest zou hebben.

64 "O", zegt u, "ik zong, ik sprak in tongen." Zeker. U bent er zo dichtbij dat u dit allemaal zou kunnen doen, maar dat is nog niet de Heilige Geest, zie? De Heilige Geest getuigt van Jezus Christus.

65 Nu, Hij nam... wat deed Hij? Gaf u een nieuw hart, geeft u een nieuwe geest en dan plaatst Hij Zijn Geest... Zijn Geest in u.

66 Het is net als... u behoeft niet rond te gaan en te beweren dat u een Christelijk mens bent. Die nieuwe geest brengt nieuw leven. De Heilige Geest in uw nieuwe geest, in uw nieuwe hart... uw nieuwe hart; uw nieuwe geest en de Heilige Geest gaan regelrecht in het middelpunt van uw nieuwe geest en uw nieuwe geest gaat regelrecht in het middelpunt van uw nieuwe hart.

67 Dus is het als een hoofdveer in een beroemd horloge en hij windt zichzelf op. Goed, het zit precies in het midden van die nieuwe geest en de hoofdveer van een befaamd horloge zit in het midden van het horloge en laat elk orgaan van dat horloge, elk instrumentje, precies exact op tijd tikken. Het wordt allemaal gedaan door een hoofdveer. En de kleine werken aan de buitenkant bewegen met deze hoofdveer mee. Het is het wiel in het midden van het wiel, zoals Ezechiël zei.

     Nu, als u de Heilige Geest ontvangt, gaat Hij regelrecht in het midden van die nieuwe gezindheid van u.

68 "O", zegt u, "ik hield op met drinken, ik hield op met roken. Weet u, ik voel mij gewoon een ander persoon."

     Ho! Wacht eventjes. Zie, u hebt slechts een nieuwe geest, maar de Heilige Geest komt in het midden van die geest en dan laat Hij bij u elke beweging, al het verstandelijke, alles precies overeenstemmen met het midden van het wiel. Wat God zegt, dat is waar. Als de dagen van wonderen... Als Jezus Dezelfde is gisteren, heden en voor immer, zal de Heilige Geest daarvan getuigen en elke verstandelijke beweging van u zal hetzelfde zeggen.

69 En als u deze kleine driftaanvallen hebt en u vliegt op en vertelt leugens en u maakt volgelingen en u kijkt de kat uit de boom en u bent zo zelfzuchtig met uw organisatie, dat u zo bekrompen bent dat u niet een andere prediker zou kunnen aanhoren, bedenk dan slechts dat de Heilige Geest niet aan de binnenkant van u tikt. Oei! Ik wist niet dat ik dat zou gaan zeggen, maar dat is juist. Zie?

70 De Heilige Geest zal elke beweging maken als Christus. Het zal u als Christus maken. De vruchten van de Geest zijn: liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, goedheid, zachtmoedigheid, vriendelijkheid, geduld, geloof. Die dingen zijn het die de Heilige Geest onder controle heeft, onze emoties.

71 Onze emoties bestaan niet zozeer uit op en neer springen. U zou dat kunnen doen. Een feestpartij zal dat tot u brengen, maar de Heilige Geest zet u in werking, of onder controle van God; dat u wandelt in vrede en in liefde en in blijdschap met lankmoedigheid, goedheid, zachtmoedigheid, vriendelijkheid, geduld. Ziet u? Het is niet iets dat ú doet, het is iets dat de Heilige Geest in u doet. Ziet u? Het is niet langer een verstandelijke gedachte van uzelf, het is een onbewuste beweging van de Heilige Geest. O, ik wou dat ik daarover de lofprijzingen van God de wereld rond zou kunnen juichen.

72 Gemeente van de levende God, dat is waar onze Pinksterbeweging faalde. We hadden wat door mensen gemaakte muziek, handgeklap, een emotie van op en neer springen; maar als wij teruggaan naar buiten op straat en de Heilige Geest regeert onze levens niet zodat het daarmee overeenstemt, dan hebben wij de Heilige Geest niet. Dat is geen taptemelk. Maar broeder, dat is wat de gemeente nodig heeft. Leven kan alleen komen door de Heilige Geest.

73 Hebt u ooit opgemerkt hoe God in Zijn Bijbel, hoe wonderlijk Hij de dingen maakte? Slechts één ogenblik nu. Jezus zei: "Tenzij een mens wederomgeboren wordt, zal hij geenszins ingaan in het koninkrijk." U moet wederomgeboren worden. U moét dat zijn.

74 Wat is het? Dat betekent geen ervaring dat u jubelde of in tongen sprak; die dingen zijn fijn, maar dat is niet waar ik vanmorgen over spreek. Als uw leven niet overeenkomt of niet getuigt van uw emoties, die u ontving toen u in tongen sprak, dan bent u verleid. Omdat de Heilige Geest uw meest innerlijke wezen neemt en u onder controle neemt zoals u bent en u maakt, u vormt tot een Christelijke man of vrouw. Het stemt overeen met uw leven. Er is iets in u dat u dringt, dat het u hoe dan ook simpel laat doen. Het laat u hen liefhebben die u verachten. Het laat u hen liefhebben die zeggen dat u gek bent.

75 Als u deze Geest in u hebt, worden de lasten van het leven licht. U merkt ze niet meer op. Het juk wordt verlicht met veren. Zij worden zo gemakkelijk. En dan stapelen de mensen dingen op u. Weet u wat? U bent als Simson bij de poorten van Gaza, die de grote koperen poort oppakte en de heuvel opdroeg.

76 En als u komt tot een plaats dat de Heilige Geest u heeft, niet dat u de Heilige Geest, maar de Heilige Geest u heeft; u zegt: "Ik heb de Heilige Geest." Ik geloof niet dat dit gezegd zou moeten worden. U zou moeten zeggen: "De Heilige Geest heeft mij." En als dan de Heilige Geest u heeft, zijn de lasten, het juk, zacht. Dan pakt u de grote poorten van Gaza op en brengt ze regelrecht naar Golgotha. En daar op de berg Golgotha legt u ze aan de voeten van Jezus en bidt u voor uw vijanden. Niet met een wrok: "Here, zou U hen willen slaan." Nee, maar met iets binnenin uw hart van: "Dierbare God, die man is een mens als ik ben." Ziet u wat er in de gemeente ontbreekt, vriend? Nu, wat wij nodig hebben, is een... Wij hebben een totaal nieuwe start nodig.

77 Nog een paar opmerkingen, voordat wij sluiten alstublieft. U bent lieflijk. Ik wil nu vanuit mijn hart tot u spreken. Laten wij vanmorgen een kleine geestelijke trip maken en dan zullen wij sluiten. Laten wij teruggaan naar vóór de grondlegging der wereld.

78 Ik kijk naar die leliën in het boeket dat daar op het tafeltje staat. Zegen de man. Ik geloof dat hij een bloemist is, die naar deze gemeente komt. Hij is altijd zo gul in het doen van dingen. Hij zond die misschien en hoe dienen ze hun doel. Maar wist u ooit wie die lelie maakte? Waar kwam hij vandaan?

79 Laten wij gaan naar het begin van de wereld. Nu, de lelie komt uit de aarde, evenals u. Als dat zo is, dan waren wij al hier; onze lichamen waren op de aarde voordat er hier enig leven was. Wij zijn gemaakt uit zestien verschillende elementen van de aarde. Dat waren potas, calcium, petroleum, kosmisch licht, enzovoort, tezamen gehouden door atomen. Zestien elementen van de aarde. Dan, als dat zo is, hetwelk wetenschappelijk zo is, dan lagen wij eigenlijk, onze lichamen, verspreid op deze aarde, voordat er enige vorm van leven op de aarde was.

80 Potas, calcium, petroleum en kosmisch licht waren hier bij de schepping. Zoals de vulkaan het uitstrooit, om ons te vertellen welke eerste levende vorm van materialen er op de aarde was; het was slechts brandende zwavel; het was Satans processie toen hij in het midden der vurige stenen van de aarde wandelde. En toen God haar afkoelde, plaatste Hij het daar met Zijn grote verstand. Hij had iets in Zijn gedachten dat Hij zou gaan doen. "In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God."

81 Nu is een woord een uitgedrukte gedachte. God had in Zijn gedachten wat Hij ging doen, maar toen Hij het uitdrukte, moest het in bestaan komen. Het moest een werkelijkheid worden, omdat het Gods uitgedrukte Woord was.

82 En er is geen... (Moge u dit vanmorgen van mij aannemen, vriend). Er is niet genoeg kracht in de hele hel, die ooit het doel van God kan overtreffen. God zal het hoe dan ook doen. En zoals ik dikwijls gezegd heb; ik roerde gisteravond in de gemeente een kleine plek aan, waarvan ik niet wist dat ik het zei, over hoe dat Satan geen genezer is. En de Lutheraanse universiteit, waar al die mensen onlangs bekeerd werden. Toen ik - de man debatteerde met mij over het onderwerp, dat ik had gezegd dat Satan niet genezen kon. En als u iemand hoort zeggen dat Satan genezen kan, heeft hij ongelijk.

83 Alleen God kan scheppen. Satan kan niet scheppen. Hij kan alleen maar verdraaien wat God geschapen heeft. Er is slechts één Alomtegenwoordige. Satan kan niet alomtegenwoordig zijn. God alleen is alomtegenwoordig, almachtig, oneindig.

84 En geen medicijn kan cellen scheppen om te genezen. Er zijn dokters die oude cellen uit kunnen snijden; er zijn er die armen recht kunnen trekken of armen zetten of tanden trekken, maar er is niemand, geen kracht op de hele aarde en de hele hel, die cellen kan scheppen behalve de Almachtige God. "Ik ben de Here die al uw ziekten geneest." Hoe kan hij... hoe kleinzielig, hoe kinderachtig, kunnen zelfs grote intellectuelen zijn als zij weggaan van het Woord van God.

85 Nu, ik wil dat u opmerkt. In den beginne toen God, onze Vader, deze woeste aarde overzag en er niets was dan één grote bal van water, zond God de Heilige Geest naar de aarde, de Logos die uit God ging en Hij begon te broeden over de aarde. Nu, het woord "broeden" betekent "liefde bedrijven" of gewoon zoals de duif, kirren. En de grote Heilige Geest ging over de aarde, als wij een geestelijk beeld maken, als vleugels, met Zijn grote vleugels rondom de aarde, broedend, liefde betonend, kirrend. (Broeder Branham illustreert het). "Kom, kom, de Vader heeft u verordineerd, kom. Ik kom volvoeren wat het Woord van de Vader gezegd heeft." Dringt het door? "Ik ben gekomen om te manifesteren wat de Vader gesproken heeft."

86 Broeden... en na een poosje begint er wat petroleum te bewegen over de aarde en een beetje van dit en dat en een kleine Paaslelie komt op uit de aarde. Wie bracht het voort? De Heilige Geest die broedde. Dan schiet de dahlia, de azalea en het andere struikgewas op. Dan komt de plantenwereld op. De Heilige Geest kirt. Dan kwamen na de vegetatie de bomen, voorts het plantenleven, toen na een poosje begonnen er vogels te vliegen uit het stof van de aarde. Het is de Heilige Geest die hen tezamen broedt en ze de lucht in zendt. Dan komt het dierlijk leven op; de Heilige Geest is aan het broeden. Wat gebeurde er toen? Het menselijk leven kwam voort. Al onze lichamen lagen daar alle precies op de aarde die dag; als wij uit de aarde kwamen - en dat doen wij - en onze lichamen gemaakt zijn door de aarde. Wij zijn de dode substantie van dood vee en dode schapen en vissen, dode bonen, dode aardappels en dode tarwe. De stof die wij eten, vermenigvuldigt cellen en maakt ons wat wij zijn. Wij zijn uit de aarde, zo zijn wij.

87 Wij leven omdat iets sterft. Als u vandaag niet leeft, als u geen dode stof eet, kunt u niet leven. Ons natuurlijk leven komt alleen door dode substantie. Wij eten vis, de vis stierf. Als wij rundvlees eten, stierf de koe. Als wij brood eten, stierf de tarwe. Er moet iets sterven, opdat wij weer lichamelijk kunnen leven, omdat wij stof van de aarde zijn. En doordat wij stof tot ons nemen houden wij ons in leven. En als er iets moet sterven, opdat wij weer lichamelijk zouden kunnen leven, waarom dan niet voor deze onsterfelijke ziel in u? Er moet iets sterven opdat wij eeuwig zouden kunnen leven. De bloem heeft een onophoudelijk leven, want hij is hier met het doel van schoonheid. Wij hebben onsterfelijk leven.

88 Nu, ik wil dat u oplet als wij verder gaan. Nadat de Heilige Geest tot in de mens gebroed had, kwam de mens op. Wat was hij iets moois! En toen maakte God de vrouw. Nu, zij was niet in de oorspronkelijke schepping, zij was een bijprodukt van de man. Daar wil ik niet verder op ingaan. Maar zij is een bijprodukt van de man. Toen zij in bestaan kwam, was zij de mooiste vrouw in de hele wereld, de kleine Eva. Ik kan haar lange haar zien neerhangen. En laten we nu maar zeggen dat ze blond was. En zij had ogen zo blauw als de hemel en haar glans was als van de sterren. Wat een lieveling had Adam! Geen vulgariteit, dat kwam zelfs niet in het beeld. Ze wandelde met Adam en als hij daar bij de wateren kwam en zij zou zeggen: "O Adam, die wind!"

     "Houd op." En de wind hield op en dan ging zij voort te... en de grote leeuw liet een gebrul horen. Eva kon niet bang zijn, want er was niets in haar om haar bang te maken. Ze zei: "Liefste, wat is dat?"

     Hij riep de leeuw en zei: "Kom hier." En hij klopte hem op zijn kop en hij mauwde als een poesje en liep achter hem aan als een hondje dat u vanuit uw huis zou volgen.

     En hier komt Sheta, de tijger. Dus sprak hij tot Sheta en o... en o... toen begon hij tegen haar te spreken en zij volgde hem. Maar weet u, het begon avondtijd te worden. De zon ging onder en hij zei: "Liefste, we moeten opgaan naar de kathedraal, we moeten aanbidden."

89 Het was geen denominatie, het was in een heel groot bos. En zij gingen er heen en knielden neer, terwijl de zon onderging. En de Vader kwam neer. Het weerlicht flitste, de donders rolden en een mooi, majestueus licht voer over de struiken en het kwam neer. Ik kan de liefhebbende stem van de Vader horen zeggen: "Kinderen, hebben jullie jezelf vermaakt vandaag? Pappa is neergekomen om jullie goedenacht te kussen en neer te leggen voor de nacht."

     En een kus op de wang van Adam en een kus op de wang van Eva. En als hij zijn grote arm uitstrekt, legt zij haar hoofd neer, dat kleine sierlijke hoofd, op zijn arm als een kussen, gingen zij slapen en... Volmaakt! Niets kan hen deren. Vader waakt over hen. Er is niets op de aarde om hun kwaad te doen. Leo, de leeuw, ligt hier, Sheta, de tijger, ligt daar. Hij legde hen alle neer, Vader. Als dat niet wonderbaar is! Toen kwam de zonde binnen. Het bederft het beeld, ja. Maar wij waren hier. Gods doel moet uitgevoerd worden.

90 Nu, vrouwen moeten door vereniging deze kiem van leven voortbrengen, zij en de man tezamen. Wij willen daar niet op ingaan, omdat u het zeker oneens zou zijn met mij. Maar het waren geen appels die zij namen in de Hof van Eden. Dus toen zij het deden, laat het zijn wat het moge zijn, de vrouw zondigde, de man zondigde nooit - ik bedoel de man zondigde, de vrouw zondigde nooit. De vrouw werd eigenlijk verleid. Adam werd niet verleid. Hij wist wat hij deed. Eva dacht eigenlijk dat zij gelijk had. Zij kreeg wat nieuw licht, dat Satan haar gaf. Hij geeft haar nog steeds nieuw licht. Blijf bij de Bijbel, dat is het.

91 Maar hij vertelde haar en ze zei: "Nu wacht, God heeft gezegd..." Maar hij zei: "Zeker..." En toen, wat het ook was, de handeling werd bedreven. En toen bracht zij haar man ertoe, terwijl hij wist dat het verkeerd was. En Adam liep de Hof van Eden uit, uit liefde voor zijn vrouw, wat een type was van Christus, die geen zonde kende, neerkwam en zonde gemaakt werd voor Zijn Gemeente. Hij kwam naar voren, wetende wat Hij deed: "Ik heb macht Mijn leven neer te leggen of op te nemen". Hij kwam naar voren en wist wat Hij deed en werd deelnemer aan onze overtreding, zodat Hij ons terug kon verlossen. Wat een mooi beeld. Let op...

92 Dan vriend, als de Heilige Geest ervoor nodig was om ons het hof te maken of over de aarde te broeden en ons terug te roepen en samen te roepen, en wij gemaakt werden zonder dat wij er zelf enige inbreng in hadden. Wij werden gemaakt wat wij nu zijn zonder er zelfs iets mee te maken te hebben. God wist door Zijn voorkennis dat wij hier zouden zijn en Hij maakte ons wat wij zijn zonder dat wij er iets over in te brengen hadden; hoeveel te meer zal Hij ons opwekken? Hoewel de potas en het calcium en de petroleum en vloeistoffen, enzovoort, van onze lichamen verstrooid zouden worden naar de vier windstreken, kan dezelfde Heilige Geest die ons in bestaan broedde in het begin, ons weer opwekken in de laatste dagen.

93 En dan, hoe komen wij als wij een jongeman of een jonge vrouw worden? Hij zei: "Zou je graag op deze wijze zijn?"

     "Het is wonderbaar, Vader."

     U hebt uw eigen vrije wil. U kunt uw keus maken. U kunt eeuwig leven ontvangen of u kunt eeuwig leven verwerpen. U bent de potas en calcium van de wereld. Uw lichamen zijn daarvan gemaakt. Nu wilt u graag blijven... Hij maakte u nooit een engel en u zult nooit een engel zijn. Hij maakte u mannen en vrouwen en dat is wat u zult blijven. Maar als u leven liefhebt, zoek dan leven.

94 En als de Heilige Geest. Hier is het, vlug... Als de Heilige Geest broedt over de mensheid, die reeds niets anders is dan stof van de aarde, is de Heilige Geest de Enige die eeuwig leven in u kan broeden. Uw verstand, het maakt niet uit hoe talentvol u ook mag zijn, wordt totaal door God verworpen. Uw denominaties betekenen niet zoveel voor God. (Broeder Branham illustreert het). Uw grote leraars in de theologie betekenen niet dàt voor God. Er is het broeden van de Heilige Geest voor nodig om u in de gemeenschap van God te brengen om u eeuwig leven te geven om u weer op te wekken in de laatste dagen.

     ... tenzij een mens geboren wordt uit water en Geest zal hij op geen enkele wijze ingaan...

95 Ziet u het, vrienden? Hoe knap u bent, dat heeft er niets mee te maken. Dat zou kunnen zijn dat u... "Ik behoor tot de kerk", dat zou uw nieuwe geest kunnen zijn. "Ik heb in tongen gesproken", dat zou uw nieuwe geest kunnen zijn. Denk niet, dat omdat u in tongen sprak... Ik heb duivels in tongen zien spreken, toverdokters en van alles.... Ontvang de Heilige Geest en spreek in tongen...

96 Maar wat is ongerechtigheid? Het is verdraaide gerechtigheid. Zeker, de duivel heeft het valse. Wat is een oude waarzegger daar buiten op straat? Een door de duivel bezeten persoon? Het is een verdraaide profeet. Hij kan alleen maar iets van God nemen en het verdraaien.

97 Maar wij zijn onderwezen tegen deze dingen. En de duivel is...?... op hen. Maar als wij onderwezen zijn overeenkomstig de Bijbel, dan neemt de Heilige Geest het en plaatst het in de Gemeente. Ziet u het?

98 Als u geen gerechtigheid wilt aannemen, dan zal ongerechtigheid het overnemen. Als u Christus niet wilt ontvangen, zal de wereld u nemen. U kunt niet als dezelfde persoon die deur uitgaan als u hier binnenkwam. U kunt het niet. De Heilige Geest broedt, kirt, roept: "O, als u wilt komen, zal Ik dat stenen hart wegnemen. Als u wilt komen, zal Ik een nieuwe geest in u plaatsen en als u wilt komen, zal Ik in deze nieuwe geest komen."

99 Wanneer de duivel dan terugkomt, wat vindt hij? Hij vindt zijn oude "Pottebakkerssteeg"; God heeft Zijn grote bulldozer neergezonden en hakte de zaak helemaal in stukken en schraapte het helemaal af en er wordt daar een "Halleluja Laan" gebouwd. Het is niet meer dezelfde plaats. Er wordt daar een groot modern huis gebouwd met... De Heilige Geest heeft gebroed en grote mooie bloemen van verlossing staan op. U behoeft niet te proberen iets na te bootsen. Het is een nieuw hart. Het is een nieuwe verblijfplaats. Het is een nieuwe geest. Alles is nieuw.

100 Hoe kan de duivel daarheen terug lopen en dat oude kaarttafeltje verwachten, en sigaren en dat oude twisten, vechten, zuipen, alles wat u in u had; als hij terugkeert vindt hij dat God Zijn bulldozer nam en de hele zaak weghaalde en de hele grond ondersteboven keerde, een groot vlak terrein maakte en er een mooi huis plaatste en er Zelf introk. Halleluja! Amen! O, ik voel mij heel goed. De Heilige Geest keert de oude pottebakkerssteeg om en keert u ondersteboven, gooit het spul van de duivel eruit en schept een nieuw hart en een nieuw leven. Niet alleen dat, maar Hij trekt erin om te zien dat alles goed gaat. Glorie voor God! Hij heeft de verzorgers, de engelen die de bomen snoeien. My! O my! O! Ik wenste dat ik tweemaal zo groot was! Denk erover wat Hij doet, broeder, zuster.

101 Vandaag is er zoveel gebaseerd op het verstand. Er is in Pinksteren zoveel gebaseerd op fantasieën, op emoties. Neem geen vervanging, terwijl de Pinksterhemelen vol zijn met het echte. Neem geen kleine emoties, het een of ander opgewerkt iets, een weinig olie dat van uw handen afloopt of een bloedend gezicht; neem deze kleine emoties niet als alle hemelen van God vol zijn van echte, ware Pinksterzegeningen. Hij zal u een nieuw hart geven, een nieuwe geest en Zijn Geest in u plaatsen.

102 Laten wij bidden. En met onze hoofden gebogen en uw ogen gesloten... weet u nu welke weg u gewezen is? Vanwaar bewoog u zich, de aarde, weet u welke weg u gaat? Precies in de richting waar uw hoofd naar gebogen is, regelrecht terug naar het stof.

     Maar wist u dat dat stof waar u uit gemaakt bent, hier op aarde lag toen God de aarde schiep? Hij schiep u met de aarde. U bent een deel van de aarde, maar wat in u is, is een geest, het is een leven. Als het oud en steenachtig is, is het van nature van de wereld.

     Nu, wilt u een nieuw hart? Wilt u een nieuwe geest? En wilt u dat Zijn Geest in de uwe komt en u in werking brengt? U probeert niet Hem te vertellen wat Hij moet doen en uw eigen gedachten over dingen te hebben. U neemt gewoon wat Hij wil. Wilt u naar Hem gaan om over u te broeden? "Ja broeder Branham". Wel, dat is Hij die juist nu over uw hart broedt. "Ik ben het, kind. Ik ben het. Ik kom, want Ik wil niet dat je omkomt."

     O Jezus, onze Here stierf opdat u niet zou omkomen. Maar als u doorgaat op de wijze waarop u bezig bent, zult u omkomen. U kunt niet opstaan. Er is niets in u om u op te wekken. De Heilige Geest, die u verwierp, kan in de laatste dagen niet broeden. U stak de grens over. O kom snel terug, heel snel, voordat u te ver weg raakt.

103 Hoevelen hier binnen willen hun hand opsteken, met uw hoofden gebogen in gebed, terwijl de gemeente bidt, zeggende: "Broeder Branham, alstublieft in Christus' Naam, bid voor mij juist nu, dat ik Gods Geest in mijn geest zal ontvangen om mij een overwinnend leven te doen leven. Het gaat met mij op en neer. Ik heb gewoon de verschrikkelijkste tijd om te proberen een Christen te zijn en ik wil dat u nu voor mij bidt." Wilt u uw hand opsteken? God zegene u, mijn zoon. God zegene u. God zegene u, dame, u meneer, u broeder. Iemand anders? God zegene u, meneer. God zegene u. God zegene u, meneer, u, u, dame, God kent een ieder van u. Steek uw hand op. Denkt u niet dat de oneindige God, die ieder kende, elke vlieg die op de aarde zou zijn, voordat de aarde ooit geschapen werd, u kent? Kunnen twee mussen verkocht worden voor een duit, een vierde van een penning, en niet één van hen kan vallen zonder dat uw Vader... hoeveel meer bent u dan de mus?

104 Als u slechts tegen God zegt: "Hier is mijn hand, ik wil echt dat U in mijn hart komt. Ik heb al jaren tot de kerk behoord. Ik geloof dat iets met mij gebeurde, maar ik heb nooit dat soort leven kunnen leven waarvan de prediker spreekt. Ik leef een leven van ups en downs. Het gaat met mij op en neer en in en uit en ik kan nergens komen. God, misschien heb ik alleen maar een nieuwe geest ontvangen. Uw Woord zegt het. Uw profeet zei dat U zei dat U hun een nieuwe geest zou geven, plaats dan Uw Geest in de nieuwe geest; en misschien heb ik slechts de nieuwe geest ontvangen. Mijn leven is... o! ik heb een verschrikkelijk temperament. Ik heb hier alles van en ik ben niet..." Zeker, uw nieuwe geest zal u op die wijze maken.

105 Maar, broeder! Tenzij een mens wederomgeboren wordt. "O, maar broeder Branham, ik sprak in tongen, ik juichte, ik sprak in tongen, ik profeteerde, ik..." Het maakt geen enkel verschil uit wat u deed. "Velen zullen op die dag tot Mij komen en zeggen: 'Here, Here, heb ik niet dit en dat gedaan?'"

106 Maar is daar precies in de diepten van uw hart de hele wereld gestorven en heeft Christus het overgenomen? Nu dringt iets u elke dag in liefde. Het maakt niet uit hoe de dingen komen, u bent nog steeds in liefde. De lucht is altijd blauw voor u. Het maakt niet uit wat er gebeurt, God is op de troon. Hij beantwoordt gebed, terwijl Hij alles voor u uitwerkt. Buren spreken over u - iemand lacht u uit. De kerk vertelt u dat u dit of dat moet doen en u wilt het niet doen. Neemt u het kruis gewoon op met een lieflijke kleine glimlach en gaat u door naar Golgotha? Of staat u van verre en mokt en zegt: "Ik ga niet meer terug, ik heb afgedaan met die groep mensen hoe dan ook." Is dat de geest die in u is? Dat is niet de Heilige Geest.

     Wilt u uw hand opsteken en zeggen: "God, precies in de geest die ik heb, mijn nieuwe geest, geef mij Uw Heilige Geest. Laat mij een overwinnend leven leven!" God zegene u, meneer; God zegene u, dame, u, dame, u, u, u, daar achterin, kleine dame daarboven op de galerij, in orde, God zegene u, u, u, goed.

107 Laten wij nu onze hoofden rustig buigen. Vriendelijke, hemelse Vader, de sneeuw woedt daar buiten, de straten zijn glad. Ik weet niet waarom, maar staande aan de telefoon zei ik tegen broeder Jozef: "Ik zal komen." Misschien was dat alles in Uw grote werk. Ik weet dat het zo is, want alle dingen werken mede ten goede. En nu, terwijl de kleine boodschap, hoewel wat stoterig, aan de mensen gegeven is, hebben toch twintig of dertig mensen hun handen naar U opgeheven. Zij konden het niet, totaal niet doen, Vader God, zonder dat U het wist. En ik bid U, dat in Jezus' Naam U zult toestaan wat zij ook nodig hebben. Moge het hun gegeven worden.

     En Vader God, ik bid met al de oprechtheid van mijn hart dat elke zonde, ongerechtigheid, elke ziekte en alles van de mensen zal worden weggenomen. In Jezus' Naam, moge het zo zijn. En mogen zij overvloedig en weldadig gezegend worden. En moge elk hart hier zingend vandaan gaan met de kracht van hun ziel, de Heilige Geest, binnenkomende in de delen van hun hart als het klopt. O, mogen hun zielen huppelen en springen en zich uitstrekken naar het Woord van God als nieuwe zakken met nieuwe wijn, met een nieuwe hoop, met een nieuw geloof, met een nieuwe geest van Gods Geest in het midden ervan, terwijl het leven hen voortstuwt. Sta het toe, Vader.

     Zegen broeder Jozef, hij is in een wonderbaar uur van beslissing. Ik bid dat U met hem zult zijn. Broeder Du Plessis, de broeder uit Afrika en al de bezoekende broeders bij ons, God zij met ons. Help hen hier vanavond in hun dienst. Help ons ginds waar wij zullen gaan, Vader, om vanavond te prediken. En ik bid dat U met ons zult zijn en ons zult helpen over de gladde wegen als wij teruggaan. Laat Uw Heilige Geest ons leiden in deze dingen. In Christus' Naam bidden wij. Amen.

108 Ik heb Hem lief, o, ik heb Hem lief. Ik wil Hem zien. Het diepste verlangen van mijn hart is om die lieflijke Persoon, de Here Jezus te zien. Is dat uw verlangen vanmorgen, gemeente van God? Is dat uw wens? Moge Hij Zijn zegeningen aan u meedelen. Alle macht in hemelen en op aarde is in Mijn handen gegeven. En wat God had, goot Hij... Al wat God was, goot Hij uit in Christus. Wat Christus was, goot Hij uit in Zijn Gemeente. De grote fonteinen zijn overal open, gereed. Zorg die kleine ismes, enzovoort, kwijt te raken en zet uw hart open en zeg: "Here Jezus, beweeg in mijn hart."

     Bidt voor mij, vrienden. Ik heb u lief. U bent wonderbare mensen en ik heb u lief. Ik wenste dat ik vanavond bij u zou kunnen blijven, maar ik moet naar huis gaan. En ik zal de naties doorkruisen, zo de Here wil, voordat ik u weer zie. Dus bid ik dat God u overvloedig zal zegenen. En ik heb u lief. En ik wil dat u voor mij in gebed zult zijn. God zegene u totdat ik u weer zie. Broeder Jozef...