Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
E-BookPrint
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...

Het eindtijd-zaadteken

Door William Marrion Branham

1 Goedenavond, vrienden. Het is een voorrecht om vanavond hier weer in Tifton te zijn. Dit is nogal een grote verrassing voor mij. Ik zei enige tijd geleden tegen onze goede vriend, broeder Welch Evans, toen ik wat vermoeid was geraakt: "Ik kom naar Tifton toe om te vissen." En ik zei: "Als ik kom zal ik je daar ergens ontmoeten en we zullen (dacht ik) een soort huissamenkomst-gebedsavond houden." En hier sta ik dan vanavond in de gehoorzaal van een school.

     Ik ben een beetje hees van teveel spreken. Ik hield gisteren een korte prediking – slechts zes uur lang; zolang predikte ik. Dus... nu, ik maak u niet bang. Zo lang zal ik het vanavond niet maken. Daar ben ik zeker van! Maar omdat ik een beetje hees ben en langs kom bij... Maar het is een voorrecht om hier te zijn en deze fijne herder te ontmoeten die mij zo'n fijne, vorstelijke introductie gaf. Wij zijn altijd zo blij om de mensen te ontmoeten.

2 De uitspraak die de broeder zojuist deed is absoluut de waarheid. Wij kunnen er "Amen!" op zeggen, want de duivel is in deze laatste dagen als een briesende leeuw, die rondgaat om te verslinden wat hij maar kan vinden om te verslinden; want hij weet dat zijn tijd kort is. Hij heeft niet veel tijd meer over om het te doen, dus hij moet het doen terwijl hij nog tijd heeft.

     Ik houd van de plaats van dit kleine auditorium. Ik ben de schoolleiding erg dankbaar, de directeur, en degenen die zo vriendelijk waren om ons dit te geven; voor u fijne mensen die hier zijn samen gekomen voor deze inderhaast opgeroepen samenkomst. En wie ook die kleine 'welkom'-mat buiten op straat heeft neergelegd, hetgeen ik opmerkte, wel, dat was erg mooi. Ik geloof dat het broeder Willy daar was, die het deed en ik waardeer het.

     Hij lijkt mij fijn om, als de Here het zou toestaan, eens langs te komen voor een hele reeks van diensten. Om met deze fijne herder en anderen hier een samenkomst op te zetten voor vier of vijf avonden, zodat we het voldoende kunnen adverteren en al de kerken bij elkaar kunnen krijgen; want, weet u, we hebben elkaar nu echt nodig, meer dan ooit in de wereldgeschiedenis. Echte trouwe gelovigen; we hebben elkaar nodig. Dus ik ben... het is altijd een zegen, ongeacht waar je heengaat, om Gods mensen te ontmoeten. Het is overal een zegen.

     Ik zie dat we hier een paar jonge kinderen hebben. Ik zag daarstraks een jongen en meisje die hier vooraan zaten, alleraardigste kleine kinderen – echt klein – keurig rechtop zittend. Daar houd ik van. Kinderen... er is iets met kinderen dat onschuldig, lieflijk is. Ik houd ervan.

     En nu, ik dank u zeer dat u vanavond hier heen bent gekomen. Ik dacht dat het fijn zou zijn om vanavond rustig de tijd te nemen en enige zaden te zaaien uit het Woord van de Heer.

3 Gisteren predikte ik zes uren over het onderwerp: "Het oorspronkelijk zaad van het Woord." En we namen het door van Genesis tot Openbaring, van voor naar achter; op een band van zes uur: wat Gods programma was, wat Hij is, en hoe het gesproken Woord van God het zaad van God is. En de Bijbel zei in Lucas, dat het Woord van God een zaad is dat de zaaier zaaide.

4 En wij weten dat ieder woord dat wordt gezaaid moet worden bewaterd voordat het zijn oogst zal voortbrengen. Maar als het water op de grond valt, zal, ongeacht welk zaad er in die grond ligt, het naar zijn aard voortbrengen, want God zei in Genesis 1:11: "Laat ieder zaad naar zijn aard vrucht dragen." Opdat ieder ding... En als het water neerkomt (Hebreeën 6) ontdekken we dat de regen vaak op de aarde valt om het te bewateren, te bevochtigen, om vrucht voort te brengen. Maar de dorens en distels en dergelijke die in de grond zitten, komen door hetzelfde water voort. Maar aan hun vruchten worden zij gekend.

5 Christenen worden daarom gekend aan de vruchten van de Heilige Geest. Dat heeft de overhand in een Christenleven, het bewijst wat hij is. En de vruchten van de Geest zijn: liefde, blijdschap, vrede, geloof, lijdzaamheid, goedheid, vriendelijkheid, nederigheid, geduld in de Heilige Geest. Deze vruchten manifesteren zichzelf door Christenen.

6 Nu, gisteren ontdekten we dat daar tussenin zaad was gezaaid, het zaad van de tweedracht, dat werd... Satan zaaide de tweedracht toen hij Eva een leugen vertelde. We ontdekken dat het niet geloven van één woord dat God gesproken heeft, iedere dood heeft veroorzaakt, iedere ziekte en al deze moeite die er ooit is geweest... door één woord niet te geloven. Zij geloofde het niet precies. Zij probeerde er iets in te vermengen, en niets zal zich met het Woord van God vermengen. Het moet dàt zijn, omdat het het originele zaad is. God is eeuwig en God is het Woord. "In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God... En het Woord is vlees geworden onder ons."

7 God en Zijn Woord is hetzelfde Wezen. Denk er aan! Ik geloof dat God op een dag de wereld zal oordelen. Niet overeenkomstig het Congres, niet overeenkomstig een kerk, maar Hij zal de wereld oordelen door Zijn Woord. Als we de kerkorganisatie moesten nemen, welke van hen is de juiste? Zij verschillen zo sterk met elkaar. De Katholieke verschilt met de Protestantse, de Protestantse verschilt met de Orthodoxe, de Ortho..., wel, wij... elk is verschillend. Dus welke van hen zou de juiste zijn? We zouden voortdurend in ons verstand verward zijn. Een persoon zou niet weten wat hij moest doen. En een rechtvaardig God, de Rechter der ganse aarde, zal ons zeker iets geven om ons mee te oordelen.

8 Nu, ik lees in de Bijbel dat "Hemelen en aarde zullen voorbijgaan, maar Gods Woord zal geenszins voorbijgaan." Ik lees in de Bijbel dat "Een ieder die er iets van zal wegnemen of er iets aan zal toevoegen, diens deel zal worden weggenomen uit het boek des levens", opdat het zal blijven zoals het is. Velen proberen te zeggen dat ermee is geknoeid, dat het op die of deze wijze is gedaan. Dat geloof ik niet.

9 Ik geloof dat er een soort standaard moet zijn waardoor God de kerk of de wereld beoordeelt. Er moet een bepaalde standaard zijn. Het kan niet gelegen zijn in een kerkorganisatie, want zij verschillen. Wie zou weten wat er gedaan moet worden? Maar er is een standaard en dat is Zijn Woord. Ik geloof dat God waakt over Zijn Woord. Ik geloof dat dit Woord precies is opgeschreven zoals God de Bijbel wilde. Het is Gods Woord aan de mensen. Dat is de reden dat ik in dat Woord geloof. En ik geloof dat het Woord een zaad is en als dat zaad in de goede grond is gezaaid en wordt bewaterd door de Heilige Geest, zal het voortbrengen naar zijn aard. Iedere belofte die God maakte, zal God houden.

10 Als wij zien dat God een man geneest... Een paar dagen geleden gebeurde er iets in onze gemeente; ik kondigde aan dat ik daar op zondag zou prediken (vorige zondag, een week geleden; vorige week zondag). Ze brachten een meisje binnen op een stretcher. En zij belden mij 's avonds onderweg op en zeiden: "Het meisje kan niet blijven leven", de kanker was zo erg. Ongeveer zeventien jaar oud. "Ze haalt het niet. Ze zal sterven voordat ze daar aankomt." Het was een deerniswekkende zaak, een lief jong kind van zeventien jaar.

11 Om iets aan mijn gemeente te bewijzen, raakte ik het meisje helemaal niet aan. Ik raakte haar in het geheel niet aan. Ik liep naar binnen. Ze lag op een stretcher... Natuurlijk waren er nog andere zieke mensen, maar ik deed mijn best om te proberen de geest van het meisje te bereiken toen ik tot haar sprak. Ze leek mij een erg fijn meisje. Ik zag niet in waarom dat kind in een vroegtijdig graf zou moeten liggen; en dat moest de duivel zijn die probeerde haar leven te nemen. Dus ik raakte het meisje helemaal niet aan, ging direct door naar de preekstoel met het Woord en bleef precies bij het Woord. En het Woord genas haar zo ogenblikkelijk, dat zij opstond en wegliep. Zij is nu helemaal in orde en leeft nu zoals ieder ander. Men kan er nergens meer een spoor van vinden. Ik heb haar helemaal niet aangeraakt.

12 Ziet u, het Woord ging uit en zij geloofde het Woord en het Woord is Gods leven en Gods kracht. Het is het Woord dat het doet. Het Woord geneest de zieken.

     Dan zegt u: "Wel, Jezus genas de zieken."

13 Hij is het Woord. Hij is het Woord. Wanneer u het Woord ontvangt, ontvangt u Jezus, want Hij is het Woord. "Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond." Wij geloven dat, is het niet? Alles ervan. Wij geloven dat Christus Gods Woord is dat werd bekendgemaakt; en wij geloven dat Zijn bruid hetzelfde moet zijn. Wij geloven dat zij alles van het Woord moet geloven en dat Woord in haar moet hebben, want zij is een deel van het Lichaam. Zij is het lichaam waarvan Hij het hoofd is.

14 Toen Hij stierf en opstond uit de dood en werd opgewekt en omhoog ging en gezeten is naast de majesteit van God op Zijn troon, ter rechterzijde van de Majesteit – dan zijn wij zijn afgevaardigden. En wij houden onszelf voor dood en begraven door de doop, opgestaan met Hem en nu tezamen gezeten in hemelse gewesten in Christus Jezus. Dat laat ons allemaal juichen, is het niet? Denk daar aan! Wij zijn... Niet zullen zijn; wij zijn het nu. Nú zijn wij zonen van God, nú zijn wij dochters van God. Wij zullen niet gezeten zijn; wij zijn nú gezeten. We kunnen niet...

15 Jezus zei dat de Schrift moet worden vervuld. Ieder woord moet geschieden. Daar zijn wij vandaag zo ver bij vandaan geraakt. Wij hebben onszelf zodanig vermengd met leerstellingen, enzovoort, dat wij in een chaos zijn terecht gekomen, precies zoals de Bijbel zei dat we zouden komen. Exact.

16 Voordat Adam tot zijn vrouw kwam, was zij bevrucht met verkeerd zaad. Zij aanvaardde de leugen van de duivel en probeerde het te vermengen met Gods Woord en het veroorzaakte dood. Het eerste kind dat uit haar geboren werd had de dood in zich. Sindsdien heeft ieder kind de dood in zich.

17 Wat deed Jehova's vrouw, toen Hij haar uit Egypte leidde en haar heiligde en haar op weg bracht, wat deed zij? Zij deed dezelfde zaak. Jehova bracht Zijn vrouw naar het beloofde land. Op weg ernaar toe hoorde zij een valse profeet, genaamd Bileam, en wat deed zij? "Wel, er bestaat geen verschil tussen ons. Laten we ons verenigen en één familie zijn."

18 Dat is wat de bruid heeft gedaan met de wereld: zij heeft zichzelf verenigd met de wereld, met haar leerstellingen en dergelijke, en heeft het Woord van God ontkend door te zeggen: "De dagen van wonderen zijn voorbij. Er bestaat niet zoiets als de doop met de Heilige Geest." Waar is zij nu terecht gekomen? Gescheiden. Jezus' bruid heeft precies hetzelfde gedaan wat Jehova's bruid deed, en hetzelfde als wat Adams bruid deed. Ja, precies eender. De Bijbel zei: "Laat ieder woord uit de mond van drie getuigen vast staan." Er zijn drie kerken, drie bruiden. Elk van hen deed hetzelfde.

19 Maar ondanks dat alles is daar een echte bruid, die God voortbrengt en Hij heeft een enkeling uit elke... Iedere keer dat er een reformatie is geweest, kwam er een bepaald gedeelte van het Woord naar voren. En iedere generatie krijgt haar tijd. Hebt u het ooit opgemerkt? Er zal een man van God langskomen die in vuur zal staan voor God en er zal een grote opwekking in het hele land uitbreken. En wat gebeurt er? Onmiddellijk daarna zullen zij het idee van die man omzetten in een denominatie en er leerstellingen inbrengen en die ermee vermengen. Daar sterft zij en zij zal nooit meer opstaan. Dat is juist. Het is altijd zo geweest, het zal altijd zo zijn; iedere keer.

20 Maar wat krijgt iedere generatie? Haar gelegenheid, iedere keer, om het frisse Woord van God te ontvangen. Zoals Luther onder rechtvaardiging; zoals Wesley onder heiligmaking; de Pinksterbeweging onder de doop van de Heilige Geest, ziet u? Ieder kreeg haar kans. Wat doen dan de mannen die deze grote hervormers volgen? Ze maken er een denominatie van, organiseren het, vermengen het met leerstellingen, een beetje hier en een beetje daar. Een nieuwe groep geleerden komt er aan met een heleboel psychologie – precies zoals toen. Eva probeerde wat nieuw licht te vinden – het te vermengen met het Woord van God. Dood. Daar ging de organisatie en stierf geestelijk. Dat is precies waar. Dat is de wijze waarop het altijd is geweest.

21 Welnu. Geloof het of niet... u zou er niet zo over mogen denken, maar ik ga vanavond spreken (zo de Here wil) over een onderwerp van "Het Eindtijd-zaadteken". Welk soort teken zal het zaadteken zijn in de eindtijd? Laten we, voordat we het Woord lezen, onze hoofden buigen en spreken met de Auteur ervan.

     Ik vraag mij vanavond af, met onze hoofden gebogen, terwijl wij beseffen dat wij leven in de schaduwen van de komst van de Zoon van God... Ik vraag mij af, of er vanavond verzoeken zijn, of u God wilt laten weten dat u oprecht bent en dat u iets op uw hart hebt wat u wilt dat God voor u doet? Steekt uw handen op tot Hem, zegt: "Hier ben ik, God. Ik zou dit willen, en dit." Dank u.

22 Onze Hemelse Vader, wij naderen Uw troon der genade – beslist niet Uw oordeelstroon. God, wij verlangen niet naar het oordeel, omdat wij voor die troon niet zouden kunnen bestaan. Maar wij zijn zo blij dat er Eén was die daar voor ons stond, Uw Zoon, de Here Jezus. Hij stond daar voor ons en onderging de oordelen, zodat wij het recht zouden hebben op de troon der genade. En wij naderen vanavond in Zijn Naam.

23 Hij zei zelf (en ieder woord dat van Hem kwam was de Schrift en moet worden vervuld), Hij zei: "Als gij Mijn Vader iets vraagt in Mijn Naam, Ik zal het doen." Nu, wij weten dat dit Woord waar is en wij naderen in Jezus' Naam om aan onze hemelse Vader te vragen ons vergevende genade te schenken vanuit Zijn liefdevolle genadetroon.

     Wij vragen Hem vanavond of Hij Zijn Woord duidelijk aan ons wil bekend maken en aan ons wil openbaren welk uur het is dat wij naderen, want wij willen niet struikelen als iemand die niet weet waar hij heengaat. De man die niet weet waar hij loopt, struikelt. U zei dat wij kinderen des lichts zijn, en wij zouden weten waar wij lopen, als het ware met een lamp in onze hand, stap voor stap. Het schijnt niet over het hele pad, maar daar waar wij onze stappen nemen.

24 Ik bid, Vader, terwijl wij deze stap vanavond nemen naar deze samenkomst, dat wij zullen zien wat het doel is van God waarom wij hier zijn. En ik bid tot U, o Heer, dat iedere hand die vanavond in deze samenkomst omhoog ging, zal worden... dat het doel van dat verzoek achter die hand zal worden beantwoord. Als het voor redding is, God, sta vanavond toe dat zij het zullen ontvangen. Als er gezinsproblemen zijn, trek het gezin recht, Here; geef vrede. Als het is voor iemand die in benauwdheid is, geef Uw genade, Vader. Als het voor iemand is die ziek is, laat dan de genezende woorden van God vanavond diep in hun harten zinken, zodat er morgen een oogst zal zijn van goede, goddelijke gezondheid. Sta het toe, Here. Hoor ons.

25 Wij dragen het Woord en onszelf en deze teksten vanavond aan U op, opdat U hieruit een samenhang zoudt mogen brengen, en openbaar aan ons de dingen die wij zouden moeten weten. Zegen deze mensen. Zegen deze school. In deze dag zouden ze, als iemand zou zeggen dat zij als interdenominationele groep een samenkomst willen houden, het koel van de hand hebben gewezen. Maar deze directeur opende de deur. Wij bidden, God, dat U hem wilt zegenen en laat hem weten dat er in de Schrift staat geschreven: "In zoverre gij dit aan de minste van dezen hebt gedaan, hebt gij het aan Mij gedaan."

     "Wanneer was U behoeftig en hebben wij U niet gediend?"

     En U zei: "Ik zal zeggen, zoals gij aan dezen hebt gedaan, zo hebt gij aan Mij gedaan."

     Ik bid, hemelse Vader, dat er vanuit deze school machtig gezalfde predikers zullen uitgaan voor de toekomende dag. Ik bid voor iedere persoon die hier is, hun herders. Zegen hun gemeenten, Here. Moge het zijn dat er een grote opwekking uitbreekt in de gemeenschap hier onder de mensen en maken dat velen worden gered. Genees de zieken en aangevochtenen. Verkrijg glorie voor Uzelf. Wij vragen het in Jezus' Naam. Amen.

26 Een erg vreemde, korte Schriftlezing... Als u naar huis gaat raad ik u aan het hoofdstuk te lezen. Amos, het derde hoofdstuk, het zevende vers; een vreemd, eigenaardig uitgangspunt voor de tekst. Maar u weet dat God dingen wat vreemd en eigenaardig doet; werkt op speciale manieren, mysterieuze manieren, om Zijn wonderen te volvoeren. Amos 3:7.

     Voorzeker, de Here HERE doet geen ding, of Hij openbaart zijn raad aan zijn knechten, de profeten.

27 Nu, de tekst die ik zou willen gebruiken is deze: "Het Eindtijd-zaadteken." Zoals ik u vertelde predikte ik gisteren zo lang over het zaad, want het is het Woord... Alle dingen beginnen in Genesis, want Genesis betekent begin, of het zaadhoofdstuk van de Bijbel. Van alles wat wij vandaag op aarde hebben, begon de oorsprong in Genesis.

     Nu, vandaag hebben wij dingen die niet in Genesis begonnen omdat het gekruist is. Ieder ding dat gekruist is, is vals. Het deugt niet. Het kan zichzelf niet voortbrengen. Elk ding dat gekruist is, is door mensen gemaakt en kan zichzelf niet terugbrengen.

28 Zoals ik vele keren heb gezegd, laten we het fokken van vee nemen. Bijvoorbeeld, je neemt de ezel en de merrie en ze brengen een muilezel voort, maar de muilezel kan zichzelf niet voortplanten. Hij weet niet wie z'n vader of moeder is. Hij is gemengd.

29 We nemen vandaag graan. Het is gekruist. Ze zeggen dat het veel mooier is, een grotere aar; maar het deugt niet. Hebt u gezien wat "Reader's Digest" er pas over schreef? Als vrouwen doorgaan met het eten van kip en biefstuk en spul dat gekruist is, zal binnen twintig jaar vanaf nu het menselijk geslacht ophouden te bestaan – vrouwen kunnen geen baby's meer krijgen. Dat is juist. Kruisen, het deugt niet.

     Neem graan, kruis het, het vormt een hele grote aar. Wat veroorzaakt het? In orde als u van de grote aar wilt eten. Maar wat gebeurt ermee? Plant het opnieuw; het kan zichzelf niet voortplanten. Het deugt niet, het is dood. Daarom is alles wat niet door God in den beginne werd gesproken een bastaard.

30 Op die wijze gaan mensen weg bij het Woord van God. Het wordt een "bastaard-affaire". Het moet sterven. Het kan zijn eigen soort niet voortbrengen om opnieuw te leven. De kerk die zal weigeren het Woord van God te geloven is een bastaard-kerk, met dogma's, geloofsbelijdenissen, leerstellingen die niet Schriftuurlijk zijn. Die kerk kan geen Geestvervuld kind voortbrengen omdat het gekruist is. Het deugt niet. Ze mag groter zijn – grote dikke muren, fijne kerkbanken, grote klokken, pluche stoelen. Maar dat betekent niets. Ze is geestelijk dood. Juist. Ze kan geen Geestvervulde kinderen voortbrengen, omdat ze zelf dood is.

31 Welnu, ik sprak zes uren over dat onderwerp en vanavond ga ik opnieuw terug naar ditzelfde eindtijd-zaadteken. Nu, alle wijze mensen zullen, als hij goed bij z'n verstand is, proberen te ontdekken wat er voor hem ligt. Ieder van ons wil dat weten. "Wat is de volgende stap die ik zal nemen? Waar zal ik hierna heengaan?" Het is zoals een man die een rivier oversteekt. Hij stapt op de ene rots en kijkt dan in het rond om te zien waar hij de volgende stap zal zetten, want hij gaat niet... Hij kan niet zomaar ergens springen. Als hij dat doet zal hij verdrinken. Hij moet opletten waar hij gaat. "Als ik hier oversteek, waar dan?" Wij zijn allemaal op die manier. Dat is de kreet geweest van het menselijk ras gedurende de tijdperken: "Waar nu heen?"

32 De koning van Engeland... Op een avond zaten ze bij een vuur, een heel groot... zoals op een plein. Een heilige zou hem de volgende morgen dopen. En daar was een grote vuuroven, of vuurhaard, zoals wij het noemen, maar dan een reusachtige grote plaats waar houtblokken lagen. De heilige probeerde de koning over God te vertellen en een musje beëindigde zijn preek. Het musje vloog 's nachts vanuit het donker in het licht en ging vervolgens weer terug uit het licht de duisternis in. En de heilige ging staan en zei tegen de koning: "Waar kwam hij vandaan en waar ging hij naartoe?"

33 Dat is wat wij willen weten. Waar kwamen wij vandaan? en wat doen wij hier? en waar gaan we hierna naartoe? Nu, ondanks al de wetenschap die we hebben gekregen, ondanks de vele beenderen die we hebben opgegraven, ondanks de vele boeken die we hebben geschreven, is er toch niet één boek dat u kan vertellen waar u vandaan komt, wat u bent en waar u naartoe gaat – behalve één boek en dat is de Bijbel. Het vertelt u waar u vandaan komt, wat u hier bent en waar u heengaat. Als wij dus willen weten waar we naartoe gaan, laten we dan het enige boek dat het ons kan vertellen, nemen.

34 Oude botten die zij opgraven en stalactieten, enzovoort, kunnen niets bewijzen. Gods Woord heeft het antwoord. Het heeft het antwoord op alles wat wij vragen. Het staat in Gods boek. Mensen hebben zich vaak verwonderd. Wij gaan soms zitten en lezen de Schrift en verbazen ons erover. Wij worden niet verondersteld ons te verwonderen. U kunt het niet verklaren; u moet het geloven.

35 Geen mens kan God wetenschappelijk bewijzen. Als u God wetenschappelijk zou kunnen bewijzen is het niet meer door geloof. Wij worden verondersteld God te geloven en geloof is niet wetenschappelijk.

36 Wat als Mozes enige bladeren van de bomen had afgeplukt en gezegd had: "Ik geloof dat ik ze mee zal nemen naar het laboratorium om te onderzoeken welke chemicaliën er op zitten, zodat ze niet verbranden." Ziet u, God zou nooit tot hem hebben gesproken. Hij wist dat niet. Het enige wat hij deed was zijn schoenen uittrekken en neerknielen in eerbied, en God sprak met hem.

37 Wij kunnen deze beloften van God niet wetenschappelijk bewijzen, maar wij zien om en ontdekken dat elk ervan precies plaatsvond op de tijd dat God zei dat het zou zijn. Laten we vanavond dus in eerbied en respect voor Zijn Woord een poosje gaan zitten en ernaar kijken en zien waar wij heengaan, wat het doel is. Waarvoor zijn wij hier? Waar dient het toe?

38 Enige tijd geleden was ik in het Westen en ik stond in het huis van een man die mij had uitgenodigd voor het diner. En hij zei: "Meneer Branham, ik zie dat u dat beeldhouwwerk bewondert", dat schilderij, of... geen schilderij, maar het was iets dat uit hout gesneden was, een soort plank met houtsnijwerk, boven de open haard.

39 Ik zei: "Jazeker, dat doe ik." En het was een oude ossewagen, of een huifkar met ossen; een man voorop, een kleine jongen met zijn moeder op de bank, en zij waren op reis.

     En hij zei: "Dat waren mijn vader en moeder en de kleine jongen op de bank ben ikzelf." Hij zei: "Wij kwamen hier in deze ossewagen. Maar sindsdien hebben we zoveel voorspoed gehad." Hij zei: "Ik zou willen dat u hier de tuin ingaat." Hij zei... Ik ben vergeten hoeveel hectare land hij daar bezat van een boerderij. Hij zei: "Ik kocht dat in mijn jeugd."

     En hij zei: "Vervolgens bezit ik de aangrenzende boerderij naar het westen; de aangrenzende boerderij naar het zuiden is van mij." Hij zei: "Ziet u die rook daar?"

     "Jazeker."

     Hij zei: "Dat is een stad." Ik ben vergeten hoeveel hij daar in eigendom had.

     Hij zei: "Ik ben de president van de bank daar", vertelde me wat hij allemaal had.

40 Ik luisterde een poosje en ik zei: "Ik zou u graag één vraag willen stellen, meneer. U hebt naar het oosten gewezen en naar het westen om de boerderijen te laten zien en naar de stad. Ik zou graag hebben dat u eens omhoog kijkt en mij vertelt hoeveel u daarboven bezit." Dat is de hoofdzaak, want op een dag zult u hier alles van gaan achterlaten. En waar gaat u dan heen? Dat is de hoofdzaak.

41 Dit hier is een kort verblijf, maar daar is het een eeuwig verblijf. Dus ik denk dat we in overweging moeten nemen waar we de eeuwigheid gaan doorbrengen. Als wij er zodanig in kunnen voorzien dat wij onze families, enzovoort, hier op aarde een huis kunnen geven, een thuis, comfort en opleiding, dan zijn dat dingen die wij behoren te doen. Maar een van de hoofdzaken die we zouden moeten doen, laten we ongedaan – totdat we aan het einde van de weg zijn gekomen en ons laten verdrinken in een eeuwigheid, niets wetend over God, over Zijn verlossingsplan en de verlossende genade van Jezus Christus. Het is jammerlijk dat wij het doen, maar wij doen het.

42 Als wijze mensen ontdekken dat zij een tijdelijk schepsel zijn, dan vragen zij zich af wat er is nadat de tijd ophoudt. Ik ga gedurende een paar ogenblikken spreken over een man genaamd Job. Dat is het oudste boek in de Bijbel. Wij begrijpen dat Job een van de wijste mannen was in de wereld van zijn tijd. Wel, hij zei dat wanneer hij naar de marktplaatsen ging, de jonge prinsen voor hem zouden buigen vanwege zijn wijsheid. Hij was een groot man.

     Maar deze man begon te beseffen, dat van al zijn grootheid, hij vroeg zich af... Wat zou er van overblijven nadat dit alles voorbij zou zijn? Hij vroeg zich af wat er zou plaats vinden.

     Dan spreekt hij dus en begint op Gods schepping te letten. Hij wist dat alle dingen werden geschapen door een woord van God. En hij merkte ook dit op, hij zei: "Er is hoop voor een boom; wanneer die sterft, zal hij opnieuw leven."

43 Als u op de natuur let, drukt God Zichzelf op Zijn geweldige manier aan u uit om Zijn gevoelens aan de mensen uit te drukken, zodat zij er zeker van kunnen zijn, of zij nu een Bijbel hebben of iets anders. Hij drukt Zich uit aan u in de natuur.

44 Let op de zon wanneer zij 's morgens opkomt. Wat gebeurt er met de zon? Ze is een kleine baby die in het oosten wordt geboren. En ongeveer om tien uur is zij een teenager. Op het middaguur is zij in haar kracht. In de namiddag is zij op middelbare leeftijd. En 's avonds is zij ten einde, ze gaat onder; het is voorbij. Is dat alles voor de zon? Nee. God heeft een doel met de zon, dus de zon komt terug en komt de volgende morgen weer op. Waar spreekt het van? Geboorte, leven, dood, opstanding.

45 Kijk naar uw bloemen. Ik lette er vandaag op toen ik onderweg was. Hoe mooi ze zijn. Ze zijn hier met een doel. Zij zijn gesproken woorden van God. God sprak ze in bestaan. En kijk wat er gebeurde toen Hij dat deed. Ze staan heel mooi in uw tuin.

46 Na een poosje bevriest de vorst ze, de jonge, oude en middelbare. Zodra de vorst ze treft, betekent dat de dood. Ze buigen hun kopjes en wat gebeurt er? Een zwart zaadje van de een of ander soort valt er uit. Geloof het of niet, God heeft er een begrafenisplechtigheid voor. De herfstregen komt en tranen – als het ware – druppelen uit de hemel en begraven het zaad.

47 De winter komt eraan. Het bloemblaadje is vergaan, de stengel is vergaan, de bol is vergaan; het zaad bevriest, barst open, de pulp vloeit eruit. Is dat het einde van het zaad? Zeker niet. Laat die warme zon schijnen, die bij al het plantaardige leven de opstanding voortbrengt. Zodra die zon de aarde begint te verlichten en verwarmt, is daar ergens een levenskiem in dat zaad, waardoor het opnieuw leeft. Waarom? Het diende het doel van God en God maakt er een weg voor, opdat het opnieuw zou leven.

48 Nu, wij zijn hier geplaatst met een doel, maar wij moeten dat doel dienen: kiezen voor dood of leven. Wij zijn hier dus geplaatst met een doel, maar wij moeten dat doel dienen. Dat is God dienen, want wij zijn zonen en dochters van God.

49 Welnu, Job lette op de natuur. Hij zag dat het na de dood niet eindigde. Hij zag dat er na de dood opnieuw leven was. Leven... zodra de zon weer goed stond, was er weer leven. "Wel", zei hij, "als dat zaad een gesproken zaad is, of een gesproken woord van God en dan zijn doel dient en sterft. Maar", zei hij, "een man (ik kijk hier nu naar een schriftgedeelte uit Job; Job 14) maar een man legt zich neer, hij geeft de geest, hij vergaat. Zijn zonen komen om te rouwen maar hij bemerkt het niet. Waar is hij? O, dat Gij mij wildet verbergen in het graf en mij bewaren in de verborgen plaats, totdat Uw wraak voorbij is."

50 Job zei: "Ik zie een bloem sterven. Zij dient haar doel en staat weer op. Ik zie hoe een boom sterft in de herfst, maar hij brengt weer bladeren voort."

51 Hebt u wel eens op een boom gelet? Hij zal bladeren voortbrengen en gedurende de zomer zijn doel dienen. De herfst komt. Ver voordat de vorst invalt begint dat blad geel, rood en bruin te worden. Na een poosje valt het van de boom af, valt op de grond. Is dat het einde ervan? Nee. Wat gebeurt er? Dat leven dat in dat blad was gaat terug naar de wortel van de boom, waar het vandaan kwam. Wat doet het dan? In de lente brengt het een nieuw blad met zich mee, in een opstanding, hetzelfde leven komt terug met een nieuw blad.

52 En Christenen hangen aan de Boom des Levens. En wanneer het leven dit oude zondige lichaam verlaat, keert het terug tot de God die het geeft, om opnieuw voort te komen met een nieuw, omdat het een doel dient.

53 Enige tijd geleden was ik in het zuiden in de staat Kentucky – ik vermoed dat ik vanuit dit standpunt vandaan noordelijk moet wijzen – in de staat Kentucky. Ik was op jacht, ik en de heer Woods, een van de beheerders die hier vanavond bij ons is. Ik had een samenkomst gehouden in een stadje genaamd Acton, op het terrein van de Methodisten.

     We hadden daar één avond gesproken en de Here deed geweldige dingen en we hielden een genezingsdienst; bidden voor de zieken. U was hier allemaal, in de afgelopen samenkomst – u weet wat er plaats vindt.

54 En ik kan niet genezen... geen enkele andere man. God heeft het reeds gedaan. U moet het slechts geloven. Hij heeft dus een manier die Hij beloofde in de laatste dagen, een gave die de geesten, enzovoort, zou onderscheiden; die werkzaam is. Wij weten dat voor honderd procent, omdat het Gods Woord is dat Zijn belofte openbaar maakt voor deze laatste dag.

     En daar binnen was een vrouw... ik was nog nooit eerder in de streek geweest. En daar zat een vrouw achter in het gehoor en de Heilige Geest bewoog onder de mensen en begon deze eruit te roepen, die; sprak tot hen. Het was onze Here Jezus, Zijn Woord werd openbaar in het lichaam van Zijn gemeente. En toen Hij begon te spreken, stond Jezus in ons midden – wist de gedachten van hun harten – sprak tot hen, vertelde de mensen over verschillende dingen; zoals u allen als Bijbellezers weet. Hij beloofde om dezelfde zaak in de laatste dagen te herhalen; beloofde het door Zijn Heilige Schrift dat het zo zou gebeuren.

55 Nu wil ik dat u oplet. Nu, toen dat plaats vond, zat een dame ergens helemaal achteraan op dat grote terrein te huilen. Vele, vele honderden en honderden mensen zaten er en daar zat een dame te huilen. Let op, de Heilige Geest ging naar de dame toe en zei: "U huilt om uw zuster. Haar naam is Zo-en-zo. Ze woont in een zekere plaats. U hebt een zakdoek in uw handtasje, die u er in hebt gedaan voordat u van huis ging. Het is op die-en-die manier, een zakdoek. Neemt u deze zakdoek en ga naar uw zuster en leg hem op haar. Zij is stervende aan kanker. En ZO SPREEKT DE HERE, zij zal leven."

     De vrouw verliet het gebouw, ging heen en legde die avond haar zakdoek op de dame. En de volgende morgen was zij gezond.

56 Dus ik was... het seizoen was erg heet. De eekhoorntjesjacht... Zoals velen van mijn vrienden weten die op eekhoorntjes jagen, verschrikt het ritselen van de bladeren de eekhoorns. En we... Het was zo droog dat we naar een plaats moesten gaan waar wat greppels waren waar we in konden gaan – kleine greppels, om door de bossen te lopen. De naam van mijn vriend was meneer Wood. Hij zit hier direct rechts van mij.

     En hij zei: "Ik ken een man die een landgoed heeft van vele hectaren. Maar het is moeilijk om zaken met hem te doen." Hij zei: "Het is een ongelovige; hij gelooft niet in God." En hij zei: "Hij maakt er lol over. Maar hij kent mij; hij kent mijn vader." En hij zei: "Als ik hem eens ga vragen of we op zijn terrein kunnen jagen..."

     Ik zei: "Laten we gaan."

     We reden diep het land in, heel ver op een zijweg, en twee oude mannen zaten in de schaduw van een appelboom. Hij zei: "Daar zit hij, die daar rechts."

     Ik zei: "Als prediker kan ik beter in de auto blijven zitten."

     Dus stapte hij uit en hij zei: "Hoe maakt u het?"

     En de man zei: "Kom verder, ga zitten."

     Hij zei: "Mijn naam is Wood." Hij zei: "Ik vraag mij af of u het goed zou vinden als wij een poosje op uw terrein zouden jagen."

     Hij zei: "Welke Wood ben jij?"

     Hij zei: "Ik ben de zoon van Jim Wood."

     Hij zei: "Jim Wood is een vriend van mij en ieder van zijn kinderen kan jagen waar ze maar willen."

     Hij zei: "Dank u."

     Hij zei: "Ik vraag me nu af, wie ben jij nu?"

     Hij zei: "Ik ben Banks." Hij sprak een paar ogenblikken met hem en meneer Wood zei: "Is het ook goed als ik mijn voorganger meeneem?"

     Hij zei: "Je wilt me toch niet vertellen dat je zo diep bent gezonken dat je een prediker moet meeslepen overal waar je heengaat?"

     Hij zei: "Mijn voorganger zit daar."

     Ik dacht dat het beter was dat ik uit de auto zou stappen. En ik stapte uit de auto en liep naar hen toe en ik zei: "Hoe maakt u het?"

     Hij zei: "Hoe maakt u het? Dus u bent een prediker."

     Ik zei: "Ja meneer."

57 En hij zei: "Wel, ik word verondersteld een ongelovige te zijn."

     Ik zei: "Wel, dat is niet bepaald iets om trots op te zijn, is het wel?"

     Hij zei: "Ik vermoed het niet."

     Hij zei: "Maar wat ik tegen u mensen heb is, dat u over iets praat waar u niets over weet."

     "O," zei ik, "is dat zo?"

     Hij zei: "Beslist. Ik hoor ze er altijd drukte over maken, over een God, enzovoort." Hij zei: "Er bestaat niet zoiets."

     Ik zei: "Mm; mm; wel, natuurlijk weet u hoe het is, meneer." Ik zei: "Ieder denke wat hij wil." In mijn hart dacht ik: "Nu Here, geef mij iets om die man te helpen, die ongetwijfeld oprecht is."

     En hij zei: "Ik heb slechts één prediker gezien in mijn hele leven die ik zou willen horen – waar ik van heb gehoord."

     Ik zei: "Wie was dat, meneer?"

58 Hij zei: "Ongeveer twee jaar geleden was er hier een prediker in een stad genaamd Acton." Hij zei: "Een oude dame Zo-en-zo hier op de heuvel lag daar al twee jaar met kanker." Hij zei: "Ik en mijn vrouw... Ze konden haar niet meer op de ondersteek zetten. Ze moesten een onderlaken gebruiken." En hij zei: "We waren die morgen daar boven; de dokter had de dag daarvoor gezegd dat ze de nacht niet zou doorkomen. Ze had kanker in haar maag. Ze was weggeteerd. Ze kon zelfs geen gerstewater drinken en had gedurende weken niets kunnen eten. Ze voedden haar met glucose in haar aderen, totdat haar aderen waren dichtgeklapt en hij zei dat er niets meer voor haar kon worden gedaan."

59 En hij zei: "Haar zuster zat daar te luisteren naar het prediken van die prediker en die prediker kende hier niemand – was hier nog nooit geweest – en vertelde haar wie zij was en wat haar zuster was en noemde een zakdoek die zij had en hij zei dat zij die op die vrouw moest leggen." En hij zei: "En die avond dacht ik dat ze daar boven ergens het Leger des Heils hadden met al dat geschreeuw." En hij zei: "De volgende morgen gingen we er naartoe om te kijken of zij dood was." En hij zei: "Toen we daar aankwamen zat ze op, bakte appelbeignets en at ze op." En hij zei: "Ze doet nu zelfs het werk van de buren. Nu..."

     Ik zei: "Wat is daar zo vreemd aan?"

     Hij zei: "Wel, dit is wat ik zou willen weten. Als ik die prediker ooit ontmoet, zal ik hem vragen wat het was wat hem over die vrouw vertelde, en hoe zij zou genezen."

     "O", zei ik, "jazeker." Overal eekhoorntjesbloed op m'n kleren en vieze bakkebaarden van zo lang, weet u. En ik zei: "Ik zie er nu niet bepaald uit als een prediker."

     Hij zei: "Wel, het lijkt meer menselijk."

     En ik zei: "Dat wel." Dus ik zei: "Mag ik een van deze appels?" Ze zaten vol met wespen.

     En hij zei: "Ja." Ik raapte er een op en beet er in. En hij zei: "Pak ze maar. De wespen eten ze anders op."

     En ik zei: "Dank u." Ik nam er een hap van. Ik zei: "Dat is een lekkere appel."

     Hij zei: "Jazeker. Die ouwe boom produceert er heel wat voor mij."

     En ik zei: "Inderdaad. Hoe oud is die boom?"

     Hij zei: "Ongeveer veertig jaar. Ik plantte hem daar, zo klein als een twijgje."

     Ik zei: "Mm, mm. Ik zie dat al de appels er afvallen en de bladeren verdwijnen."

     Hij zei: "Jazeker. Dat is de manier waarop het gaat."

     En ik zei: "Ik zou u een vraag willen stellen."

     Hij zei: "In orde, ga uw gang en vraag."

60 Ik zei: "Wat veroorzaakt..? Nu, we hebben nog geen vorst gehad. Het is pas midden augustus. We zullen niet eerder vorst krijgen dan zo rond oktober of november." Ik zei: "Maar hier vallen de bladeren al van de boom in het midden van augustus. Wat laat die bladeren vallen?"

     "Wel", zei hij, "het sap gaat eruit."

     Ik zei: "Wat als het sap er niet uitgaat?"

     Hij zei: "Wel, de boom zou dood gaan in de wintertijd. De levenskiem is in het sap. Als het er zou blijven, zou het de boom doden. Hij zou sterven."

     Ik zei: "Inderdaad. Daarom gaat het sap terug in de wortels waar het warm is en blijft daar gedurende de winter en komt in de zomer terug met meer bladeren en meer appels."

     Hij zei: "Zo is het."

61 Ik zei: "Ik wil u iets vragen. Welke intelligentie... Nu, de boom heeft er geen. Welke intelligentie zegt tegen die boom: 'De winter komt er aan. Ga in de wortel en blijf daar totdat het voorjaar aanbreekt.'?" Ik zei: "Doe water in een emmer en zet het op een paal en zie of het naar beneden gaat wanneer het herfst wordt. Dat zal het niet doen." Ik zei: "U zult moeten toegeven dat er een soort intelligentie is die veroorzaakt dat dat sap de boom verlaat, en naar omlaag gaat in de wortels. Als het dat niet doet sterft hij. Het verbergt zich om zijn leven te beschermen. Nu, de boom heeft geen intelligentie. Er is een wet van God die dat doet."

     Ik zei: "Wel, van die kant heb ik het nog nooit bekeken."

62 Ik zei: "Meneer, dezelfde Intelligentie die tegen die boom daar zegt... het sap in die boom om naar de wortels te gaan, was diezelfde Intelligentie die mij vertelde wie die vrouw was en haar vertelde wat er zou gebeuren."

     Hij zei: "U bent toch niet die prediker?"

     Ik zei: "Jazeker." En daar werd hij tot Christus geleid en stierf een jaar later als een Christen op ongeveer vijfentachtigjarige leeftijd.

63 Ziet u, God is overal om ons heen. God is overal. En als we naar de natuur zouden kijken, zouden we Hem daar vinden. Nu, nadat Job Hem had gevonden in de dood, begrafenis en opstanding van de natuur, hoe het zichzelf terugbracht, overeenkomstig zijn soort, toen kon hij niet begrijpen wat er met een mens gebeurde. "Als een man", zei hij, "neerligt, geeft hij de geest. Waar is hij?" Nu u ziet dat de boom nooit zondigde. De natuur zondigde nooit. De mens zondigde. Dus hij kon niet... En omdat hij een profeet was...

64 Mijn tekst in de Bijbel zegt: "Hij maakt Zijn geheimenissen bekend aan Zijn profeten." Het Woord des Heren komt tot de profeet. En hij was een profeet; wij kennen het verhaal van Job. God legde tenslotte aan Job uit, dat het zaad van de mens onvolmaakt was, omdat de moeder van de mens in ongehoorzaamheid was gevallen aan Gods Woord. Zij probeerde het met iets anders te vermengen en Gods Woord laat zich met niets kruisen. Dat is juist.

65 Jezus zei toen Hij hier was: "Als gij geloof hebt als een mosterdzaad, zoudt gij tegen deze berg zeggen..." Waarom verwees Hij naar mosterdzaad? Mosterdzaad laat zich niet kruisen. Het is origineel mosterdzaad. Het zal zich met niets laten kruisen. En Hij zei, met andere woorden: "Als u een zodanig geloof hebt in Gods Woord, hetgeen zich niet laat kruisen met ongeloof, of het betwijfelt..." O, ik voel mij godsdienstig! Dat u het niet zou betwijfelen!

66 Ongeacht welke omstandigheden en wat dan ook, u betwijfelt Gods Woord niet; u gelooft het. U wordt verondersteld het te geloven. Als Eva het maar zou hebben geloofd, dan zou ze ontvangen hebben... en ze zou op de juiste manier kinderen hebben voortgebracht. Maar voordat haar man tot haar kwam, vond hij haar reeds bevuild; hetzelfde met Jehova, en met Jezus. Er was een vervuiling in de schoot van haar denken. Zij had een zaad van ongeloof tegen Gods Woord aanvaard, omdat het haar iets aanbood wat schitterender was; en zij wilde meer kennis.

67 Dat is er aan de hand vandaag. Ik sta in een school. Wij zouden een stel domoren zijn als we geen scholing hadden en opleiding is een deel van onze beschaving. Maar beschaving, opvoeding, komt slechts door Christendom. Beschaving is het fundament van Chris... of Christendom is het fundament van beschaving. Absoluut. Beschaving komt door Christus. Zeker.

68 Om nu Gods Woord niet te geloven, of om het met iets te vermengen om meer licht te hebben... U kunt het niet vermengen. Het zal zich niet vermengen. U behoort het precies zo te geloven als God het heeft geschreven. Het is er niet om aan toe te voegen of er vanaf te nemen of zoiets, maar om het op die manier te geloven.

69 En daar Job een profeet was... brak uiteindelijk het visioen door. En toen zag hij hoe God bezig was een weg te bereiden voor de mens om opnieuw te leven; want er zou nog een gesproken Woord komen dat een maagd zou ontvangen...

70 Het was Eva die het het eerst betwijfelde. Toen het Woord tot Maria kwam, betwijfelde zij het helemaal niet. Zij zei: "Zie de dienstmaagd des Heren, mij geschiede naar Uw Woord." Ziet u, ze zei nooit: "Nu wacht eerst maar tot ik leven voel en dan ga ik getuigen. Wacht eerst totdat ik er positief zeker van ben."

     Op die wijze doen wij, zogenaamde Christenen, het vandaag. "Wacht totdat ik er zeker van ben. Wacht totdat ik mij beter ga voelen." En: "Wacht... als ik iets zie gebeuren, dan zal ik het doen." O nee! Daar gaat het niet om. U gelooft het eerst.

71 Wat vertelde Elia aan de vrouw waar hij heen ging, die niets meer had dan een handvol meel? Hij zei: "Bak mij eerst een koek", ga er dan mee door. Het wonder zal plaats vinden nadat u eerst Gods Woord neemt. U begint Gods Woord te geloven en dan vindt het wonder plaats op basis van het Woord, omdat het Woord het zaad is dat het wonder voortbrengt. U moet het Woord eerst nemen. De Heilige Geest geeft het leven, zoals het water dat uit de hemel valt.

72 Wij weten dat de Heilige Geest... dat het water de Heilige Geest voorstelt, zoals... Zoals Mozes de koperen slang oprichtte in de woestijn, zo moest de Zoon des mensen worden verhoogd. Waarom? Voor het stervende volk. En toen zij de koperen slang oprichtten, redde dat het leven van het stervende volk. Toen hij tegen de rots sloeg... Christus is die rots die werd geslagen en uit Hem komen de Wateren des Levens voort voor een stervend volk. U moet dat geloven, er op handelen.

73 Onthoud dit nu. Toen dan Job het komen zag van deze Rechtvaardige, Degene die in de bres kon staan tussen de zondaar en God, en een brug kon slaan – dat volmaakte Zaad... "Deze zaden", zei hij, "vergaan. Ik zie ze de grond ingaan." Zijn zonen komen om over hem te rouwklagen, over hem, maar hij bemerkt het niet. Hij ligt daar; hij staat nooit meer op. Hij ligt daar slechts, rot weg, en dat is alles. Hij staat nooit meer op, omdat hij een onvolmaakt zaad is.

74 Maar hij zei... Toen hij ontdekte dat er Eén komende was, die het Woord van God opnieuw tot volmaaktheid zou terugbrengen, die een weg zou banen – de kloof zou overbruggen – toen raakte de profeet in de Geest en riep het uit: "Ik weet dat mijn Verlosser leeft. En in de laatste dagen zal Hij op de aarde staan. Ofschoon de huidwormen dit lichaam zullen hebben vernietigd, toch zal ik in mijn vlees God zien." Hij zag die Volmaakte komen. Wat gebeurde er? Job was een profeet en de geheimen van God worden bekend gemaakt aan de profeten. Hij sprak het Woord. En toen hij het Woord sprak dat God hem had laten zien, werd het stoffelijk, want het was een gesproken Woord. En op de bestemde tijd gebeurde het precies op die manier.

75 Christus werd geboren. De Verlosser kon staan tussen de levenden en de doden en de kloof overbruggen en de opstanding brengen. Precies. Waarom? Het was het Woord van God. Nu, hij sprak het woord en het woord was een zaad en het kwam op de bestemde tijd tot wasdom. Elk zaad van God dat correct wordt geplaatst, zal tot wasdom komen.

     Nu, wat als God een engel naar Maria had gezonden met Zijn boodschap en had gezegd: "Wees gegroet, Maria, gij begenadigde onder de vrouwen. Gij zult een baby krijgen zonder een man te bekennen." En zij had gezegd: "Nu, wacht eens even. Laat mij u meenemen naar het laboratorium en u vertelde mij... laat de dokter aan mij bewijzen hoe ik dit moet doen, dan zal ik u geloven?" Het zou nooit zijn gebeurd. Maar tot wat kwam zij? De schoot van haar hart, de schoot waar haar geest zich bevond... Uw schoot van uw geest is uw verstand. Uw verstand is een kanaal.

76 U hebt vijf zintuigen gekregen die het lichaam beheersen. U hebt vijf zintuigen die de ziel beheersen: geweten, enzovoort. Nu, in het lichaam zijn: zien, proeven, voelen, ruiken en horen. Maar er is slechts één kanaal naar de binnenkant van die ziel om te tonen dat u een zaad bent. U bent ziel, lichaam en geest – en dan dat ene kanaal, toegang, één weg daar naar binnen: uw eigen vrije morele wil. Dat betekent dat u het kunt aannemen of verwerpen, precies wat u wilt doen.

77 Eva was derhalve op dezelfde basis. Zij kon Gods Woord nemen en zeggen: "God heeft gezegd het niet te doen en daarom: maak dat je weg komt." Dat zou goed zijn geweest. Maar in plaats daarvan probeerde zij het te vermengen met Satans leugen en zij bracht zichzelf in de dood. Maar toen het tot Maria kwam was het anders. "Zie de dienstmaagd des Heren." Hoe zal het plaats vinden? Het doet er niet toe hoe het zal plaats vinden. "U hebt het gesproken, het is het Woord van God, ik ontvang het. Zie de dienstmaagd des Heren. Mij geschiede naar Uw Woord." Daar was het. Dat maakte het vast. En toen was zij in orde.

78 Ziet u, zij bracht die levenskiem voort, hetwelk het gemanifesteerde Woord van God was, in de vorm van een mens. En door de dood van die Rechtvaardige... betaalde met de dood voor ieder van ons die onrechtvaardig is. En door het te aanvaarden, brengt Zijn Woord leven voort en brengt het Christus terug in ons; omdat Christus het Woord is, het gesproken Woord. En het zal tot wasdom komen als u het kunt ontvangen. U die ziek bent, ontvang het. Geloof het. Het moet rijpen, op de bestemde tijd voortkomen. Het moet wel.

79 Nu. Wij allen geloven dat wij in de eindtijd zijn. Ieder mens die intelligent is, denk ik, zou kunnen zien als hij om zich heen keek, dat deze zaak niet veel langer meer kan doorgaan. Ik zou nu vijftien minuten willen hebben om u te tonen wat ik bedoel. Iedereen weet dat er iets moet gaan gebeuren. De hele Schrift verwijst er naar.

80 Ons werd geleerd dat de wereld in zesduizend jaar werd geschapen; waarbij duizend één dag is; een dag is als een jaar bij God, enzovoort – zesduizend jaar voor de schepping. In orde. Er worden zes dagen genoemd en de Bijbel zegt dat één dag duizend jaar is, of duizend jaar is als één dag bij God.

81 Na de eerste tweeduizend jaar kwam de wereldkosmos (wereldorde) aan zijn einde en God moest iets zenden – de oordelen uit de hemel – en de aarde oordelen in een strafgericht, en de rechtvaardige Noach en zijn gezin redden.

82 Na de tweede tweeduizend jaar vond dezelfde zaak opnieuw plaats. De kosmos, wereldorde, zelfs de kerk was bedorven. Ten tijde van Noach spotten zij en maakten lol over hem en hij predikte honderdtwintig jaar in de deur van de ark. En in de tweede duizend jaar raakte de kerk in gevangenschap, pleegde overspel met de wereld en eindigde in niets anders dan een hoeveelheid vormen en leerstellingen. En God zond oordeel naar de aarde door het zenden van Zijn Zoon – ze kwam aan het einde van haar macht.

83 Dit is 1962 en wat zegt de Bijbel? De Bijbel zei dat in het laatst der dagen het werk moest worden ingekort (de Schriften kunnen niet liegen) ter wille van de uitverkorenen – ter wille van de uitverkorenen – omdat er anders geen vlees behouden zou worden. Dan zien wij dat we in de eindtijd zijn.

84 De zevende is de sabbat, hetgeen het Duizendjarig Rijk is. Dat zal plaats vinden gedurende die tijd – de regering van het Duizendjarig Rijk. Nu, maar de zes dagen zijn vervuld. De mens heeft op dit moment een wapen in handen waarmee hij zichzelf kan vernietigen. Hij kan de wereld vernietigen, zou de wereld in één seconde in stukjes kunnen blazen. Hij kan een man de ruimte inschieten en hem in een baan boven dit land brengen en zeggen: "Geef je over of ik laat hem los." Dat is alles. Wat zou hij doen? Wel, iedereen die bij z'n verstand is, zou zich overgeven. Wat dan?

85 En nu zijn de kleine... Vroeger overheersten de grote naties de kleine naties. Nu niet meer. Zij hebben hetzelfde wapen, ziet u. Het is dus een tijd geworden dat wij zien en geloven dat wij in de eindtijd zijn.

     Nu, we zouden hier uren mee kunnen doorgaan, maar laten we hier enige ogenblikken naar sommige Schriftgedeelten kijken, die betrekking hebben op het zaad dat is geplant voor de eindtijd.

86 Als dat zaad van... Jobs gesproken woord; Jesaja sprak er van; iedere man van God; iedere profeet van God aan wie Hij Zijn geheimenissen bekend maakte (zelfs David, Jesaja, Jeremia, al de overigen) spraken over dat komende Zaad. En toen de tijd aanbrak was het precies op die wijze. Zo is het altijd. Het kan niet falen. Het is Gods Woord. Het is eeuwig. Het kan niet falen. Wij weten allen dat Jezus het Woord was.

87 Laten we dan Zijn Woord nemen. Hebreeën 1 zegt: "Nadat God eertijds vele malen en op vele wijzen tot de profeten gesproken had, heeft Hij nu in het laatst der dagen gesproken door Zijn Zoon, Christus Jezus." Hij was een God-profeet. Zeker was Hij een profeet. Mozes zei: "De Here, uw God, zal een profeet doen opstaan." Maar dit was meer dan een profeet; Hij was God, gemanifesteerd in het vlees.

88 Deze God-profeet gaf ons twee of drie tekenen waar we naar willen kijken; grote tekenen die wij willen gedenken. In Mattheüs 24 werden Hem deze vragen gesteld: "Wanneer zullen deze dingen gebeuren? Wat zal er plaats vinden aan het einde van de wereld? Wanneer zal dit alles plaats vinden?" Hij gaf zoveel verschillende dingen aan die zouden plaats vinden: volk zal opstaan tegen volk, koninkrijk tegen koninkrijk, enzovoort, enzovoort, enzovoort. Maar Hij zei: "Leer van de gelijkenis van de vijgeboom en al de andere bomen."

89 Hoevelen hier binnen zijn Christenen? Steekt uw hand op. In orde. Dank u. Ik geloof honderd procent. In orde. Let nu heel goed op als we dit eindtijd-zaadteken brengen. Jezus zei: "Leer van de gelijkenis van de vijgeboom." Als u ziet dat de vijge... Nu, waarvan moesten zij een les leren? De vijgeboom. Iedereen die de Bijbel leest, weet dat de vijgeboom altijd het Joodse ras heeft voorgesteld.

90 Joël zei: "Wat de knager had overgelaten, heeft de kaalvreter afgevreten", enzovoort. Dat was de stomp van de kerk, die door de leerstellingen en dergelijke was opgegeten. Maar hij zei: "Ik zal herstellen, spreekt de Here."

91 Nu waren de Joden afgesneden, vertelt Paulus ons, en de heidenen werden in het koninkrijk ingeënt. Maar merk op. Jezus zei: "Leer een les van de vijgeboom." Nu, zal die boom, zoals Job zag, als hij sterft weer opnieuw leven?

92 Beslist. Hij zei: "Als u de vijgeboom ziet en al de andere bomen..." Bomen. Bomen van wat? Er is een Boom des Levens; er is een boom van leerstellingen (denominatie); er is een boom van volken. "Als u ziet dat de vijgeboom en al de andere bomen hun knoppen voortbrengen (takken, die op het punt staan uit te botten) zegt u dat de zomer op handen is." Merk op, er wordt een gelijkenis gemaakt met de volken.

93 God handelt met de heidenen als een bruid: één hier en één daar. Maar Hij handelt met de Joden als een natie. Niet als een individu; als een natie. Altijd is dat Gods uitverkoren volk geweest. God koos hen als een volk. Zendelingen gaan naar Jeruzalem, enzovoort – wanneer Israël gered is, zal zij een natie zijn. De Bijbel zegt dat zij op één dag zal worden geboren. Dat is juist. Dus Israël zal Christus aanvaarden op één... als een natie; niet slechts als individuen.

     Maar merk op wat Hij zei. Laten we het nemen. Bekijk het aandachtig. "Wanneer u ziet dat de vijgeboom opnieuw begint uit te lopen en al de andere bomen hun knoppen voortbrengen..."

94 Nu, alles heeft een opwekking of heeft zojuist een opwekking gehad. De Joden zijn terug in hun thuisland als een natie; hun eigen vlag wappert; hun eigen regering; hun eigen geld. Zij zijn een natie voor het eerst sinds ongeveer... ik geloof, ongeveer achttienhonderd jaar. O, meer dan dat – ongeveer tweeëntwintighonderd jaar, ongeveer tweeëntwintighonderd jaar. Israël is opnieuw een natie. De oudste vlag ter wereld, de zespuntige Davidster, wappert opnieuw en voor het eerst sinds tweeëntwintighonderd jaar. En Jezus zei: "Wanneer zij begint haar knoppen te vormen is de tijd nabij." Israël, sprekend tot de Joden.

95 Let op. Hij zei dat wanneer alle andere bomen beginnen uit te lopen... De Rooms-katholieke kerk heeft de grootste beweging gehad die zij ooit heeft gehad. De Protestantse kerk heeft de grootste opwekking gehad die zij ooit had. Billy Graham en Jack Schuller, de Pinkstermensen hebben de grootste opwekking gehad die zij ooit hadden. Oral Roberts, Tommy Hicks en de overigen, grote mannen – een opwekking.

96 Kijk. De krachten hebben een opwekking gehad; de nationale krachten. Er is nu een opwekking aan de gang. Wie zal de grootste kracht worden? Communisme? Iedereen die je hoort... predikers staan in de preekstoel, zeggen: "O, laten we het communisme vrezen." Onzin! Toon mij de Schrift waar staat dat het communisme de wereld zal regeren. Romanisme zal de wereld regeren; niet het communisme. Kijk naar het visioen van koning Nebukadnezar, het woord van de Here, het hoofd van goud, koper tot beneden aan toe in de Romeinse voeten die van ijzer waren; en het is nooit veranderd. De steen kwam toen het nog steeds bij het ijzer was en trof het toen. Onthoud, dat het aan het einde was vermengd met klei; de zwakheid – klei en het ijzer tezamen.

97 Deze grote vergadering die zij hier pas hadden tussen Chroestsjov en Eisenhower... Weet u wat Chroestsjov betekent in zijn eigen land, in zijn eigen taal? Chroestsjov betekent modder, klei. Weet u wat Eisenhower betekent in het Engels? IJzer. En om het zo duidelijk mogelijk te maken aan de mensen, trok Chroestsjov zijn schoen uit en sloeg ermee op de lessenaar. Zij zullen niet samenstemmen. Wat zal er gaan regeren? Rome zal regeren. Een vereniging van kerken, met het Katholicisme, zullen het samenvoegen en precies daar bent u er – de heersende macht. De Bijbel zei dat. Dat is het zaad dat niet kan falen.

98 Kijk vandaag. Is deze nieuwe paus niet bezig alle Protestantse kerken uit te nodigen? En gaan zij niet? Wat met u, Pinkstermensen? Dezelfde zaak – de federatie van kerken. Daar bent u er. Dat zaad moet groeien. Dit moet gebeuren. Het moet volwassen worden. Het is de tijd ervoor dat het tot wasdom komt. De mensen – wat doen zij? Zij organiseren en bouwen grotere gebouwen en grotere organisaties, grotere denominaties. En wat gebeurde er allemaal? Dezelfde zaak – precies wat de Bijbel zei dat zij zouden doen.

99 Dat is wat de God-profeet, Jezus Christus, zei dat zou gebeuren. De Joden zouden worden hersteld en er zou onder hen als natie, een grote opwekking uitbreken als zij als natie tezamen zouden komen. Er zou een opwekking zijn onder de Methodisten, Baptisten, Presbyterianen, enzovoort, een opwekking onder de Pinkstermensen en daar bent u er. Volk zal opstaan tegen volk, het zaad is volgroeid. Israël is na tweeëntwintighonderd jaar een natie geworden. Wat gebeurde er? De kerken kwamen allemaal tezamen en hadden een opwekking. In orde.

100 Nu, er was nog een groot zaad geplant. Hij zei in II Timotheüs, het derde hoofdstuk, dat in het laatst der dagen er in de kerk een grote afval zou komen van het Bijbelse geloof. Dat klopt. Is dat een zaad? Is dat een belofte? Kijk vandaag naar hen! Kijk naar onze kerken! Wat zijn ze aan het doen? Zij organiseren zich tezamen, zij werken samen, voegen zich tezamen – falen. Geloven niet in de Bijbel, geloven niet in het echte, ware Woord van God.

     U zegt: "De Bijbel zegt dit."

     "Die dingen zijn verleden tijd. Zoiets bestaat niet. O, zoiets dergelijks bestaat niet. De dagen van wonderen zijn allang voorbij. Zoiets als de doop met de Heilige Geest bestaat niet. Dat was daar vroeger voor een handvol mensen – twaalf – de apostelen." Ziet u? Wat doet dat zaad? Het wordt volwassen. Het is het eindtijd-teken zaad.

101 Wat zei Jezus? "Wanneer u dit ziet plaats vinden, heft uw hoofden omhoog. Uw verlossing is nabij (tot de gemeente)." Wij zien dat zij zou wegvallen. In orde. Wij ontdekken dat. In orde.

102 We zeiden dat Joël ons vertelde, dat in het laatst der dagen (het andere schriftgedeelte. Luister heel goed), dat er in hetzelfde jaargetijde een vroege en een late regen zou zijn. Hoeveel Christenen weten dat? Zeg: "Amen." Zeker. Wat...

103 Toen ik pasgeleden keek, zag ik tot mijn verrassing... De vroege en late regen zouden in hetzelfde jaargetijde komen.

     [In Joël 2:23 staat: "...in de eerste maand" – Vert] Het woord "vroege" in het Hebreeuws (pak uw Hebreeuwse lexicon en zoek het op), het Hebreeuwse woord voor vroege betekent "Mowreh". "Mowreh" betekent onderwijzing – er zal een onderwijzingsregen komen. Wat is dat? Het planten van de zaden in de aarde. Wat heeft gehad...

104 Wat is er gaande? Wel, we ontdekken dat er een onderwijzingsregen gaande is. Voor de Baptisten was "Een miljoen meer in '44" het motto; leden van de kerk. De grote opwekkingen van Billy Graham, onze grote evangelist, kijk wat hij heeft gedaan. Kijk naar Oral Roberts en de Pinkstermensen. Er is een onderwijzingsregen voortgegaan.

     Er is een nationale onderwijzingsregen geweest: het communisme is onder de mensen gezaaid, in elke natie.

     Er is een Roomse opwekking geweest. Weet u wat er gebeurt? Als zij het westelijk deel... of het oostelijk deel van Berlijn teruggeven plaatst dat het communisme precies... of ik bedoel het Roomse rijk, precies terug in de oude cirkel waarin het was in de tijd van Jezus. Dat doet het zeker; perfect.

     Er is een opwekking gaande. Wat is het? Een zaaien.

105 U hoort niet veel meer over Billy Graham, is het wel? Wat met Oral? Wat met de overigen? U weet dat de grote opwekkingsvuren niet branden. Wat is het? Het is een eindtijd-zaadteken. De woorden zijn gezaaid. Wat is het? Denominatie zal denominatie oogsten. Dat is de oorzaak dat zij zich tezamen verenigen.

106 Maar het Woord van God is ook gezaaid. En wanneer de Geest van God begint te vallen, zal het Woord van God in de mensen leven. En wat zal die valse bruid, die daarbuiten overspel bedrijft en zichzelf in leerstellingen heeft gebracht en haar geboorterechten heeft verkocht, oogsten? Een federatie van kerken die gebonden zal worden en net als de dorens en distels verbrand. Maar waar het Woord van God werd gezaaid in de harten van de mensen, zal het een oogst voortbrengen, een bruid voor Christus, zo zeker als ik hier sta. Eindtijdtekenen.

107 Wat is er aan de hand, gemeente van God? Wat is er met ons aan de hand? Wat is er met u Baptisten aan de hand, u Presbyterianen, Assemblies of God, Jezus Alleen, alle overigen? Wat is er met ons aan de hand? Kunt u het niet zien? Het zaad... Ga niet... Wees voorzichtig welk soort zaad u aanneemt in de schoot van uw hart! Neem geen leerstellingen aan; neem het Woord.

108 Ze hebben zoveel gepraat over late regen. Niet om u te geringschatten, u 'spade regen' broeders, maar dat is geen spade regen. Als de late regen hier zou zijn geweest, zou de kracht van God die zaak hebben getroffen en zou zij de wereld in beweging hebben gezet. De late regen staat op het punt om te komen. Wat is er aan de hand? De kerk heeft iets voor zichzelf gefabriceerd, precies zoals Eva probeerde te doen. Zij probeerde meer licht te krijgen om iets te fabriceren.

109 Wij hebben hetzelfde gedaan, door te proberen zelf iets te doen. Houd uw handen er vanaf. Laat God het doen. Neem Zijn Woord en geloof het. Houd het in uw hart. En als de regen begint te vallen zal het leven een houvast nemen en het Woord zal zichzelf manifesteren.

110 Ik vermoed dat u denkt dat ik gek ben, maar ik ben het niet. Als ik het ben, laat me met rust – ik ben gelukkig op deze manier. Dus ik geloof Gods Woord. Wat is er met de kerk aan de hand? Haar schoot, haar open verstand heeft allerlei soorten leerstellingen en dogma's ontvangen en niet het Woord van God. Toen Christus kwam vond Hij dezelfde zaak die Adam vond; Jehova vond hetzelfde. En hier zijn deze tekenen en de eindtijd verschijnt en de kerk heeft het antwoord niet. Dat is juist. Het is tijd.

111 De vroege regen is voortgekomen. Dat is de reden dat Billy niet veel doet. Onthoud, er waren... Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen." Er waren twee engelen die naar de Sodomieten gingen. Bedenk dat Lot eens met Abraham wandelde. De kerk wandelde in gemeenschap met Christus, met het Woord. Maar zij verruilde haar geboorterechten voor denominaties. Nu verkoopt zij de hele zaak en organiseert zichzelf in een grote vereniging van kerken.

112 Dat is precies wat er met Lot gebeurde. Hij ging daarheen. Twee engelen – Oral Roberts en een Billy Graham, zoals het in deze dag zou zijn – gingen daarheen, en hielden hun het Evangelie voor. Wat gebeurde er? Het was zelfs een schande wat er uitkwam.

113 Maar Abraham... Eén bleef bij hem achter. Er was er Eén die hij God noemde. En wat deed het teken dat Hij daar voor hen verrichtte? Het bewees wat Hij was. Abraham was uitverkoren, omdat hij... Abraham had de belofte. Nu kijk, dit is Abrahams zaad. De belofte was niet slechts aan Abraham gegeven maar aan zijn zaad. Niet zijn zaad Izaäk; hij faalde. Hij bewees dat hij het deed. Maar het zaad – het geloof dat hij had – ongeacht de omstandigheden, hoe het ook tegengesteld was aan de natuur, hoezeer de dokter ook zei dat het niet zo was... Abraham, nadat de belofte aan hem was gegeven, toen het onmogelijk was...

114 Hij huwde zijn zuster, ongeveer zeventien jaar oud, zijn halfzuster. Zij hadden geen kinderen. En toen zij vijfenzestig was en hij vijfenzeventig verscheen God aan hem en zei: "U zult een baby bij haar krijgen." Wel, hij aanvaardde Zijn Woord. Hij maakte zich er gereed voor. Vijfentwintig jaar daarna was er nog niets gebeurd. Nu is hij honderd jaar oud en zij negentig. Dat stopte hem niet in het minst. "Hij twijfelde niet aan Gods belofte door ongeloof."

     Dat is het geloof. Dat is het koninklijke zaad van Abraham. Dat is het soort zaad dat Gods Woord neemt. Dat is de zaak die de bruid naar voren zal brengen. Dat is hetgeen wat Christus zal ontmoeten. Hij is het Woord.

115 En als de kerk is ingezaaid met iets anders dan het Woord, zal zij Hem niet kunnen ontmoeten. Hij heeft geen afzichtelijk lichaam met gezwellen er op. Hij heeft een perfect lichaam en Hij is het perfecte Woord. En de gemeente zal worden gezaaid en in het perfecte Woord geloven. En het perfecte Woord en perfecte Woord zullen zich verenigen als één vlees en één lichaam, zoals bij een man en zijn vrouw. Amen! (Ik beaam mijzelf niet, maar "Amen" betekent: "Zo zij het.") Ik geloof het hoe dan ook. Jazeker!

     De vroege regen is voortgegaan. De regen staat op het punt te vallen. Wat zal het gaan voortbrengen? Let slechts op.

116 Nog een teken: de dwaze maagd. Jezus zei dat er vlak voor de komst van de Bruidegom een wijze maagd zou zijn met olie in haar lamp en een dwaze. En de dwaze maagd zou op een dag wakker worden en ontdekken dat zij helemaal geen olie in haar lamp heeft, wanneer dit plaats vindt: "Zie, de Bruidegom komt." Dat is de roep die nu uitgaat. "Christus is komende!" En zij werd wakker en ontdekte dat zij helemaal geen olie had.

117 Olie betekent "Geest". Geest is datgene wat het Woord tot leven brengt. De Geest is het water dat het Woord tot leven brengt. Giet het uit... U zegt: "Wel, hoe zit het met deze kerken?" Als zij denominatiezaden zaaien zal dat tot leven komen. De Geest van God zal dat tot leven brengen.

118 De Bijbel zei: "De regen valt op rechtvaardigen en onrechtvaardigen." Hebreeën, het zesde hoofdstuk zegt dat de regen vaak neerkomt om de vruchten die op de aarde zijn te bevochtigen. Maar de dorens en distels verheugden zich evengoed en profiteerden van de regen zoveel als zij maar konden. "Maar aan hun vruchten zult gij hen kennen." Helemaal waar. Daar bent u er. Nu, als zij dat zien... Ziet u, de vruchten moeten worden verzameld, de regen staat op het punt om te vallen. Denominatie zal denominatie uitbroeden, dat is alles. Maar het Woord zal Christus uitbroeden, de bruid. Zeker. Zaai het zaad van het Woord. Toen de wijze maagd...

119 Hebt u de "Stem van de Christelijke Zakenlieden" opgemerkt? Ik spreek internationaal voor hen. Ik kan er voor hen geen doekjes om winden. Dit is het Woord. Kijk! Hoe zit het met... Kijk eens bij de Presbyterianen, Episcopalen – overal zijn er honderden van hen die proberen de Heilige Geest te vinden. Zij vervullen daarmee een heel belangrijke zaak.

120 Een dierbare prediker-vriend van mij uit Afrika, een fijne, goddelijke man, vroeg ik: "Weet u niet wat het is, broeder? Wat is uw bediening?"

     Hij zei: "Ik word verondersteld Babylon binnen te brengen."

121 Ik dacht: "Kunt u niet zien dat precies op de tijd dat de dwaze maagd wat olie wil hebben, zodat haar zaden ook zullen groeien, dat dàt de tijd is dat Christus komt en dat zij zal worden buiten gesloten?" De grote prediker Billy Graham heeft pas gezegd dat we een pinksteren nodig hebben, het is noodzakelijk dat mensen terugkeren. Episcopalen, die een groot artikel, een folder, schreven, niet lang geleden, zeiden: "Wij hebben sprekers in tongen nodig. Wij hebben goddelijke genezers nodig in de kerk, die genezingsdiensten houden, mensen die uitgaan om voor de zieken te bidden." Wat proberen zij te doen? Olie in hun lampen te krijgen. Precies. Dat is een eindtijd-zaadteken! Amen. Terwijl zij bezig was om dat te doen, kwam de bruidegom en de bruid ging naar binnen en zij werd buitengesloten. O, wat leven wij in een wonderbare dag.

122 Ik wil nog slechts één ding meer zeggen: tweedracht tussen de volken. O my! Vreesaanjagende tekenen in de hemel – gelooft u dat dat zo is? Kijk. Laten we er een paar van nemen... Hebben we nog een paar minuten om er half tien van te maken? Ik wil de gehoorzaal niet te lang vasthouden. Het is genade dat deze mensen ons dit laten hebben.

123 Luister. Hoevelen... en ieder van u, u hebt gezien... De naties zijn pas geleden opgeschrikt door tekenen. Zag u die man onlangs in de satelliet...? Hij ontdekte daarboven dingen waar hij nog nooit... de wetenschap weet in het geheel niet wat het zijn. Toen hij over de aarde vloog... Toch hebben ze gekeken en gekeken en gekeken, maar ze zagen ze niet. Hij dacht dat zijn satelliet uit elkaar zou springen. Het was niet zo. Zijn satelliet was in orde. Lichten...

124 Kijk wat er pas op de radio was, u zag het op de televisie, het heeft in de krant gestaan: overal vliegende schotels. Het Pentagon publiceerde onlangs (ongeveer zes weken geleden) dat het niet fictief was. Zij lieten het zelfs op de televisie zien hoe zij deze schotels opvingen; met "inlichtingendienst"-lichten die naar beneden komen, en op een dergelijke wijze boven het Pentagon, over heel Washington, D.C., hangen. En zij ontvingen het op de radar en zij hadden daar boven piloten. Zij kwamen vlak om hen heen, omgaven hen, toen verdwenen zij met de snelheid van het licht. Inlichtingendienst! Wat is het?

125 Jezus zei dat er angstaanjagende tekenen zouden zijn, tekenen aan de hemel; de harten der mensen zouden bezwijken van angst, verslagenheid; tweedracht tussen volken. Ziet u niet dat die zaadtijd hier nu is? De oogsttijd; de dingen waarvan de Bijbel zei dat ze zouden plaats vinden? Ziet u niet dat dat zaad, dat is geplant, tot leven is gekomen en leeft? Dat is er aan de hand.

126 Nu nog één ding. Luister. Voordat... Luister nu goed. Laat u dit niet ontgaan. Vóór de eerste komst van Jezus hadden de astronomen van India, de magiërs... Ik heb in India zendingswerk gedaan en met magiërs hierover gesproken. En zij waren aan het uitkijken. Zij waren astronomen en zij namen de hemellichamen waar. En zij zeggen dat God Zichzelf altijd verklaart in een hemellichaam, voordat Hij het op aarde doet; voordat Hij ook maar iets doet.

127 En zij zeiden: "Wel, toen deze drie wijze mannen deze koning gingen aanbidden die de aarde zou regeren, een baby-koning, toen volgden zij – zoals uw Schrift zegt – een ster." Hij zei: "Maar eigenlijk kwamen er drie sterren tezamen en vormden deze ene ster." En ze zeiden dat... De Christen-astronoom waar ik mee sprak, of magiër, hij zei: "Dat betekent dat er drie rassen van mensen waren waar deze Man voor stierf. De enige rassen die er zijn, zijn die van Cham, Sem en Jafeth. En wanneer Zijn Evangelie is gepredikt aan de mensen van Cham, Sem en Jafeth – zij zullen in Zijn Evangelie samenkomen – dan zal daar de wederkomst zijn."

128 Dat is in orde als hij dat wil geloven. Drie is het getal van volmaaktheid. Maar wat geloof ik, dat deze drie waren? Wat geloven wij? Het was een drie van volmaaktheid, aantonend dat de drieëenheid van God (Vader, Zoon en Heilige Geest) werd bekendgemaakt in een Man, Jezus Christus, de enige volmaakte Mens. Alle andere mensen hadden gefaald. Al het andere was gestorven. Maar hier kwam een Man die niet kon sterven – volmaaktheid, zodat zelfs de dood Hem niet kon doden. Hij stond weer op.

129 Drie is het getal van volmaaktheid. Dat weten wij allemaal. Drie is Gods getal in zijn numeriek. God wordt gekend in Zijn getallen. Drie is volmaaktheid en zeven is aanbidding; vierentwintig is aanbidding; veertig is verzoeking; vijftig is Pinksteren, jubeljaar, ziet u; enzovoort, allemaal Zijn getallen. De getallen van God zijn volmaakt; is in volmaaktheid. Nu, drie is het getal van volmaaktheid. Juist voordat... luister aandachtig. Toen de kleine baby Christus werd geboren, kwamen drie sterren tezamen en vormden de ene morgenster, die de reflectie was van de komst van een kind, Christus, een volmaakt Iemand.

130 Wat is er gebeurd? Wij zien grote koppen in de krant, over de televisie in alle landen, dat er vijf sterren precies op één lijn komen met de aarde. Wat is vijf? Een getal van genade. Iedere keer als deze sterren er in komen, gebeurt er iets op aarde. Wat vindt er plaats? Vijf sterren komen op lijn. Wat was het? Een inleiding tot wat?

131 Kijk wat er sindsdien gebeurde. Duitsland werd bijna van de kaart geveegd. Sommige magiërs zeiden dat de wereld zou barsten als een watermeloen. Voor de laatste dagen is door hen het allerergste geprofeteerd. Kijk wat er plaats vindt. Onlangs had Engeland een storm die op één dag zeventigduizend huizen wegblies. Overal rampen. Californië, Los Angeles leek te worden weggespoeld in de oceaan. Wat is het? Het begin der smarten. Overal steken aardbevingen de kop op. Waarom gebeurt dat? Vijf sterren komen in lijn. Genade, Gods genade.

132 Wat is er gebeurd? De kracht van God is begonnen te vallen op een jonge kerk (halleluja!), een bruid in beginstadium. Zij begint vorm aan te nemen – een bruid voor deze Bruidegom. Die drie sterren betekenden Zijn volmaaktheid van de hemelse Vader, van de drieëenheid die één werd onder ons op aarde – Gods bedieningen worden één bediening. Wat gebeurde er nu? Het is de gemeente van de levende God die onder het Woord van God tezamen komt en de astronomische hemel kondigt haar komst aan. Amen! U gelooft dat misschien niet, maar het is het Woord, hoe dan ook. Jazeker.

133 Wat gebeurt er? (Ik eindig). Ik zou dit willen zeggen: vrienden, de gemeente komt voort. God zal een bruid hebben zonder vlek of rimpel. Zij is voorbestemd. God zei dat Hij het zou hebben. Dat maakt het in orde. Wie is er lid van? Ik weet het niet. Ik vertrouw erop dat ik het ben; ik vertrouw erop dat u een lid bent. Maar Hij zal een lichaam hebben zonder vlek of rimpel.

134 En ik geloof dat deze laatste-dagen-tekenen en dingen die er gebeuren, elk ervan, zich opstapelen om te tonen dat Christus op het punt staat om voor deze bruid te komen. Het is God in Zijn Woord die bekend werd gemaakt in een Man, een volmaakt Mens; zo komt God en Zijn Woord opnieuw en maakt Zichzelf openbaar in een bruid. Die niet zal doen wat Eva deed – het kruisen tot iets anders – maar het onvervalste Woord van God zal in die gemeente worden geboren, en zij zal staan zoals Jezus Christus stond, met Zijn Geest die in Zijn Woord de zalving brengt. Amen! Ik geloof dat het nu wordt aangekondigd.

135 De profeet zei: "Er zal een dag komen die dag noch nacht genoemd zal worden, maar in de avondtijd zal het licht zijn." U allen, als Bijbellezers, weet dat. Wat gebeurt er? De beschaving reist van het Oosten naar het Westen. China is de oudste beschaving die we hebben. Beschaving begon in het Oosten. Het is meegegaan met de zon, reizend naar het Westen. Waar is zij nu aangeland? De Westkust. Als ze nog iets verder gaat is zij weer in het Oosten terug. Ziet u wat ik bedoel?

136 Dezelfde zon die in het oosten opgaat is dezelfde zon die in het westen ondergaat – dezelfde z-o-n. En dezelfde Z-o-o-n, Zoon van God die naar de aarde kwam om een bruid te nemen uit de oosterse mensen... En die bruid verontreinigde zich zoals Eva deed, zoals Jehova's bruid deed. Diezelfde Zoon die daar scheen, die daar met Zijn zelfde kracht op Pinksteren scheen, om het zaad te rijpen dat Hij had geplant, diezelfde Zoon schijnt nu op het westerse halfrond. Waarvoor? Om het zaad te rijpen dat is geplant, om een bruid voort te brengen. Het avondlicht van het Evangelie zal een bruid voortbrengen (Amen!) voor de Here Jezus. Daar zijn enige van de avond-zaad-tekenen; er zijn er honderden.

137 We hebben nog vijf minuten voor we sluiten. Bent u één van dezen? Gelooft u dat u één van deze zaden bent? Gelooft u dat uw hart is bezaaid met het onvervalste Evangelie? Dat er niets ter wereld is dat het Woord van God uit uw hart kan wegnemen? Gelooft u dat? Als het niet zo is, mijn vriend, en het mag zijn dat ik u nooit meer op aarde zal ontmoeten, denk aan het Woord van de Here en het geheimenis van de Here, dat het aan Zijn profeten wordt bekendgemaakt. Zijn profeten spraken ervan. Hier is het, precies hier nu. Wij zien het in vervulling gaan. Ik herhaal wat zij zeiden als een waarschuwing aan u.

138 Als u deze zaden niet hebt en als u hier vanavond bent en u bent geen Christen, u... Misschien behoort u bij een kerk. Waag het er niet op, broeder. Luister niet naar die dingen. Dat is een zaak van verbastering. Het Woord van God behoort oppermachtig in u te leven zoals het in Jezus deed, want Hij is het hoofd. Zijn lichaam kan niet één ding zijn en Zijn hoofd iets anders. Het moet hetzelfde Woord zijn. Als uw kerk voor u slechts voorziet in leerstellingen en dogma's die niet Schriftuurlijk zijn, geloof het dan niet. U kunt niet gevoegd worden in een gemeente; u wordt geboren in een lichaam door het Woord van de levende God. Als u dat niet hebt ontvangen, loop dan geen risico.

139 Als u ergens heenging om een kop soep te kopen en er zat een spin in, dan zou u het restaurant aansprakelijk stellen. Wel, u zou het voor geen prijs willen opeten, omdat u bang zou zijn dat dit lichaam er aan zou gaan. Broeder, wees niet bevreesd voor wat het lichaam kan aantasten, maar voor Wie zowel lichaam als ziel kan verderven in de hel. U bent wel kieskeurig met uw voedsel, u zou niets willen eten wat dit lichaam ziek of misselijk maakt. Maar dan slokt u wel elk soort leerstelling op voor uw ziel die eeuwig is, terwijl dit lichaam zal moeten vergaan! Laat de duivel dat spul niet in uw keel proppen.

140 U wordt wederom geboren uit de Geest van God en uw geest zal getuigenis afleggen van elk Woord dat God hier heeft gesproken en iedere belofte die Hij heeft gegeven zal zichzelf in u manifesteren. De Geest van God zal komen en in u leven. U bent Christus' lichaam, de vertegenwoordiging van Hemzelf hier op aarde. Als u dat niet hebt ontvangen, als u geen geloof kunt hebben voor goddelijke genezing...

141 Als u hier bent en ziek bent, en u gelooft dat God goddelijke genezing aan u wil toestaan, plaats dan het Woord: "'Ik ben de Here die al uw ziekten geneest.' Here, ik geloof het." Let op wat er plaats vindt. Zeg: "Here, ik geloof het. Maak ieder kanaal open. En hier ben ik." Let op wat er plaats vindt, hetzelfde als wat er onlangs met dat stervende meisje gebeurde; duizenden meer rondom de wereld.

142 Ik zag ze bij de... ik zag... In Zuid Afrika sprak ik één gebed uit over een groep mensen, en zij schatten het op... ze namen zeven grote vrachtwagens... My, zo'n truck heb je niet in Georgia, ongeveer zes of acht wielen achter elkaar.

143 En de volgende morgen kwam de burgemeester van de stad, die erbij zat, naar het raam en zei: "Broeder Branham, kom hier eens kijken." Door de straat, daar kwamen ze door de straat met zeven vrachtwagens vol krukken en rolstoelen en allerlei dingen van de mensen... Ik raakte nooit één van hen aan – bracht slechts het Woord, vertelde hun dat ze het moesten geloven; en zij deden het. En hier liepen de mensen die de vorige dag in deze dingen waren geweest door de straat met hun handen over hun hart, terwijl zij in hun eigen stamtaal zongen: "Alles is mogelijk, geloven alleen."

     "Hij zond Zijn woord." Dat is alles wat je doet – het Woord zenden en de gemeente ontvangt het. Hij die uit God geboren is ontvangt God, gelooft God. Gelooft u Hem? Laten we onze hoofden buigen. Ik zal voor deze zakdoeken bidden.

144 Met uw hoofden gebogen en ieder oog gesloten, zou ik u een ernstige vraag willen stellen. Als u niet in orde bent met God, als er iets in u is dat u niet wil laten geloven dat deze Bijbel het geïnspireerde Woord van God is en u kunt niet geloven dat u volgens Zijn regels kunt leven, zoudt u dan zoveel willen doen als uw handen opsteken en zeggen: "God wees genadig. Ik wil dat u voor mij bidt, broeder Branham, dat ik zo'n soort Christen zal zijn."? Bent u hier? Steekt uw handen op. Dank u, jongedame. Dank u. God zegene u. In orde. Er is één persoon in het gebouw die dat denkt; twee van hen denken dat.

145 Ik ben niet een van deze personen die probeert over te halen als het Woord het niet in beweging kan zetten. U kunt het slechts doen als u bent voorbestemd om het te geloven. Bedenk dat, hoewel Jezus zoveel wonderen deed, de Farizeeën het niet konden geloven. Zij konden het niet in hun hoofd krijgen, omdat zij niet op die manier waren. Als uw hart zo hard is dat u op hetzelfde moment weet dat dat Woord van God niet door u heen kan werken en toch wilt u niet uw handen opheffen naar God om genade te vragen, wat zult u dan gaan doen op de dag des oordeels? In orde.

     Is er misschien iemand ziek die gedacht zou willen worden? Steek uw hand op. Drie of vier, vijf, zes, zeven, acht, het zijn er ongeveer tien.

146 In orde. Laten we onze hoofden buigen. Twijfel niet, u, mijn kleine zuster daar achteraan die uw hand opstak: "Gedenk mij" – God zegene u, zuster, zegene uw teder hart. En moge het Woord van God vanavond wortel schieten in uw kleine hart zodat u een zendelinge zult worden voor Christus.

147 Deze man die zijn hand wat later opstak: broeder, uw haar is grijs. Maar bedenk dat Abraham zelfs al vijfenzeventig jaar was voordat God tot hem sprak. Moge God de wortels van Zijn Woord vanavond in uw hart planten. En wanneer de grote regen valt, moge het niet slechts een leerstelling voortbrengen, maar moge het voortbrengen dat Christus in u wordt gemanifesteerd.

148 Ieder van u die uw hand opstak voor genezing, de Bijbel zei: "Het gebed des geloofs zal de zieke redden en God zal hen oprichten." Als het zaad in uw hart ligt, zal ik gaan bidden dat de Heilige Geest dat zaad nu direct zal bewateren. Er zal iets gebeuren.

149 God is geen aannemer des persoons. Als Hij er één redt, zal Hij de andere die het zal geloven ook redden. Als Hij er één geneest, zal Hij de andere genezen. Maar u moet het geloven. Als u het gelooft, zal ik nu voor u gaan bidden.

150 Onze hemelse Vader, ik houd mijn hand over enige zakdoeken die hier liggen. Misschien heeft iemand ergens een geliefde die ziek is en aangevochten, er is iets verkeerd met hen; misschien is het een moeder ergens met een kleine zieke baby; misschien een oude blinde vader die daar ergens in Georgia in een kleine hut zit; misschien is het iemand ergens in een ziekenhuis. U weet alles over deze dingen. Here, wij weten dit ene, dat Gij de Christus zijt die reeds voor hun genezing heeft betaald. Ik zend Uw Woord bij wijze van gebed, Here. U zond Uw Woord.

151 De vrouw die tot U kwam, zei: "Here, wees mij genadig, Gij Zone Davids." En U was geen Zone Davids voor haar – zij was een heiden.

     U zei: "Het is niet goed het brood der kinderen te nemen en het aan de honden voor te werpen." Zij zei: "Zeker, Here. Maar de honden eten immers van de kruimels die van de tafel van hun meesters vallen."

     U zei: "Om dit woord, ga heen, uw dochter zal leven." En wij ontdekken dat toen U thuiskwam... of toen zij thuiskwam, dat Uw Woord daar reeds was aangekomen en het meisje had genezen.

     Eens deed een vader voor zijn kind navraag op welke tijd het was geweest. Ze zeiden dat ongeveer op het elfde uur de koorts hem had verlaten. U zond Uw Woord. Here, ik zend Uw Woord met een gebed des geloofs. Ik zend het naar dat meisje daar, dat haar hand opstak. Ik zend het naar die man die zijn hand opstak. Moge het vanavond een houvast vinden voor redding. Sta het toe, Here.

     U zei: "Wie gelooft... Mijn woorden hoort en gelooft in Hem die Mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven." Nu, Here, dat is Uw Woord. U zei het.

152 Overeenkomstig de wetenschap verbraken zij iedere regel. De wetenschap zegt dat je je hand niet kunt opsteken – de zwaartekracht houdt haar naar beneden. Maar in de mens is een geest. Hij kan een beslissing maken en zijn hand opsteken, omdat er een geest is die hem regeert, die de regels der wetenschap verbreekt. Nu, God heeft gesproken en zij hebben hun hand naar hun Schepper opgestoken. Vader, moge Uw Woord precies nu in hun harten vallen, in de schoot van hun hart. Breng uit hen de bruid van Christus voort. Sta het toe, Vader.

153 Wat betreft degenen die hier in dit gebouw ziek zijn en hun handen ophieven, zij staken hun handen op omdat zij behoeftig zijn. Zij geloven dat U een Genezer bent. Nu bid ik dit gebed des geloofs. Ik zend het, Here. In de Naam van Jezus Christus, moge dat geloof precies nu in ieders hart vallen. Moge het Woord van God zo'n gevoelen teweeg brengen dat het genezing zal voortbrengen voor ieder van hen. Sta het toe, Vader.

154 Nu zeg ik nog eens voor deze zakdoeken die hier liggen, dat er in de Bijbel werd gezegd dat zij van het lichaam van Paulus doeken namen en zweetdoeken en onreine geesten gingen uit de mensen, kwalen verdwenen. Wij zijn Paulus niet. Maar hij was het niet die het deed, want het Woord was in hem. U bent nog hetzelfde Woord.

155 Nu, Vader, eens werd Israël afgesneden van het beloofde land. Het was Uw bruid. U had haar op weg gebracht naar het beloofde land. U maakte een weg voor haar. De vijand kwam op hun pad. U keek door die vuurkolom naar beneden met toornige ogen. De zee werd bevreesd; zij week achteruit. Israël ging verder.

156 God, nu niet kijkend door de vuurkolom, maar kijk door het Bloed van Uw eigen Zoon, Die voor dit doel stierf. En ik zend Uw Woord. Moge de duivel bang worden, moge hij weggaan en mogen deze mensen naar die belofte van God komen zoals Israël deed, zonder enige hapering. Mogen zij naar die grote belofte komen: "Boven alles wens ik dat het u allen wel gaat." Sta het toe, Here. Moge dit het werk doen waar wij het heen zenden en zeggen dat Uw Woord niet ledig tot U zal wederkeren. Het zal datgene tot stand brengen waartoe het verordineerd was. En ik bid dit gebed des geloofs voor deze mensen in de Naam van Jezus Christus.

157 Terwijl wij onze hoofden gebogen hebben, hoeveel van u willen nu aanvaarden wat er is gezegd en geloven dat het Woord van God tot u is gekomen en dat u het aanvaardt? Ieder die z'n hand heeft opgestoken, ongeacht waar het voor was, steek uw hand op en zeg: "Ik geloof. Ik aanvaard het nu. Ik geloof dat ik heb waar ik om gevraagd heb." God zegene u. Dat is wonderbaar. Dat is fijn. God zegene u. Ik hoop dat het Woord van God z'n wortels uitslaat in u.

     Nu, u hebt... terwijl u uw hoofd gebogen hebt, u hebt hier een herder, een lieflijke broeder, zoals hij hier kwam en iets aanhaalde een paar ogenblikken geleden. Evangelisten moeten niet alles alleen doen in een samenkomst. U moet uw herder kennen, deze goddelijke man. Ik ben zo blij dat ik naar deze mensen ben toegekomen die hun handen opstaken voor deze dingen en dat ik aan hen deze lieflijke herder kan geven. Laat hem u nu naar de diepere ervaringen met God leiden voor uw genezing en voor uw redding. God zegene u.