Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
E-BookPrint
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...

Conflict tussen God en Satan

Door William Marrion Branham

1 Als ik deze wonderbare liederen hoor en luister naar de gemeente die ze zingt en terugdenk aan oude tijden, en gezichten zie die ik in lange tijd niet heb gezien... Er is gewoon iets mee wat echt is, om terug te komen in de gemeente. Denkt u ook niet? Goed.

2 Ik was... Daarstraks was daar een oude vriend die ik niet gezien heb sinds... O, ik heb wel naar hem gewuifd, veronderstel ik, maar het is al jaren geleden sinds ik kameraad met hem was – een jongen, Jim Poole, met wie ik vroeger omging toen ik nog een jongen was en nu... Hij was zojuist bij mij thuis, de eerste keer dat hij ooit in mijn huis was sinds ik getrouwd ben. En mevrouw Wood hier nodigde hem uit om te komen en ons te horen prediken. Hij zei: "Wel, ik was er aan gewend hem al de tijd te horen." Toen wij vroeger samen gingen jagen, enzovoort, zei hij nooit erg veel, weet u; ik sprak al de tijd. Ik vroeg: "Waarom zeg jij niet iets?" Hij zei: "Hoe kan ik het?" Ik had al de tijd in beslag genomen. Het lijkt erop dat dit met mij zo gesteld is: de tijd in beslag nemen door heel wat te praten en nergens te komen. Maar ik ben blij dat ik vandaag mijn wijze van praten sinds die dagen veranderd heb, door te spreken over de Here. Ik heb Hem gewoon lief.

3 Ik sprak met broeder Ruddell en hij vertelde mij daar... (Dank u, broeder Temple.) Ik sprak met broeder Ruddell. En hij kwam een paar dagen geleden naar mij toe en sprak met mij en vertelde mij drie dromen die hij gedroomd had. En ik heb er twee onthouden en de andere ben ik vergeten. Ik probeerde hem te vertellen wat het betekende. Het ging over mij, die met een spiegel probeerde te weerkaatsen en te zeggen: "U ziet hoe God weerkaatst, gewoon zoals wij in een spiegel weerkaatsen." Het is zeker goed geweest.

4 Broeder Creech, is dit uw dochter die op de piano speelt? Ik wist niet of dat Patty was. Waar is Patty? Hoe... Mijn goedheid, Patty. Ik herinner mij haar toen ze daar woonden, wel, precies waar zij nu wonen; zij was net ongeveer als deze kleine knaap die hier zit. En Mary Jo is, naar ik veronderstel, getrouwd? Jim stond daar een poosje geleden. Zijn kleinkind stond daar en hier kwam mijn kleinkind binnen. Ik zei: "Wij zouden net zo goed een wandelstok kunnen nemen en gaan zitten. Vind je ook niet?"

     Maar net achter de rivier, dat is de grote plaats, daar zien wij naar uit. En het komt niet alleen omdat ik oud word, dat ik daarover denk. Ik begon daar al over te praten toen ik slechts een kleine, erg kleine knaap was, een jongeman, net in de bloei van het leven. Ik geloofde dat er ergens een land was. Wij gaan daarheen. Ik ben er zo blij om.

5 Weet u, ik zeg niet erg veel wat veel te betekenen heeft, speciaal als je gewoon praat. Maar heel wat keren pik ik het een en ander op in de Schrift. Maar soms geeft de Here mij iets dat mij gewoon zo'n opwekking geeft, als ik houvast krijg op iets wat werkelijk goed is. Ik... gewoon... O, het doet mij zoveel goed. Wij allen voelen het op die wijze. Ik weet, broeder Neville, u en de broeders hier, broeder Junior en u allen, u voelt het op dezelfde wijze, als u iets hebt wat de Here u geeft en u ziet dat het gewoon zo echt is.

6 En onlangs predikte ik (ik geloof dat het in de Tabernakel was) en ik raakte iets dat mij meer goed gedaan heeft dan iets waarover ik gedacht heb sinds ik bekeerd was. En dat was... Ik zou het weer kunnen herhalen als het in orde is. Ik weet niet of u weet waar ik op doel, maar het was dat bewijs van verlossing. Zie? Ik... het trof mij gewoon en ik zei het. Ik ging naar huis, ik kwam in mijn kamer en ik liep heen en weer. Ik had gewoon een goede tijd met mijzelf, weet u, door daar over te denken.

7 En hier komt waar het over ging. Ik zou het u even door kunnen geven. Ik sprak erover dat wij bezitters zijn van alle dingen; alles is het onze. Zij zeggen dat wij een krankzinnig stel zijn, weet u. Maar toch, tenslotte behoort alles ons toe. En wij zouden misschien... Dat is de reden waarom wij een beetje vreemd handelen. Ziet u? Wij zijn erfgenamen van alle dingen. Ziet u?

8 En ik dacht erover dat wij bezitten: liefde, vreugde, moed; wij bezitten geloof en lankmoedigheid, vriendelijkheid, geduld, zachtmoedigheid. U zou het niet kunnen kopen met welk soort geld ook. Het maakt niet uit of er geen... Ga en koop voor mij voor de waarde van een kwartje 'geduld'. Ziet u? U kunt het niet en – maar toch geeft God ons dat. Wij bezitten dat; dat is ons bezit. En koop voor ons dan een beetje geloof. We zouden bereid zijn om alles wat we hadden, te geven voor een beetje geloof. Ziet u? Maar het wordt ons gegeven en alles is gratis, komend van de Here. Is dat niet wonderbaar?

9 Toen dacht ik hier aan: toen Israël, eens een slaaf, Gods kinderen in slavernij daar in Egypte... Nu, dat was Gods erfenis, net als wij vandaag zijn. En toen... Men zou hun waarschijnlijk iets te eten brengen, een hoeveelheid beschimmeld brood en het hun toewerpen en alles wat ze te pakken konden krijgen. Iemand van hen doden was net als het doden van een hond of iets dergelijks. En zij verlangden naar een bevrijding daaruit. Ze waren daar vierhonderd jaar in geweest.

10 Toen kwam er op zekere dag een profeet uit de woestijn stampen met een licht dat hem volgde en hij vertelde hun dat er een land was dat overvloeide van melk en honing en dat God het hun gegeven had. En Hij deed tekenen en wonderen om hun te laten zien dat hij geen vervalser was, een vals iets, maar dat hij werkelijk van God opdracht had gekregen om die mensen naar dat land te brengen.

     Nu, denk eraan. Hun kinderen... Slavendrijvers kwamen voorbij, als zij iemand wilden doden, was dat helemaal in orde. Er kon niets van gezegd worden. Ze zouden uw jonge dochter nemen en u moest haar overgeven aan de een of andere woesteling, wel, er kon niets van gezegd worden. Je moest daar maar staan en haar laten gaan. Zie? Als uw jongen niet helemaal juist werkte en ze wilden hem ervoor doden, doodden zij hem. Dat was in orde, er kon niets van worden gezegd.

11 Maar nu werd hun verteld dat zij uit deze slavernij zouden komen en dat ze naar een land zouden gaan dat vloeit van melk en honing en dat ze hun eigen boerderij konden hebben. Ze kunnen hun eigen goederen verbouwen, hun eigen kinderen voeden, hen naar school zenden, in vrede leven. En het grote land... En het behoort aan hen. Weet u, dat was een grote belofte. Denk eraan wat dat betekende. Wel, deze profeet deed zoveel wonderen onder hen, totdat zij zagen dat hij werkelijk Gods gezonden man was. Wel, daar trokken zij uit, de woestijn in.

12 En toen zij te Kades-Barnéa kwamen... Nu, de... Kades-Barnéa was op die dag de oordeelszetel voor de wereld. Kades-Barnéa was een plaats waar een heel grote bron was en veel kleine bronnen, kleine aftakkingen van deze bron.

13 Wel, daar hadden zij een man onder hen, een groot krijgsman, genaamd Jozua ("Jozua" is "Jehova-Redder") en Jozua stak over, het beloofde land in. Nu, bedenk, geen van hen was daar ooit geweest. Zij wisten niet of het land er eigenlijk wel was of niet. Zij gingen slechts door geloof, door wat hun verteld was, dat God een plaats voor hen had en zij gingen naar die plaats alleen door geloof. Nu, denk eraan. Zij verlieten Egypte en God leidde hen uit en nu naderden zij dat land.

14 En toen zij nabij het land kwamen, ging Jozua over in het land en bracht het bewijs terug; hij stak de Jordaan over, ging Palestina binnen en bracht het bewijs terug, een grote tros druiven, die twee mannen moesten dragen en zij konden die druiven eten. En hij zei: "Het land is precies zoals God zei dat het was." O, wat een vrijheid was dat! Waar zij nu konden heengaan en hun eigen boerderijen hebben en hun kinderen opvoeden en... hebben... en Gods zegeningen op hen, en in vrede leven. Zij waren niemands slaven.

     Maar tenslotte, nadat zij een goed lang leven hadden geleefd, moesten zij ten laatste sterven, terwijl zij toch Gods kinderen waren. Het ging jaar na jaar door: ze verbouwden hun gewassen en hadden hun gezinnen en een goed gerust leven, en dan sterven.

15 Toen kwam op een dag de grootste krijgsman van allen neer, de Here Jezus, de Zoon van God. En Hij zei: "Er is een land waar een mens niet sterft. In het huis van Mijn Vader zijn vele woningen. Als het niet zo was zou Ik het u verteld hebben. Ik ga heen om een plaats te bereiden en kom terug om u te ontvangen." Nu, Hij is de profeet die kwam spreken over een land, net voorbij de rivier de Jordaan, de dood, waar die... Zelfs ofschoon u uw boerderijen hebt, uw gezinnen, en u door God gezegend bent, moet u echter toch sterven. Maar toch is er een land daar achter waar u niet sterft. O my!

16 Toen kwam Hij naar Kades-Barnéa, Golgotha, opnieuw de oordeelszetel. Waar de straf op de zonde, die veroorzaakte dat mensen moesten sterven, betaald werd in het oordeel van Zijn Kades-Barnéa. Hij betaalde de straf op de zonde, stierf, stak de Jordaan over, de Jordaan van de dood, en stond op op de derde dag.

17 Hij kwam terug en zei: "Voel Mij. Een geest heeft geen vlees en beenderen zoals Ik. Hebben jullie iets om te eten?" Hij at vis en brood. En Hij was met hen gedurende veertig dagen, evenals Jozua bewijzend dat het land daar was. Hij was het bewijs van het land daar. Nu, Hij zei: "Allen die dit zullen geloven, gaat gij de hele wereld in, predikt het Evangelie aan elk schepsel. Hij die gelooft en wordt gedoopt, zal behouden worden. Hij die niet gelooft zal verdoemd worden."

18 Toen zond Hij op de dag van Pinksteren het onderpand terug van deze plaats, de verzekering, het bewijs dat dit land werkelijk is. Evenals Jozua het bewijs terugbracht, bracht Jezus het bewijs van de Heilige Geest.

19 Nu, wij beschouwen onszelf als dood. We zijn begraven met Hem in de doop in Zijn dood en wij stonden met Hem op in de opstanding. En nu zijn wij er al in... niet wij zullen, maar we zijn al opgestaan. O my. We zijn het nu, niet zullen het zijn, maar we zijn nu vanavond, gezeten in hemelse gewesten. Hoe? In Christus Jezus. Niet, wij zullen op de een of andere tijd het zijn, we zijn het nu. De gemeente beseft niet wie zij zijn. Zie? We zijn het nu, precies op dit ogenblik. Hoe? In Christus Jezus, tezamen vergaderd in Hem, reeds opgestaan uit de dood. Onze zielen zijn onsterfelijk.

20 Laten wij nu even stoppen. Hier waren wij eens gewoon te liegen, te stelen, te bedriegen, te vechten, te vloeken en al het andere. En toen beleden wij al die zonde. Toen werden wij begraven met Hem in de doop en stonden met Hem op. En toen wij opkwamen: "Bekeert u en wordt gedoopt, een ieder van u, in de Naam van Jezus Christus voor de vergeving van uw zonden en gij zult het bewijsstuk ontvangen", het bewijsstuk van dit goede land. En dan brengt die Geest die op ons komt, ons boven dat liegen, stelen en al dat spul uit. En nu zijn wij met Hem opgestaan en zitten nu hier met Hem in hemelse plaatsen. Onze zielen zijn er absoluut al in.

21 Wel, William Branham is al gedurende ruim dertig jaren dood. Ik werd een nieuwe schepping. Die oude mens stierf. Ik kijk daarnaar terug, vanmiddag sprekend met die oude vriend van mij. Hij zei: "Herinner jij je, dat wij gewoon waren zus-en-zo te doen? Herinner jij je, dat wij die snurkende jongen die avond in het water gooiden?"

     Ik zei: "Ja, ik zou dat nooit weer doen."

     "Herinner jij je die keer dat wij die speld in die kikvors staken, toen hij zo kwaakte?"

     "Ja," zei ik, "ik herinner mij dat en al deze dingen die wij deden."

22 Ik dacht: "Weet je, dat was toen ik was... Dat was toen ik dood was." Zie? Maar nu ben ik levend. O, ik wil dat niet doen. Nu zitten wij in hemelse plaatsen in Christus Jezus. En nu hebben wij het onderpand van onze verlossing, de aanbetaling. Het kost tienduizend dollars en Hij gaf ons de eerste duizend. Zie? Dit is de eerste tiende van ons onderpand die... We zijn al opgestaan uit de zonde en ongeloof, in de opstanding met Christus en zitten nu tezamen in hemelse plaatsen met dat bewijsstuk, zoals wat Jozua terugbracht. Het land is daar en wij zijn onderweg. Geen dood meer, kunnen niet sterven.

23 Als zij u te eniger tijd vertellen dat broeder Branham stierf, geloof dat niet. Waarom? Broeder Branham kan niet sterven. Zie? Dat is juist. Ik kan niet sterven, ik ben al dood. Nu, William Branham stierf lange tijd geleden, ongeveer dertig jaar geleden, of liever gezegd, ongeveer tweeëndertig jaar geleden. Ik predik ongeveer tweeëndertig jaar. Dus stierf hij zelfs daarvoor. Maar nu is dit een nieuwe schepping.

24 Russell Creech, een nieuwe schepping, hij is niet meer die kleine jongen die vroeger rondrende in Corydon. Orman Neville is niet die kleine jongen die hij vroeger was. En broeder Ruddell is niet die kleine jongen die vroeger was. En broeder Jackson en al deze anderen, ze zijn niet meer die knapen. U allen, broeders en zusters, wij zijn niet die mensen die wij vroeger waren. We zijn nieuwe schepselen – nieuwe scheppingen. U hoeft u er geen zorgen over te maken, we zijn al hier boven. Kijk waar wij waren, kijk waar we nu zijn: nieuwe scheppingen in Christus Jezus. O my! Weet je, Russell, ik voel mij of ik bijna dat lied zou kunnen zingen waarbij ik, elke keer als ik het hoor, aan jou en zuster Creech denk.

Ik zal wegvliegen, o glorie;
Ik zal wegvliegen in de morgen.

     (Jazeker. Herinnert u zich dat wij dat vroeger zongen?)

Als ik sterf, halleluja, straks,
Zal ik wegvliegen. (Ik houd daarvan.)

     En naarmate wij ouder beginnen te worden en het haar grijs wordt, de schouders gaan neerhangen, betekent dat meer voor ons dan ooit. Ziet u? Omdat een kind vooruit kijkt: wie zal hij gaan trouwen? Hoe zal hij zijn kinderen opvoeden? Als dat alles voorbij is, dan is het gewoon ongeveer voorbij. Ziet u? Dan ziet u het ondergaan van de zon tegemoet. Maar denk eraan, broeders, er is geen enkel ding dat wij niet hebben. Wij hebben liefde, wij hebben vreugde, wij hebben vrede, wij hebben leven, wij hebben... Wij bezitten de dood. Dat is juist. De Bijbel zegt het. Wij bezitten de dood, het behoort aan ons. Wij behoren er niet aan, hij behoort aan ons.

     U zegt: "Wat zult u met de dood doen?"

     Net zoals Paulus zei toen het op de deur kwam kloppen. Hij zei: "Bent u gekomen om mij over de rivier te begeleiden?"

25 Een schrijver zei eens: "God spande de dood in voor een rijtuig. Het enige wat hij kan doen is u in de tegenwoordigheid van God trekken." Dat is alles. U kunt niet sterven. Zij spanden de dood in voor een rijtuig. En het enige wat hij kan is u regelrecht in de tegenwoordigheid van God trekken. Het is gewoon een gelukbrengend iets, dat komt om u over de rivier te trekken. Dat is alles wat ermee is. Dus is er niets meer wat ons ooit nog kan kwellen.

     Paulus zei, toen de dood door de tijd voor hem kwam aanrollen: "O dood, waar is uw prikkel?"

     Hij zei: "Wel, ik ga je naar het graf brengen."

26 Hij zei: "Graf, waar is je overwinning? Ik bezit jou ook." Toen keerde hij zich om en zei: "God zij gedankt, Die ons de overwinning geeft door onze Here Jezus Christus." Dan hebben wij het, broeder Temple. Dat is het. Het is allemaal voorbij.

     Wel, zuster Snelling zong vroeger een lied. Ik geloof niet dat iemand van u zich waarschijnlijk zuster Snelling herinnert. Ik was onlangs bij haar graf. Zij zong een Pinksterjubelliedje over:

Laten wij doorgaan, laten wij doorgaan,
Te spreken over deze goede oude weg.
Laten wij doorgaan, laten wij doorgaan,
Te spreken over de Here. (Hebt u het ooit gehoord?)

Ons zoveel beter voelend,
Door te spreken over deze goede oude weg.
Ik voel mij zoveel beter,
Als ik spreek over de Here.

     Dat is het. Goed. Laten wij nu even tot Hem spreken in een woord van gebed, voordat wij beginnen met het lezen van Zijn Woord.

27 Terwijl wij onze hoofden gebogen hebben en onze ogen gesloten en we de zorgen van de dag nu links laten liggen, zijn wij vergaderd in Zijn Naam en in Zijn tegenwoordigheid. Zouden er hier enigen zijn die zich iets kunnen herinneren, waarvoor u graag gedacht zou willen worden voor God? Steek even uw hand op en daardoor: "God, gedenk aan mij."

     Onze hemelse Vader, de oneindige God, die voordat de wereld ooit werd geformeerd, wist dat wij hier vanavond zouden staan; U zag die handen. U weet wat achter elk daarvan is, wat onder het hart lag waarvoor die hand werd opgestoken. Ik bid voor hen, Vader, dat U zult antwoorden overeenkomstig Uw grote rijkdommen in heerlijkheid en Uw kracht.

     Wij danken U voor deze gemeente, voor haar herder, haar bestuur, haar beheerders, diakenen, alle leden en voor al die kostbare zielen die hier in Clarksville verblijven – pelgrims, vreemdelingen, die niet meer tot de wereld behoren. Zij gaven alles van de wereld op, verkochten alles wat ze hadden en kochten deze grote parel van grote waarde, de Here Jezus, die ons eeuwig leven geeft. Wij danken U ervoor, Here.

28 Dank U voor deze dierbare zielen en ik bid voor een ieder van hen. Ik denk aan broeder Jackson en hoe hij heeft gewerkt, zijn uiterste best deed, zich inspande, trachtend de schapen te voeden en een plaats van samenkomst te maken voor de pelgrims om in te vergaderen, hen bij elkaar houdend, wachtend op de komst van de Here, hij en zijn vrouw en gezin. Hier achter mij zit vanavond broeder Ruddell en ook hij houdt hen tezamen, de kleine groep die op nr. 62 verblijft; broeder Neville en de groep die in de Tabernakel verblijft, en de anderen, Here, die hier misschien aanwezig zijn uit andere plaatsen. Wij zien uit naar de komst van de Here.

29 Vergeef ons, Here, terwijl wij nu tezamen vergaderen. Wij komen in de Naam van Jezus, wetend dat U beloofde ons te horen, wat wij ook zouden vragen in Zijn Naam, dat het zou worden toegestaan. En nu vanavond, als wij de Bijbel openen om in een kleine les te verklaren... Nu, we zijn niet hier om gezien te worden of gehoord te worden, gewoon als mensen. De mensen zitten niet in deze ruimte alleen maar om te zeggen: "Wel, ik was vanavond aanwezig in de gemeente." Wij verwachten een bezoek van U, Here. Wij wachten erop. "Zij die wachten op de Here, zullen hun kracht vernieuwen." En wij vragen U om voor ons het brood des levens te breken. Moge de Heilige Geest de weinige woorden nemen, ze diep in het hart planten. Sterk diegenen, Here, die zwak zijn en geef vreugde aan diegenen die sterk zijn, moed aan diegenen die moedeloos zijn, gezondheid aan diegenen die ziek zijn, verlossing aan diegenen die verloren zijn; en wij zullen onze hoofden buigen en U prijzen. Wij vragen het en wij vertrouwen onszelf toe aan het Woord in Jezus' Naam. Amen.

     Ik zou graag willen dat aan mij gedacht wordt door deze gemeente, daar wij volgende week beginnen aan een reis door twee naties, om het Evangelie te prediken. Bid voor ons als wij voortgaan. En als u enige vrienden hebt in de omgeving (u kent het reisplan), die naar de samenkomsten komen of zouden kunnen komen, zouden wij blij zijn hen in de samenkomst te hebben.

     Wij zullen hier voor u allen bidden, uw herder en verschillende anderen, om de thuisvuren brandend te houden, totdat wij terug kunnen komen. Als Jezus komt voordat wij terugkomen, zullen wij u ontmoeten op die morgen. Als wij een ander motief hebben dan dat, God vergeve ons.

30 Nu, wij willen vanavond opslaan uit de Bijbel, slechts een paar woorden, die gevonden worden in het boek Jozua, hoofdstuk 24, het veertiende en het vijftiende vers. Ik wil lezen uit Zijn Woord. Luister aandachtig naar Zijn woord. Jozua 24, vers 14 en 15:

     En nu, vreest de HEERE, en dient Hem in oprechtheid en in waarheid; en doet weg de goden, die uw vaders gediend hebben, aan gene zijde der rivier, en in Egypte; en dient de HEERE.

     Doch zo het kwaad is in uw ogen de HEERE te dienen, kiest u heden, wie gij dienen zult; hetzij de goden welke uw vaders, die aan de andere zijde der rivier waren, gediend hebben, of de goden der Amorieten, in wier land gij woont; maar aangaande mij, en mijn huis, wij zullen de HEERE dienen!

     Dat de Here het lezen van Zijn Schriften zegene. Ik heb enkele notities hier, waar ik graag een klein beetje uit zou willen spreken en ik wil vanavond een tekst nemen en deze noemen: Het conflict – Het conflict tussen God en Satan. Ik wil het onderwijzen als een zondagsschoolles, want ik heb hier verscheidene Schriftplaatsen liggen.

31 In Eden kende God Zijn vijand en al de aanvallen van Zijn vijand. Nu, God is de oneindige God en de oneindige God is de volmaaktheid van de volmaaktheden. Hij wist alle dingen voordat zij er ooit waren. En daarom, als deze oneindige God vooruit kon kijken en het ook deed, en het einde vanaf het begin zag en wist dat Hij kinderen op deze aarde zou hebben, Zijn eigen gezegende kinderen, gelooft u niet dat Hij hen van het beste zou voorzien waarin Hij maar zou kunnen voorzien?

32 Zou u vanavond voor uw kinderen, die hulpeloos waren, kleine makkers die niet voor zichzelf kunnen zorgen, niet zwoegen en werken en alles doen wat u kunt of in staat bent om te voorzien voor die kinderen? Omdat u een vader bent, een ouder. En als dat de – wat ik zou willen zeggen – de waarheid is en de gedachte van een aardse vader... En ouderschap ontsproot uit God, omdat Hij de eerste ouder was. Gelooft u niet dat God, ziende wat Satan zou zijn, wat Satan zou doen, het beste aan Zijn kinderen gaf en hen voorzag van het beste dat aan hen verschaft zou kunnen worden, om... Wetend wat de aanval van de vijand zou zijn, verschanste God Zijn kinderen. Zie?

     We nemen de oorlog. Als een generaal uitgaat om een andere generaal tegemoet te gaan in de oorlog, als hij een echte, trouwe burger van deze natie is die hij vertegenwoordigt (en dat zou hij zeker zijn om een generaal te kunnen zijn) en hij... Het eerste wat hij doet, hij bestudeert de aanvallen van de vijand. Hij weet wat hij zal gaan doen, hoe hij zal werken, omdat hij wat had onderzocht en had uitgezocht.

33 Wij hebben overal spionnen, weet u. Er zijn Amerikaanse spionnen in Engeland. Er zijn Amerikaanse spionnen in Frankrijk. Er zijn Amerikaanse... en er zijn Duitse spionnen hier en er zijn... Het maakt niet uit hoe vriendschappelijk wij zijn, we hebben toch spionnen. En wij bespioneren het een of ander soort nucleair wapen. Dan vinden wij het; brengen het terug naar ons land. En daarna maken zij zich gereed. Als er oorlog komt, weten zij hoe ze hun vijand aan moeten vallen.

34 En als God wist dat deze grote strijd tussen goed en verkeerd eraan kwam en Hij wist wat de vijand zou gaan doen, wist Hij heel precies hoe Hij Zijn volk uit moest rusten. Dus als wij opletten, het allereerste waar God Zijn kinderen mee uitrustte, was... Daar Hij oneindig is, wist Hij wat ervoor nodig was om Satan te verslaan op elke tijd, op elke plaats, overal, of in elke toestand. Nu, Hij zou niet zeggen: "Ik zal hun hier iets geven en dan een paar jaar later vind Ik misschien iets beters uit om hun te geven. En dan, weer een paar jaar later..."

35 Zoals wij, in de militaire dienst, de oude pijl en boog en voorhamer en dan was het volgende een... Na de pijl en boog kwam het musket en na het musket kwam de Springfield en nu de atoomwapens en zo. Zie, wij blijven verder groeien; maar God gaf in het begin aan Zijn kinderen het atoomwapen, omdat Hij de oneindige God is.

36 Nu, aangezien er een conflict en een strijd zou zijn, rustte God Zijn kinderen uit met de juiste soort ammunitie, de juiste soort aanval, de juiste soort van alles wat zij nodig hadden, wat hun een overweldigende meerderheid zou doen behalen van Eden tot de opname. Wat was het? Het Woord. Het Woord. Dàt verslaat Satan, het Woord. Het zal hem overal, op elke plaats verslaan. Nu, waarom willen wij het door iets anders vervangen als wij al het beste hebben wat er is: het Woord?

37 En we zien Jezus op aarde (gewoon om te bewijzen dat dit de beste uitrusting was), toen Satan in een strijd van man tegen man met Jezus kwam. Hij imponeerde hem nooit met Zijn macht en bond zijn handen. Hij nam gewoon hetzelfde wapen dat God in de Hof van Eden gaf, Zijn Woord, en zei: "Er staat geschreven. Er staat geschreven." En Hij sloeg hem daarmee regelrecht de ring uit. Dat is juist, omdat het Gods beste is.

38 En kijk waar het is. Het is niet slechts voor een of twee in een gemeente; het is voor ieder van ons. Elke gelovige heeft het recht om Zijn Woord te nemen en de vijand te bevechten overal waar u hem ontmoet. Overal waar u de vijand ontmoet, is het dit Woord dat u moet gebruiken. En Jezus bewees het toen Hij kwam. Dus rustte Hij Zijn kinderen uit met het Woord voor hun bescherming tegen de vijand.

39 Als de oorlog uitbreekt met volle kracht en de strijd in slagorde wordt geplaatst, is er maar één ding dat een echte soldaat, een echte Christensoldaat kan gebruiken, dat is ZO SPREEKT DE HERE. Regelrecht uittrekken en de vijand ontmoeten met de zekerheid dat niets... "Duizend mogen er vallen aan uw rechter- en tienduizend aan uw linkerhand, maar tot u zal het niet genaken." Bedenk slechts dat God deze bewering deed en dit aan Zijn kinderen gaf en het is de beste die er ooit nog geweest is.

40 Toen Satan in Eden voor het eerst met deze aanvallen kwam, om de persoon aan te vallen, wetend dat de kinderen van God met dit Woord versterkt waren, viel Satan het Woord aan. Zie? Hij viel nooit het wezen aan; hij viel eerst het Woord aan. Kijk naar die gluiperd, hagedis, wat hij vandaag doet. Ten eerste kan hij het niet zo aanleggen en zeggen: "Wel, dat is geen goed persoon." Dat is wel een goed persoon, zie? Maar het enige wat hij probeert te doen – het maakt niet uit hoe goed de persoon is – is hem ertoe te brengen om het Woord te verloochenen. Dat is slechts het enige wat hij wil doen; u ertoe te brengen dat Woord te verloochenen.

41 Dus Satan probeerde het Woord aan te vallen in de Hof van Eden. Dus nu moest hij iets hebben, wat hij kon gebruiken dat er voor het menselijk wezen beter uit zou zien dan het Woord. Ziet u? Hij moest iets hebben wat er voor een menselijk wezen beter uitzag dan het Woord. En weet u wat hij gebruikte? Redenering, wat wij zouden zeggen, gezond verstand. Zie? Dus dàt gebruikte hij en hij slaagde erin. Dus dat gebruikte hij aldoor.

42 Maar God kan niets anders geven dan Zijn Woord, omdat dat hetgeen is wat Hij het eerst koos. En als God een beslissing neemt, moet het voor altijd op die wijze blijven. En Satan nam redenering en nam de redeneringen en viel het Woord aan en liet Eva van het pad afraken. Dat is juist – door redeneringen, menselijke redenering.

43 Nu, de enige wijze waarop zij zou kunnen komen tot het niet geloven van het Woord van God, moest zijn door het aanlokkelijk te maken. En Satan weet hoe hij redeneringen aanlokkelijk moet maken. Het moet aanlokkelijk voor u zijn en zonde is erg aanlokkelijk. En er is maar één zonde en dat is ongeloof. Dus is het werkelijk aanlokkelijk. Satan maakt de zonde zo aanlokkelijk voor u.

44 Ik wil hier even stoppen... Ik heb als jongeman dikwijls gedacht en gelezen over verschillende naties en de zeden van het land en ik heb verschillende mensen erover horen vertellen... speciaal in Frankrijk, in de plaats genaamd 'Pig Alley' [Varkenssteeg – Vert] en hoe de mensen zo onzedelijk waren. Wel, ik dacht, dat als ik ooit daarin zou gaan, ik die mensen daar zou zien, vrouwen die eruit komen, weet u, goddelozen met zo'n oude verwilderde uitdrukking, weet u, en gemeen. En ik ging de eerste avond de Pig Alley in, ik en nog drie predikers. Broeder, wat een verrassing kregen wij. Nu, Satan is daar te schrander voor. Hij produceert niet iets dergelijks. Maar enige van de aardigste meisjes die ik ooit in mijn leven gezien heb, waren daar: aantrekkelijk. Zeker. Zonde is aanlokkelijk en aantrekkelijk.

45 Satan heeft geen gespleten hoeven en een puntige staart of zoiets. Hij is geen oude Jan Gerstebier [bierzuiper – Vert] daar buiten, met een jas die ophangt en oren die neerhangen; hij is een gladde kerel – aanlokkelijk. Zonde is niet slechts ruw, zoals u denkt dat ze is; ze is zeer aanlokkelijk. Daarom moeten wij haar nauwkeurig in de gaten houden. (We zullen daartoe komen binnen een ogenblikje; ik dacht aan iets anders.)

     Omdat Satan het er zo echt uit laat zien is het aanlokkelijk voor hen. Maar als zij verschanst waren gebleven achter het Woord, het Woord hun vesting hadden laten zijn, zie, dan zouden zij beschermd zijn geweest. Ze zouden achter het Woord zijn geweest. Het Woord zou vóór hen moeten zijn geweest; altijd: ZO SPREEKT DE HERE, ZO SPREEKT DE HERE, ZO SPREEKT DE HERE, rechts of links, ZO SPREEKT DE HERE.

46 Zoals die engelen daar die dag toen Jesaja hen ontmoette in de tempel. Hij dacht dat hij het aardig goed deed: een tamelijk goede prediker, de koning hield werkelijk veel van hem. Maar de koning werd op zekere dag van hem weggenomen. En hij knielde bij het altaar en kreeg een visioen en zag engelen met vleugels over hun gezichten en over hun voeten, en vliegend met twee vleugels, zingend: "Heilig, heilig, heilig, Here God Almachtig."

47 Zie, naar welke kant ze ook gingen; Ezechiël zag het beeld van het visioen. Als de Geest van God Zich deze kant op bewoog, had het het gezicht van een os; naar deze kant had het het gezicht van een leeuw en naar elke kant waarheen het ging had het een gezicht. Overal waar het ging was het beschermd. Er is geen weg om het Woord van God heen, helemaal rondom beschermd, overal ZO SPREEKT DE HERE, ZO SPREEKT DE HERE.

48 Uw wandel, uw spreken, uw zaken, met wie u omgaat en alles, plaats het Woord van God eerst. U zegt: "Ik geloof dat ik vanavond zal gaan en deze kleine dans zal niemand enig kwaad doen." Zou u het ZO SPREEKT DE HERE met u mee kunnen nemen? Zie? Zie?

     "Ik geloof dat als ik deze kleine transactie zou kunnen doen... O, het is maar een klein beetje twijfelachtig." Maar zou u er ZO SPREEKT DE HERE bij kunnen zeggen? Zie, neem Hem altijd eerst, blijf beschermd, want Hij is onze vesting.

49 Het is vreemd, maar weet u dat u eerst moet verloochenen, voordat... Om de leugen van de duivel te geloven, moet u eerst Gods waarheid verloochenen en ontkennen, voordat u de leugen van de duivel kunt geloven. Hebt u daar ooit aan gedacht? U moet eerst de waarheid ontkennen voordat u een leugen zou kunnen geloven (Zo is het.); u moet deze verloochenen.

50 Eva kwam erachter vandaan en verloor de slag. Zodra Eva... Satan stond daar op zijn doelen te schieten. Ze zei: "Maar de Here zei..." En toen schoot hij weer. Ze zei: "Maar de Here zei..." En toen schoot hij weer op een andere manier. "Maar de Here zei..."

     Maar Satan stond daar weer van achter op en zei: "Maar wacht even. Als de Here dat zei, laat mij u iets vertellen. U ziet dat u niet zo wijs bent als God; u weet niet wat goed of verkeerd is. Maar als... Luister, zou u niet graag zo wijs willen zijn als God?"

     Wel, Eva zei: "Ja, ik geloof dat ik het zou willen." Misschien iets dergelijks. "Ik geloof dat ik gewoon alle wijsheid van God zou willen weten. Ik zou graag willen weten wat goed en verkeerd is. Ik weet het niet."

     "Wel, ik vertel je..."

     Nu, ze zei: "Maar de Here zei..."

     "O, maar je weet zeker dat Hij een goede God is. Hij zal dat niet doen." Zie? Precies daar maakte zij een opening, zodat hij kon schieten. Precies daar stopte zij op het verkeerde moment; precies daar stopte zij een ogenblikje.

51 Nu, laat mij iets tot u zeggen, Christenen hier. Stop nooit één seconde voor de duivel. Stop niet om het uit te redeneren. Als u het begint te beredeneren, komt de duivel meteen binnen. U kunt God niet beredeneren; u kunt God niet begrijpen; u moet God slechts geloven. Zie? Ik kan God niet verklaren. Niemand kan het. Ik kan veel dingen niet verklaren. Maar het enige is dat ik het gewoon geloof, omdat Hij het zei. Nu, er is niemand van ons die het kan verklaren. Probeer het niet te verklaren.

52 Wees het niet eens met deze ongelovigen die zeggen: "Wel, kijk nu. Jouw herder daarbuiten, Junior, ik hoor dat hij voor de zieken bad. Nu, jullie zijn daar allemaal gek. Er is niets zoiets als Goddelijke genezing."

     Zeg: "Goed, dan is het niet voor u; u bent een ongelovige." U loopt door. Zie? Het is alleen maar voor gelovigen. Zie? Niet...

     "Wel, u allen zegt dat u de Heilige Geest hebt. Er is niet zoiets als de Heilige Geest."

     Zeg: "Dan is het niet voor u, dan is het voor mij." Ga gewoon door. Zie? Zie, probeer er niet over te redeneren. Het heeft geen redeneringen. U gelooft het gewoon.

     Beredeneer niets, omdat, bedenk: de enige wijze waarop u God kunt aannemen, is door geloof, niet door redeneringen, niet door begrip, niet door te kunnen verklaren. U verklaart niets; u gelooft iets, niet wat u voelt. Jezus zei nooit: "Voelde u het?" Hij zei: "Gelooft u het?" Dat is juist. U gelooft slechts wat God zegt.

53 Ik kan u niet verklaren hoe dat... hoe een... zou kunnen... Het grootste wonder dat ik kan bedenken, is een man die... Net zoals u een varken neemt en dat varken vertelt: "Weet je, je bent geen varken meer, je bent een lam" en hij wordt een lam. Zie? Dat zou moeilijk zijn om te geloven. Wel, hetzelfde vindt plaats wanneer u bekeerd wordt van een zondaar tot een Christen.

54 Zie, het verandert uw eigen meningen. Het verandert uw eigen wil. Het verandert alles wat in u is en het brengt u in een ander leven en geeft u een andere Geest die van iets anders getuigenis aflegt. Zie? Dan moet uw oude leven sterven en een nieuw moet wederom geboren worden. En dan (zie?) bent u helemaal niet meer de schepping die u was. Dat is als u achter het Bloed verschanst wordt met het Woord. Probeer niets te verklaren, geloof het slechts en ga door.

     "Here, ik geloof. Redder, vermeerder mijn geloof in U totdat het een berg kan verzetten." Zie? "Here, ik geloof, want al mijn twijfels zijn begraven in de bron."

55 Wat zou het zijn als het Abraham gevraagd was? De dokters zouden komen en zeggen: "Abraham, je bent honderd jaar oud; je vrouw is negentig. Hoe zul je een baby gaan krijgen?"

     Nu, Abraham zei: "Welnu, ik zal u vertellen, het zit zo. Ziet u, er zal een tijd zijn dat we een zeker iets zullen drinken en dat zal dit doen en deze soort verandering zal komen..." Abraham kon dat niet verklaren. Abraham zou zoiets gezegd kunnen hebben als: "Ik weet het niet, ik weet er niets meer over dan u weet. Het enige waar ik op rust is, dat Hij zei dat wij hem zouden hebben en ik zie er naar uit." Hij zei: "Jazeker. Dat is alles." Neem het gewoon, geloof het. God zei het en dat zet de hele zaak vast, omdat God het zei.

     Nu, we ontdekken dat Eva de slag verloor; ze ging achter het Woord vandaan, ze ging bovenop de loopgraaf staan en zei: "U zegt dat niet zo. Is dat de waarheid?" Zij verloor het precies daar.

     "Wel, weet u, wij leren dat niet ginds in onze gemeente."

     "Wij geloven dat wat Hij hier zei..."

     "Ja, maar luister liefste, je weet wel beter. Je eigen gezonde verstand zegt je dat dit niet juist is... Wel, ik hoorde die mensen gewoon schreeuwen en schreeuwen... Waar schreeuwen zij over?" Zie? "Nu, uw eigen gezond verstand laat je zien dat zij opgewerkt zijn. Ze zijn emotioneel." Zie? Als u niet ophoudt met daar naar te luisteren, hebt u de slag verloren.

     Als zij zeggen: "O, nu wacht even. Uw dokter zei dat u TB had en het is in een vergevorderd stadium. Er is geen enkele mogelijkheid dat u die TB kwijt raakt. De dokter zei dat er geen was." Nu, zegt gezond verstand dat niet? Wel, als u op redeneringen gaat vertrouwen, dan kunt u zich net zo goed gereed maken om te sterven. Maar als u gaat naar waar de Here de belofte gaf en u kunt het geloven, verandert het het hele programma.

56 Nu, dezelfde wijze waarop het verandert, is dezelfde wijze waarop het daar voor mij veranderde. Zie? Ik geloof het gewoon. Ik weet niet hoe het gedaan werd, maar er was een nieuwe schepping gekomen. Ik meed vroeger de kerk. Ik... Een knaap vertelde mij toen ik bokste... Wij... Ik vocht mijn vijftiende professionele gevecht hier in Evansville, Indiana, en Howard McClain... Velen van u, mensen uit New Albany kennen hem daar. En wij liepen op straat. En Howard was een weltergewicht en ik was een bantam gewicht, en ik vocht tegen Billy Frick uit Huntington, West Virginia. Ik had een blauw pak aan zoals dit. In die dagen had ik nog een beetje haar. En ik liep op straat. We zouden het avondeten gebruiken om ongeveer drie uur, om gereed te zijn voor het gevecht die avond. Wij gingen daarin om te rusten en daarna onze handen in te pakken.

     En Howard zei tegen mij: "Weet je wat, Bill?"

     Ik zei: "Wat?"

     Hij zei: "Je ziet eruit als een kleine Baptistenprediker."

     En hij had mij alles kunnen noemen... Ik... nooit... Ik keerde mij om en ik zei: "Nu, wacht even, Howard. Nu, je lacht als je dat zegt."

     Ik die maar zó groot was, maar ik was gereed om rechtstreeks op hem te klimmen. Ik wilde niets te maken hebben met enige prediker; en nú, het grootste compliment dat hij mij zou kunnen geven. O, als iemand zegt: "Broeder Branham, je ziet eruit als een prediker", zeg ik: "Prijs God." Zie, zie?

57 Wat is er aan de hand? Ik stierf. En ik ben een nieuwe schepping. Hoe deed ik het? Ik nam Zijn Woord. "Broeder Branham, welk soort medicijn, welke formule nam u?" Ik nam geen enkele. Hoe deed Hij het? Ik weet het niet, maar in ieder geval geloofde ik het. Ik nam nooit iets. Ik geloofde het gewoon en Hij wekte mij op van wat ik was, een zondaar, tot een Christen. Hij deed het, omdat ik Zijn Woord nam. Hij zal hetzelfde doen bij ziekte; Hij zal hetzelfde doen bij de doop van de Heilige Geest. Hij zal hetzelfde doen bij elke belofte die Hij geeft.

58 Maar zie, wat is mijn onderwerp? Het Conflict. Het conflict: Satan probeert u zover te krijgen om erover te redeneren. Doet u het niet! Maar nadat u een Christen geworden bent, wordt u beschermd door het Woord en elke belofte in het Woord. Oei! Ik wist niet dat ik dat zou gaan zeggen. Zie?

59 U bent... Als u een Christen wordt, wordt u geplaatst achter het Woord van God. Zie? Nu, daar is uw vesting, veiligheid. Oh! Elke belofte daarin is de uwe. Het enige wat u moet doen is u ernaar uitstrekken en er rechtstreeks mee door gaan. "Hoe weet u dat het zal werken?" Ik weet niet hoe het zal werken. "Verklaar het mij." Ik weet het niet. Het enige wat ik weet is dat God Zijn kinderen de beste aanval gaf die zij zouden kunnen hebben en het beste om mee aan te vallen, omdat Hij de werking van de vijand kent.

60 Nu, luister. Laten wij daarvan de diagnose stellen, zoals de scheikundige samenstelling van het bloed of de scheikundige samenstelling van water of wat het ook is. Zie? Laten wij de diagnose ervan stellen. Waarom? Waarom gaf Hij het Woord? Omdat (bent u gereed?) het Woord eeuwig is. Zie? En als God een belofte deed is die eeuwig en er is nergens iets dat het kan stoppen.

61 Zij konden niet hebben... Draai elke atoom ondersteboven en draai hem achterwaarts, hij zou nooit het Woord van God, één klein woord, kunnen doorboren (zie?), omdat Jezus zei: "Zowel hemelen als aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn Woord zal nooit falen." Zie, zie? Dat is het beste wapen dat er is. Het is het Woord van de eeuwige God.

62 Nu, wat is het Woord van God? Het Woord van God is God Zelf. Dus gaf God Zichzelf aan de gelovige. Amen. Oei! Het is God Zelf, Hij gaf Zichzelf aan de gelovige om de vijand mee aan te vallen. Met andere woorden, Hij is de Vader en het Woord is God. Dan is het Woord onze Vader. We worden geboren door het Woord en Hij staat in het voorste gelid voor Zijn kinderen. Amen! Daar bent u er. Hij staat daar voor Zijn kinderen. Waar zijn wij bevreesd voor? De opname is zeker, de komst is zeker, elke zegen die beloofd is, is van ons; alles behoort aan ons.

     Nu, als wij een beetje vaart minderen en zeggen... Satan zegt: "Kom naar deze kant. Ik zal dat met u beredeneren." O, o, u komt dan van achter de Vader vandaan. Zie? Doe dat niet. Blijf precies daar waar Vader staat, precies daar waar het staat en zegt: "ZO SPREEKT VADER." Zie? "ZO SPREEKT MIJN VADER, ZO SPREEKT MIJN VADER." Het zal hem verslaan, zo zeker als de wereld. Het moet. Goed. Maar als u daarachter vandaan komt, zoals Eva deed, is de strijd verloren.

63 Nu, arme Eva, zij luisterde; zij verloor haar plaats. Goed. En toen verkoos God een man om Zijn fort te houden en dat heeft Hij sindsdien altijd gedaan. Daarom zeggen vele malen mensen in deze laatste dagen soms: "Waarom zou je niet kunnen denken dat de dame net zo'n goed werk zou kunnen doen in de preekstoel als de man?" Ik betwist dat niet, totaal niet. Velen van hen soms heel wat beter dan ik zou kunnen. Maar, ziet u, wij moeten nemen wat God deed. Zie? Precies daar. Eva was degene die de slagbomen neerhaalde. En Adam haalde de slagbomen niet neer. Zeker niet. Maar omdat hij zijn vrouw liefhad, liep hij er daar rechtstreeks met haar bij vandaan. Zie? Dus God verkoos een man om het fort te houden.

64 Nu, het volgende dat wij dan zien, nadat de strijd daar verloren was... dat de tijd van de vernietiging tot hen kwam. De volgende keer was er een verandering van de bedelingen. Vanaf die tijd weten wij hoe de strijd ging. Wij weten dat Eva de strijd verloor omdat zij op haar redeneringen vertrouwde in plaats van op haar geloof in Gods Woord. Laten wij dat herhalen. Zij rekende op haar eigen redeneringen in plaats van geloof te hebben in Gods Woord. Beredeneerde het. Daarom verbrak zij de frontlinies en de vijand stormde binnen. En toen trof de dood de wereld. Nu, daarom vertrouwde God het de vrouwen nooit meer toe om die frontlinie te houden. Het was voor mannen.

     En nu, bij de volgende verandering van bedeling begon het conflict. En ik kijk hier naar een Schriftplaats. Ik geloof dat ik maar zal beginnen het te lezen. Hoeveel tijd hebben we eigenlijk? Prediken... zo ongeveer, het zou ongeveer zes uur meer in beslag nemen en wij zullen... En dus... wij... Ik bedoel dat niet, mensen. Ik... Laten wij hier beginnen, u, in uw Bijbels. Laten wij het even lezen. Ik houd ervan om het te lezen als ik voorwaarts ga, en dan is het Gods Woord van het begin af aan.

65 Laten wij weer beginnen bij de verandering van de bedelingen vanaf Adam – de Adamietische bedeling – tot de bedeling van Noach. Nu, net voordat die tijd kwam, laten wij eens zien wat er plaats vond. Laten wij beginnen met het zesde hoofdstuk van Genesis en even een paar verzen lezen.

     En het geschiedde, toen de mensen op de aardbodem begonnen te vermenigvuldigen, en hun dochters geboren werden,

     Dat Gods zonen de dochters der mensen aanzagen, dat zij schoon waren, en zij namen zich vrouwen uit allen, die zij verkoren hadden.

     Nu, laten wij dat eens vergelijken. Nu, bedenk dat Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Noach, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen." Nu let op, terwijl wij dit nu aandachtig lezen, net als een zondagsschoolles voor slechts een vers of twee, dan zal het precies samengaan met wat meer Schriftgedeelten.

     ... het geschiedde, toen de mensen op de aardbodem begonnen te vermenigvuldigen, en hun dochters geboren werden, (Mensen, zie?)

     ... Gods zonen de dochters der mensen aanzagen,... (Nu, merkte u dat op?) ... Gods zonen de dochters der mensen aanzagen, dat zij schoon waren, en zij namen zich vrouwen uit allen, die zij verkoren hadden.

66 Nu, de grote... veel theologen... Ik wil niet anders zijn. Ik bedoel dat niet, maar velen van u weten dat de theologen geloven dat deze gevallen engelen, die gevallen waren door de leugen van Lucifer, zichzelf vrouwen namen. Zij waren gevallen engelen, eigenlijk zonen van God, die tot zonde vervielen, uitgeworpen op de aarde, zichzelf in vlees persten en vrouwen namen. Ik geloof zo'n beetje dat dit niet te beredeneren is met de Schrift. Omdat, in de eerste plaats, voordat een gevallen engel zichzelf een mens zou kunnen maken, hij eerst een schepper zou moeten zijn. En er is slechts één Schepper, en dat is God. Dus dat zou het onmogelijk maken.

67 Nog een ding; de zonen van God namen dochters der mensen en wist u dat de Bijbel nooit duidt op sex bij engelen? Ziet u, er is geen sprake van sex bij engelen. En er is geen plaats in de Bijbel waar er een vrouwelijke engel is, omdat een vrouw een bijprodukt van een man is. Het zou alles hetzelfde moeten zijn, zoals Adam zowel Adam als Eva was om mee te beginnen. Zie? Zij werd uit zijn zijde genomen. Dat ontkracht hun argument dat dit gevallen engelen waren.

     Maar als u mij wilt verontschuldigen en niet probeert te denken dat ik probeer de weetal hier uit te hangen, maar dat ik slechts mijn gedachte erover geef. Ik geloof dat deze zonen van God de zonen van Seth waren, die de dochters der Kaïnieten, de Kaïns, aanzagen dat zij schoon waren. Omdat de zonen van Seth kwamen – hij was de zoon van Adam, die de zoon van God was – maar de zonen – de dochters van Kaïn, die de zoon van Satan was.

68 Nu merkt u op; zij merkten op, juist aan het einde vóór deze antediluviaanse vernietiging, dat de dochters der Kaïnieten schoon waren, aardig, aantrekkelijk. Begrijpt u het? Nu, Jezus zei: "Zoals het was in de dagen van Noach, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen." Vrouwen, aantrekkelijk. Wat voor soort vrouwen? Kaïnieten (zie?), nemend de zonen van God. Zie, zonen van God, die de Kaïnietische vrouwen namen.

69 De buitengewone schoonheid van vrouwen is zo toegenomen in de laatste vijftig jaar... Als u een foto oppakt van vijftig jaar geleden, van hoe een aantrekkelijke vrouw eruit zag... Ik keek onlangs in de geschiedenis van de oorlogen, hoe Pearl White, ongeveer honderd jaar geleden, toen zij dood werd gestoken door Scott Jackson, haar minnaar, hoe de vrouw eruit zag. Nu, ook een Mary Bonneville en velen van deze zogenaamde aantrekkelijke vrouwen van vijftig tot honderd jaar geleden, vergelijk hen met de vrouwen van vandaag, ze zouden niet in hun schaduw kunnen staan. Zeker niet.

70 Zware vrouwen zijn tenger geworden, vrouwelijk, enzovoort, aantrekkelijker en het... wat is het? Zij kleden zich aantrekkelijker. Waar de vrouwen vroeger grote jurken droegen en met mouwen en lange rokken hun lichaam verborgen, omdat zij niet wilden dat mannen met lust naar hen keken (zij leefden voor één man, die hen tot vrouw koos), persen de vrouwen zich tegenwoordig in strakke kleding; en de onzedelijkheid is zo in opmars en zo in beweging, dat het zelfs het bedenken te boven gaat.

71 Het was zo treffend toen... Ik las onlangs een analyse over Chicago toen ik daar was. New York, Los Angeles, Birmingham en vele van de grote vooraanstaande steden, over deze clubs... De sociale clubs zijn tezamen gekomen op zo'n wijze dat gezin na gezin in de buurt zich aansluit bij deze clubs. Men gaat naar een zekere ontmoetingsplaats, neemt hun sleutels en werpt ze in een hoed; de vrouw steekt haar hand erin en pakt de sleutels en dat is haar man tot ze elkaar weer ontmoeten. Dat zijn onze Amerikaanse vrouwen. U ziet, het laat zien dat het opnieuw is als in het begin; het begon met vrouwen door sex en het eindigt ten laatste op dezelfde wijze. Nu, niet... God vervloekte het niet voor een deugdzame en goede vrouw. Lees het na in Jesaja, als Hij zei hoe zij zullen ontsnappen in de laatste dagen, de dochters van Sion, die aan al deze vervloekte zaken, die op de aarde zijn, zullen ontsnappen.

     Nu, "De zonen van God zagen de dochters der mensen aan dat zij schoon waren en namen zich vrouwen uit allen die zij verkozen." Nu, een groot teken van de eindtijd. Laten wij nog een vers lezen:

     Toen zeide de HEERE: Mijn Geest zal niet in eeuwigheid twisten met de mens,...

     Onmiddellijk nadat dit plaats vond... dit trouwen... Lukas vertelt ons dat. Ik heb het hier opgeschreven. Ik geloof dat Lukas 7:27 zei dat hoe... of Lukas 17:27 zei, hoe zij trouwden en ten huwelijk werden gegeven in de dagen van Noach. Ziet u hoe het was? Hetzelfde. Mannen keken naar de aantrekkelijkheid... Zonen van God, die verondersteld werden het fort te houden, keken naar de dochters der mensen – mensen. Hoe zij zo aantrekkelijk werden, knap, en zij namen zich vrouwen en zij trouwden en gaven ten huwelijk. Hetzelfde doen zij vandaag. Zie?

     Toen zeide de HEERE: Mijn Geest zal niet in eeuwigheid twisten met de mens, omdat hij ook vlees is; doch zijn dagen zullen zijn honderd twintig jaren.

     In die dagen waren er reuzen op de aarde en ook daarna, toen Gods zonen tot de dochters der mensen ingegaan waren, en zich kinderen gewonnen hadden; deze zijn de geweldigen, die van ouds geweest zijn, mannen van naam.

72 Let op deze Kaïnietische geleerde, geschoolde vrouwen... van de lijn van Kaïn, trouwden met deze eenvoudige plattelandsjongens van Seth en daarvandaan kwamen reuzen en zij werden beroemd. We zien dat zij grote geleerden werden, grote bewerkers van hout, grote schrandere, geschoolde mensen. En ze hadden een grote economie en zij leefden in zo'n wetenschappelijk tijdperk dat zij piramiden bouwden die wij vandaag niet zouden kunnen bouwen. Zij bouwden de sfinx en vele grote merktekenen die wij in het steen zien, in het zand van de tijd, die wij vandaag niet opnieuw zouden kunnen voortbrengen, omdat die mensen leunden op hun kennis en geleerden werden en schrandere mannen en mannen van naam.

     Maar de zonen van God die nederig bleven, bleven weg van dergelijke dingen en rekenden op God, wetend dat zij alle dingen aan het einde zouden erven.

     Dus de mensen vandaag zeggen dat zij knap zijn; zij hebben dit allemaal, en we doen dit allemaal, zoveel knapper dan wij waren, en wij zijn zoveel verder weg van God dan wij waren. Zie? U scheidt uzelf er rechtstreeks van af. Goed. Ik wil niet meer tijd nemen om het verder te lezen. Als u te eniger tijd de kans krijgt, lees dan het zesde hoofdstuk van Genesis verder, hoe die dingen gebeurden. Slechts een kleine opmerking, ik dacht dat ik dat gelezen had, ik had het hier opgeschreven, dat ik dat zou lezen, slechts een vers of twee, om u de parallel te laten zien van de tijd van Noach met deze tijd.

73 Nu, wij zien dat mensen huwen en ten huwelijk geven. We zien de schoonheid van vrouwen die hun kleren uitgedaan hebben om voor de zonen van God aantrekkelijk te worden. Nu, niet om dit gedeelte van de boodschap aan de vrouwen toe te schrijven. Ik ben dankbaar dat er vrouwen zijn zoals hier, die dames zijn, jonge vrouwen die nog fatsoenlijk en eerbaar zijn, die zich niet ten toon stellen. Nu, de gemiddelde vrouw vandaag is teruggegaan in vijgebladeren, evenals Eva was, en een vijgeblad is eigenlijk een door mensen gemaakt systeem: shorts, roken, kort geknipt haar, aantrekkelijk. Waar doen zij het voor? Om voor hun man te verschijnen? Als zij het daarvoor doen, dan is hij geen zoon van God, hij is een Kaïniet. En dan, als hij een zoon van God is, zal hij u vertellen: "Was je gezicht en trek wat kleren aan." Zie? In orde.

74 Nu, God verkoos in deze tijd om Zijn Woord opnieuw te zenden voor Zijn kinderen. En Hij verkoos een profeet en het Woord des Heren komt tot de profeten. En Noach en Henoch, wat een mooi type.

75 En iemand... Vele malen... mensen... Ik merkte enige van hun vragen op die ik niet beantwoordde. Zij stellen die vraag en zeggen: "Broeder Branham, ik ben het niet met u eens." De dierbare broeder die enige van de fijnste artikelen schreef, waar ik nu naartoe ga. Broeder... (Wat is de naam van die persoon, waarvoor wij daar nu zullen prediken in de volgende samenkomst hier in South Pine of Southern Pines? Parker, Thomas Parker.) Hij zei: "Er is één ding waarin ik het met broeder Branham oneens moet zijn." Hij zei: "Hij gelooft dat de gemeente niet door de verdrukking zal gaan." Hij zei: "Ik geloof dat de gemeente door de verdrukking gaat voor reiniging."

76 Wat gebeurde er dan met het bloed van Jezus? Zie? Er is geen plaats in enige gelijkenis of in enig Woord, dat de gemeente door de verdrukking gaat. Zij... (Ik moet dat opdoen, voor deze mannen die niet kaalhoofdig zijn – zij worden niet zo snel schor.) Er is geen plaats waar de gemeente ooit door de verdrukkingsperiode gaat. Het bloed van Christus in de volheid van de toepassing van het bloed van Jezus Christus reinigt alle zonde. En waarom moeten wij gereinigd worden? Wij worden dagelijks gereinigd. Geen verdrukking. Luister. Luister naar wat Jezus zei in Johannes 5:24: "Hij die Mijn woorden hoort en gelooft in Hem die Mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven en zal niet in het oordeel komen, maar is overgegaan van dood in leven." Amen.

77 Henoch, een profeet... Noach is een type van de Joden, een overblijfsel, Gods dienstknechten; en Henoch, de grote profeet, die profeteerde van de komst van de Here, werd weggenomen, opgenomen vóór de vloed – Noach werd erover gedragen voor een... om zaad te bewaren op de aarde.

78 Nu, God zond Zijn Woord door Zijn profeet Noach. En toen Noach en Henoch begonnen te profeteren... En toen, net voordat de vloed toesloeg, wat gebeurde er? Henoch ging omhoog. Noach ging er doorheen. Henoch werd opgenomen. Noachs teken was letten op Henoch. Toen er sprake van was dat Henoch gemist werd, toen wist Noach dat de vloed op handen was, omdat hij zijn oog op Henoch gevestigd hield.

79 Nu, Satan zette in deze tijd hetzelfde systeem op als in de Hof van Eden: redeneren tegen het Woord van deze profeten, dezelfde zaak. Nu, Satan zette zijn systeem op. Hij had nu meer dan een of twee mensen om mee te handelen; hij had miljarden om mee te handelen. In de antediluviaanse tijd waren er waarschijnlijk meer mensen dan er nu zijn. Zij hadden zich vermenigvuldigd over het aangezicht van de aarde. Er was een grote aarde met mensen in die tijden, waarschijnlijk veel meer dan er nu zijn. En kijk nu, Satan, om niet met één, met Eva, voor de dag te komen, kwam hij voor de dag met een systeem. Wat was het? Om het Woord van de Here, dat tot de profeten kwam, te bestrijden. Begrijpt u het? Hij gebruikt diezelfde oude tactiek iedere keer en God blijft bij Zijn zaak, het Woord.

80 Hier komen Noach en Henoch met ZO SPREEKT DE HERE, bouwend aan een ark. Nu, let op. Satans systeem lachte om Gods systeem. Nu, vergelijk dat met vandaag: "heilige rollers" en wat al meer (zie?), spotters, de Bijbel zegt het. Zij lachten om Gods systeem. Satans systeem lachte om Gods systeem. Zij dachten dat het zich niet zou weten te handhaven tegenover hun eigen wetenschap en redeneringen.

     Nu, ze zeiden: "Die oude vent daar op de heuvel, die dat schip bouwt, zegt dat er wat water zal neerkomen van boven. Nu, wij hebben de beste geleerden ter wereld. Nu, zij hebben waarschijnlijk een radar dat zij precies naar de maan en wat al meer kunnen schieten en kunnen bewijzen dat daar geen water is. Nu, hoe kan er dan iets naar beneden komen? Ouwe vent, je bent krankzinnig."

     "Maar ik heb het ZO SPREEKT DE HERE." Hij bouwde gewoon door, stond precies in de deur van de ark, het Evangelie predikend en ging door met bouwen en lette op Henoch.

     Toen hij op een avond binnenkwam, zeiden ze: "Namen zij het daar?"

     "Nee, ze lachten mij uit. Ze wierpen rotte eieren naar mij en al het andere."

     "Ze deden hier hetzelfde, maar laten wij er met volle kracht aan werken." Zie?

     "O, zij noemen mij een 'heilige roller' en al het andere, maar dat is in orde."

     Zij verzamelden zich allen voor een gebedssamenkomst en gingen gewoon op dezelfde wijze door. Zie? Precies op dezelfde wijze als het vandaag gebeurt, omdat zij wisten dat zij beschermd waren, omdat zij stonden achter ZO SPREEKT DE HERE.

     Nu, de algemene gewone redeneerder zou zeggen: "O, dat is onzin."

81 Een vrouw zei eens... Op een keer was ik... Deze jongen onderwees op de zondagsschool in de Baptistengemeente en ik predikte daar op een avond. En ik kwam hem tegen in de stad, ik zat op mijn fiets. Ik was in de stad en kwam hem tegen. Hij was op de fiets. Hij ging naar de kant en hij zei: "Billy, ik kwam onlangs om je te horen." En hij zei: "Ik genoot van wat je zei, totdat die vrouw begon te schreeuwen en tekeer ging en al die mensen 'Amen' zeiden." En hij zei: "Ik kon het gewoon niet verdragen." Zie? Hij zei: "Het deed de rillingen over mijn rug lopen om die mensen 'Amen' te horen zeggen, precies wanneer jij iets zei."

     Ik zei: "Broeder, het had op mij niet zo'n uitwerking." Ik zei: "Je gelooft niet in het zeggen van 'Amen' en dat beetje juichen en de dingen die zij deden?"

     Hij zei: "Nee, ik geloof dat niet."

     Ik zei: "Als je ooit naar de hemel zou gaan, zou je bevriezen." Ik zei: "Want als dat een rilling over je rug zou veroorzaken, wat zal het dan zijn bij de engelen die voor God staan, dag en nacht roepend: 'Heilig, heilig, heilig, Here God Almachtig. Heilig, heilig, heilig.' Wel, dit is de rustigste wereld waar je ooit in zult leven." Dat is juist.

82 In de hel zal wening en weeklagen zijn; in de hemel zal schreeuwen en juichen zijn. Dus u zult... U bent in de rustigste plaats waar u ooit zult zijn, juist nu. Dus u zou er maar beter aan gewend kunnen raken, het is de ene plaats of de andere. Ik zou maar liever de juiste keuze maken en achter Gods Woord komen. U ook niet? Blijf gewoon verder gaan. Het is ZO SPREEKT DE HERE. ZO SPREEKT DE HERE. Blijf voortgaan. Goed.

83 Ja, het kon zich niet handhaven ten opzichte van hun wetenschappelijk bestek. En vandaag, als zij de Geest van God zien, die de gedachten van het hart kan onderscheiden, zoals God zei, en voorspellen, spreken in tongen, uitleggen, al deze verschillende gaven, zeggen zij: "Dat is telepathie." Zie? Zij proberen het binnen te brengen. Zij zeggen: "Wel, wij zien dat het gedaan wordt, maar weet u wat het is? Het is alleen maar menselijke gedachten lezen."

     Maar het is "ZO SPREEKT DE HERE."

     Jezus zei: "Deze tekenen zullen hen volgen die geloven." Dat is alles wat ik weet. Hoe lang? "Tot het einde der wereld."

     Het verdraagt zich niet met hun wetenschappelijk onderzoek, dus lachen zij erom, en zij deden hetzelfde in de dagen van Noach. O ja, het verdraagt zich niet met hun redenering. U kunt het niet beredeneren, maar het is niettemin Gods Woord. Goed.

84 Dus Satan begon zijn aanval op de groep van Noach, evenals hij deed in Eden, zodat ieder moest kiezen door geloof. Glorie. Niet iets dat u kocht, maar door geloof. En de enige manier waarop u door geloof een denominationele leugen kunt geloven, is door eerst Gods Woord te weigeren. Als u denkt over redding, is dit het. En de enige wijze waarop u het niet kunt geloven, is door uw geloof op een namaak-leugen van de duivel te stellen door redenering, in plaats van Gods Woord te geloven, dat u wederomgeboren moet worden. En als u wedergeboren bent zullen deze tekenen hen volgen die geloven. O, ik houd hiervan. Dat klinkt goed voor mij. Zie?

     Geloof Zijn Woord. Het maakt niet uit wat iemand anders zei. "God zei het zo. God zei het zo."

     U zegt: "Wel, dit is zus-en-zo."

     "Maar God zei het zo."

     "Wel, wij zijn Presbyterianen."

     "Het kan mij niet schelen, maar God zei het zo."

     "Wij zijn Baptist."

     "Het kan mij niet schelen; God zei het zo." Zie?

     "Wij zijn Katholiek."

     "God zei het zo." Zie? Blijf hier precies bij.

     "Wel, onze herder heeft zoveel graden."

     "Maar God zei het zo."

     "Onze paus heeft dit; onze bisschop heeft dat."

     "Maar God zei het zo."

     En blijf daar precies bij. Het is uw verschansing – u wordt verschanst in het Woord van God, omhuld. Hoe bent u... Wel, u bent gedoopt in het Woord. Dat is juist. Door één Geest zijn wij allen gedoopt in één lichaam en dat lichaam is Christus. Is dat juist? Jazeker. Door één Geest, allen gedoopt in het lichaam van God, dan bent u gedoopt in God. U bent versterkt met God. Zijn Woord is uw vesting.

85 Hij is een machtige toren. "De Naam des Heren is een machtige toren; de rechtvaardigen ijlen daarheen en zijn veilig." Hij is mijn vesting, mijn gordel, mijn schild, mijn schoenen, mijn hoed, mijn jas, mijn hart, mijn Al in al. O God, Al in al; God, ingepakt in Hem, dood voor de wereld, opgestaan met Hem in de opstanding. Niet meer, ìk leef, maar Christus leeft in ons.

Wij zien uit naar de komst van die blijde Millennium dag,
Als de gezegende Here zal komen en Zijn wachtende bruid weg zal nemen.
O, de wereld kreunt, roepend om die dag van zoete bevrijding,
Als onze Redder opnieuw naar de aarde zal komen.
Dan zullen de zachtmoedigen de aarde beërven.

     Iedereen moest kiezen door geloof. U moet het ook. Vandaag moet u de leugen van de duivel geloven of het Woord van God geloven; het een of het ander.

86 Nu, wij zien... Laten wij even een moment Noach nemen, voordat wij hier vandaan gaan. Ik kan mij indenken, weet u, dat Noach door enkele dingen heen moest gaan. Ik stel mij voor dat hij de straat op zou gaan en zeggen: "Het oordeel komt."

     Wel, men... "Hoe weet u dat? Wat voor soort oordeel?"

     "God zal deze zondige natie treffen. De zonen van God hebben de dochters van Kaïn getrouwd en daar zijn zij. Kijk wat u bent geworden. U hebt u van God afgewend. U hebt uw grote godsdienstige systemen. U hebt al deze dingen, maar God zal de aarde slaan."

     Ze zeiden: "Arme oude kerel, hij is een beetje... Laat hem maar varen. Zie? Hij is..." Maar hij had ZO SPREEKT DE HERE. Hij kon bewijzen wat hij zei, maar zij geloofden dat niet. Zie? Hij had het Woord van de Here.

     Nu, misschien lachten zij dag aan dag en maakten gekheid... De kinderen riepen "ha-ha" naar hem, maar Noach ging toch door met prediken. En zijn hele gezin en al de bekeerlingen gingen toch gewoon door met te geloven. Allen die Noach volgden, geloofden Noach. Dat is juist. Zij moesten hun keuze maken om te geloven wat de wereld zei of te geloven wat deze machtige gezalfde profeet zei.

     Hij zei: "Nu, let op. Henoch zal ons een dezer dagen verlaten, gemeente. En als het gebeurt... Als Henoch weggaat, konden wij maar beter naar binnengaan. We zullen Henoch gaan missen, hij zal opgenomen worden, dus kunnen we maar beter naar binnen gaan." Dus letten zij nauwkeurig op naarmate de dagen verliepen.

87 Na een poosje zei God: "Ik heb genoeg van hun spotternij. Ik heb genoeg van hun beledigingen. Ik zal het gaan uitvoeren. Neem de dieren nu, ga daar naar boven en schreeuw ongeveer vijf keer 'Halleluja' en de vogels zullen komen aanvliegen. Alle leeuwen en al het andere, zullen twee aan twee komen. Schreeuw 'Prijs de Here' ongeveer vier of vijf keer en hier zullen zij komen." Zie?

     Nu, Noach maakte zich klaar en alle dieren gingen naar binnen en toen ging Noach zelf naar binnen. En toen hij naar binnen ging, neem ik aan dat het laatste wat hij zei, toen hij in de deur stond, was: "Het is ZO SPREEKT DE HERE. De laatste roep." Daar staan wij vandaag bij de ark, in de deur van de ark. Christus is die Deur.

88 Als u dat letterlijk neemt en het een klein beetje uit wilt werken, breng het dan over naar Openbaring tussen het Filadelfia en het Laodicéa tijdperk, waar Hij zei: "Ik heb u een geopende deur gegeven en u weigerde het." Zie? Dat is het uur waarin wij leven, net voor de vernietiging – een open deur. Maar zij wilden niet luisteren. Nu, zij zetten Hem buiten. Nu, hij stond in de deur en verkondigde: "Het uur is op handen dat het Woord van God dat gesproken is, vervuld zal worden." Dat is juist.

89 In de ark ging hij en toen hij in de ark ging, weet u wat? God sloot de deur. Oh. Niemand hoefde hem te sluiten. God sloot hem. Dat was alles; de laatste kans om gered te worden was voorbij... Ik veronderstel dat de kinderen arm in arm er omheen stonden, een ark van ongeveer vierhonderdvijftig meter daar en de ouden liepen er naartoe en zeiden: "Wel, die oude vent zal daarin de dood stikken." Zie? Ze gingen door met gekheid maken, precies hetzelfde, hem bespottend.

90 En weet u, elke persoon... (Nu luister. Misschien zal dit u helpen. Luister nauwkeurig.) Als u Gods Woord neemt en Gods Woord volgt, is het dikwijls zo, nadat u alles gedaan hebt, alles wat u kunt, dat uw geloof op de proef wordt gesteld. Er is niemand hier behalve eigen mensen. Ik sta juist nu op die grond. Zo is het. Ik weet niet wat ik moet doen. De opwekking is voorbij. Ziet u? Ik weet niet waar de volgende roep is. Ik sta hier, nerveus, uitziende, mij afvragend wat het volgende zal zijn.

     Noach ging naar binnen; hij volgde de wil van God. En God sloot de deur achter hem. Maar het regende nooit gedurende nog zeven dagen. Ik vraag mij af wat Noach dacht al die tijd daarin. Noach zittend in de ark, de deur gesloten; hij dacht: "Elk moment, kinderen, zullen jullie het horen. We zullen de deur trekken, het deksel hier bovenop." Zij waren op de bovenste verdieping, weet u. De dieren beneden, de vogels in de daarop volgende en zij waren bovenin. "Die zon, o, in de morgen, er zal daar iets zijn, donker, en de regen zal komen." Maar de volgende morgen kwam de zon op.

91 Misschien dat sommige mensen die Noach zo'n beetje half geloofden, daar naar boven waren gegaan en om de ark heen stonden en zeiden: "Weet je wat? Die oude man heeft misschien gelijk gehad. We konden maar beter hier gaan staan." Wel, toen zagen zij een fout. Gods profeten maken geen fouten. Gods Woord kan niet falen.

92 U hebt mij horen prediken over Jona die naar Ninevé ging. Zij zeiden dat hij teruggevallen was; zeker was hij dat niet. Hij was precies nauwkeurig in de wil van God. Hij had het Woord van de Here en hij wandelde erin.

93 Hier zei Noach: "Nu kinderen, komt allen hier rondom staan en jullie zullen de eerste wolk zien die ooit in het uitspansel kwam. Hij zal in de morgen overkomen." Wel, de zon kwam op. "Wel, misschien tegen negen uur; we zullen opletten." Om negen uur, tien uur, elf uur, twaalf uur, drie-vier-vijf, zes uur... Oei, "Hij sloot de deur gisteren ook."

     Sommigen van hen zeiden: "Wel, weet je wat? Ik ben het eens met zuster Suzie daar in haar grote kerk. Die oude man is gek. Zie, hij ging daar naar boven en sloot die deur en zei dat de regen zou vallen en daar zit hij. En er is niets aan de hand." Zie?

     De zon kwam gewoon op, ging weer rond zoals altijd. Niet zoiets als regen. Dus die lauwe, halfslachtige gelovigen, weifelend, die niet gewillig zijn om God te nemen tot het einde van de weg, leven of sterven... Ziet u wat ik bedoel? Sta in uw versterkte... in uw toestand, leven of sterven, zinken of verdrinken. Sta daar onveranderd.

94 Toen Abraham, de vader van de gelovigen, het mes trok, het haar op het hoofd van zijn eigen kind wegtrok om zijn keel door te snijden, zei hij: "Ik ben overtuigd dat God bij machte is om hem uit de dood op te wekken, uit de takken waarop ik hem slacht." Hij was gewillig om het Woord van God te volgen tot het einde. Begrijpt u het? Het maakt niet uit wat er aan de hand is, blijf precies daar als alles schijnt te zijn... U kunt geen centimeter verder gaan, ga die centimeter toch. Als u dan tegen de muur terecht komt, sta daar totdat God er een weg doorheen maakt.

     De eerste dag ging voorbij, de tweede dag ging voorbij, de derde dag ging voorbij, de vierde, de vijfde, de zesde. Weet u, Noach had heel wat te doen. Ik veronderstel dat sommigen van zijn samenkomst zeiden: "Pa, denkt u dat wij uit het raam moeten klimmen en... Denkt u dat het allemaal een vergissing was?"

     Hij zei: "Nee, zoon, nee, nee. Wie was het die Henoch wegnam? Wie was het die die deur sloot? Wie was het die al die dingen vóór ons deed? Als Hij ons zo ver geleid heeft en ons insloot, laten wij bij Hem blijven."

95 Dat is het, gemeente. Als Hij ons uit de wereld gebracht heeft en ons zover geleid heeft en ons insloot met Hem, met de Heilige Geest helemaal rondom ons, in ons en door ons, laten wij Hem blijven volgen. Dat is juist. De tijd zal komen. De tijd zal komen. Laten de spotters zeggen wat zij willen.

96 Toen, op de zevende dag die morgen, waren de mensen daarbuiten in de straten. Zij hadden nooit zoiets gezien. Er kwamen wolken op, grote donderslagen en de bliksem flitste door de lucht. Tegen zeven uur begonnen grote dikke druppels regen voor de eerste keer te vallen op het aangezicht van de aarde. Ik stel mij voor dat de vogels krijsten, elke... De natuur was helemaal verscheurd. De mensen begonnen zich af te vragen en te zeggen: "Haal je wetenschappelijke instrumenten. Beproef uw radar. Vertel ons wat dit allemaal is." Maar het wilde niet werken. "Wij hebben nooit iets dergelijks in heel ons leven gezien."

     Wel, tegen de middag begonnen de stromen te zwellen. Tegen de volgende morgen waren de rivieren der diepte losgebroken. Ongeveer de eerste drie of vier dagen kwamen de wateren, de vloeden, helemaal over de straten. De mensen kwamen naar boven rondom de ark en sloegen op de deur: "Maak open!" Noach dreef rechtstreeks verder op de golven. Zij kwam ongeveer zoiets als twintig voet [Ongeveer zes meter – Vert], geloof ik dat de Bijbel zei, dat de ark werd opgeheven van de grond en zich begon voort te bewegen.

97 Zij klommen op de hoogste piek, hingen aan de hoogste tak; zij schreeuwden; en alles wat neusvleugels had om te ademen, kwam om, wat niet in die ark was. Alles wat ademde, stierf! Ze konden schreeuwen om genade. Zij konden schreeuwen, maar zij hadden God zoveel keren veracht, dat er niets anders was om te doen dan Zijn gerechtigheid te brengen; en Zijn gerechtigheid was oordeel. Hetzelfde wat Hij Eva vertelde: "Ten dage dat gij daarvan eet, op die dag zult gij sterven."

98 Nu, ik wil dat u opmerkt... We hebben nu twee keer gezien dat het Woord in conflict kwam met redenering. En nu is het weer gekomen, redenering tegen het Woord. Nu, u kunt kiezen. Jozua zei hetzelfde. Hij zei: "Nu, als u wilt kiezen om de God te dienen die uw vaders dienden vóór de vloed (zie?), of kiest u om de goden van de Amorieten te dienen, wiens land u bezit? De vaderen vóór de vloed, die Gods Woord geloofden, dreven door de vloed. De Amorieten die het afwezen, God heeft u hun land gegeven. Nu, als u denkt dat het kwaad is om God te dienen, kiest u heden wie gij dienen zult. Maar wat mij en mijn huis betreft, wij zullen rechtstreeks bij de Here blijven." Amen. Ik houd daarvan: het conflict.

99 Let op, op de dag dat het fort werd doorgebroken in Eden, ging de mens eruit. Amen. Zij gingen eruit. En op de dag dat zij het verbond van God hielden in de vernietiging vóór de zondvloed, gingen zij in. Zij gingen uit Eden; zij gingen in de ark en deze derde keer gaan zij omhoog. Uitgaan, ingaan, omhoog gaan. Wij zien wat zij twee keer deden. Ik zal staan met de Here. Wilt u het niet? Ik wil het Woord van God houden.

100 Jezus zei: "Gelijk als in de dagen van Noach, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen." Goed tegen verkeerd. Licht tegen donker, leven tegenover de dood, het Woord tegen de wetenschap. Dat is juist. Wetenschappelijk onderzoek zal het Woord weerleggen, zoals zij denken dat het dat doet; maar het weerlegt het Woord niet. Satan had – heeft zijn systeem weer aan het werk om de mensen ertoe te krijgen het Woord van God verkeerd te geloven.

101 Satans verkeerde wijze van aanbidding, zoals Kaïn en zoals Bileam, ze zijn erg godsdienstig. Kaïn was godsdienstig. Hij bracht een altaar, maakte een altaar en eerlijk gezegd, Kaïn was godsdienstiger dan Abel. Zeker was hij dat. Hij deed meer voor de Here dan Abel, maar Abel kwam via de weg van het Woord. Dat is alles. Hij deed meer, hij bouwde een grote denominatie, hij bouwde een groot iets, een groot Christelijk erfdeel. Maar, ziet u, hij kwam op de verkeerde manier en het werd niet aangenomen. Nu... verkeerd, want het was tegengesteld aan het Woord.

102 Bileam was net zo godsdienstig als Mozes. Hij kwam met hetzelfde offer, dezelfde lammeren, dezelfde reine dieren, enzovoort en bad tot dezelfde God en offerde offerande aan dezelfde God als Mozes, maar hij kwam op een verkeerde manier. Zie? Het was tegengesteld aan het Woord, zoals het was in Eden.

103 Het Woord zal Zich niet vermengen met moderne theorie. Zie? U kunt geen moderne theorie hebben. (Luister nu aandachtig bij het sluiten.) Het Woord zal Zich niet vermengen met enige moderne theorie. Het kan geen theorie èn het Woord hebben. U moet het Woord hebben of de theorie. Nu, wat zult u gaan geloven? Als de Bijbel leert dat de doop in de Naam van Jezus Christus is en de kerk zegt: "Het is Vader, Zoon en Heilige Geest", wie zult u dan geloven?

104 Als Jezus zei dat u wederom geboren moet worden en de kerk zegt: "Kom voeg je erbij", nu wie zult u gaan geloven? Als Jezus zei: "Deze tekenen zullen de gelovigen volgen" en de kerk zegt: "U hoeft alleen een goed kerklid te zijn", wie zult u gaan geloven? Als Jezus zei: "De werken die Ik doe, zult gij ook doen" en de kerk zegt: "De dagen van de wonderen zijn voorbij", wie zult u gaan geloven? Ziet u wat ik bedoel? Ik kan hier een uur staan met betrekking tot die dingen, die verschillende dingen naar voren brengend, hoe theorie een systeem heeft opgebouwd om het Woord van God tegen te werken. Nu Christenen, blijf achter het Woord staan. Jazeker. De verkeerde wijze van leven, proberend het te vermengen...

     Vandaag nemen zij deze vrouwen die op elke wijze gekleed zijn, nemen deze mannen als zij roken, drinken of wat anders en maken hen diakenen, enzovoort, in de gemeente, zelfs herders. Deze geklede vrouwen, op elke wijze dat zij zich willen kleden, en brengen ze binnen en maken hen zusters in de gemeente. Probeert u nooit om zo naar de hemel te gaan. Het zal zich gewoon niet vermengen met moderne theorie.

105 Dus hebben wij vandaag twee klassen die belijden (luister nu aandachtig, terwijl wij sluiten), we hebben twee klassen die belijden de bruid van Christus te zijn. Dat is juist. En de Bijbel spreekt ervan dat er twee klassen zullen zijn. Dat is juist: de wijze maagd en de dwaze. Klopt dat? Er zijn twee klassen.

     De kerk zegt: "Wij zijn de kerk." Zij gaan uit en hebben deze grote evangelische campagnes, brengen de mensen in de kerk. De vrouwen gaan door met hun wijze van doen. De mannen gaan door met hun wijze van doen. Zij veranderen nooit hun leer. Ze hebben deze helemaal uitgeschreven en van bewijsstukken voorzien en vastgesteld, en die apostolische geloofsbelijdenis en zekere gebeden en al deze catechismussen en alles wat de Methodisten en Baptisten en Presbyterianen en Katholieken en allen lezen.

106 En zij accepteren die catechismus, omdat de een of andere grote man ver in het verleden zei dat het juist was. Hij moge een groot man zijn geweest. Hij moge juist zijn geweest. Maar hij heeft niet het gezag om dat te zeggen, omdat de Bijbel Gods gezag is. Het is het geschreven Woord van God en ieder die er iets aan toevoegt of er iets van afneemt, diens deel zal worden genomen uit het boek des Levens. Dat kan dus niet worden gedaan.

107 Dus nu... Maar wij hebben er twee die het belijden. De een zei: "Wel, wij zijn de kerk." De ander zei: "Wíj zijn de kerk." Goed. De wijze en de dwaze, beiden zijn uitgenodigd. Maar merkte u op dat zij beiden vaten hadden? Dat is juist. Beiden waren zij maagden, gelovigen. Beiden hadden zij vaten. Maar Satan is meer dan een partij voor ons. Wij weten dat. Wij weten dat Satan verreweg meer dan een partij is voor elk menselijk wezen. Probeert u het nooit te doen met uw wijsheid, om hem te slim af te zijn. U kunt het niet.

     Jezus wist dit, dus zond Hij naar de gemeente, opdat Satan hen niet te slim af zou zijn, een plaats om versterkt te zijn. Hij zond hun de Heilige Geest. En de gemeente beweert niet slim te zijn, zij beweren slechts te geloven. De predikers kunnen niet uitgaan en u hun titel in de filosofie, dubbel L.Q.U.S.D.D. laten zien en al deze andere titels. Zij hebben geen geweldig grote inwijdingsplechtigheden als ze geordineerd worden in de een of andere predikersvereniging.

     Weet u, ik was gewend een klein lied te zingen:

Deze mensen mogen dan niet geleerd zijn,
Of zich beroemen op wereldse faam;
Zij hebben allen hun Pinksteren ontvangen,
Gedoopt in Jezus' Naam.
En zij vertellen nu wijd en zijd,
Dat Zijn kracht nog hetzelfde is.
Ik ben zo blij dat ik kan zeggen één van hen te zijn.

108 Jazeker. Ja, zij hebben deze grote dingen niet. Zij beweren niet iets te weten. Zij beweren slechts iets te geloven. Jezus zond de Heilige Geest, die Hijzelf is. Hij zei: "Een klein poosje en de wereld ziet Mij niet meer, toch zult gij Mij zien, want Ik zal in u zijn, met u zijn, zelfs in u, tot het einde van de wereld."

109 Nu, nu, nu, let op. Jezus wist het, dus zond Hij de Heilige Geest om het Woord te bevestigen. Begrijpt u het? Zie? Om het te bevestigen aan hen die hun toevlucht hebben genomen achter het Woord, dat Hij in het Woord is. Laat hen daarbuiten... Zij zullen lachen om het systeem. Zij zullen zeggen dat zij gek zijn. Maar Jezus zond de Heilige Geest, die Hijzelf is, om Hem te geven aan hen die achter het Woord zijn, zoals de groep van Abraham, om het Woord te bevestigen vóór hen, om te laten zien dat Hij nog steeds het Woord is (Zie?), dat u de juiste plaats hebt ingenomen. Goed.

110 Vuur is de bevestiging van het licht dat uit het Woord komt. Zij zullen vullen... De slimme maagd, de wijze maagd, had olie in haar lamp en zij maakte haar lamp schoon en stak hem aan. Nu, wat is het? Nu, God is het Woord, de olie is de Geest en het vuur is het Evangelielicht op die olie. Amen. God zei het. Zie? Dat is het vat. In orde. De olie is in het vat en het vuur brandt het, laat zien dat het het licht weerkaatst van wat het Woord zei. Zie? Dat is de weerkaatsing. Nu, die wijze maagd kon dat doen, maar die andere, de dwaze maagd was aan de buitenkant, had geen olie. En zij konden niets weerkaatsen dan alleen hun kerk en hun denominatie. Zie?

     Nu, "U zegt dat het Woord... U zei dat het Woord Geest was?"

111 Jazeker. God zei: "Mijn Woord is Geest." Dat is juist. De ware bruid moet verenigd worden door het Woord. Nu, bedenk als zij een deel is van Christus, moet zij het Woord van Christus zijn. Om het Woord van Christus te zijn, moet u gedoopt worden in Christus. En als u in Christus bent, gelooft u Christus en Christus is het Woord.

Amen. Amen. Amen.

Gelooft u het? Amen.
Hebt u Hem lief? Amen.
Wilt u Hem dienen?
Amen. Amen. Amen.

Hij is het Licht van de wereld. Amen.
Hij is de vreugde van onze harten. Amen.
Hij is de kracht van ons leven.
Amen. Amen. Amen.

112 De bruid moet verenigd worden, tezamen verenigd door het Woord. "Mijn schapen horen Mijn stem", en dit is Zijn stem in het gedrukte Woord. Goed. Verenigd door het Woord, maakt zij zichzelf gereed, niet met de normale geloofsbelijdenis.

113 Zoals Esther... Toen Esther gekozen moest worden om voor de koning te staan, versierde zij zichzelf niet met al de dingen. Maar zij versierde zichzelf met een lieflijke, zachtmoedige geest. Dat is waarmee de bruid zichzelf van binnen versiert, met alle vruchten van de Geest die haar volgen. Wat heeft zij? Tezamen vergaderen in de gemeenschap van het Woord. Amen. Gemeenschap van het Woord. Dat is juist. Gemeenschap hebbend, tezamen zittend in hemelse plaatsen in Christus Jezus vanavond, eendrachtig, in één plaats, één Geest, één van geest, één hoop, één God, één doel. Amen. Zie, daar bent u er.

114 Iedere keer dat de Bijbel iets zegt, zeggen wij: "Amen." Wij beklemtonen ieder woord met "Amen". "Jezus Christus, Dezelfde gisteren, heden en voor immer." "Amen." "Bekeert u en wordt gedoopt in de Naam van Jezus Christus." "Amen." Alles is "Amen, amen, amen" (zie?) en zo door, in gemeenschap.

115 Vruchten van de Geest... Haar... Wat heeft zij? Wat is de vrucht van de Geest? Vreugde, blijdschap van haar hart, wetend dat Hij spoedig komt. Amen en amen, amen. Ja. Vrede in het gemoed. Wat? Vrede in het gemoed, vrede in het gemoed, weet u wat? Het maakt niet uit wat er komt of gaat, laat het schip schommelen, laten de stormen komen, laat de bliksem flitsen, de donder rollen, wat er ook plaats vindt, het maakt geen enkel verschil. Atoombommen kunnen vallen. U kunt schuilplaatsen in rotsen bouwen, schuilplaatsen tegen de bommen, wat u maar wilt. Maar zij zegt nog steeds: "Amen, amen, amen."

     Waarom? Zij is verschanst. Wat? Verschanst in wat? Het Woord. Welk Woord? Vleesgemaakt, wonend onder ons; ziende Hem bewegen onder ons in onze samenkomst. Zie? Daar is Hij, dus wat voor verschil maakt het? "Amen." Laat het conflict doorgaan.

Ik heb mijn ziel geankerd in de haven der rust,
Om de wilde zeeën niet meer te bevaren;
De storm moge woeden over de wilde, stormachtige diepte,
Maar in Jezus ben ik veilig voor altijd.

     Als u zegt dat u in Jezus bent en dan Zijn Woord ontkent, is er iets verkeerd. Hij zegt altijd "Amen" op Zijn eigen Woord. U weet dat. Het is waar. In orde.

116 Zich vergaderend voor gemeenschap... Vreugde, een van de vruchten van de Geest, vrede in het gemoed en geloof in het Woord... Vrede, vreugde, geloof, lankmoedigheid, geduld, vriendelijkheid, geloof. Welk soort geloof? Op welke manier gebruikt u uw geloof om het conflict te bestrijden? Gaat u uw geloof gebruiken op de een of andere theorie, of iets dat u beredeneert? "Is het niet redelijk dat de meeste mensen naar deze kerk komen? Is dit niet de grote kerk?" Zeker niet, dat is het niet.

     Als die kerk daar niet elk Woord van deze Bijbel predikt en "Amen" zegt op elk Woord ervan, elk teken, elk wonder, en ik ze juist onder hen zie werken, zal ik erbij vandaan gaan, het maakt niet uit hoe groot of hoe klein. Zie? Geloof, liefde, vreugde, vrede en geloof in het Woord...

     Dus laat Satan zijn geweren maar klaar maken. Wij zijn geankerd. Amen. Wij beweren niet grote mensen te zijn. Wij zijn geen grote mensen voor het oog van de wereld. Wij zijn nederige mensen, plattelanders. Wij geven niet om de rijkdommen van de wereld. Mijn vriend vanavond, ik begon de prediking van dit Evangelie... Het wordt laat dus ga ik ophouden, uitkijkend naar vanavond. We begonnen te prediken ongeveer dertig jaar geleden of zoiets, of eenendertig jaar. Ongeveer 1930, '31, iets in die richting, begon ik het Evangelie te prediken. Ik predikte deze zelfde boodschap en veranderde het nooit, omdat het de waarheid is. Blijf er precies bij.

117 Nu vanavond ben ik een man van middelbare leeftijd, drieënvijftig jaar oud, grootvader. Ik heb Hem meer lief dan daar in het verleden, omdat ik Hem gezien heb in meer beproevingen en gevechten. En ik heb gezien, dat als ik tot de plaats kwam waar het zo verleidelijk was, als ik iets zei, zoals Noach in de ark: "Dit zal gebeuren." Nu, let op. O genade. God wat? "Het zal gebeuren." Blijf daar, "Het zal gebeuren." De zon gaat door; "Het zal gebeuren."

     "Waarom weet u het, broeder Branham?"

     "God zei het. Het zal gebeuren. Het moet gebeuren. God zei het."

     Dus, "ik heb mijn ziel geankerd in de haven van rust. In Jezus ben ik veilig voor altijd." Wat ook komt of gaat, laten wij het op die wijze nemen.

118 Laten wij nu onze hoofden buigen om Hem dank te zeggen. Is er hier iemand vanavond die Hem niet kent en niet zó geankerd is? U hebt nooit uw groot standpunt ingenomen met het woord van God en u zou willen zeggen: "Broeder Branham, ik zal mijn hand opsteken en zeggen: 'Gedenk mij in gebed.' Ik heb nooit zo'n standpunt ingenomen, dat ik God vertrouw wat er ook komt te geschieden; ik zou Zijn Woord willen nemen ongeacht wat iemand zegt of doet; ik geloof nog steeds Zijn Woord. Ik wil dat u voor mij bidt, broeder Branham. Ik geloof dat het conflict gaande is en ik heb mijn standpunt ingenomen in het... Ik heb nog nooit mijn standpunt ingenomen. Ik wil het innemen aan Gods zijde en met het Woord."

     Hoevelen hebben reeds hun standpunt ingenomen om achter het Woord van de Here te staan? Steek uw hand op en zeg: "Ik ben zo dankbaar dat ik het deed." God zegene u, honderd procent. Geprezen zij God, zelfs kleine kinderen steken handen omhoog. My, my. O, als dit niet echt is...

119 Hemelse plaatsen in Christus Jezus, versterkt door het Woord. Versterkt door het Woord, met de tegenwoordigheid van de Geest hier die het bevestigt, het ons bewijst zoals zij deden in de vroegere dagen, hetzelfde Evangelie, dezelfde tekenen, dezelfde wonderen, dezelfde God, hetzelfde Woord dat dezelfde dingen deed geschieden... Mensen stonden op; terwijl de Geest op mensen viel met de gave van profetie, profeteerden zij. Eén zal opstaan, de Geest valt op hen om in tongen te spreken. Zij zullen in tongen spreken, zich stil houden en een ander zal het uitleggen. En het zal komen te geschieden.

     O my! Als wij zien hoe onze grote krachten van de Heilige Geest onze levens veranderen van een leven van zonde, ons daaruit brengend en ons nieuwe schepselen in Christus Jezus makend, hoe danken wij U daarvoor, Here.

120 Hemelse Vader, het is zo goed om vanavond verenigd te zijn met deze groep van Uw kinderen, dezen die hier in Clarksville verblijven. Ik ben zo blij dat deze kerk doorgaat, om de voorganger te zien, niet één ongelovige in het midden van de mensen, allen zijn zij in de schuilplaats. O, hoe danken wij U daarvoor, Vader.

121 Ik denk aan een kleine antilope op een keer. Hij was de schuilplaats uitgegaan en de honden zaten achter hem aan. En hij rende voor zijn kostbaar leven. En toen hij bij de omheining kwam die om de schuilplaats was, sprong hij over de omheining en was zo gelukkig. Hij blies en keerde zich om en keek naar die honden, omdat hij veilig was. Zij konden niet over de omheining klimmen; zij waren niet op die wijze gebouwd. Als zij de omheining zouden aanraken, zouden zij teruggeslagen worden met een elektrische schok. Dat is de wijze waarop wij zijn, Here, als wij achter de omheining komen – de verdediging van Gods Woord. De elektrische kracht van de Heilige Geest houdt onze vijand op een afstand. Hij kan niet over de omheining heen; hij is niet op die wijze gemaakt.

     Vader, wij danken U dat U ons zo gemaakt hebt, dat wij konden springen voor onze veiligheid, Here, in Christus Jezus. Wij zijn zo blij, Here, voor altijd veilig. Wij bidden nu dat U deze kleine gemeente, haar herder, haar geliefden, wilt zegenen. Zegen allen die hier vanavond zijn. Zegen elke prediker.

122 Wij bidden voor onze dierbare en meest edele broeder Neville. En nu, gisteren wilde Satan hem van het toneel aftrekken door hem te verpletteren in die auto en hij wilde proberen iets ergs te doen, maar U was daar op het toneel. God, hij probeerde mij onlangs te pakken daar bij het geweer inschieten, maar U was daar op het toneel. Hij probeerde Willard Crase te pakken toen hij tegen die paal kwakte, maar U was daar op het toneel. O, het is zo goed U te kennen. Zoals de dichter eens zei: "Het is zo heerlijk om in Jezus te vertrouwen, Hem op Zijn Woord te nemen, op de belofte te rusten, gewoon het ZO SPREEKT DE HERE te weten." Hoe danken wij U hiervoor.

     Zegen onze zielen, vergeef onze zonden, genees de zieken, Here, die onder ons verblijven. Wij weten dat deze oude sterfelijke lichamen zwak zijn en zij wankelen onder de invloed van ziekte. En wij bidden dat U ons gezond wilt houden om het Evangelie te prediken. Laat ons vele gelukkige jaren leven als Jezus vertoeft.

     En mogen wij allen gereed zijn voor de opname, allen in de ark van veiligheid in Christus Jezus, door één Geest daarin gedoopt, boven op de bovenste verdieping, waar wij het licht van het Evangelie naar binnen kunnen zien schijnen en elk Woord met "Amen" benadrukken. Sta het toe, Here. Zegen hen en bewaar hen. Ik eis hen op als juwelen voor Uw kroon, Here, in Jezus' Naam. Amen.

Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn redding kocht,
Aan het kruis van Golgotha.

123 Nu, zoals wij weten, snijdt het Woord soms, maar we hebben het lief op die wijze. "Het Woord van God", zegt Hebreeën 4, "is scherper dan een tweesnijdend zwaard." Het snijdt alles af, twee kanten op, bij het komen en bij het gaan. En het is ook krachtiger, sneller, "zelfs vaneen scheidend het merg van het been, en onderscheidt de gedachten en bedoelingen van het hart." Wat is het? Het Woord, het Woord. Zie? En nu, nadat wij een echt snijdende harde boodschap hebben gehad, hebt u ervan genoten? Jazeker. Het conflict.

     Bent u niet blij dat u vanavond verschanst bent? Het bouwt geloof op en kracht en hoop voor de gemeente. O, "Op Christus de vaste Rots, sta ik; alle andere grond is zinkend zand." Nu, laten wij Hem aanbidden gedurende ongeveer twee of drie minuten, wilt u? Laten we onze ogen sluiten, onze handen opheffen. Geliefde zuster, geef ons een akkoord, "Ik heb Hem lief." Wilt u, daarop? Ik zal het.

Ik heb Hem lief, (Verlies gewoon uzelf nu, aanbid.)
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn redding kocht,
Aan het kruis van Golgotha.

     Nu, laten wij naar elkaar kijken en elkaar de hand schudden en zeggen...

Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn redding kocht,
Aan het kruis van Golgotha.

124 Wat was Golgotha? Zijn Kades-Barnéa. Wat deed Hij? Hij ging daar omhoog en zei: "De mens leeft na de dood. Ik zal het u bewijzen." Hij ging daar omhoog naar Kades-Barnéa en nam het oordeel van ons allen: Golgotha, stierf voor onze zonden en stak de rivier van de dood over. Op die derde dag kwam Hij terug. De steen rolde van de heuvel af en Hij wandelde er levend uit.

     Sommigen van hen zeiden: "Hij is een geest."

     Hij zei: "Voel Mij. Heeft een geest vlees en beenderen zoals Ik heb?" Hij zei: "Hebben jullie iets om te eten?"

     Ze zeiden: "We hebben hier wat honingbrood, veronderstel ik, en wat vis."

     Hij zei: "Laat Mij er een stuk van nemen." En Hij nam en at het en Hij zei: "U ziet dat een geest niet eet zoals Ik eet." Hij zei: "Nu, jullie gaan daar op naar Jeruzalem en jullie beginnen daar vandaan met het Evangelie. En Ik zal jullie de eerstelingen van uw opstanding terugzenden, omdat Ik jullie zal opheffen uit het ongeloof van het Woord en maken dat jullie hierin vertrouwen hebben en geloven. En jullie zullen boven de zonde en alle ongeloof zijn."

125 En die wijze, sommigen zullen gaan liggen in de eerste wake, de tweede wake; bedenk, de zevende wake. Herinnert u zich dat? De zevende wake is als Hij komt. Wat was de zevende wake? De boodschap van de zevende engel. Eerste wake, zij vielen in slaap. Twee wake, derde, vierde, vijfde, zesde, helemaal door Thyatire en door al de tijdperken heen tot de wake van Laodicéa; maar in de zevende wake kwam de stem: "Zie, de bruidegom komt, gaat uit hem tegemoet." En wat? Zij ontwaakten en maakten hun lampen schoon.

Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij eerst... [Broeder Branham spreekt tot iemand]

     En... (...?... voorsmaak...?... Wonderbaar, is het niet?)

Aan het kruis van Golgotha.

     O my, zuster Ruth, ik bedoelde niet om het af te kappen. Ik probeerde door te gaan met deze mooie liederen. Ik probeerde de band te krijgen. Ziet u? Wat ik probeer te doen is deze liederen op te nemen zoals het uitgaat. Houdt u daar niet van?

     Weet u, ik houd van goed oud Pinksterzingen, maar ik heb altijd gezegd dat ik een te sterk geoefende stem haat, iemand die zijn adem inhoudt tot hij blauw in het gezicht wordt op een uithaal. En zij... niet... Zij zingen niet, zij maken alleen maar lawaai. Zie? Ik houd van dat goede oude zingen, weet u, uit je hart, zoals "Amen, amen, amen." U niet? Ik houd hiervan:

Geloof in de Vader, geloof in de Zoon,
Geloof in de Heilige Geest, deze drie zijn Eén.
Demonen zullen sidderen en zondaars ontwaken;
Geloof in Jehova doet alles schudden.

     Amen. Het doet het koninkrijk van de duivel afbrokkelen en vallen. Het stelt die grote krachtige woorden in werking: ZO SPREEKT DE HERE, dat atomische Woord van God vaart daar uit en doet Satans koninkrijk uit elkaar vallen. Amen. Dan... zij... "Voorwaarts Christensoldaten, marcheer voorwaarts ten oorlog." Dat is juist. Goed, laten wij het nog eens zingen. Nu, iedereen luidkeels, met uw ogen gesloten, uw handen omhoog in de lucht: "Ik heb Hem lief." Goed, geliefde zuster, in orde.

Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn redding kocht,
Aan het kruis van Golgotha.

126 Hemelse Vader, in Uw handen bevelen wij nu onze... ons wezen. Doe met ons zoals U goed acht. Wij vertrouwen dat U ons zult gebruiken, Here, om licht te brengen aan de anderen in onze buurt, waarheen wij ook geleid zullen worden. En God, waakt U nu over ons en bescherm ons totdat wij elkaar weer ontmoeten en kostbare schoven binnenbrengen. Wij vragen het in Jezus' Naam. Amen.

     Nu, het was vanavond een genoegen met u allen te zijn en deze tijd van gemeenschap met u te hebben. Ik ga de preekstoel nu weer teruggeven aan uw geliefde herder, broeder Junior. Goed, broeder Junior.