Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
E-BookPrint
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...

Heren, wij zouden Jezus willen zien

Door William Marrion Branham

1 Dank u zeer. De Here zegene u. Goedenavond. En het is een voorrecht om hier vanavond opnieuw in Dawson Creek te zijn.

     Ongeveer negen jaar geleden, had ik een... [Leeg gedeelte op de band – Vert] de mogelijkheid... eerder een groot voorrecht. Was op een kleine vakantie en predikte hier ergens aan de overkant van de straat. Ik ben helemaal de weg kwijt. De stad is gegroeid sinds ik hier de laatste keer was op een... Ik hield de dienst voor broeder Hunter.

     Toen besloot ik dat, als de Here mij nog een vakantie zou geven, wel, dat ik opnieuw deze kant zou opkomen. Daarom wilde ik de Here eren en wat gemeenschap hebben met de broeders en zusters van hetzelfde dierbare geloof. Dus werd het mij toegestaan dat ik hier voor drie avonden in deze kleine plaats kon stoppen, genaamd Dawson Creek.

     En ik ben zo gelukkig dat ik kan vertellen dat wij gedurende drie dagen konden stoppen bij uw naburige stad Grande Prairie, en onze Here zegende ons daar rijkelijk. En wij zijn daar zo dankbaar voor. En we geloven dat Hij hier precies hetzelfde zal doen, omdat Hij hier precies dezelfde God is als dat Hij daar is. En Hij is... Hij is gewoon overal God.

2 Dus nu, ik dacht voor vanavond... Gewoonlijk, wanneer ik in de Verenigde Staten ben en onder mensen die ik ken, weet u, wanneer ik daar een paar diensten heb gehad, dan neem ik gewoonlijk een tekst en spreek daar een poosje over, maar... En dan in de grote campagnes, wel, daar neemt de manager het spreken op zich. En ik kom in gebed uit mijn kamer vandaan, kom binnen en spreek gedurende vijf of tien minuten, en roep daarna de gebedsrij op.

     Maar vanavond dacht ik eraan om... dat wij gewoon een poosje tegen elkaar konden spreken zodat wij meer met elkaar bekend zullen worden. En ik denk dan dat het beter zou zijn dat wij elkaar beter kennen. En wij weten dat wij Christenen en medeburgers van het Koninkrijk van de hemel zijn.

     En als wij dan zo zijn, en misschien elkaar nooit in het leven hebben ontmoet, wel, dan is het fijn als we een beetje meer met elkaar bekend worden. Ik dacht om het op die manier te doen zodat het een geweldige tijd voor mij zal zijn om met u bekend te raken, door de samenkomsten enigszins te introduceren.

     Ik geloof dat de microfoon het ergens begaf. Ik ben er niet zeker van, maar ik hoorde mijn stem daar stoppen met weerkaatsen... en nu kom ik weer terug. Dus ik dacht eraan om u een kleine uitleg van de samenkomst te geven.

3 Gewoonlijk, als wij naar een stad of naar een of ander land gaan... De Here heeft mij toegestaan om naar praktisch elke natie in de wereld te gaan om samenkomsten te houden. En wij zijn Hem zo dankbaar voor deze gelegenheid. Met het tekort aan opleiding en zo, wat nodig zou zijn om een prediker te kunnen zijn, heeft Hij mij toegestaan, door Zijn genade, op een andere wijze tot Zijn mensen te spreken, dat is om bij hen een Schriftgedeelte te introduceren van "Jezus Christus Dezelfde, gisteren, vandaag en voor immer", de grote opgestane Here Jezus.

     En hierbij, door het zien van visioenen, wat is geweest... iets is waarvan ik het voorrecht heb gehad die van God te zien sinds ik een baby was... Ongetwijfeld zijn hier velen van u die de boeken hebben gelezen, enzovoort, van het getuigenis over mijn leven, en misschien in een van de diensten zijn geweest.

4 Maar visioenen genezen niemand. Niemand kan de ander genezen. En het belangrijkste deel van mijn diensten is natuurlijk gebaseerd op redding. Goddelijke genezing is minder belangrijk. En niemand kan ooit het mindere boven het meerdere plaatsen. Maar ongeveer achtenzestig procent van de bediening van onze Here was Goddelijke genezing. Hij deed dat om de aandacht van de mensen te krijgen.

     Zoals een dierbare vriend van mij zei, een van mijn eerste managers - en hij ging met mij mee totdat hij te oud werd om mee te gaan. Ik denk dat een van zijn gemeenten hier in de stad is, genaamd het Christelijk Zendingsverbond. Dr. F.F. Bosworth.

     Hij zei gewoonlijk tegen mij, hij zei: "Broeder Branham, Goddelijke genezing is het aas dat je aan de haak doet. Je toont de vis nooit de haak, je laat hem het aas zien. Hij grijpt het aas en krijgt de haak." Dus dat is zo ongeveer de manier waarop Goddelijke genezing wordt gebruikt. Wij... De Here doet iets om te tonen dat Hij aanwezig is. En als de aandacht van de mensen wordt gepakt om de tegenwoordigheid te zien van dezelfde God Die hen gemaakt heeft en hen zal oordelen bij het oordeel, dan zij gewillig zijn om aan Zijn kant te komen staan. Dus ben ik dankbaar voor de gelegenheid.

5 Omdat het gehoor dikwijls groot is als we dit doen, geven wij hun een gebedskaart met een nummer erop, en dan roepen wij deze nummers naar het podium en bidden met hen.

     Nu, ik heb nog nooit in heel mijn leven iemand genezen. Maar ik heb de Here tienduizenden zien genezen, met officiële verklaringen van dokters en van hoogstaande ziekenhuizen, zoals de Mayo's. En ik heb Hem in mijn korte bediening van achtentwintig jaar, met offici ële verklaringen, vier dode mensen zien opwekken die voorbij het gordijn van de tijd waren gegaan en werden opgewekt. Van wie wij de verklaringen van de dokters hebben die hen dood verklaarden, dat ze weer tot leven kwamen.

     En vele keren werden zij in visioenen gezien. Zoals een paar jaar geleden degene in Noorwegen... of, ik geloof in Finland. Het werd gezien door een visioen drie of vier jaar voordat het gebeurde. Ik had het iedereen door alle landen heen, enzovoort, in zijn Bijbel laten zetten. En toen het gebeurde, zagen zij dat het juist was.

6 Ik geloof werkelijk dat gaven en roepingen onberouwelijk zijn. Ik geloof dat dit gaven zijn die van God komen. En ik geloof dat elke plaatselijke gemeente negen geestelijke gaven in werking zou moeten hebben, overeenkomstig I Korinthe, het twaalfde hoofdstuk.

     Nu, wij zijn, op mijn manier van onderwijzen... Ik behoor tot geen enkele organisatie. Eens behoorde ik ertoe en werd ingezegend in de Zendingsbaptisten kerk. En toen gaf ik dat op, niet omdat er met de kerk iets verkeerd was, maar opdat ik tussen de mensen in de bres kon staan, om een broeder voor alle mensen te zijn.

7 En de kleine invloed die ik had... kon geven van de Here, zou dan niet naar één bepaalde organisatie gaan, maar zou dan voor alle kerken en alle mensen zijn. En dat was mijn keuze om dat te doen. Het is een groot voorrecht vanavond om in deze gemeente te zijn, deze organisatie hier die deze kerk in eigendom heeft, waarvan ik begrijp dat het de Verenigde Kerk is. Ik geloof niet dat ik ooit tevoren het voorrecht heb gehad om te spreken vanuit een preekstoel van de Verenigde Kerk. En ik acht dit een groot voorrecht.

     Vertrouwend dat God deze raad van bestuur zal zegenen, die ons dit prachtige gebouw liet hebben voor de aanbidding van God. Moge de Here deze broeders zegenen. De herder zegenen. Mag het tot een ontzaglijk grote gemeente worden, meer dan dat het nu is, als dat mogelijk zou zijn. En elke gemeente die hier vertegenwoordigd is...

     Wij vertegenwoordigen slechts één zaak, dat is Christus. En zij... Ik denk dat Hij het belangrijkste voorwerp van onze aanbidding en onze toewijding is. Sommige mensen gaan de ene weg, sommigen gaan een andere.

8 Zoals ik op een keer een gebouw inging en daar was een Methodistenprediker, eerwaarde Arnie Clagg. Ik was in die tijd een Baptistenprediker. Meneer Bohanon zat daar, Charlie Bohanon, die de overleden hoofd-metselaar was. Hij was de toezichthouder van het bedrijf waarvoor ik werkte. Vader Halpin, een Ierse priester kwam binnen. En hij zei: "Nu, wat zullen we nu allemaal gaan doen? We zitten hier allemaal bij elkaar."

     En de oude priester maakte een opmerking die mij altijd goed is bijgebleven. Hij nam een stuk papier en tekende er een blokje op en schreef: "Los Angeles." Hij zei... En toen tekende hij verschillende lijnen die in de richting van Los Angeles gingen.

     Hij zei: "Nu, hier is Billy." Dat was ik. Hij zei: "Hij gaat naar wat wij de Pennsylvania Lijn noemen." Zei: "Hier is broeder Clagg, en hij gaat naar wat wij de Southern Lijn noemen." En verschillende lijnen gingen erheen. Zei: "Ze leiden allemaal naar Los Angeles. Blijf gewoon op uw pad." Dus ik dacht dat dat in die tijd nogal een goede opmerking was voor een Ierse priester. En dat is dus... daar zit toch heel wat waarheid in.

9 Het belangrijkste is niet wát u gelooft maar W íe u gelooft. Dat is het. En vanavond geloven wij dat Jezus Christus de Zoon van God is, Die geboren werd uit de maagd Maria, geleden heeft onder Pilatus, werd gekruisigd, op de derde dag opstond en naar de hemel opvoer, en vanavond aan de rechterhand van de Majesteit van God zit, daar voor altijd levend om bemiddeling te doen op onze belijdenis. Want Hij kon niet voor ons bemiddelen totdat wij eerst belijden dat Hij het werk deed; het is een be ëindigd werk.

     Nu zou ik deze bewering willen doen, dat alle genezing, alle redding, is wat God door Christus voor ons tot stand heeft gebracht. Het is reeds een beëindigd werk. Nu, houd dat in gedachten als er voor u gebeden wordt, of vertel uw vrienden dat er niets is wat wij kunnen doen ter verbetering, niets wat wij kunnen doen ter bevordering.

     Het enige wat wij kunnen doen, is het onderwijzen (zie?) dat het reeds tot stand is gebracht. God Zelf deed dat voor ons op Calvarie. En daar "werd Hij verwond om onze overtredingen, verbrijzeld om onze ongerechtigheid; de straf die ons de vrede aanbracht, was op Hem, en door Zijn striemen werden wij genezen." Het is een verleden tijd. Nu is het aan u en mij om geloof aan te wenden, in onszelf te accepteren wat Christus voor ons heeft gedaan.

     En op het moment dat wij het aanvaarden en belijden dat Hij het gedaan heeft, dan zit Hij aan de rechterhand van God om te bemiddelen op onze belijdenis.

10 Nu, het woord belijden daar in de... is hetzelfde woord (de predikers hier zullen het weten), er staat belijden, maar beweren en belijden is hetzelfde woord. [In het Engels zijn het de woorden profess en confess – Vert] Als je beweert dat het werd gedaan, belijd je het. Het komt van hetzelfde Griekse woord.

     En wij weten dat het... Wij moeten belijden dat Hij het gedaan heeft, en Hij kan het niet doen totdat wij het belijden. En dan is Hij de Hogepriester om bemiddeling te doen op wat wij belijden wat Hij voor ons heeft gedaan. Dat schept een geloof in een volbracht werk dat Christus voor ons op Calvarie deed. Gewoon zo eenvoudig. Nu, dat is het onvervalste Evangelie.

11 Nu, als je vandaag over Goddelijke genezing spreekt, is het nogal een gevoelig onderwerp onder veel van de kerken. Welke ik... In ons... in Amerika, en velen van u Presbyterianen weten dat er een groot onderzoek naar is, en kranten van over heel de natie, enzovoort, schrijven dat we moeten terugkeren (de Presbyteriaanse kerk) naar de vroegere apostolische onderwijzing van de doop met de Heilige Geest, spreken met andere tongen, en om in de samenkomsten genezingsdiensten enzovoort te houden.

     Veel grote kerken in de Staten proberen terug te keren naar dat programma. De bekende Billy Graham beweerde laatst in een prediking, zei: "Wij kunnen niet langer aan de Pinksterkerk voorbijgaan." Zei: "Omdat dat een van de hardst groeiende kerken is."

     Die Pinksterkerk groeit boven alle kerken tezamen uit, de Pinksterorganisaties. In Our Sunday Visitor [Onze bezoeker op zondag – Vert], de Katholieke krant, stond vorig jaar dat de Katholieke kerk universeel één miljoen bekeerlingen het laatste jaar had genoteerd. Maar de Pinksterkerk registreerde één miljoen vijfhonderdduizend bekeerlingen afgelopen jaar. Dus ze overtreft alle kerken vanwege haar evangelische samenwerking over de wereld. En dat zijn natuurlijk predikers die bekend zijn, en dan zijn er vele anderen waarover wij niets weten.

12 Nu, maar Pinksteren is geen organisatie. Pinksteren is een ervaring die naar elke gelovige gaat. Pinksteren kan niet georganiseerd worden. Pinksteren is een ervaring.

     Het gaat naar de Anglicaanse kerk, en naar de Verenigde kerk en naar de Methodisten, en de Baptisten en de Presbyterianen. "Elk die wil, mag komen." Het is een terug herstellen naar de apostolische boodschap, welke de Katholieke kerk zelf eens begon.

     De Katholieke kerk, de vroege Katholieke kerk, was een Pinksterkerk. En toen maakte zij natuurlijk haar organisatie in het driehonderdste jaar na de... op het Nicea Concilie, en zij vormde, zoals zij het noemen, de organisatie van de grote universele christelijke kerk.

     En vandaar kwamen dan Maarten Luther, en John Wesley, en o, zo maar door, totdat wij nu negenhonderd en nog wat verschillende denominaties hebben. Maar de achtergrond van al het Christendom is Pinksteren. En als dat eerst Gods idee van een kerk was... God is onfeilbaar en kan niet veranderen. Het is Zijn idee van de kerk vandaag.

13 En dat is een ervaring die ieder mens kan hebben die tot een van deze organisaties behoort. Hij kan dezelfde ervaring hebben in de organisatie waarin hij is. Het belangrijkste is om gewoon de ervaring te krijgen.

     Nu, verder zouden we willen zeggen dat de jongens elke avond komen - en hoofdzakelijk mijn zoon - en zij geven de mensen een gebedskaart. Hij neemt de gebedskaarten en staat voor u, en schudt ze allemaal door elkaar, en geeft iedereen een gebedskaart die er een wil.

     Nu, probeer hier morgenavond niet later dan half acht te zijn, want wij willen de diensten niet onderbreken. Als wij die avond komen, hebben we geen idee vanwaar we gaan oproepen. We weten niet vanwaar het zal zijn, we zouden vanaf één tot en met vijftien of twintig kunnen beginnen. Of misschien beginnen we vanaf twintig achteruit. Of we beginnen vanaf vijftig en gaan deze kant, of die kant op, men schudt ze door elkaar zodat de mensen zich niet verzamelen en zeggen: "Nu, ik heb niet gekregen nummer... Als ik niet vijfennegentig tot en met honderd heb gekregen, wil ik... wil ik hem niet." Zie? Maar u weet niet vanwaar opgeroepen gaat worden. Wij wachten totdat wij daar komen.

14 En daardoor begint de Geest in de gebouwen te bewegen. Dan beginnen mensen in het gehoor God te geloven, en de Heilige Geest gaat regelrecht het gehoor in en pikt hen eruit, neemt hen precies uit het gehoor daar, waar zij ook zitten. Want de Heilige Geest is niet aan een gebedskaart, enzovoort, gebonden. En de gebedskaart is alleen maar een nummer om er voor te zorgen dat het niet wordt zoals...

     U zegt... Ik veronderstel dat er hier vanavond misschien tweehonderd mensen zijn, ik weet het niet... ik kan niet zo erg goed menigten inschatten. Maar ik veronderstel dat er misschien honderdvijftig of tweehonderd mensen zijn. Wel, als dat dan zo is, zou ik van dit groepje kunnen zeggen dat er misschien vijftig mensen zijn die willen dat er voor hen gebeden wordt. Laten we het gewoon vragen. Hoeveel mensen hierbinnen hebben een ziekte waarvan u zou willen dat God u genas? Steek uw handen op. Allen... overal. Zie? Meer dan de helft van hen. Nu, wie zal als eerste op het podium moeten komen? Daar... daar is waar u hebt... We moeten kaarten hebben of een bepaalde manier om het te doen.

     Nu, ik begrijp dat er morgenochtend om negen uur in het Windsor hotel een ontbijt zal zijn... (Deed... Ik veronderstel dat u het reeds hebt aangekondigd, is het niet zo, broeder?) Dat is fijn. En ik zal spreken (is dat goed?) bij het ontbijt. Ben blij als u komt. Ik geloof dat het voor alle mensen toegankelijk is. Wij zouden blij zijn met uw komst. En dan morgenavond opnieuw om half acht.

15 Zullen we nu onze hoofden voor een moment buigen als wij spreken tot de Auteur van het Boek dat wij gaan lezen.

     Genadige en machtige God, Die, voordat er zelfs een atoom in de lucht of een molecule in een atoom was, God was. En in dit grote Wezen, genaamd God, waren attributen. Er was een attribuut om Vader te zijn, een attribuut om God te zijn, een attribuut om een Genezer te zijn, een attribuut om een Redder te zijn. En er was niets om te redden of niets om U te aanbidden, dus U was gewoon de grote bron van alle intelligentie.

     En U schiep engelen, toen werd U een God. En vanaf toen schiep U mensen, enzovoort. De mens viel, en het grote attribuut van God toont Zichzelf vanavond als een Redder.

     Toen U mensen schiep, werd U een Vader. En nu kregen mensen ziekten op zich vanwege de val, daarom toont nu het grote attribuut van God - dat een Genezer is - Zichzelf op aarde als Christus de Genezer.

16 Hoe dankbaar zijn wij voor deze attributen die worden getoond in onze levens. Dan weten wij dat we zijn overgegaan van dood in leven, omdat er iets in ons is gebeurd wat ons uit de dingen van de wereld heeft gehaald om deelgenoten te worden als zonen en dochters van de levende, almachtige God.

     Het doet onze harten trillen van vreugde vanwege deze ervaring. Wij zijn gelukkig, Vader, en proberen ons met anderen te verenigen, zodat anderen zich zouden mogen verheugen in deze grote verlossende zegeningen die ons gegeven zijn door het lijden van onze Here.

     Redding van zielen, de Heilige Geest werkend onder de mensen, en genezingen en wonderen te zien volvoeren, en de hand van de levende God onder ons te zien bewegen, wij zijn hier zo dankbaar voor. Vader, ik bid dat U onze broeders en zusters in de buurt van Dawson Creek wilt zegenen en in de regio's rondom. Mag er hier geen ziek of aangevochten persoon onder ons zijn als de diensten beëindigd zijn.

17 Zegen onze predikers, Here. Mag de uitwerking van onze bijeenkomst een ouderwetse opwekking beginnen door de hele provincie, en mogen grote tekenen en wonderen met deze opwekking vergezeld gaan. Wij geloven dat we in de eindtijd leven, Vader, zoals wij aan het einde van deze dag zijn, deze dag van vierentwintig uur.

     Wij geloven dat zoals de zon ondergaat in de... aan de westelijke horizon, dat ook de zon van de beschaving ondergaat, en de eindtijd op handen is, en de Zoon der gerechtigheid gereed is om op te staan met genezing onder Zijn vleugels. Sta toe, o Here, dat dit van levensbelang mag zijn voor de mensen, dat zij deze kleine waarheden mogen grijpen en eraan vasthouden, en onthouden dat elk van ons op een dag zal moeten staan in Uw verheven tegenwoordigheid om rekenschap af te leggen voor elke gedachte die door ons verstand gaat.

     Geef mij daarom, en mijn mensen en Uw kinderen op de aarde reine, heilige, gelovige gedachten. Dat wij ons niet van Uw woorden zullen losmaken, wetend dat Uw Woord Waarheid is en dat U de oneindige, onfeilbare, alomtegenwoordige, alwetende God bent... en almachtig.

18 En verder, Vader, U weet alle dingen, en U bent alomtegenwoordig om voor ons te doen datgene wat buitengewoon overvloedig zal zijn, boven alles wat wij kunnen doen of denken. En wij geloven dat U het ons wilt toestaan. En, o Vader, doe hier vanavond iets onder de mensen wat een grote opschudding zal veroorzaken in deze kleine stad. Sta het toe, Vader, dat het Christenhart opgewekt zal worden.

     En tegen de tijd dat het zondag wordt, mag elke kerk stampvol zitten met zondaren die zich bekeren, grote genezingsdiensten die overal gaande zijn. Dat door heel het land bekend zal worden dat er een opwekking van de levende God in Dawson Creek, British Columbia, gaande is.

     Vader God, wat mijzelf betreft, ik leg mijzelf op het altaar. Gebruik het, Here, op welke manier het U goeddunkt. Wij allen doen dat. En we vragen om Uw zegeningen als wij verder op Uw Woord wachten. In Jezus' Naam, bidden wij het. Amen.

19 Bij wijze van samenhang wil ik nu graag lezen uit Johannes 12:20 en 21. Neem een kleine, bekende Schriftplaats om over te spreken, niet te prediken, omdat ik ben... Ik ben... Wil gewoon tot u spreken op een manier, dit zodanig uitleggen dat u er een begrip van kunt krijgen. En laten we daar onze conclusie uit trekken.

     Ik geloof dat de Bijbel zei: "Komt, laat ons tezamen richten, zegt de Here", in Jesaja, het achttiende hoofdstuk. [Jesaja 1:18 – Vert] "Komt, laat ons tezamen richten, zegt de Here." Nu, ik denk dat wij dat zouden moeten doen: richten.

     Dus bij wijze van samenhang... voor het verband, wil ik dit vers lezen.

     En er waren sommige Grieken uit hen, die opgekomen waren, opdat zij op het feest zouden aanbidden;
     Dezen dan gingen tot Filippus, die van Bethsáïda in Galil éa was, en baden hem, zeggende: Heer, wij wilden Jezus wel zien.

     En dan in Hebreeën 13:8 lezen wij hier dit vers:

     Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en in eeuwigheid.

20 Nu, dat is nogal een vraag. En nu, om dit juist te verdelen en het een juiste uitleg te geven, is dit naar het beste van mijn kennis. Dat wij zijn... We weten allen dat wij als christelijke gelovigen op een dag in de tegenwoordigheid van God moeten komen staan. Wij weten dat. Wij moeten in Zijn tegenwoordigheid staan omdat we schepselen zijn van Zijn schepping.

     En als Christenen geloven wij dat deze Bijbel het onfeilbare Woord van God is. Ik ben... Als ik het niet kan accepteren, elk woord, dan kan ik geen geloof hebben. U kunt geen geloof hebben in iets waarover u in twijfel bent, omdat u moet... u geloof moet hebben in iets waarin u gelooft.

     Als het Woord dus in tegenspraak is, of het was voor een ander tijdperk bedoeld, of voor andere mensen, en wat erin geschreven staat daarvan zijn sommige Schriftgedeelten waar en andere zijn niet waar, zoals mensen ons zouden willen doen geloven, of dat proberen, dan is het voor mij zelfs niet... Het is de meest verwarrende zaak. Ik zou het zelfs niet in mijn huis willen hebben. Want ik laat geen literatuur van de wereld in mijn huis binnenkomen. En als dit Boek in tegenspraak is met zichzelf, of het belooft iets dat het niet kan ondersteunen, dan ik... Dan is het niet het Woord van God.

21 Nu, onthoud: God is oneindig en Hij is almachtig. En Hij is alomtegenwoordig omdat Hij alwetend is... of... en...

     Nu, bemerk. Dan is dit Woord de Waarheid. En als het de Waarheid is, is het Gods Woord. En geen man is meer waard dan zijn woord. Wij willen altijd contracten met elkaar tekenen. Maar het schijnt mij toe, dat als ik een contract met een man onderteken, dat ik niet veel vertrouwen in hem heb... Maar als ik vertrouwen heb in de man, tekenen wij geen contract, maar ons woord staat ervoor. Uw woord is uw overeenkomst.

     En als ik u niet de waarheid kan zeggen, dan is mijn woord waardeloos. En als God ons iets verteld heeft dat niet waar is, dan is dit niet het Woord van God, of kan Hij God niet zijn. Hoe kan Hij de oneindige God zijn en ons dan iets vertellen wat verkeerd is? Zie? Dus geloof ik dat dit het Woord van God is. En dat de juiste geestelijke houding jegens elk van deze Goddelijke beloften daarin, het zal laten gebeuren.

22 Nu, ik kan... Er is... Ik zeg dat er beloften in kunnen staan die ik niet kan laten gebeuren. Zoals Henoch gedurende vijfhonderd jaar met God wandelde, en een avondwandelingetje maakte, en met Hem naar huis ging zonder te sterven. Ik wenste dat ik dat soort geloof had. Maar ik zou niemand in de weg willen staan die dat soort geloof had. Wij moeten dus geloven dat dit het Woord van God is.

     Nu let hierop. Deze Grieken drukten beslist het verlangen uit van elk persoon die ooit over Jezus Christus hoorde. Want zij zeiden daarin... dat wat zij wilden, was: Heren, wij zouden Jezus willen zien. Zij verlangden niet om Hem te horen onderwijzen. Zij vroegen niet om enige van deze wonderen te zien. Zij zeiden niet: "Laat mij zien uw... Jezus' wonderen. Laat mij Hem een poosje horen onderwijzen." Ze zeiden: "Heren, wij zouden Jezus willen zien."

23 Wel, zij waren enthousiast omdat zij van Hem gehoord hadden. Nu komt geloof door horen, horen van het Woord. Nu "In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. En het Woord werd vleesgemaakt en woonde onder ons." Zij kwamen dus om het Woord vleesgemaakt te zien. Christus was Gods vleesgemaakte Woord.

     Nu, als Hij toen zo was, om deze mensen toe te staan Christus te zien, en wij zouden vanavond verlangen om Hem te zien, waarom zouden wij Hem dan niet evengoed kunnen zien als zij? Nu, hoe velen hier zouden willen zeggen: "Ik zou Jezus willen zien?" Laat ons uw handen zien. Gewoon door het hele gehoor, ongeacht of u Christen bent, zondaar of niet. "Ik zou Jezus willen zien."

24 Wel, als dat ons verlangen is - en dat is hetzelfde verlangen als dat deze Grieken hadden die naar het feest kwamen (het was het feest van Pinksteren), en toen zij er kwamen, was hun verlangen... Zij hadden van Hem gehoord, maar zij wilden Hem zien. Zij kregen dus hun verzoek door het te vragen via een dienstknecht van Christus.

     Als Hij dan Dezelfde is, gisteren, vandaag en voor immer, zouden wij dan niet ons verzoek kunnen krijgen zoals zij het konden, als Hij Dezelfde is? Zouden wij niet in staat zijn om Hem te zien precies zoals zij het konden? Als het niet zo is, dan is er iets fout met Zijn Woord. Want Hij zei hier dat Hij Dezelfde is, gisteren, vandaag en voor immer.

     Als wij dan vanavond naar Hem zullen uitkijken... En laat mij nog een belofte meer aanhalen, waarmee ik niet teveel van uw tijd wil nemen. Want ik weet dat u landbouwer bent, en u moet uw zaden uitzaaien, enzovoort. En ik wil niet zoveel tijd nemen. Maar wij hebben wat zaden hier die een verschillend soort leven voortbrengen. Laten we daarom deze zaden nemen en in ons hart leggen. Want zij zijn eeuwig leven voor allen die het willen aanvaarden en geloven.

25 Nu, Jezus zei: "Waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar zal Ik in het midden zijn." Wel, dan moet dat Hem nu in onze tegenwoordigheid brengen. Als Hij dan hier is, de onzichtbare Christus, waarom kunnen wij Hem dan niet zien zoals deze Grieken Hem wilden zien? Want Hij is Dezelfde in alle opzichten, uitgezonderd het kardinale lichaam... stoffelijke lichaam, liever gezegd. Hij is Dezelfde Christus.

     Wel, hoe zouden wij kunnen weten dat Hij hier was? Hoe zouden wij het kunnen begrijpen dat Hij hier was? Nu, Hij deed dit soort beloften: "Een kleine tijd, en de wereld ziet Mij niet meer. Toch zult gij Mij zien, want Ik zal met u zijn, zelfs in u, tot het einde van de wereld."

     Hij beloofde in Zijn gemeente te zijn, met hen meewerkend. "En de werken die Ik doe, zult gij ook doen; meer dan deze zult gij doen, want Ik ga tot Mijn Vader." Dat is Johannes, het veertiende hoofdstuk, ik denk het achtste vers. Dat wij meer kunnen doen dan Hij kon...

     De King James [vertaling] zegt grotere, maar in de originele vertaling staat meer, omdat er niets groters is. Hij genas de zieken, wekte de doden op, stopte de natuur. Maar waar Hij in één Man was - waar God toen in was - is Hij nu in Zijn gemeente universeel. Daarom kan Hij meer door de gemeente doen dan wat Hij slechts in één Persoon kon doen.

26 Nu, naar welk soort persoon zouden wij nu uitkijken, als wij vanavond in Dawson zouden uitkijken om Jezus te vinden? U zou Hem graag willen zien, maar naar welk soort persoon zouden we uitkijken? Zouden we uitkijken naar een wat vreemd gekleed persoon, een man gekleed in religieuze kleding, zoals mantels of omgekeerde boorden, of een ander religieus...? Nee. Want Jezus droeg gewone kleding. Hij...

     Zouden we uitkijken naar iemand die er anders uitzag dan een ander? Nee. Hij was een Man. Zag er precies eender uit als andere mannen. Hij liep bij mensen in en uit; niemand wist beter dan dat Hij een gewone man was. En dat is waarom de Joden Hem niet konden begrijpen, zijnde... daar Hij Zichzelf God maakte en toch een Man was. Want zij kenden Zijn moeder en Zijn broers en Zijn zusters. En zij vroegen zich af waar al deze grote wijsheid die Hij had vandaan kwam.

     Hij was niet bekend met enige school. Hij... of dat Hij een leraar had. Wij hebben geen vermelding over Hem dat Hij ook maar één dag ergens op een school was. Net zomin hebben wij een vermelding van de apostelen; allen van hen waren min of meer ongeletterde, ongeleerde mensen. Degene wie het Christus behaagde de sleutels van het Koninkrijk te geven, kon zelfs niet met zijn eigen naam ondertekenen.

27 Ik ben niet aan het proberen onwetendheid te ondersteunen. Ik probeer u alleen maar te vertellen dat wij mensen niet kunnen opleiden om God te zien. God wordt niet gekend door opleiding of wetenschap of... Hij wordt slechts gekend door geloof, en de enige manier waarop u Hem kunt vinden, is door Hem te geloven. Dat is het programma dat Hij voorschreef, zodat de ongeletterden en geleerden tezamen konden hebben... genieten van de gemeenschap van Zijn tegenwoordigheid op basis van geloof in Zijn Woord.

     Dus naar welk soort persoon zouden we uitkijken als we niet naar dat soort persoon zouden uitkijken? Dat vinden we vandaag. Ik zeg dit niet kritisch. Maar ik zeg het om getrouw te zijn. Wij vinden onze kerken vandaag in de mooiste gebouwen. Wij vinden onze geestelijkheid gekleed in de mooiste gewaden, en onze koren, en onze... met het prachtigste zingen. Wij vinden onze predikers met Ph., D.L.L., alle soorten graden.

28 Maar waar is deze Jezus? Dr. Morris Reidhead, de president van de grote Sudan Zending, de grootste ter wereld, kwam pas naar mij toe. En in de kamer zei hij: "Broeder Branham, ik heb genoeg graden, eervolle graden, om uw muur mee te behangen." Hij zei: "Maar waar is Christus in dit alles? Zijn de leraren fout geweest?"

     Ik zei: "Ik zou dat niet willen zeggen, meneer." Ik zei: "Ik, als een persoon met een lagere schoolopleiding, zou niet kunnen zeggen dat deze grote fijne leraren fout zijn. Maar zij hebben u de waarheid verteld, maar Christus heeft niets te maken met graden die u hier door theologie verkrijgt. Christus is door geloof. Hij is geen mythe, Hij is een Persoon."

     De Heilige Geest is geen gedachte; Hij is een Persoon. "Als Hij, de Heilige Geest, is gekomen..." En Hij is een persoonlijk voornaamwoord, dus is het absoluut... Het is een Persoon van Christus in de vorm van de Heilige Geest levend in u. Jezus zei: "Ik ben de Wijnstok; gij zijt de ranken."

     Nu, de wijnstok draag geen vruchten. De ranken dragen vruchten. Dus daarom moet Hij u en mij gebruiken, onze ogen, onze lippen, ons horen, ons spreken, alles... Dat is Hij sprekend door ons heen. "Ik ben de Wijnstok; gij zijt de ranken."

29 Het zou dus de samenwerking van Christus en Zijn mensen zijn als wij Hem vandaag konden zien handelen zoals Hij toen deed. Want het is een belofte aan Zijn gemeente. "Als gij in Mij blijft en Mijn Woord in u, vraag wat u wilt..." O, zoveel duizenden beloften konden hier worden aangehaald. Maar het is Christus in Zijn gemeente.

     Wat wij allen gedaan hebben onder ons (ik veronderstel dat ik in een gemengd gehoor ben, zoals gewoonlijk), maar wat wij hebben gedaan, is, dat wij Christus hebben geassocieerd met een intellectuele opvatting van een of andere historische God. Als Hij een historische God is, wat voor goed zou ons dat vandaag doen? Als Hij niet dezelfde God is voor deze generatie zoals Hij in het apostolische tijdperk was... Wat voor goed zou de God van Mozes ons doen als Hij vandaag niet dezelfde God was? Wat voor goed zou ons een genezende God doen Die de zieken daar genas in Zijn dag, als Hij vandaag niet Dezelfde is?

30 Als ik genezing zou betwijfelen, zou ik zeker redding betwijfelen. Want ze zijn beide onderpand van onze redding, van onze totale... Als wij nu slechts het onderpand zouden hebben van onze totale verlossing... En als u een schaduw van een man kunt zien met sarcoma kanker die weer terugkeert tot een nieuwe man en gezond en sterk wordt gemaakt, is dat een teken dat wij op een dag een verheerlijkt lichaam zullen hebben. Want alleen een levende God zou zo'n wonder kunnen doen.

     Als ik op straat een vrouw kan zien die zo laag is, vervallen, immoreel; of een man uit een kroeg, rokend en drinkend en vloekend en tekeer gaand, en binnen een paar dagen is hij een geheiligde, godzalige persoon, die alles in orde maakt wat hij verkeerd heeft gedaan, dan toont dat dat er iets met die man is gebeurd. Zie? Het spreekt van een ander land.

31 Wij zijn burgers, niet van Canada, wij... noch zijn wij burgers van de Verenigde Staten. Ons burgerschap is van boven. Wij zijn burgers van het Koninkrijk van God.

     Als ik naar Duitsland ga, let ik op de manier hoe zij doen. Zij hebben hun eigen ideeën. Ik kwam van een van de grootste samenkomsten vandaan, waar wij elke avond een gemiddelde hadden van tienduizend zielen die gered werden, vijftigduizend gered in vijf avonden. En als ik dan over straat liep, waren hier de heiligen met enorm grote bierglazen, die ze gewoon zo snel mogelijk leegdronken, de Here prijzend zo hard als zij maar konden. Zie? Wel, zij... Dat is in Duitsland hun gewoonte. Zie? Zij schenken er geen enkele aandacht aan. Enzovoort.

     U vindt verschillende karaktertrekken in verscheidene naties. Wij vinden het in Canada, vinden het in de Verenigde Staten. Maar dan, als een Christen een Christen wordt, is hij geen burger meer van deze wereld. Want wij weten zondermeer dat wij Abrahams zaad zijn, en hij beleed dat hij een pelgrim en een vreemdeling was. Hij was een burger van een andere wereld, zag uit naar een stad wier Bouwer en Maker God was.

     Dus is ons burgerschap van boven. En boven is heiligheid, en reinheid, en kracht, en openbaring. Daarom zijn wij burgers van het Koninkrijk van God. En laten wij, als burgers van het Koninkrijk, uitzien naar onze Koning.

32 Waar lijkt Hij op? Waar zouden wij Hem kunnen vinden? De enige verstandige manier die ik vanavond tegen u kan zeggen, mijn vriend, is om terug te gaan naar de Schrift en ontdekken wat Hij gisteren was. Wat Hij dan gisteren was, zal Hij vandaag zijn, en zal dat voor altijd zijn. Omdat Hij de oneindige, onfeilbare, onveranderlijke God is.

     En laten we nu teruggaan. Laten we terzijde leggen... Ik zal mijn Baptistentraditie opzij zetten; u zet uw Methodisten- en de Pinkstertradities opzij. Laat ons direct teruggaan naar de Schrift en ontdekken wat Hij was. Nu, dat zou eigenlijk logisch moeten zijn, verstandig. En dan zullen we ontdekken of we Hem wel of niet kunnen zien, of Hij ons vanavond wil bezoeken. En ik ben er zeker van dat wij overgelukkig zouden zijn als Hij het deed.

33 Bemerk. Laten we teruggaan. We lazen uit Johannes, het twaalfde hoofdstuk. Laten we teruggaan naar het eerste hoofdstuk van Johannes en beginnen. We ontdekken dat direct na Zijn geboorte Zijn openbare bediening begon.

     Het eerste wat wij Hem zien doen, was bidden voor de zieken. En Hij werd om mee te beginnen geassocieerd met Goddelijke genezing, bidden voor de zieken. Grote wonderen vergezelden Zijn gebeden, want de Vader beantwoordde de gebeden van Zijn Zoon.

     Vervolgens weten wij dat er in die dagen een volk was dat uitzag naar een Messias. Laten wij hier niet van afdwalen. Zij keken uit naar een Messias, de Gezalfde, een Christus Die door de Oudtestamentische profeten werd beloofd. Helemaal vanaf Genesis werd een komende Messias beloofd. Elke generatie keek uit naar die komende Messias.

34 Maar het vreemde ervan was, dat toen Hij kwam, zij zover waren weggezakt in andere zaken, dat zij faalden Hem als Messias te herkennen. Zij waren zo georganiseerd, zo gebonden onder die... zich van elkaar afscheidend, Farizeeërs en Sadducee ërs, enzovoort, precies zoals het vandaag is.

     Dus het ware teken dat die Messias verondersteld werd te tonen, dat Hij de van God gezonden Messias was, faalden zij te zien, vanwege hun relatie met hun... of hun vereniging met hun denominatie. Mag ik dit met eerbied en broederlijke liefde zeggen? Het is vandaag ongeveer hetzelfde.

35 Nu, toen Johannes de Doper op het toneel verscheen, kwam er een wonderbaarlijke bediening naar voren met een buitengewone prediking, zoiets als in de orde van Billy Graham, zoals wij vandaag zouden zeggen. Toen die geweldige bediening kwam, waren de mensen verbaasd. En velen van hen dachten in hun hart dat dit de Messias was.

     Maar hij vertelde hun dat hij niet de Messias was. Hij was alleen een voorloper, dat Hij na hem zou komen. Toen Jezus dan kwam, herkende Johannes Hem door een teken. Want in de woestijn had God de Vader aan Johannes iets getoond opdat hij zich niet zou vergissen om de ware Messias te zien, want Hij zou een teken hebben dat Hem zou volgen.

     Nu, we moeten ons herinneren dat de Messias, overeenkomstig de lering van het Oude Testament, was... Overeenkomstig Genesis of Deuteronomium 18:35 [15], zou Hij een Profeet zijn.

36 Mozes, de grote profeet van het Oude Testament, die de Joodse religie op orde zette, zei: "De Here, onze God, zal een Profeet verwekken als mij. En het zal geschieden dat wie niet naar die Profeet zal horen, afgesneden zal worden van onder de mensen." En meer en meer lezen we van Hem.

     Al de Oudtestamentische onderwijzingen wezen naar een komende Messias. En al de Oudtestamentische karakters stelden deze Messias voor, totdat het vervuld werd in een Man.

     David weende over Jeruzalem nadat hij verworpen was, een verworpen koning... Achthonderd jaar later zat de Zoon van David op dezelfde berg, een verworpen Koning door Zijn eigen volk, en weende over Jeruzalem. "Jeruzalem, Jeruzalem..."

     Jozef, een geboren zoon onder andere broeders, had een bijzondere geboorte, en hij werd geboren om een ziener te zijn. Hij droomde dromen en zag visioenen, enzovoort. En hij werd gehaat door zijn broeders om deze dag waarin wij nu leven te typeren. En zijn broeders daar waren grote mannen, de patriarchen.

37 Maar uiteindelijk doodden zij hem, precies zoals zij met Christus deden. In een put gegooid, verkocht voor bijna dertig zilverstukken. Werd omhoog gehaald, en in zijn gevangenschap ging de ene verloren en de andere werd gered (door de slager en de...) of de bakker en de schenker. En eveneens in Jezus' gevangenschap aan het kruis: één verloren en één gered.

     En nadat hij verhoogd was tot de hoogste positie in het koninkrijk, aan de rechterhand van Farao... Zoals Jezus verhoogd werd naar de hoogste positie in de hemel aan de rechterhand van God. En als Jozef eraan kwam, schalde de bazuin: "Laat ieder zijn knie buigen, Jozef komt eraan."

     Hetzelfde als de bazuin schalt. "Elke knie zal buigen en elke tong zal belijden dat Jezus Christus de Zoon van God is." Wij zien het allemaal getypeerd.

     Kijk naar Elia, en door alles heen werd het getypeerd, tot aan Johannes toe. En toen verscheen de Messias overeenkomstig deze mannen daar terug die gezalfd waren met Zijn Geest. En Hij was de volledige God in Messiasschap. Hij was de gezalfde God, een Profeet.

38 En toen Hij kwam om deze tekenen onder de mensen te doen, waren sommigen van hen zo weggezakt in hun kerkgeloof, dat zij faalden om Hem te zien. Nu, laten we Zijn leven opsommen. Laten wij Hem in het eerste hoofdstuk van Johannes opzoeken.

     Een van de eerste dingen die wij Hem zien doen, was bij een man, genaamd Andreas, die in Hem geloofde, die zijn broer Simon overtuigde om deze Man te komen zien. Simon, die later Petrus werd, aan wie de sleutels van het Koninkrijk werden gegeven, het hoofd van de kerk, een visser, onwetend, de Bijbel zei dat hij ongeleerd was... Het boek Handelingen, het derde hoofdstuk. Hij was zowel onwetend als ongeleerd, en dus... en Johannes eveneens.

39 En als wij hem dan in de tegenwoordigheid van deze Man zien komen Die verondersteld werd de Messias te zijn, laten we dan zien wat hij vond. Wat als hij alleen maar een groot theoloog zou hebben gevonden? Ze hadden er meer dan genoeg in die dag. Ze hadden er meer dan genoeg van. Deed hij... Wat vond hij? Geen groot theoloog. Maar hij vond een kleine, nederige soort Man. En zodra hij in Zijn tegenwoordigheid kwam aanlopen, keek Hij hem in zijn gelaat en zei: "Uw naam is Simon, en uw vaders naam is Jonas." En onmiddellijk herkende deze goed getrainde man in geestelijke dingen dat dat de Messias was.

     Het was honderden jaren geleden dat zij een profeet hadden gehad. En zij wisten dat de volgende op rij de Messias was. Nu, houd dat in gedachten. Onmiddellijk herkende deze man dat dat de Messias moest zijn, en hij viel aan Zijn voeten.

40 Er stond daar iemand, genaamd Filippus, die deze dingen gedaan zag worden. En bij het zien van wat er plaats vond, dacht hij aan een goede vriend. Er is iets mee als u werkelijk Christus ziet, dan moet u het aan uw vriend vertellen. Elke man voelt het zo omtrent zijn vriend.

     Dus gaat hij vierentwintig kilometer om de berg heen. En hij komt bij de plaats waar een vriend was die een groot Bijbelstudent was. En zijn naam was Nathanaël. En hij vond hem biddend onder een boom buiten in de vijgenboomgaard. En toen Filippus bij hem kwam, zei hij tegen hem, na zijn gebed: "Kom, zie Wie wij hebben gevonden."

     Nu, onthoud. Niet: Dr., Ph.D. Zie? Geen man met een geweldige theologie."Wij hebben de Messias gevonden, Die de Christus genaamd wordt."

     Zei: "Wel, wie is Hij?"

     Zei: "Jezus van Nazareth, de zoon van Jozef."

41 O, dat raakte die man nu echt, want hij was een beetje geassocieerd geraakt met de kerk, omdat hij orthodox was. En hij zei: "Nu, kan er iets goeds uit Nazareth komen?"

     Met andere woorden, zou uit een dergelijk arm stadje, of uit een arm soort ontaarde mensen en... en waar kwaad van wordt gesproken, door ons hele mooie land bekendstaand als een slechte plaats... Zij zijn onwetend en diefachtig; ze zijn moordenaars en bandieten, enzovoort. Zou er ook maar iets goeds uit Nazareth kunnen komen?

     Nu, ik wenste dat iedereen deze houding zou aannemen. Hetzelfde, zoals hij, Filippus het aan Nathanaël vertelde. Hij zei: "Kom en zie." Daar hebt u het. Blijf niet thuis zitten om het te bekritiseren. Kom en zie voor uzelf.

42 Ik wenste dat ik hen langs de weg had kunnen horen praten. Ongetwijfeld spraken zij erover hoe de Messias zou zijn. Welnu, Nathanaël was een geleerde man. Wel, hij zei: "Ongetwijfeld, beslist, ik weet wat het teken van de Messias zal zijn, omdat Hij een Profeet zal zijn."

     Nu, misschien ging hun conversatie ongeveer zo: "Herinner jij je de oude visser daar, Simon genaamd?"

     "Ja, ik herinner me hem."

     "Wel, herinner je je dat hij zelfs de bon voor jouw vis niet kon ondertekenen met zijn naam?"

     "O, zeker. Ik ken hem en ook zijn vader."

     "Nu, hij wandelde tot voor deze Man Die van Nazareth komt, deze Galilese Profeet, en onmiddellijk, zodra hij in Zijn tegenwoordigheid kwam, vertelde Hij hem dat zijn naam Simon was en wat hij was, en dat zijn vaders naam Jonas was. Het zou me niet verbazen als Hij je zou vertellen wie jij bent."

     Wel, het zou moeilijk zijn voor Filippus [Nathanaël] om dat te geloven. Maar onthoud nu vrienden, wat ben ik aan het vertellen? Wat probeer ik tot u te brengen? Dat was hoe het publiek wist dat dat het teken was van Jezus, de Messias.

43 Nu, ik zou u hiermee willen uitdagen. Er is niemand die dat kan betwisten. Dat is de waarheid. Het was een teken dat bij de Messias hoorde.

     Wel, zodra Filippus in Zijn tegenwoordigheid kwam en Nathanaël bracht, keerde Jezus Zich om en keek naar hem. En zei: "Zie, een Isra ëliet in wie geen bedrog is." Dat maakte dit kerklid gewoon klein. Hij wist nauwelijks wat...

     Hij zei: "Rabbi (wat leraar betekent), vanwaar kende Gij mij? U hebt mij nog nooit gezien. Dit is onze eerste ontmoeting. Hoe kunt U deze dingen over mij weten?"

     Hij zei: "Voordat Filippus u riep, toen u onder de boom was, zag Ik u." Helemaal rondom die berg, wat een ogen! Zie? "Ik zag u."

     Luister naar deze aanhaling. Wat gebeurde er toen? Nathanaël viel ongetwijfeld op de grond, en keek naar Hem op, en zei: "Rabbi, Gij zijt de Zoon van God. Gij zijt de Koning van Isra ël, die grote Gezalfde! Want ik weet dat de Schriften ons zeggen dat dat het teken van de Messias zou zijn. U bent werkelijk Degene naar Wie wij uitgekeken hebben."

44 Welnu, als Hij dat gisteren was, Zichzelf bekendmakend aan Zijn mensen, wel, Hij is vandaag Dezelfde. De Schrift zegt dat Hij dat is.

     O, natuurlijk stonden daar degenen die dat niet geloofden. En zij waren trouwe gelovigen... onwrikbaar orthodox. Zij studeren met gebogen ruggen, met hun gewaden aan, en al hun grote tulbanden op, enzovoort. Met alle religieuze vaandels en dogma's die zij maar konden hebben, stonden daar met grote titels voor hun namen en dergelijke dingen, en hun samenkomst was aanwezig, wetend dat zij zich daarvoor aan hun samenkomst zouden moeten verantwoorden... Zij konden het niet betwisten; het was daar. Het wonder was voltrokken. Er moest iets worden geciteerd.

     En wat zeiden ze? Ze zeiden: "Deze man is Beëlzebul, de overste van de duivels, een waarzegger. Hij leest hun gedachten."

     Nu, als zij... Zij zeiden het niet hardop. Zij dachten het in hun hart, zei de Bijbel. En Jezus ving hun gedachten op, keerde Zich om en zei: "Ik zal u dat vergeven, maar als op een dag de Heilige Geest komt, zal Hij, als Hij komt, hetzelfde doen, en daar één woord tegen te spreken, zal nooit vergeven worden in deze wereld, noch in de wereld die komt." Dus u ziet waar wij staan in deze dag.

45 "Om na de dood van Jezus Christus het bloed van het verbond te vertreden waarmee wij geheiligd waren, om dat een onrein iets te noemen, en het werk van genade te verachten, daarvoor blijft geen slachtoffer voor de zonde meer over." Hebreeën, het zesde hoofdstuk. Zie? Dus u ziet waar wij aan toe zijn. Wij verachten het werk van genade dat ons riep tot heiligmaking. Zie? Er één woord tegen te spreken!

     Welnu, tot wie kwam Hij? "Hij kwam tot de Zijnen." Wie waren de Zijnen? Hebreeërs, Joden. Nu, er was... er waren twee klas... Er zijn altijd drie klassen (geen klassen, dat wilde ik niet zeggen), rassen van mensen op de aarde. Wij stammen allen af van de zonen van Noach: Cham, Sem en Jafeth. Nu, dat waren Joden, heidenen en Samaritanen.

     Nu, tot deze predikers die hier achter mij zitten, en misschien zitten er enigen voor mij. Wij weten allen dat aan Petrus de sleutels tot het Koninkrijk werden gegeven... zou ik dat voor u mogen uitleggen door de genade van God. Aan Petrus werden de sleutels tot het Koninkrijk gegeven.

46 Nu, op de dag van Pinksteren was hij degene die het Koninkrijk voor de Joden opende. Wij erkennen dat. En vervolgens ging Filippus naar de Samaritanen en predikte daar en doopte hen in de Naam van Jezus Christus, alleen was de Heilige Geest nog niet op hen gekomen. En toch had Filippus de Heilige Geest. Dus werden mensen gestuurd om Petrus te halen. En hij en Johannes kwamen en legden hun handen op hen en zij ontvingen de Heilige Geest. Is dat waar? Goed.

     Dan ontdekken we dat hij op een dag op het dak was en een visioen had. En Cornelius, die een heiden was, had een visioen gehad. En zij zonden hem naar Cornelius' huis en daar opende hij het Evangelie voor de heidenen. Daar zijn uw drie volken: de volken van Cham, Sem en Jafeth. De apostel werd niet meer gebruikt om de weg naar het Koninkrijk met de sleutels te openen, omdat het toen voor iedereen was.

47 Nu, wij bemerken dat toen hij kwam, dat er was... Wij, de Angelsaksen, de heidenen, zagen niet uit naar een Messias. Wij waren heidenen, Romeinen enzovoort, die afgoden aanbaden. Maar er waren twee klassen mensen, of twee rassen, die naar Hem uitzagen. Dat waren Joden en Samaritanen. En een Samaritaan was half Jood en heiden.

     Nu, luister nu goed, zodat u het niet zult missen. Nu, deze... Hij komt alleen voor diegenen die naar Hem uitzien. Laat mij dat herhalen. Als u hier in het gehoor zit als een criticus, als u hier als een ongelovige bent, dan zal Hij u nooit aanraken, u alleen bestraffen. Maar Hij komt naar diegenen die naar Hem uitzien, die gelovigen zijn. Nergens in de Schrift kwam Hij ooit op een andere manier, dan tot gelovigen. Dat is waar Hij beloofde samen te komen. Om Zijn genezing te doen, nam Hij een blinde man weg van de ongelovigen, buiten de stad, om zijn ogen te genezen.

     Hij komt alleen tot gelovigen. Dus de heidenen zagen in die dagen niet uit naar een Messias. Maar Samaritanen en Joden wel. En toen Hij tot de Joden kwam, toonde Hij Zijn teken als Messias. En de ware gelovigen herkenden dat het de Messias was. De ongelovige verwierp het en werd erdoor vervloekt.

48 Nu... nu, we zijn in... We ontdekken dan in Johannes, het vierde hoofdstuk, dat Hij nu op weg gaat Samaria, naar een stad Sichar. En als Hij daar aankomt, zendt Hij Zijn discipelen weg om voedsel te kopen. En terwijl zij weg zijn om voedsel te kopen, kwam er een vrouw aan, een slecht bekendstaande vrouw. En zij was... had vele mannen.

     En zij kwam om water te halen. En Jezus zei: "Vrouw, breng Mij wat te drinken."

     En ze zei: "De put is diep. En daarbij, wij hebben hier afscheiding. Daar is... U Joden, zouden ons Samaritanen niet zulke dingen moeten vragen. Het is niet de gewoonte voor een Joodse man om aan een Samaritaanse vrouw wat te vragen."

     Hij zei: "Maar als u wist tegen Wie u sprak (zie?), zou u Mij om drinken vragen."

     Wat deed Hij in het gesprek? Haar geest vatten. Tenslotte vond Hij uit wat haar moeite was. En Hij zei: "Ga, haal uw man en kom hierheen."

     Ze zei: "Ik heb geen man."

     Zei: "Gij hebt dat goed gezegd. Want u hebt vijf mannen gehad, en degene met wie u nu leeft, is niet uw echtgenoot. En wat dat betreft hebt u het goed gezegd."

49 Let op die vrouw. Dit is een bestraffing voor de mensen van deze dag. Deze vrouw zal opstaan in het oordeel en deze generatie veroordelen. Die slecht bekendstaande prostituee stond op en zei: "Meneer, ik bemerk dat u een profeet bent. Wij weten het. Wij zijn onderwezen dat de Messias, Die de Christus, de Gezalfde, genaamd wordt, dat als Hij komt deze tekenen zal doen. Maar wie bent u?"

     Jezus zei: "Ik ben Hem Die tot u spreek."

     Daarop verliet zij haar waterkruik en rende naar de stad en zei tot de mannen van de stad: "Kom, zie een Man die mij verteld heeft wat ik heb gedaan. Is dit niet de ware Messias?"

     Nu, Canadese broeders en zusters, laten we geen kinderen zijn, laten we naar de Bijbel kijken. Als dat gisteren het teken van de Messias was, voor zowel Joden als Samaritanen, zou het dan niet hetzelfde teken van de Messias zijn voor de heidenen?

50 Nu, naderhand werden deze werken nooit voor heidenen gedaan in die dagen. Maar laat mij eindigen met naar de heidenen te gaan. Welnu, we weten dat we tweeduizend jaar hebben gehad zonder ergens enige vermelding van dat fenomeen na Pinksteren.

     We hebben een groot uiteenvallen van kerken gehad, een grote Maarten Luther, een grote John Wesley. En ik ben naar hun plaatsen geweest en ik heb in Wesley's preekstoel gestaan. Daar denk ik nu aan. Het was daar waar hij elke morgen tot vijftienhonderd mensen predikte. En was bij zijn graf, en van zijn moeder Susanna, en overal in de verschillende delen van de wereld en bij de bekendheden enzovoort...

     Maar vrienden, we hebben nooit meer sinds de dagen van de apostelen en het uitsterven van die vroege apostolische beweging, terug tot ongeveer het midden van de gemeente... of van de derde eeuw na de dood van Christus... Deze beweging hebben wij nog nooit zien komen.

51 Nu, de gemeente kwam uit van... Dat was het beëindigen van de apostolische gemeente, en ze kwam opnieuw op na enige honderden jaren... ongeveer na duizend jaar of meer, die de donkere eeuwen worden genoemd. Toen kwam ze op aan deze kant in de eerste reformatie, welke Maarten Luther was. Toen kwam John Wesley. En toen de Pinksterbeweging.

     Hier in deze eeuw waarin wij leven, is het het bijeenbrengen van een gemeentetijdperk. Nu, bemerk. Als God de onfeilbare God is, als Hij de grote Jehova is, kan Hij het ene kind niet zus behandelen en het andere kind zo. En wat Hij voor hen deed, moet Hij ook voor ons doen, anders hebben zij iets gekregen wat wij niet kregen.

     Dus als Hij de gemeente gewoon laat binnenkomen op algemene theologie, dan doet Hij de heidengemeente tekort. Terwijl Hij beloofde dat Hij haar meer zou geven dan zij daar vroeger hadden. Er is dus ergens iets fout als wij het niet ontvangen.

52 Maar luister, mijn broeder, zuster, laat het niet over uw hoofd heengaan. Het gaat altijd over de hoofden van de mensen heen en zij weten er niets over. Zij herkenden nooit de profeten in hun dagen totdat zij dood waren. Evenmin herkenden zij ooit Jezus Christus als de Zoon van God totdat Hij gestorven, begraven en opgestaan was. Het was toen dat de gemeente begon te realiseren dat Hij de Zoon van God was.

     Kijk naar Patricius en velen van de heiligen van daarna. Kijk naar Jeanne d'Arc. U, Katholieke mensen hier, kijk naar Jeanne d'Arc. Hoe noemde u haar? Uw kerk verbrandde haar als heks op de brandstapel, omdat zij visioenen had gezien en bad voor de zieken. En toen zei u dat zij een heks was en verbrandde haar op een brandstapel, en die vrouw riep om genade.

     O, ongeveer honderd jaar later herkende u dat zij een heilige was. Wat deed u als boetedoening? U groef de lichamen van die priesters op die haar hadden verbrand en gooiden ze in de zee. Maar ziet u, zij ging regelrecht over uw hoofden heen. God nam haar, en u herkende het niet.

53 Zo is het in elk tijdperk. "Hij verbergt het voor de ogen van de wijzen en verstandigen en zal het aan kinderkens openbaren, zij die nederig zijn en willen leren." Laten we daarom wakker worden, broeder, zuster. Laten we even de uitspraak van Jezus nemen voordat wij een gebedsrij oproepen.

     Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen." Laten we nagaan wat dat betekent. De dagen van Sodom... In de dagen van Sodom waren er drie klassen van mensen. De Sodomieten, het lauwwarme kerklid, welke Lot en de wereld waren. En daar was Abraham, de uitverkoren gemeente, uitgeroepen, zat alleen buiten op de berg, nam de weg met het verachte groepje van de Here, kreeg het weinige van de aarde. Maar Hij was Gods dienstknecht.

54 Nu, God kwam neer in een vorm van drie engelen. Twee van hen gingen naar Sodom toe en predikten en riepen Lot uit Sodom vóór de verbranding van Sodom. Nu, hoe... Let op hoe Hij daar nu naar verwees, naar de tijd van het neerkomen van het vuur. En als we hebben... we zijn...

     Als we bij ons goede verstand zijn, kunnen we zien dat de mens in zijn prestaties om de wereld te veroveren iets heeft bereikt dat de wereld gaat vernietigen, en zichzelf erbij: atoom- en waterstofbommen. En dat zou voor daglicht kunnen gebeuren. Het zou binnen een paar minuten kunnen gebeuren. De hele wereld zou in deze spoetniks kunnen gaan en gewoon zeggen: "Wel, wilt u vergaan, of uzelf overgeven?" Wat zouden wij doen? Zie?

     En het ligt in de handen van zondige mensen. Wat als iemand op een dag teveel wodka drinkt en een van deze projectielen loslaat? Elke natie heeft ze klaarstaan om ze los te laten. Wel, de wereld kan dit niet overleven.

55 En dat is exact wat God heeft geprofeteerd dat zou plaatsvinden. "De hemelen en aarde zullen verbrand worden en branden met onuitblusbaar vuur." Zei: "Voordat die grote en geduchte dag des Heren komen zal, zal de wereld met vuur verbrand worden." Maleachi 4, en hij zei: "De rechtvaardigen zullen wandelen over de as (de vulkanische as) van de goddelozen", in het duizendjarig rijk. Dat is juist.

     Maar voordat die dag komt, zei Hij: "Ik zal Elia zenden die het geloof van de mensen terug zal brengen tot de vaderen." [Leeg gedeelte op de band – Vert]

56 Waar was dit een symbool van? Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen." Welnu, Sara, zijn vrouw, was oud. Abra... Hij heette Abram tot een paar dagen daarvoor. Maar zijn naam werd door God veranderd in Abraham, toen God in het visioen tot hem had gesproken.

     Maar toen de engel met Zijn rug naar de tent zat, zei Hij: "Abraham, waar is uw vrouw Sara?" S-a-r-r... S-a-r-a, het was S-a-r-a-i, zoals u weet. Dus zei Hij: "Waar is uw vrouw Sara?"

     Zei: "Zij is in de tent achter U."

     Hij zei: "Abraham, Ik ga dit niet voor u achterhouden. Maar u hebt Mij nu gedurende vijfentwintig jaar vertrouwd, en Ik ga u bezoeken overeenkomstig de tijd des levens."

     Ik wil dat u mensen, als een gemengd gehoor, dit kunt opvangen als ik dit tot uitdrukking breng.

57 [Leeg gedeelte op de band – Vert] ... gekeerd naar de tent, zei: "Waarom lachte Sara, deze dingen zeggend: 'Hoe kunnen deze dingen gebeuren?'"

     Nu, kijk. Zie wat Jezus zei. Let nu op de bedoeling. Voordat de dag des Heren zal komen... In de dagen van het komen van de Zoon des mensen zal God in de gemeente hetzelfde teken voor de mensen doen als... aan de uitverkoren gemeente, als Hij voor Abraham deed vóór de verbranding van Sodom. En let op dat teken. Hetzelfde teken als dat Jezus deed toen Hij hier op aarde was, was beloofd voor de laatste dagen.

     Dus: "Heren, wij zouden Jezus willen zien." Hoe zult u Hem kennen? Overeenkomstig de Schrift, toen Hij Zichzelf aan de Joden bekend maakte, was Hij de Profeet Die de geheimen van hun hart kende. Hoe velen willen zeggen dat dit waar is?

58 Toen Hij Zichzelf aan het Samaritaanse ras bekend maakte, maakte Hij Zichzelf bekend als een Profeet. En de vrouw ging heen en vertelde de mannen van de stad: "Kom, zie een Man Die mij de dingen vertelde die ik heb gedaan. Is dat niet de ware Messias?" Nu, laat mij het volgende vers nemen. En de Bijbel zegt dat de hele stad, het gehele ras daar, in Jezus geloofde om wat de vrouw had gezegd... op het woord van de vrouw.

     Denk na. Hij deed dat teken één keer, en dat maakte het voor altijd vast. Zij zeiden: "Hij is de Messias." Omdat Hij het teken van de Messias had gedaan.

59 Onthoud dit nu. Nu, in deze laatste dagen, let op, zal Jezus hier niet op aarde zijn in een stoffelijk lichaam, maar de Geest van Jezus in menselijk vlees, zijnde de rank van de Wijnstok, zou hetzelfde doen in menselijk vlees.

     Als de gemeente zich tezamen zou vergaderen, zou Hij Zichzelf door hen heen bekend maken. Als Hij dus vanavond in deze gemeente zou komen en hetzelfde zou verrichten, zouden wij dan niet onze handen kunnen opheffen en God danken, zoals deze Grieken deden: "Wij hebben Jezus gezien." Dat is wat Hij was. Dat is wat Hij is, als Hij Dezelfde is, gisteren, vandaag en voor immer. Is dat waar?

     Hoe velen zouden Hem willen zien? Laten we onze hoofden buigen.

60 Heilige en genadige God, dit is een geweldig ogenblik. Dit is een moment dat voor veel mensen het verschil tussen leven en dood zou kunnen betekenen. Het zou kunnen zijn dat er op dit moment iemand zou zitten die kritisch is, die zich eeuwig van God zou kunnen afscheiden.

     Er zou er hier een kunnen zijn, Here, die kritisch is geweest, en een gelovige zou willen worden en eeuwig leven hebben. Misschien zijn er enigen, Here, hier die ziek zijn. Ze zijn naar de kerk gegaan en de getrouwe herders hebben hen met olie gezalfd en hebben voor hen gebeden, en zij konden het geloof om genezen te worden niet grijpen.

     Mag het komen te geschieden, Here, dat zij zullen zien dat de ware Christus, waar hun voorganger over gesproken heeft, nu een beetje hogerop is gekomen met ons, of een beetje dichter naar ons toe... een beetje dichterbij, om Zichzelf vanavond onder ons bekend te maken. Dan kunnen zij het geloof grijpen om te zien: "Ja, Jezus is hier. Hij is in onze midden. Ik geloof Hem als mijn Geneesheer, als mijn Redder."

61 En dan kunnen zij gaan getuigen, hun getuigenis uitbazuinen. En U kunt de Hogepriester zijn. En U bent nu de Hogepriester van hun belijdenis. Als zij waarlijk vanuit hun hart kunnen geloven dat U het werk hebt gedaan...

     Wij weten dat het werk zelf reeds beëindigd is, maar om geloof aan te wenden om het te geloven... "Alle dingen zijn mogelijk voor degenen die geloven."

62 Nu, Here Jezus, ik zou beter af zijn om daar aan de waterkant te zitten om ergens uit te rusten met vissen, of misschien in mijn huis te zitten bij mijn zoontje die vandaag jarig is. Hoe graag zou ik vanavond mijn kleine zes jaar oude Joseph op mijn schoot willen hebben, zijn grote ogen naar mij zien opkijken als hij "papa" zegt, een vreugde die Gij mij op mijn middelbare leeftijd hebt gegeven.

     Ik zou beter af zijn om daar, of ergens anders te zijn, dan hier in deze kerk proberend de kinderen van God te misleiden. God, ik bid dat elkeen hier in staat zal zijn deze paar hakkelende woorden te grijpen, Vader. Ze mogen verstrooid zijn. Ze mogen... niet in de harten gestampt zijn zoals graan meestal gestampt wordt. Maar als zij uitgestrooid zijn, mogen ze dan in de grond vallen waarin U hebt voorzien. En de resultaten en de lofprijs zullen voor U zijn, Vader.

63 Terwijl we in deze kerk zitten, dragen ik en deze gemeente onszelf aan U op. O kom, Here Jezus. Wij zijn niet met zo velen vanavond. Maar U beloofde het aan drie, en wij zijn met meer dan dat getal.

     En mogen wij, als wij hier vanavond vertrekken en op weg gaan naar onze verschillende huizen, mogen wij spreken zoals degenen die van Emmaüs kwamen, na de opstanding op die eerste grote morgen. Botanisch leven was in volle bloei, en Leven was in volle bloei. En hij wandelde met Hem langs de kant van de weg, Cl éopas en zijn vriend. Zij herkenden helemaal niet Wie Hij was. Maar toen in de avondtijd, misschien ongeveer op deze tijd, toen zij in de herberg vergaderd waren, deed Hij iets net zoals Hij deed voordat Hij werd gekruisigd. En zij wisten dat niemand anders het op die wijze deed dan Hij. En hun ogen werden geopend, en zij herkenden dat het hun Here was. En Hij verdween uit hun gezicht.

     Heel snel renden zij naar de andere discipelen toe en zeiden: "Waarlijk, Hij is opgestaan!" Vader, ik bid dat dit vanavond ons getuigenis zal zijn.

64 Ik heb nu gesproken over hoe U in de voorbijgegane jaren bent geweest. En deze mensen staken hun handen op dat zij U wilden zien. Nu, wees dat vanavond voor ons, Here, om Uw Woord te vervullen. Het is overeenkomstig Uw Woord.

     Toen U hier op aarde was, zei U dat U genas omdat het was om te vervullen wat de profeten over U gesproken hadden. En dan, Vader, vanavond, hebt U deze dingen ook beloofd voor deze laatste dag. Dus ik bid dat U Uw Woord vanavond wilt vervullen. Sta het toe, als wij onszelf aan U opdragen. In Jezus Christus' Naam, vragen wij het. Amen.

65 Dank u voor uw vriendelijkheid om zo lang op mij te wachten. En nu, wij... Morgenochtend komen we vroeg naar het ontbijt. En dan...

     Ik zal u niet erg lang houden. Maar we zullen gewoon oproepen, ik geloof... O, wacht ik... [Heb je gebedskaarten uitgedeeld? Ja.] Goed. Hij zei dat hij gebedskaarten heeft uitgedeeld. Wat was het? A's of C's? C's. Wel, goed. Van 1 tot 100? Goed. Laten we over een ogenblik een kleine gebedsrij oproepen. Ik ben alleen... maak... Ik probeer te zien wat Hij mij wil vertellen aan welke kant ik moet beginnen, waar vandaan ik moet beginnen. En laat het gewoon in mijn gedachten komen, en dan zal ik... Wij willen er niet teveel naar voren laten komen.

     Maar nog even dit. Als... als Christus in ons midden wil komen en bewijzen dat Hij hier is, dat Hij niet dood is maar leeft, zou dat niet... Zouden we niet zoveel geloof kunnen hebben als die arme prostituee van Sichar? Zouden wij niet als christelijke gelovigen kunnen zeggen: "Waarlijk, dat is de Messias, want Hij beloofde het." Hier is het Woord dat het heeft gezegd. En hier is Hij precies bij ons vandaag om dat uit te voeren.

66 Daarom vrienden, wil ik dat u dit weet. Als ik daar naar buiten kon komen (ik zeg dit ernstig, niet als grap, maar serieus), en een kwartje op de straat legde, en het met mijn neus hier door de hele hoofdstraat duwde, en helemaal door de stad op mijn handen en voeten met mijn neus dat kwartje voortduwde om u gezond te zien worden, dan zou ik nu gelijk beginnen. En bij het licht van een zaklantaarn zou ik het de hele nacht voortduwen om u gezond te zien worden.

     Nu, ik meen dat echt. Ik ben ziek geweest. Ik weet wat ziekte is. Maar dat zou niet werken. U bent reeds door Zijn striemen genezen. Om door mij handen te laten opleggen? Of de predikers handen op te laten leggen? Dat is prima. Maar dat is niet nodig. Het enige wat u te doen hebt, is om te aanvaarden wat Hij reeds voor u heeft gedaan. Zie?

67 En nu hebben onze broeders hier duidelijk en klaar tot u gepredikt dat Hij de Christus is, en u hebt het geloofd en redding aanvaard. En hebt u gezien hoe blij u was met de resultaten?

     Welnu, hetzelfde gebeurt bij zowel genezing als redding. U moet onthouden dat het werk reeds volbracht is. Nu willen we vragen of iedereen gewoon zo eerbiedig mogelijk wil zijn...

     Nu, als onze heilige Vader de tegenwoordigheid van Zijn Geest wil toestaan en dezelfde werken hier voor u wil verrichten; hoe velen hier hebben dat nog nooit in hun leven zien doen? Laat ons uw handen omhoog zien gaan. Door het hele gebouw, die het nog nooit in hun hele leven hebben gezien? Meent u dat er slechts twee mensen zijn die nooit...

     Hoe velen hier waren nooit in een van mijn samenkomsten, steek uw hand op? Nooit in een van mijn samenkomsten. Wel, waar hebt u het dan gedaan zien worden? Ik... Nu, er is ergens iets verkeerd. Zeker geloof ik dat u oprecht bent. U... Wel, misschien deed u het. Dus ben ik daar dankbaar voor.

68 Maar ik geloof dat er ergens iets fout is, want dat klopt niet. Dus misschien heeft u mij verkeerd begrepen. Ik bemerk dat wij hier soms Noren, Zweden en wat ook meer hebben, dus zij kunnen niet... misschien verstaan zij niet goed engels. Dus misschien... Maar u begreep het de tweede keer.

     Hoe velen hebben de Here lief? Ik wil het op die manier zeggen. Nu, dat doen wij allemaal. Goed dan.

     Nu, laten we zien. Zei je C-1 tot 100? Laten we dan vanaf nummer 1 beginnen. Gebedskaart C-nummer-1. Heeft u... wie heeft die gebedskaart? Zou u... [Leeg gedeelte op de band – Vert]

     Het lijkt wel of ze allemaal, iedereen kan lopen. Daarom zal ik... In plaats van te nemen... daar naar de kreupelen te gaan, zal ik ze hier naar boven laten komen.

69 Nu zou ik graag één ding tegen u daar willen zeggen. Hoe velen weten dat de Schrift zegt dat Jezus Christus precies nu de Hogepriester is Die kan worden aangeraakt door het voelen van onze zwakheden? Wij zijn het daar allemaal mee eens. Goed.

     Nu, dat is het boek Hebreeën. Hij is de wat? Een Hogepriester. Is Hij dezelfde Hogepriester Die Hij was toen Hij hier op aarde was? Is Hij Dezelfde? Hoe zou Hij dan handelen in Zijn priesterschap als Hij dezelfde Hogepriester is Die Hij gisteren was? Als Hij het vandaag is, dan zou Hij op dezelfde manier handelen, is dat juist?

     Hoe velen herinneren zich de geschiedenis van de vrouw die daar met de bloedvloeiing kwam en de zoom van Zijn kleed aanraakte, zeggend dat, als zij Zijn kleed kon aanraken, zij gezond zou worden? Herinnert u zich het verhaal?

70 Nu... nu, let hierop. Waarschijnlijk... laten wij dit zeggen om een punt te maken: zij had geen gebedskaart. Zij kon niet dichtbij Hem komen. Maar ze zei: "Ik geloof dat, als ik Zijn kleed kan aanraken, ik gezond zal worden." Dus glipte zij erheen tot zij Zijn kleed kon aanraken. Lichamelijk kon Hij het niet gevoeld hebben, omdat een Palestijns kleed met een onderkleed loshangt.

     Dus toen zij... Hij... Maar Hij stopte, en Hij zei: "Wie heeft Mij aangeraakt?"

     En de apostel Petrus bestrafte Hem flink, en zei zoiets als dit: "Waarom zegt U zoiets? Iedereen raakt U aan. 'Hoe gaat het met U? Bent U de Profeet? Bent U de Prediker? Bent U... Wij zijn zeker blij om U te ontmoeten. Heeft... Graag zouden wij U hier hebben, Eerwaarde', op die manier, iedereen..." Zei: "En U zegt: 'Wie raakte Mij aan?' Wel, het klinkt niet zinnig", zou Petrus gezegd kunnen hebben.

     Maar Jezus zei: "Maar Ik bemerk dat er deugd van Mij is uitgegaan." Is dat juist? Nu, deugd is kracht. Met andere woorden: "Ik ben zwak geworden." Zie?

71 Nu, toen dat gedaan werd, keek Jezus over het gehoor. Luister nu aandachtig. Jezus keek over Zijn gehoor, misschien staande zoals hier, misschien met meer, misschien met niet zoveel mensen. Maar Hij keek over het gehoor totdat Hij de vrouw vond, en Hij vertelde haar over haar bloedvloeiing en zei dat het gestopt was. Haar geloof had haar gered. Is dat juist?

     Welnu, als Hij diezelfde Hogepriester is, dezelfde Hogepriester, en u zit daar en zult niet in deze gebedsrij komen, zou u Hem dan niet kunnen aanraken met uw geloof? Zou Hij niet hetzelfde handelen als Hij dezelfde Hogepriester is? Klinkt dat logisch? Steek uw hand op, iedereen in het gebouw. Kijk, ik probeer u naar... de gunst van God te krijgen als ik u kan laten zien dat het waar is, om te zien hoe u erop reageert. Zie? Het zou hetzelfde zijn.

72 Nu, u daar in de zaal, zeg: "Broeder Branham weet niets over mij. Hij is een totale vreemde voor mij. Hij kent mij niet. Maar, Here, U weet wat er verkeerd met mij is. Als U hem alleen maar laat... Ik wil U aanraken, Jezus. Kan ik vanavond mijn genezing krijgen?" En zeg dan: "Spreek door broeder Branham en laat hem zich naar mij toekeren en het mij vertellen." Kijk dan of Hij het doet.

     Zou dat niet wonderbaar zijn? Zou dat niet... Dat zou Christendom hetzelfde doen zijn... Er zijn vele grote goden van Boeddha, en al de Sikhs, en Jaïns, enzovoort, van de verschillende religies. En elk van hun grondleggers is dood en in het graf, maar wij hebben een leeg graf. Christendom: onze Here is verrezen uit de dood. En Hij is precies bij ons, levend in ons, Zichzelf tonend door onfeilbare bewijzen dat Hij de Opstanding en het Leven is. Hij is opgestaan uit de dood.

73 Nu, het volgende zal God moeten zijn. Dit is zover als ik kan gaan. Iedereen weet dat. Het volgende zal God moeten zijn. Nu, u hoeft niet... Blijf precies daar staan, dame, dat zal nu in orde zijn.

     Nu, hier staat een dame die een vreemde voor mij is. Tussen haakjes, ik zou graag dit willen vragen. Hoe velen hier zijn vreemden voor mij, dat u weet dat ik niets over u weet? Steek uw hand op. Weten dat... steek even... In de gebedsrij, elk van u in de gebedsrij, als u allen vreemden bent...? Goed, ieder van u.

     Nu, ik ben een vreemde voor u. Ik heb hier twee of drie vrienden bij mij die hier op vakantie bij mij zijn: een prediker die hier in de hoek zit, die van Alabama komt. En ik heb broeder Sothmann, hij is een Canadees. En broeder Tom, die hier in deze hoek zit, uit... Daar zijn zij, precies hier in de hoek. Hen ken ik dus.

74 Wees nu heel eerbiedig en iedereen in gebed nu. Nu, dit is een tafereel, zoiets als waar ik een paar ogenblikken geleden over sprak, uit Johannes het vierde hoofdstuk. Onze Heer ontmoette een vrouw van Samaria, de Samaritaanse vrouw bij de bron. Bent u bekend met het verhaal?

     Nu, Hij was een man, zij een vrouw. En zij stonden misschien zoals wij nu staan. En bij de bron is het een soort panorama. En Hij begon tegen haar te spreken totdat Hij ontdekte wat haar moeite was. Zeg, komt u wat dichterbij als u het niet erg vindt, tot hier, zodat het niet zo inspannend voor u zal zijn.

     Hij sprak dus tot de vrouw en zei... Hij was natuurlijk aan het proberen om contact met haar geest te krijgen, toen Hij zei: "Breng Mij wat te drinken", toen maakte Hij contact met haar.

75 Welnu, wees zeer eerbiedig. Beweeg niet in het rond. Kijk, elkeen van u is een geest, u weet dat. Als u dat niet bent, bent u dood. Dus dan... het is uw geest. En overal komt uw geest nu in contact met de Heilige Geest; Hij is zeer gevoelig. En Hij is heel bedeesd. Hij zal gewoon weggaan. Zie? Dus nu, wees nu gewoon zo eerbiedig en rustig als u maar kunt.

     Nu, beseft u, u Christenen, wat ik op me genomen heb? Hier is een vrouw die ik nog nooit in mijn leven heb gezien. En ik... Wij zijn vreemden voor elkaar. Nu, zodat u het zeker zult weten, kijk, ik houd mijn handen op... Ik heb haar nog nooit in mijn leven gezien. Zou u even uw handen willen opsteken zodat zij het kunnen zien? Steek even uw handen op zodat de mensen zullen zien dat wij vreemden zijn.

76 Nu, wat ik vanavond heb onderwezen, was de Schrift, wat de beloften van God voor deze dag zijn. Nu, hier wordt Christendom getoond, of het is bedrog. De Bijbel is fout, of hij is goed. Christus is opgestaan, of Hij is niet opgestaan.

     Welnu, het is totaal onmogelijk voor mij om deze vrouw te kennen, iets over haar te weten, wie zij is, waar zij vandaan komt, waarvoor zij hier komt, wat er verkeerd met haar is, of iets... Het zou totaal onmogelijk voor mij zijn om dat te weten. Het zou moeten worden geopenbaard door een bovennatuurlijke kracht. Wij kunnen daar allemaal "Amen" op zeggen. Wel, is allemaal... Het hangt er helemaal vanaf wat u denkt dat het is. Zie? Dat is aan u. Zie?

77 Maar nu, als Hij het zou doen en mij iets zou vertellen waarvoor u hier bent, of iets wat in uw leven is waarvan u afweet. Nu, als ik zei: "Zuster, de Here Jezus riep mij om voor de zieken te bidden. Gelooft u dat?"

     Misschien zou u zeggen: "Ja, meneer Branham, dat geloof ik."

     En ik zou zeggen: "Goed. Ik ga mijn handen op u leggen en voor u bidden."

     En ik zou mijn handen op u leggen en zeggen: "Jezus, dierbare Jezus, genees deze vrouw en laat haar gezond zijn."

     En u zou zeggen: "Dat geloof ik." U gaat weg, en ik geloof dat u gezond zult worden. Ik... Zou u dat geloven, ieder van u? Zeker zouden wij dat. Zie, omdat ik het heb gevraagd. Nu, dat is waar. Dat zou in orde zijn. Maar nu, wat...

78 Als wij gaan spreken over een opgestane Christus, en een belofte om Zichzelf onder ons te tonen (zie?), dan... Nu, dat houdt iets anders in.

     Nu komt Hij hier en kan u vertellen wat u geweest bent, of wat er verkeerd met u is, of wat uw verlangen is of zoiets, iets waar u vanaf weet en weet dat ik het niet weet; en wetend dat ik een man ben en geen manier heb om het te weten. Dan toont dat, als Hij weet wat u geweest bent, dat Hij weet wat u zult zijn. Is dat juist, gehoor? Zie?

     Nu... heel eerbiedig nu. Zij is een fijn persoon. Maar ik ben... kom zo vermoeid tot u. Ik ben zes maanden op het veld geweest totdat ik gewoon op het punt sta... Broeder Mercier ontmoette mij een poosje geleden en zei: "Broeder Branham, u ziet eruit alsof u kunt flauw vallen en omvallen."

     Ik zei: "Dat is zo." Zie?

     Zes van deze maanden. Soms twintig of dertig visioenen op een avond, totdat het mij gewoon doodt. En onthoud, één veroorzaakte dat er kracht van Hem uitging. Wat denkt u dat het aan mij, een zondaar, doet (zie?), gered door Zijn genade. Alleen omdat Hij zei: "Meer dan deze zult gij doen, want Ik ga naar de Vader." De Schrift moet worden vervuld.

79 Nu, als Hij aan mij wil uitleggen wat... waarvoor u hier bent, zult u weten of het waar is of niet. Zie, u...

     De dame is zich erg bewust dat er iets gaande is, wat zo is. Ik let op een Licht dat precies boven haar komt. En de dame lijdt aan erge nervositeit waar zij gebed voor wil. Dat is juist. Nerveus. Als dat... Dat is waar, is het niet?

     En dan, u bent... u staat vlak voor een operatie. Dat is juist. Dat is voor een gezwel. Als God mij wil vertellen waar het gezwel zit, zult u mij dan geloven dat ik Zijn profeet ben? Het is in uw neus. Als dat juist is, steek dan uw hand op. Nu, gelooft u?

     Nu, er is hier ergens een zalving. U bent zich bewust dat er iets gaande is. Een echt lieflijk gevoel, is dat zo? Dat is de Christus, de Heilige Geest. Nu, steek even uw hand op als dat zo is. U voelt een echt fijn gevoel. Hier is het.

     Nu, met deze zalving hierbij, leg ik mijn handen op mijn zuster in de Naam van Jezus Christus, om al de werken van de duivel te veroordelen, opdat zij gezond zal worden. Amen. God zegene u, zuster. Ga, en Gods vrede zij met u.

     Nu, gelooft u dat Hij leeft? Zeker doet Hij dat.

80 Hoe maakt u het, dame? U en ik zijn vreemden voor elkaar, dat is waar. De eerste ontmoeting. Maar God kent ons beiden. Als Hij aan mij wil openbaren wat uw moeite is, wilt u mij dan als Zijn dienstknecht geloven? Wilt u dat?

     U bent hier niet voor uzelf. U staat hier voor iemand anders: een vriendin die lijdt aan krankzinnigheid. Dat is waar, is het niet? Gelooft u dat zij gezond zal worden? God zegene u. Ga, en mag Gods vrede met u zijn. En wat u gelooft, zal precies op die manier zijn.

81 Kom deze kant uit. Hoe gaat het met u? Kunt u engels spreken? Bent u een Indiaanse? Uh-huh. Joods. Dat is erg fijn. O, u zou... dat is goed. Hier zijn we dan. Spreekt u Hebreeuws? Jiddisch? Hier zijn we opnieuw, een Jodin die hier staat. Dan zou het geweldig zijn om de Messias te zien. U weet als Jodin zijnde, dat de Messias de Profeet was waarvan Mozes sprak dat Hij zou opstaan. Is dat waar, mijn Joodse zuster?

     Dan ben ik er zeker van dat u niet de fout zult maken die de tempelpriesters maakten in de vroegere dagen om het te verwerpen. Zou u geloven dat het de Messias was? Dit is een Bijbels tafereel, precies in deze tijd, vrienden, een Joodse vrouw die onderwezen is om te geloven dat de Messias een Profeet zou zijn.

     Nu, dat... Ik ben de Messias niet. Het is Zijn Geest, de Heilige Geest. Dat is wat het is. Zie? Wij zijn alleen gezalfd met Zijn Geest. Hij is de Wijnstok, ik ben slechts een van Zijn ranken.

82 U bent in een tamelijk slechte conditie. U lijdt aan een tumor. Dat is juist. Nu, ik blijf dat voelen wat daar vandaan komt, zeggend: "Hij raadt dat." Ik raad dat niet. Onthoud nu, dat u uw gedachten nu niet kunt verbergen. Zie? Hier, zij is een Jodin. Even een ogenblik.

     Ik weet niet wat Hij zei wat er verkeerd met u is. Ik... Kijk, het is alsof ik ga... Het is in een andere dimensie, een andere wereld. Ja, het is een tumor. En het is een tumor in de schildklier. Dat is juist, is het niet? En u lijdt aan nervositeit. Het is waar. En dan hebt u iemand waarvoor u bidt. Dat is een kind. En het is echt extreem nerveus. En het is... het is het IQ... Het leren gaat niet zo goed. U bidt daarvoor. Dat is waar. U bidt ook voor een zuster die lijdt aan verschrikkelijke nervositeit. Mevrouw Lick (uw naam), u kunt terugkeren. U heeft nu uw verzoek in Jezus' Naam... Gelooft u nu dat Hij de Messias is? Amen. God zegene u.

83 Wat met u in het gehoor? Gelooft u met heel uw hart? Hij is Christus, de Zoon van God. Wees echt eerbiedig. Beseft u nu Wie die Persoon onder ons is? "Heren, wij zouden Jezus willen zien."

     Welnu, u zult Zijn natuurlijke lichaam niet zien tot aan Zijn tweede komst. En Hij zal nooit naar de aarde komen bij Zijn tweede komst. Wij zullen worden opgenomen in de lucht om Hem te ontmoeten in de lucht. Wij zullen hem in de lucht ontmoeten. Is dat juist, broeders? Hem ontmoeten in de lucht...

     Door Zijn Geest... U ziet hoe de gemeente vanaf Maarten Luther is gekomen tot rechtvaardiging; Wesley, heiliging; Pinksteren, het is de Heilige Geest, zoals het afdekken van de piramide. Nu, Hij vormt het tot een geheel. En onthoud, de bovenkant van de piramide op de achterkant van ons dollarbiljet, het grote zegel, ontbreekt. Hij is de Hoofdsteen, de Verworpene. Het wordt dus zo perfect gemaakt dat Hij er precies op past. Het moet Zijn bediening zijn die zich opnieuw voortbrengt in Zijn gemeente voor de opname. Wel, we bevinden ons precies hier, vrienden.

84 Gelooft u dat uw voeten en benen in orde gaan komen? Goed, meneer. Dan kunt u het hebben. Amen.

     Ik ben een vreemde voor u. Ik ken u niet. Maar God kent u. Als de Here Jezus mij wil openbaren wat uw moeite is, zult u dan geloven dat Hij de Zoon van God is, en dat ik als Zijn dienstknecht gezonden ben? Met heel uw hart? Hoe velen in het gehoor zullen het geloven? Ik heb deze man nog nooit in mijn leven gezien. Wij zijn vreemden voor elkaar. Is dat waar? Steek uw hand even op zodat we zullen zien dat wij volkomen vreemden voor elkaar zijn.

     Nu, als Hij dit wil doen... Als de Samaritaanse mensen het gedaan zagen worden en voorgoed overtuigd waren, dan kunnen wij zeker overtuigd zijn.

     Deze man heeft een hele hoop moeite gehad. Hij is uit het ziekenhuis gekomen, een prostaatkwaal, operatie. U wordt verondersteld weer terug te gaan. En dat is voor aambeien. Dat is juist. Dat is ZO SPREEKT DE HERE.

     Hemelse Vader, sta toe dat Uw zegeningen op deze kleine broeder rusten, dat hij gezond zal worden zodat hij kan leven voor Uw glorie. Ik vraag het in Jezus' Naam. Amen. God zegene u, kleine broeder. Ga nu gelovend, het zal voor u voorbij zijn. Amen. God zij met u, broeder.

85 Gelooft u nu met heel uw hart? Hoe velen geloven nu met heel hun hart? Hoe velen zullen het nu met heel uw hart accepteren? Geloof Hem.

     Het is goed, u hoeft niet naar boven te komen. Wat als ik u vertelde, zonder één woord tegen u te zeggen, dat uw moeite voorbij was, zou u het geloven? Zou u gezond worden? De rugkwaal zou in orde zijn en het hartprobleem, en van alles, u zou gewoon verder gaan en gezond zijn? Ga dan gelijk naar uw plaats terug en ontvang het gewoon. En geloof met heel uw hart.

     Nu, wat met u? Al kwam u de trap niet op. Kleine dame daar. Hier. Wat als ik u vertelde dat u weer opnieuw in staat zult zijn uw maaltijden te eten, dat die maagkwaal u heeft verlaten, zou u het geloven? Als u dat doet, steek uw hand op. Ga dan eten. Jezus Christus maakt u gezond.

     De nierkwaal en het rugprobleem enzovoort, hebben u verlaten. U kunt nu naar huis gaan en gezond zijn. Geloof met heel uw hart.

86 Kijk hierheen, meneer. Gelooft u mij als Zijn profeet? Gelooft u dat die astmatische hoest u zal verlaten en dat u het niet meer zult hebben? Doet u dat? Gelooft u het met heel uw hart? Ga dan terug en geloof het, en het zal precies op die manier zijn. Heb alleen geloof. Twijfel niet. Als u God gelooft, zal God het u toestaan, als u het zult geloven.

     Wat, als ik tegen u die daar staat niets zou zeggen, u alleen zou vertellen om naar uw plaats te gaan, dat u gezond zult worden, zou u het geloven? Ga naar uw zitplaats en wees gezond. Dat is alles.

     Ik wil gewoon zien wat de overigen van u... zien of u dat soort geloof hebt om te geloven.

     Zou u hetzelfde geloven? Ga door. Zeg: "De Here zij gezegend."

     Nu, wat zou u denken als ik u zou vertellen... U zegt: "Broeder Branham, ik zou liever hebben dat u mij vertelt wat er verkeerd is, want ik ben een beetje bezorgd." Was dat niet zo? Ik lees niet uw gedachten, maar u zou uw gedachten op dit moment niet kunnen verbergen. Juist. Uw vrouwenkwaal, dameskwaal, zal u verlaten. Dus u kunt naar uw plaats teruggaan. Ga gewoon met haar mee, broeder, en wees gezond. Jezus Christus maakt u gezond.

87 Gelooft u met geheel uw hart? Wat met het gehoor daar? Wees echt eerbiedig.

     Deze dame die daar helemaal achteraan zit, die daar naar mij zit te kijken aan het eind, met problemen met uw knieën. Gelooft u dat God u gezond gaat maken, dame? Een beetje zwaargebouwde dame... Ik ken u niet, heb u nooit in mijn leven gezien, maar u heeft problemen met uw knie ën. Als dat juist is, steek uw hand op. Wat raakte zij aan? Vraag wat zij aanraakte. Zij raakte de Hogepriester aan, Jezus Christus, Die kan worden aangeraakt door het voelen van onze zwakheden. Gelooft u dat met geheel uw hart?

     Deze dame die hier zit, lijdt aan artritis. Gelooft u dat God u gezond zal maken, dame? Gelooft u het met heel uw hart dat Hij u zal genezen? Steek uw hand op als u het gelooft? Goed. Wat raakte zij aan? U raakte mij niet aan. U bent zes meter bij mij vandaan. U raakte de Hogepriester aan Die kan worden aangeraakt door het voelen van onze zwakheden. Geloof met heel uw hart en het zal u verlaten.

88 Gelooft er hier nog iemand anders? Hier. Hier is... U met uw hand omhoog, u gelooft... u gelooft daar achteraan, die dame, gelooft u met heel uw hart? Een zenuwinzinking zal u verlaten. U hebt een zenuwinzinking. Dat is juist. U hebt ook artritis. U hebt complicaties. Is dat waar? Als wij vreemden voor elkaar zijn, wuif dan zo met uw hand. Wie raakte u aan? U raakte mij nooit aan, u raakte de Hogepriester aan. Nu, uw zenuwinzinking is weg; u kunt naar huis gaan en gezond zijn in de Naam van Jezus Christus.

     Hoe velen van u geloven dat Jezus Christus, de Zoon van God, is opgestaan uit de dood? En hetgeen wij verlangden en vroegen: "Heren, wij zouden Jezus willen zien", zien wij Zijn Geest werken onder Zijn volk? Steek dan uw handen op?

89 Nu, ik ga u vragen om iets te doen. Hoeveel gelovigen zijn hier? Allen die hun handen opstaken, zijn gelovigen. Nu, wilt u iets voor mij doen? Leg dan uw handen op iemand die naast u zit. Wilt u gewoon uw hand op hen leggen? Kijk wat Hij vanavond heeft gedaan. Kijk gewoon wat Hij heeft gedaan.

     Nu wil ik dat ieder van u zijn hoofd buigt. Ik ga een eenvoudig gebed bidden. Ik wil dat u het mij nazegt.

     Almachtige God [...], Schepper van hemelen en aarde [...], Auteur van eeuwig leven [...], Gever van elke goede gave [...], ik belijd nu mijn geloof in U [...]. Mijn geloof in Uw Zoon Jezus [...], en in al Zijn woorden [...]. Hij droeg ons op [...] om in heel de wereld te gaan [...] en het Evangelie te prediken [...].

     Hij zei: "Deze tekenen zullen hen volgen die geloven [...]. Als zij hun handen op de zieken leggen [...], zullen zij genezen [...]." Ik ben een gelovige [...]. Ik bid [...] voor deze persoon [...] waarop ik mijn handen heb gelegd [...]. Zij bidden voor mij [...]. Ik geloof voor hen [...]. Zij geloven voor mij [...].

     Tezamen [...] geloven wij [...] dat wij genezen zijn [...], omdat [...] wij Uw opdracht volgen [...], in Jezus' Naam [...]. Amen [...].

90 Nu, houd uw hoofden gebogen. Houd uw hoofden... Sluit u gewoon in met God. U hebt uw belijdenis gedaan. Dezelfde Christus Die is opgestaan op de laatste dag, verrees op Paasmorgen, is precies hier onder u. U zult... Onthoud slechts, ZO SPREEKT DE HERE, u zult nooit in enig... geen heidens gemeentetijdperk ooit nog enig groter teken zien dat hierna volgt dan dit. Dit is het laatste teken aan de gemeente.

     Sluit u nu in met God. Geloof. Geloof eenvoudig dat Hij Zijn goedheid van Zijn Geest uitstort in uw lichaam. En u bent genezen omdat die gelovige zijn handen op u heeft gelegd. En u voelt Zijn zegeningen.

     Nu, terwijl u nu met uw hele hart gelooft, ga ik voor u bidden. En ieder die uw hand... hun handen op u hebben gelegd, vertegenwoordigen mijn handen. Mijn handen vertegenwoordigen Gods handen. Nu, elk van u, begin nu gewoon te geloven dat u Hem regelrecht naar uw stoel ziet komen, en dat Hij zegt: "Kind van Mij, het is allemaal voorbij."

91 Onze hemelse Vader, in de plechtigheid van dit moment waarin beslissingen moeten worden genomen of mensen zullen leven of sterven, hebben Christenen hun belijdenis gedaan vanwege Uw tegenwoordigheid. En vanwege de Schrift die ons vertelt dat we in de eindtijd zijn, hebben zij hun handen op elkaar gelegd, hetgeen Uw Woord is dat Uw gemeente daartoe de opdracht gaf. "Hemelen en aarde zullen voorbij gaan, maar Uw Woord zal nooit falen."

     Daarom, Satan, ben je een verslagen wezen. Je hebt geen wettelijke rechten om mee te beginnen om deze mensen te kwellen. Je bent een bluffer en wij noemen dat bluf. Jezus Christus heeft je verslagen in Zijn dood en opstanding. Zijn bloed betaalde iedere prijs van de zonde waartoe je door vleierijen de familie van het menselijk ras hebt overgehaald.

     En nu zijn wij opnieuw zonen en dochters van God. En Zijn gezalfde Geest spreekt deze avond tot ons zoals Hij deed met Adam in de koelte van de avond.

     Daarom kun je deze Christenen niet langer vasthouden. Ik bezweer je bij de levende God dat je wijkt van deze zieke mensen. Kom uit van hen, zodat zij vanavond vrij van ziekte dit gebouw kunnen uitgaan, met een geloof dat zo overheerst, dat het jou uit hun gedachten en sferen zal uitdrijven. In de Naam van Jezus Christus, beveel ik Satan deze mensen te verlaten, deze kwalen in de vorm van een ziekte, welke de duivel is, om van deze mensen te wijken, door Jezus Christus' Naam.

92 Terwijl wij onze hoofden gebogen hebben, zou ik willen vragen of er hier iemand is die Jezus niet als zijn Redder kent en op uw voeten zou willen gaan staan en zeggen: "Terwijl ik in Zijn tegenwoordigheid ben, wil ik mijn zonden belijden en zeggen dat ik verkeerd ben."

     U zou een kerklid mogen zijn, maar u bent een ongelovige geweest, en u doet niet... hebt niet geloofd tot nu toe, en nu wilt u in Hem geloven en u wilt opstaan om te getuigen, zou u op uw voeten willen gaan staan en zeggen: "Ik wil Jezus als mijn Redder aanvaarden"?

     Zou er iemand onder ons zijn die deze glorieuze Geest van de Zoon van God zou laten... En onthoud, voordat de dag aanbreekt, zou u direct in Zijn tegenwoordigheid kunnen zijn, Dezelfde Die vanavond in dit gebouw beweegt, om rekenschap af te leggen voor wat u met Hem zult doen. Is die persoon hier die Christus nog nooit heeft aangenomen en Hem zou willen aanvaarden?

93 Is die persoon hier die een teruggevallene is geweest, en vanavond zou willen terugkomen tot Christus terwijl u hier in Zijn heerlijke tegenwoordigheid bent? Sta op uw voeten. Is hier iemand die een kerklid is en niet weet wat het is om wedergeboren te zijn, om van aangezicht tot aangezicht met God te spreken en zich te verheugen in de gemeenschap met de Heilige Geest en zou... zou u Hem graag willen ontvangen? Zou u op uw voeten willen gaan staan?

     Als dat niet zo is, hoe velen hier zouden dan hun genezing willen aanvaarden en op uw voeten willen gaan staan? God zegene u. God zegene u. Dat is goed. Overal. Dat is wonderbaar. Dat is fijn. Aanvaard uw genezing. Blijf gewoon een ogenblik staan. Blijf gewoon staan.

     Sta op, iedereen die zijn genezing wil aanvaarden. Zie, Hij kijkt naar u. Hij kijkt precies naar u. Hij is hier. Onthoud, ik zeg dit in de Naam van de Here, door de opdracht die mij gegeven werd door een engel van God gezonden.

94 Het Licht, dat u allen gezien hebt (waar de Verenigde Staten auteursrechten op hebben in Washington DC, hangend in de Religieuze Zaal van religieuze geschiedenis, in Washington DC), is het enige bovennatuurlijke Wezen dat ooit werd gefotografeerd in heel de wereld. Hangt in de zalen van Duitsland, waar zij het genomen hebben.

     ZO SPREEKT DIE GEEST, Hij is hier nu om te genezen en te redden diegenen die Hem zullen geloven. Onthoud...

     De Here zegene u. Dank u dat u opstond. Wil nu de rest van het gehoor op zijn voeten gaan staan, u, die gezond bent en zou willen opstaan. Dank u voor uw fijne avond en fijne samenwerking. Zou u morgen de telefoon willen nemen, of ergens in de stad om de zieken en de aangevochtenen op te halen zodat Jezus hen zou kunnen genezen terwijl wij deze kleine samenkomst hebben? God zegene u altijd.

     Houdt u van Hem? Steek even uw handen zo op. Zou u ons een akkoord willen geven, zuster: Ik houd van Hem, ik houd van Hem. Hoe velen kennen het lied? Het is een van mijn favorieten. Goed. Als u wilt.

Ik houd van Hem, ik houd van Hem,
Omdat Hij mij eerst liefhad
En mijn redding kocht
Op Golgotha's kruis.

     Laten we nu onze hoofden buigen terwijl wij het neuriën. Ik heb Hem lief... Ik geef u uw herder.

Ik...

     Totdat wij elkaar morgen ontmoeten. God zegene u.