Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
E-BookPrint
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...

Overtuigd, dan bezorgd

Door William Marrion Branham

1 Dank u zeer, broeder Parker. Goedenavond vrienden. Het is goed om hier vanavond weer te zijn. En ik vermoed dat u vermoeid bent van naar mij te zitten luisteren en ik werd... En ik werd zo vermoeid... hees... een beetje hees van zo hard te prediken. Ik praat tegen broeder Parker daar. En ik vertelde hem dat ik geloof dat dit één van de beste samenkomsten is, waar de Here me in heeft laten zijn voor een lange tijd. Het is een... is niet geweldig groot geweest, weet u. Wat ik bedoel..., maar niet al te groot. Er zijn er niet al te veel geweest die het bijwoonden, maar de kwaliteit ervan is wonderbaar geweest. Gelóóf? Het lijkt of dat er van alles kon gebeuren. Ik hou van dat soort samenkomsten, waar je gewoon voelt alsof gewoon van alles op elk moment kan gebeuren. Ik hou daarvan. En ik ben er zeker van dat er blijvende resultaten zullen zijn. En het... zal zichzelf aantonen.

2 En ik bewonder zeker u allemaal, dat u geduld hebt om te zitten en te luisteren als ik urenlang predik. En dan de volgende avond terugkomen. U kunt zeker heel wat kastijding verdragen. Dus ik ben... Ik weet, dat u heel wat goed geduld hebt.

3 Dus wij zijn... Ik wil voor ons allen zeggen, dat we u dankbaar zijn. En broeder Thomas, ik kan mijn gevoelens niet tot uitdrukking brengen voor broeder Thomas. Ik dacht dat ik hem kende, maar ik had hem verwisseld met iemand anders. Ik heb zijn dierbare kleine vrouw de hand mogen schudden en... Zijn werkelijk dienstknechten van Christus. En ik hoop zeker, zo God wil, dat onze paden veel meer keren in het leven zullen kruisen.

4 Als ik u mensen was en hier in de buurt woonde, zijn gemeente zou de plaats zijn waar ik heen zou gaan. Dus ik... ik hou van een man, die... [En dan dankt broeder Parker broeder Branham voor zijn complimenten en vraagt de mensen of ze graag zouden willen dat hij weer terugkwam.] Dank u. Dank u zeer. Dat is heel vriendelijk. Dank u broeder Parker.

5 Ik ben zo zeer... [Dan spreekt broeder Parker weer even tegen broeder Branham.] Hij zei dat al de onkosten werden betaald en alles. We waarderen de fijne medewerking en hulp van u allen, omdat... Weet u, het kost werkelijk veel om deze conventies te houden en dus alles is betaald. Dat is erg fijn. We zijn gewoon dankbaar. Alles in en boven... De Here heeft gered, genezen en alles heeft plaatsgevonden. We zijn gewoon gelukkig om te worden... wat... ziende, dat deze... Vind het vreselijk deze samenkomst de geschiedenis in te zien gaan. Maar het zal weer opkomen, als het ginds is in de tijden die komen en we zullen de resultaten zien.

6 Nu, we willen iedereen opnieuw bedanken voor... wil ik voor deze kleine gave, die u naar me stuurde gedurende deze tijd. Ik waardeer dat héél, héél erg.

7 En nu, we zullen heengaan om broeder Bigbee te bezoeken in Zuid Carolina, Columbia... Columbus... Zuid Carolina en we zullen daar morgenavond en dinsdagavond zijn bij broeder Bigbee. En dan zullen we ginds naar de westkust gaan.

8 Ik wil u vragen... En dan vandaar af, veronderstel ik, nadat we deze campagne daar beëindigen, wil ik naar Afrika gaan, Australië, Nieuw Zeeland en daardoor heen. Kan ik uw gebeden vragen voor mij, dat God mij zal helpen? En ik dank u heel erg.

9 En we zijn erg dankbaar voor alle dingen. Ik zeg dat voor mijzelf en voor de mensen die hier uit de Tabernakel zijn. Ik kreeg... op enige van onze oudsten hier en diakenen hier en enige van mijn vrienden van daarginds.

10 Onze herder is hier. Ik heb broeder Neville hier nooit kunnen ontdekken. Ik veronderstel dat hij voorgesteld is, niet waar broeder Neville? Waar bent u broeder Orman? Ik kan u daarginds gewoon niet onderscheiden. Daar achteraan, zo groot als hij is. Kom hier even naar boven.

11 Van deze man weet ik dat hij een trouwe dienstknecht van Christus is. Hij was een door de wol geverfde Methodist en ontving toen de Heilige Geest. Nu is hij een Heilige-Geest- Methodist.

12 Dit is onze dierbare voorganger. Ik wil u de hand schudden broeder Neville. Ik introdceerde... Dank u broeder. Ik heb broeder Neville jaren gekend en ik heb zijn liefelijke vrouw zelfs voor ze getrouwd waren... En ik heb de jaren dat ik hem gekend heb, is... Hij is geen spatje veranderd. Hij ging alleen hoger in God. Dat is alles. Maar hij is betrouwbaar. We hebben hem nu lief als herder. Hij is daar jaren geweest en we hopen dat hij nog steeds blijft tot Jezus' komst. Als het de wil van de Here is. En zou u even een woord tot de mensen willen zeggen, broeder Neville? [Broeder Neville groet de mensen.]

     God zegene u, broeder Neville.

13 Nu, u weet, wanneer u op een picknick gaat. Als iemand ergens een boompje poot, wel u kunt niet... U weet niet of hij er nog staat of niet. Ziet u. Omdat hij pas uitgeplant is, uitgepoot of zoiets. Maar wanneer u weet dat er een oude eik staat, die gewoon bestendig vast is blijven staan, dan kunt u er tamelijk goed over denken om onder die boom te gaan en te rusten. Dat is broeder Neville. Gewoon dezelfde elke dag. Gewoon rechtdoor gaande. Dus ik ben zo blij daarover.

14 We hebben een... Ik heb nog een broeder hier, een kleine, een herder van één van de zustergemeente van onze gemeente daar. En als hij niet naar boven komt, zou ik graag dat hij ging staan. Broeder Junior Jackson, nog een Methodist gevuld met de Heilige Geest. Junior Jackson, waar bent u? Broeder Junior Jackson, een Methodist vervuld met de Heilige Geest. Hier is hij, hierzo. Broeder Jackson, wilt u iets zeggen? Is er iets wat u wilt zeggen? Goed.

15 Een ander hier is broeder Palmer, nog één van onze broeders hier. Zou u even willen gaan staan broeder Palmer? Een voorganger van ginds in Macon, Georgië, is één van onze vrienden. En broeder Fred Sothman. Ik weet, dat hij hier is. Hij is één van onze oudsten in de gemeente. Waar ben je, Fred? Ergens hier binnen. Staat helemaal achteraan.

16 Broeder Banks Wood. Waar ben je broeder Banks? Hij is één van onze oudsten. Hierzo. Broeder Banks was een Jehova getuige, weet u. Hij kwam in de samenkomst en hij had een verminkte jongen, David. Zijn been onder zich omhoog getrokken door kinderverlamming. En ik was in een tentsamenkomst en eerst had hij gezien dat... Hij was daar in Dallas, de avond... of Houston, toen de Heilige Geest neerkwam in de vorm van dat licht. En ze namen de foto ervan. Broder Wood was daar. Dus ik kende hem toen niet. Hij kwam naar de volgende samenkomst. Ik ging vandaar overzee. Ging naar de volgende samenkomst. Hij had zijn gebrekkige jongen en... met kinderverlamming. En terwijl we waren... Ik stond daar onder de zalving van de Heilige Geest. Gaat terug over de menigte heen. Sprak tot hem, vertelde hem er alles over, zei hem te gaan staan.

17 David, waar ben je? Is hij hier vanavond? De jongen die gebrekkig was? Dat is hem. David, als de mensen niet geloven dat God een mens kan genezen, die zijn been verwrongen heeft door polio en dat soort dingen. Ik zou graag dat je daar even heen en weer zou lopen een ogenblikje en ze tonen hoe je kunt lopen. Je bent gewoon een... Niet om een openbare show te maken, maar gewoon een getuigenis. Ziet u? Zelfs niet mank of niets anders. Volmaakt normaal en gezond. Het is werkelijk wonderbaar wat onze Here kan doen.

18 Nu, als Hij dat voor hém zou doen, wel Hij zal het voor iemand anders doen. Zeker. Het komt er gewoon op aan of we dat soort geloof kunnen krijgen.

19 En nu. Natuurlijk, u bent allen genoeg op de hoogte om broeder Ben hier te kennen. Hij is gewoon... Weet u, deze man die u boven iedereen uit kunt horen zeggen: "Amen." Ik vertel u een kleine... Ik vind dit niet fijn om dit van hem te zeggen, zijn vrouw zit daar. Wij hebben allemaal Ben lief. En... het was voordat hij was getrouwd. Ik was ginds aan de westkust (en die jongen is van Zuid Indiana).

20 Ik was ginds aan de westkust gewoon predikend op een avond in de San Bernardino Ferdinandina Vallei bij de Baptisten mensen. Grote tent vol mensen. Nu, ze zijn een beetje verfijnde mensen, weet u. En ik was gewoon vol vuur aan het prediken. Meteen hoorde ik een schreeuw. Zwarte bos haar, die schudde als een Mexicaan. Twee grote voeten kwamen omhoog en zulke handen. Ik stopte en ik zei: "Ben, hoe ter wereld ben jíj hier gekomen?" Daar was hij. God zegene je Ben. Ga gewoon maar even staan. Ga even staan, jij en je vrouw. We zouden graag willen dat de mensen... Broeder Ben. Dàt is degene die al de 'amens' hier beneden in deze hoek roept. God zegene je. [Dan vraagt broeder Ben om broeder Branhams gebeden.] Amen. God zegene je.

21 Broeder Way, nog een zendeling, proberend zijn weg te gaan naar de zendingsvelden. Hij is bij ons vanavond. Wij kennen hem. Hij heeft een poosje onze kant op verblijf gehouden. Waar bent u, broeder Way? Bent u in de samenkomst? Och, hierzo en zijn vrouw.

22 En nu, ik zeg u: de oorlog tussen Engeland en Noorwegen is voorbij. Hij is een Engelsman en zij is een Noorse. 't Is allemaal voorbij. Fijne mensen. Jazeker, de oorlog is helemaal over.

23 Broeder Boze was er onlangs 's avonds en toonde zijn film en hij zei: "O, wel", zei hij... Daar staat een vrouw, dat is zuster Sothman. Wou ik, dat ik haar had laten kunnen opstaan met broeder Fred hier binnen ergens. Fijne mensen. En zij is een Noorse. Natuurlijk, broeder Boze is een Zweed. En hij zei: "Ahum, ahum." U weet hoe Jozef dat doet. Hij zei: "Ahum. Er is hier een dame, een zuster." Zei: "En ze is een Noorse." Hij zei: "Natuurlijk, als u geen Zweedse kunt zijn, is het goed om een Noorse te zijn."

24 We kwamen buiten en hij keek naar me en ik zei: "Natuurlijk Jozef, het is ontzettend jammer dat we niet allemaal Ieren kunnen zijn." Ik zei dus... We hebben allemaal gevoel voor humor, daarzo.

25 Broeder Higginbotham, waar bent u? Hij is hier ergens in de buurt. Nog een godvrezend man van onze kant uit. Eén die een oudste was van de gemeente daar voor jaren en jaren. En zijn vriending zuster Argenbright, zuster Ruth Argenbright, hierzo. Ik geloof dat ze hier in de zijvleugel zit. Och gaat u staan. Hoevelen kennen Minor Argenbright, één van de vice-presidenten van de Volle Evangelie Zakenlieden? Een nicht van hen.

26 Als ik enige van die mensen mis, ik ben trots op u, iedereen. Ik ben blij dat u hier bij ons bent. We weten niet, binnenkomend en weggaand... Broeder en zuster Daugh, die hier zitten. Zitten evenzo. En broeder en zuster Brown, broeder Brown. Broeder McKinney, nog een Methodistenpredikant met de Heilige Geest. Waar bent u broder McKinney? Waar bent u hier ergens? Hij komt van ginds in Ohio. Hier achteraan helemaal. Nog een op en top geboren in de... uitgeschudde Methodist. Dat is waar. Nu doop van de Heilige Geest doorgaand voor God.

27 Pat Tyler, nog een boezenvriend van mij, die hier zit. Broeder Pat ga staan. U kent Pat Tyler misschien allemaal. Dank u, broeder Pat. God zegene u. Hij was een vogelvrij verklaarde revolverheld, moordenaar. Hij redde hem en maakte een heilige uit hem. Liftend door het land om de samenkomsten en zo te volgen.

28 Weet u, ik denk aan deze mensen, die... waar ze vandaan zijn gekomen. Ik denk aan Hebreeën, het 11e hoofdstuk. Werden in stukken gezaagd en zwierven rond in geitenvellen en schaapsvellen, welke de wereld niet waardig was. Zij allen dragen dit getuigenis.

29 Tom Simpson, waar is Tom? Is hij op komen dagen? Ik dacht dat ik zijn auto hierbuiten gezien had. Hij en zijn familie - ik dacht dat hij hier was. Misschien heb ik me vergist. Ja, op en neergaand als het aas aan een vissnoer daarginds. Klep, klep, op die manier. Goed.

30 De Here zegene u allen. Wij zijn blij hier te zijn. Hier zijn de andere uit Georgië en verschillende plaatsen en we zijn gelukkig dat u allemaal hier bent en onze oude vrienden ontmoeten.

31 Kijk ik naar zuster Peckinpaugh uit Chicago, dacht ik dat het was? En zuster Little en naast haar zuster D'Amico - dierbare lieve mensen uit Chicago, die groep vrouwen die mij erg dierbaar zijn en anderen die hier zitten.

32 De broeder (ik kan zelfs niet op zijn naam komen) en die van uit het zuiden in Georgië ergens. Ik - o, dat - ze zijn gewoon allemaal als... allemaal hier neergeplant. We zijn blij in deze gemeenschap te zijn.

33 De oude broeder Bosworth was gewoon me te vertellen. Hij zei: "Broeder Branham, weet u wat 'fellowship' is? (Dat is gemeenschap.)

     Ik zei: "Dat weet ik wel."

     Zei: "Dat is twee mannen in slechts één schip." Dus daar zijn we er. Maar we hebben gemeenschap. De Here zij u genadig.

34 Dank u voor alles wat u hebt gedaan. En als één van de rode tekens van de dagen van mijn bediening voor uw fijne samenwerking. Deze fijne broeders en zusters en iedereen in... Zo gastvrij, voel me precies zo thuis, totdat ik mezelf hees heb gepredikt.

35 Nu, broeder Ned Iverson zal de diensten gaan voortzetten na mij daar in Columbia nu bij broeder Bigbee. Broeder Ned, bent u binnen vanavond? Ik weet niet of... Ja, achterin helemaal. Een Presbyteriaan gevuld met de Heilige Geest.

36 En dr. Lee Vayle en zijn vrouw, dierbare geliefde vrienden van mij. Broeder Vayle heeft met mij samengewerkt in de samenkomsten, een dierbare vriend. Ik vermoed dat deze mannen zijn voorgesteld en zo. Bent u hier, broeder Vayle? Bent u vanavond in het gebouw? Helemaal achterin. De Here zegene u. Zuster Vayle, waar bent u? Ik kan alleen maar naar u wuiven. God zegene u, zuster. We zijn zo blij hen allen hier te hebben.

37 En bid u allen voor mij. En ik heb... gewoon doorgaand door geloof; gelovend dat we praktisch elk moment de komst van de Here zouden mogen zien. Ik weet niet gewoon hoe, wanneer, waar, maar ik wil gereed zijn wanneer Hij komt. En soms zou ik mogen denken dat het op deze wijze zou kunnen zijn en ik... zou op de andere wijze kunnen zijn. Maar hoe dan ook, ik wil er zijn wanneer Hij komt. Ik wil met Hem meegaan. Nu, dat is mijn vurig verlangen. En niet alleen wil ik gaan, ik wil met al mijn vrienden. En ik wil dat al mijn vijanden evenzo gaan. Ik wil dat iedereen gaat.

38 Toen ik het kleine visioen had of... Il wil het geen 'opgetrokken zijn' noemen (translation). Ik heb nooit een visioen als dat gehad. Ik stond daar boven en keek er naar, terugkijkend naar mijzelf, hier onlangs. Velen van u lazen het in de tijdschriften en zo. Vrienden, u kunt het zich niet veroorloven dat te missen. Doe het toch niet.

39 Nu, het is daar ergens. Ik was daar precies zo als ik híer ben. Terugkijkend naar mijzelf. En ik heb visioenen gehad, ik weet wat visioenen zijn. Als dat een visioen was, was het het vreemdste wat ik ooit had. En ik zag de mensen, degenen die zijn heengegaan. Ik zag ze daar. De ouden waren jong en ze stonden daar. Menselijke wezens precies zoals ik ben, alleen zonder zonde. Het was meer dan volmaaktheid. Subliem. U zou het gewoon geen naam kunnen geven wat het was. En toen ik wist dat ik terug moest keren... Er is slechts één ding waarvoor ik zou willen terugkeren, om te proberen mensen te overtuigen. Wat u ook doet, mis het niet! Mis het niet! Mis het niet! U kunt het zich niet veroorloven het te missen. Al het andere... Laat al het andere gaan! Maar maak u gereed voor dàt. Ziet u. Wat u ook doet.

40 Ik zal nu naar het zendingsveld gaan, zo de Here wil, deze winter wanneer ik terugkom van deze reizen. Dus wees in gebed voor mij, omdat het hier zo gemakkelijk is. Zo nu en dan ziet u een onreine geest in een samenkomst komen en proberen het te verstoren, maar in die plaatsen, dat zijn toverdokters en duivels. U zou beter weten waar u over spreekt. Dat zou u zeker, omdat zij demonen zijn en ze zullen u regelrecht uitdagen. Maar, o hoe... Niet één keer... Ik zeg het met mijn hand hier op mijn bijbel. Niet één keer. En nu, u kunt zich voorstellen hoeveel keer er rond de wereld het werd uitgedaagd, dan dat God op het toneel verscheen en de schermen wegtrok en Zichzelf toonde. God. Precies Dezelfde als Hij was in Elia's tijd. Hij is nog steeds God. Niet één keer.

41 Sommigen van u... sommige predikers komen en vroegen mij om naar hun plaats te komen. Ik wacht tot ik mij geleid voel om te gaan. Dan als ik kom, komend gewoon in mijn eigen naam, als ik op die manier kom gewoon om uw vriend te zijn. Maar wanneer ik mij geleid voel om te komen, dan kan ik komen in de Naam van de Here Jezus. "Zet je voet uit het vliegtuig, ze behoort aan jou." Amen. Ik neem het alles over in de Naam van Jezus Christus. Dan zult u Hém ontmoeten daarginds dan, omdat u een goddelijke ambassadeur bent dan. Maar ginds in één of andere gemeente, vrienden. Hier enige vrienden vragen naar je of zoiets, je gaat gewoon weer het veronderstellend. O, veronderstellend! Ik vermoed, dat u er moe van bent om er naar te luisteren.

42 Nu, laten we opslaan in de dierbare oude Bijbel en voor we dat doen, laten we bidden. Ziet u, wij spreken enzovoorts en laten we nu onze gedachten concentreren rond Hem, nu voor de volgende paar ogenblikken.

43 Onze hemelse Vader. Wij dankten de mensen voor hun vriendelijkheid en hun grootste edelmoedige gevoelens ten opzichte van ons en hoe we hen waarderen. En nu Vader, wij zijn... willen u boven alles danken. Want Gij zijt het Here, die die hebt gedaan. Gij zijt het, Die ons hebt gezegend en ons samen gezeten hebt laten zijn in hemelse gewesten in Christus. Satan zou onze samenkomst hebben vernietigd en ten gronde gericht, maar Gij hebt ons gewoon zo zeer lief gehad, dat u ons gewoon allen samen liet komen en gemeenschap hebben rond het Woord. En we waarderen het zo, God. Zelfs hoewel ik een beetje hees ben vanwege het inspannen van mijn stem, Here, heb ik gewoon zo'n wonderbare tijd gehad, voelend dat Uw Geest mijn ziel zegent. Het Woord. Gewoon nergens behoefte aan hebbend, slechts stromend als rivieren tot ik maar gewoon hoef te gaan zitten, God. Ik ben er zo dankbaar voor.

44 En moge onze broeder Parker en heel zijn staf en zijn plaats die ons uitnodigde, Here, moge ze gezegend zijn. Geef ze duizenden zielen. Hoor, wanneer ze bidden voor de zieken. Hoor hun gebeden Here en genees de zieken. En wanneer ze proberen iets te doen in Uw Naam, eer het Here. Geef hen de vruchten van de Geest en geef hen het grote verlangen van hun hart, Heer, zielen als een loon. Moge op die dag, wanneer we daar voor u staan, moge de zielen komen van overal hun armen rond deze dierbare godvrezende man slaan en zijn staf. Als hij niet op het veld was gebleven, broeder Parker, zouden we hier niet zijn. O God, wij weten dat dit de oprechte wens is van elke ware dienstknecht van Christus. Weten dat ze arme verloren menselijke wezens tot een reddende Christus kunnen leiden.

45 Dank U voor dat alles. En nu Here, wij bidden U dat U ieder wilt zegenen en de samenkomsten zegent, die overal gaan komen. Ga met ieders huis. Wees met hen als we vanavond weggaan naar onze verschillende huizen. Wees met ons onderweg. Blijf aan het stuurwiel. Houdt de vijand van ons weg, Here. En ik bid dat U deze dingen zult toestaan.

46 Nu, geef ons het verlangen van onze harten, elk verzoek vanavond. En het mijne is Heer, dat U het Brood des Levens weer wilt breken voor ons vanavond.

47 Als er hier ook maar iemand is, die niet gered is, red ze. Enigen, die de Heilige Geest van node hebben en de doop, moge het vanavond komen. Ieder, die ziek is, genees ze. Allen die vermoeid zijn, geef ze vreugde. Geef het Here. Zegen Uw Woord nu als we het lezen en moge de Auteur ons de samenhang geven. We vragen het in Jezus' Naam. Amen.

48 Johannes het 1e hoofdstuk, vers 35 tot 41. Zou graag deze dierbare woorden lezen.

     En... Des anderen daags stond Jezus daar weer, en twee uit zijn discipelen;... (neem me niet kwalijk) stond Johannes daar weer, en twee uit zijn discipelen.

     En ziende op Jezus, daar wandelende, zeide hij: Ziet, het Lam Gods!

     En die twee discipelen hoorden hem dat spreken, en zij volgden Jezus.

     En Jezus Zich omkerende, en ziende hen volgen, zeide tot hen:

     Wat zoekt gij? En zij zeiden tot Hem: Rabbi! (dat is te zeggen, overgezet zijnde, Meester) waar woont Gij?

     Hij zeide tot hen: Komt en ziet! Zij kwamen en zagen, waar Hij woonde, en bleven die dag bij Hem. En het was omtrent de tiende ure.

     Andréas, de broeder van Simon Petrus, was een van de twee, die het van Jezus - of Johannes gehoord hadden, en Hem gevolgd waren.

     Deze vond eerst zij broeder Simon, en zeide tot hem: Wij hebben gevonden de Messias, dat is, overgezet zijnde, de Christus.

     En hij leidde hem tot Jezus. En Jezus, hem aanziende, zeide: Gij zijt Simon, de zoon van Jonas; gij zult genaamd worden Céfas, wat overgezet wordt Petrus.

     En nu, moge God Zijn zegeningen toevoegen aan dit Woord.

49 Nu, ik wil er uithalen vanavond, zo de Here wil voor een kleine... voor een woord; twee woorden, die ik daaruit wil gebruiken. De twee woorden, die ik wil gebruiken, zijn: Bezorgd en overtuigd.

50 Nu, zoals wij weten en dat doen wij allemaal, dat wij nu een grote afkoeling door het hele land zien. Ik begon vroeger uit te gaan. Er was een heleboel klatergoud in de samenkomsten. Mensen waren overal in gebedssamenkomsten, bekritiseren... Kranten bekritiseerden mij. Eén vrouw reed 4800 kilometer in een taxi, alleen maar om naar de samenkomst te komen in Canada. Ze zijn niet zo bezorgd meer. Schijnt alsof er een afval is gekomen. En schijnt alsof er niet veel bezorgdheid is. Niet al te veel, hoe dan ook. Als... niet zo zeer als wij zouden moeten zijn. Erg weinig bezorgdheid.

51 Nu, ongeveer de enige bezorgdheid die we hebben is niet die samenkomsten van de hele nacht lang. Toen ik... ik bleef eens op het podium voor acht dagen en nachten zonder weg te gaan, proberend voor al de mensen te bidden. En aan het einde waren zo'n 40.000 mensen die wachtten tot er voor hen gebeden werd. Ziet u. Kon het niet doen. Maar ze namen dan een groep mee deze kant op en gingen de bossen in; ze namen dan een groep mee déze kant op en gingen de bossen in. Predikers, die de mensen doorbidden naar de doop van de Heilige Geest. Konden gewoon niet rusten totdat zij de Heilige Geest ontvingen.

52 Neemt u me niet kwalijk. Ik zei 42.000. Ik geloof, als u er naar kijkt in het tijdschrift, dat er 28.000 waren. Was het..., die nog steeds wachtten. Kilometers rond Johannesburg was er zelfs geen plaats, die u kon huren en tentdorpen opgezet en alles. Ze zijn helemaal niet zo bezorgd meer. Ziet u. De opwekkingsvuren zijn aan het uitdoven.

53 Bezorgd is nu: "Kom gewoon en word lid van de kerk". Of een grote zorg is één of andere televisiezaak ondersteunen en het één of andere soort show maken en van... voor het goede doel natuurlijk. Zeker. Grote gebouwen, grote scholen bouwen en dat soort dingen. En het schijnt te zijn, dat dat de zorg nú is. En hebben een beetje de visie verloren van dat gebed en het afdwingen en zoals wij vroeger gewoon waren te hebben. Er is iets wat er gebeurd is. Ik zou gewoon alleen graag willen weten wat het was.

54 En nu schijnen ze niet bezorgd te zijn over... U kunt deze gemeente bezoeken of de mensen oproepen om naar voren te komen en vroeger was het zo, dat ze gewoon naar voren renden. En ik heb de tijd gezien, terwijl ik aan het prediken was, voordat ik zelfs mijn preek kon beëindigen, dan stond het voor het podium en overal langs de paden, stonden er rijen mensen. En ik heb de tijd gezien dat de Heilige Geest uitging naar de aanwezigen en voorzeggen en iemand iets vertellen; en vertellen dat de mensen zich zouden verbazen en gewoon flauw vallen daar op hun stoel.

55 Er is ergens iets fout. Nog steeds hetzelfde doende. Nog steeds hetzelfde evangelie. Ik heb nooit een fractie veranderd sinds ik begon. Ik begon gewoon met het kale onopgesmukte Woord van God en ik bleef er sindsdien steeds precies bij. Tweeëndertig jaren heb ik achter de preekstoel gestaan en heb nooit iets teruggenomen of iets veranderd. Verklaarde het precies op de wijze zoals ik begon. Ik kan het niet terugnemen. Het is Gods Woord. En als ik het precies zeg, zoals het hier stond, moet ik het de volgende keer precies hetzelfde zeggen. Omdat hier de wijze is, waarop het hier geschreven staat. Ziet u. Dus ik kan er niets anders mee doen. En de Heilige Geest doet nog steeds hetzelfde. Dus maar... Het ziet er naar uit alsof het niet genoeg, er niet genoeg bezorgdheid is. Nu, ik vraag me af waarom.

56 Waarom is er geen bezorgdheid zoals het vroeger was? Ik geloof dat de reden dat als er niet zoveel bezorgdheid is als er vroeger was: ze zijn niet zo overtuigd als ze vroeger waren. U zult overtuigd moeten zijn vóórdat u bezorgd kunt zijn (kan ook zijn: "erin betrokken kunt zijn"). Niet bezorgd... U neemt nu de tijd. Inplaats van te evangeliseren en proberen iets te doen, wil iedereen een hele grote school of een heel groot iets, dat ze kunnen leren en maken dat de voogangers betere preekstoelmanieren hebben enzovoorts.

57 Weet u wat ik geloof? Ik geloof dat de mensen er niet van overtuigd zijn dat Jezus spoedig komt. Ik geloof niet dat ze er van overtuigd zijn dat Hij in dit tijdperk komt. En ik geloof dat dat de reden is dat ze niet bezorgd zijn. Omdat zij niet volledig overtuigd zijn. Dat is waar. Ze zijn er niet van overtuigd dat Hij bij hen is. Als zij het waren, zouden ze terugkomen naar het Woord. Juist.

58 En nu. Vele mensen zouden het verkeerd kunnen begrijpen. Liefde. Liefde is discipline. U moet mensen tuchtigen als u ze liefhebt. Als uw kleine meisje buiten op de straatweg is, zoals ik deze morgen zei, zandtaartjes maken, als u haar werkelijk liefhebt zou u haar van die weg afhalen.

59 Wat als uw vrouw zei: "Jan...". Iemand, wat uw naam ook is. "Je weet...". U haar er gewoon van door laat gaan met één of andere man, omdat u zei: "Ach, de lieverd, ze wil het en ik heb haar gewoon zo lief. Ik zal het haar gaan laten doen". U zou een armzalig voorwendsel van een echtgenoot zijn. Zij hoorde zien... te zien van u af te komen en iemand te krijgen die haar liefheeft, die voor haar zal zorgen. Bedoel dat niet op die manier, omdat u dat niet kunt doen.

60 Maar waar ik probeer naar toe te komen is dit. Dat, wat als God zou hebben gezegd tot Eva: "Arme kleine Eva, je weet je bent Mijn vriend. Ik... je bedoelde dat niet te doen". Natuurlijk bedoelde zij het niet te doen. Zekerlijk deed ze het niet. Maar ze dééd het! En we weten dat ze het deed en we zien daar nog de resultaten van. Maar ziet u, Hij had haar lief en Hij moest Zijn Woord aan haar houden. En God moet Zijn Woord aan ons houden, dus moeten wij Zijn Woord gehoorzamen. En wanneer we Zijn Woord gehoorzamen en Hem dan zien bewijzen wat Hij zei dat Hij zou doen, dan zijn we overtuigd dat het Woord juist is.

61 Nu, wanneer we ontdekken... We hadden hier niet lang geleden een grote evangelist tegenover een mohammedaan. U las het in de krant zoals ik. Deze mohammedaan daagde die evangelist uit, dat Jezus Christus; het was een mensenaanbidding. Dat mensen een mens volgden.

62 Hij geloofde in dezelfde God als de evangelist maar zei: "Jezus is niet Zijn Zoon. Het is slechts een mensgemaakte aanbidding." En de evan... Hij daagde de evangelist uit. Zei: "De Bijbel zei dat de werken die Hij deed, Christus, dat Zijn volgelingen dezelfde dingen zouden doen." Hij zei: "Nu, ik zal dertig zieke mensen binnen brengen u zult dertig zieke mensen binnen brengen en ik zal elk genezen, die u het doet. Ziet u. En de evangelist nam de benen. Hij kwam in de publiciteit. En als ik de evangelist zou zijn geweest, geloof ik, als ik niet genoeg geloof gehad zou hebben om het te doen, ik zou nooit die ongelovige daar hebben laten staan. Ik zou hebben gezegd: "Ik ken iemand in onze gelederen die wel geloof heeft om te doen!"

63 Waarom? U zult er eerst van overtuigd moeten zijn dat dat God is. Dan weet u waar u staat. Dat is waar. Eerst overtuigd, dan krijgt u bezorgdheid. Alhoewel mensen beweren dat God met hen is maar ze zijn... Het is niet alles... Moeder placht te zeggen: "Daden spreken luider dan woorden". Zeker doet het dat. U moet het doen, het geloven. Ovetuigd zijn en dan zult u er zorg voor hebben.

64 Jezus zei: "Indien gij Mij liefhebt, hoed Mijn schapen". Nu, dat is waar ik denk dat we een heleboel hebben gefaald, is Zijn schapen te voeden. "Indien gij Mij liefhebt, hoed Mijn schapen". Vandaag is het bijna: "Scheer Mijn schapen. Drijf ze bijeen op een plaats en neem alles wat ze hebben en laat ze hun huis verpanden en al hun oude dagpensioenen en al het andere". Over scheren gesproken; Jezus zei dat nooit.

65 Broeder Parker zei deze morgen: "God heeft Zijn mensen lief." Hij heeft Zijn schapen lief. Hij zei: "Voed ze." En schapen moeten schapenvoedsel hebben. En Hij zei nooit: "Maak mijn schapen ontwikkeld." Hij zei: "Voed ze." Niet: "Ontwikkel ze; Voed ze; geef Mijn... Geef ze schapenvoedsel."

66 Wat is schapenvoedsel? Het Brood des Levens. Jezus is het Brood des Levens. Evangelie. Waarheid. Predikend zonder een middenweg te kiezen. Dan weet u dat wanneer u moet antwoorden op de dag van het oordeel voor hun zielen als prediker van het evangelie, dat u er kunt staan en zeggen: "Dat is wat in het Woord werd geschreven: 'Voed ze'." De waarheid. "Voed mijn schapen."

67 Toen Johannes zo bezorgd was, dat hij wist dat de Messias zou komen in zijn tijdperk. Johannes de Doper wist het. Dus hij wist dat de Messias zou komen in het tijdperk waarin hij leefde. Maar toen hij uit de woestijn kwam, richtte hij nooit scholen op. Hij begon nooit middelbare scholen... Hij stichtte helemaal geen organisaties. Waarom? Hij was er van overtuigd dat de Messias zou komen in zijn tijd. Zijn vrucht, zijn boodschap, zijn daden legden er getuigenis van af.En wij geloven dat Hij komt in dit tijdperk.

68 Waarom willen we grote dingen opsparen? Waarom willen we doen...? Miljoenen dollars bouwen in scholen en gebouwen en dan zeggen dat Jezus komt? Wel, het publiek weet wel beter dan dat. Zij weten dat u over iets praat wat u niet gelooft. Breng het in praktijk wat we prediken. Juist. Nu, we moeten dat doen!

69 Johannes was zo positief zeker. Toen hij werd geboren wist hij dat hij met een vreemde geboorte was geboren. We weten allemaal dat Zacharias de Engel zag en dat moet een inspanning zijn geweest voor de oude... voor het oude echtpaar. Zacharias was een man op leeftijd en Elisabeth was een vrouw op leeftijd. Maar zij hadden geloof dat... dat God hen op en dag een baby zou geven. Zij was onvruchtbaar.

70 En we weten dat toen Johannes werd geboren, de bijzondere geboorte en wetend dat hij Gods dienstknecht zou zijn, moet moeilijk geweest zijn voor het oude echtpaar. Want ze wisten dat zij overeenkomstig de tijd van leven nooit zouden leven om de jongen in zijn bediening te zien komen.

71 En Johannes' vader was een priester. Maar in plaats dat hij met die roeping naar het seminarie ging, waar zijn vader vandaan kwam, kon hij daar niet heengaan. Hij zou het niet kunnen riskeren. Hij kon er gewoon niet in verward raken omdat hij zag in de schrift dat hij de stem eens roepende in de woestijn zou zijn. Hij zag dat hij de boodschapper zou zijn die voor de Messias uit zou gaan. En hij moest er zeker van zijn. En hij wachtte. In de woestijn, totdat hij overtuigd was en toen was hij bezorgd. Was hij overtuigd. Hij wilde blijven. Hij was er zo zeker van dat hij Jezus zou zien, dat hij dit zei: "Daar, Hij staat daar nu onder u. Er staat Eén onder u, Die gij niet kent". O, ik houd daarvan.

72 Er is Eén onder ons vanavond, maar ik ben blij dat wij Hem kennen. En ik geloof dat Hij Degene is Die getuigenis aflegt. De grote Heilige Geest legt getuigenis af dat Jezus spoedig komt. Want het is overeenkomstig het Woord en al de tekenen zijn aan het vervuld worden. We zijn in de eindtijd.

73 Hij wilde helemaal geen vergissingen maken. Dus hij bleef in de woestijn, totdat hij er van overtuigd was dat hij zou weten wat de Messias was. En God vertelde hem naar welk soort teken uit te zien, wanneer hij de Messias zag. Dus toen hij Hem zag en het teken zag wat werd verondersteld Hem te volgen, was hij overtuigd dat Hij dat was. Hij zei: "Ik getuig dat Dat Hem is." Want God Die hem had verteld en hem had voorzegd door de profeet 712 jaar voordat hij werd geboren, dat hij de stem was van één die roept in de woestijn: "Bereid de weg van de Here en maak Zijn paden recht." En de God Die hem had voorverordineerd voor en hem voorbestemd voor het werk, hij wachtte op die God totdat hij van die God hoorde. Amen. En die God hem vertelde wat er plaats zou gaan vinden, was hij overtuigd. Toen hij dat teken zag zei hij: "Daar is Hij." Amen.

74 Als wij slechts zo ernstig zouden zijn; als wij zouden wachten bij het altaar. Niet het één of andere soort klein gevoel krijgen en opspringen en weglopen, maar blijf daar, ongeacht wat er gebeurt.

75 Blijf daar totdat u volledig overtuigd bent van de kracht van Zijn opstanding. Dat de Heilige Geest in u een houvast heeft gevonden en u vasthoudt en u een nieuwe schepping bent in Christus. Blijf daar totdat u dood bent en weer opgewekt. Dan zult u niet naar water gaan als een huichelaar. Dan zult u daar heen gaan en u weet dat Hij... Hij stierf voor u en u stierf met Hem. En nu zult u ondergaan om met Hem weer te worden opgewekt. De wereld tonen dat u gelooft dat Hij stierf en weer opstond. En u bent dood met Hem en u bent reeds weer opgewekt en nu zult u gaan zitten in hemelse gewesten, schapenvoedsel etend.

76 Andreas, deze grote over wie we spreken, de broeder van Simon, hij bleef de hele avond totdat hij overtuigd was. Terwijl hij langs de oever liep, Johannes, deze grote profeet, zeggende: "Er is Eén. De tijd is op handen. Al uw generaties van slangen in het gras", denk niet te zeggen: "Ik behoor tot dit en ik behoor tot dat. Wij hebben Abraham tot onze vader." Ik vertel u: "God is in staat uit deze stenen kinderen voor Abraham te verwekken." O, hij legde gewoon de bijl aan de voet van de boom.

77 Zie, Johannes was een woestijnmens. Kijk waar hij over sprak. Bijlen, bomen, slangen. Ziet u? Dat is waar hij aan gewend was daar buiten in de woestijn. En hij zei: "De bijl is aan de wortel van de boom gelegd. En elke boom die geen goede vrucht voortbrengt, zal neergehouwen worden en verbrand." De bijl tegen de boom slaan. Slangenkoppen afhakken en alles. Hij was een woestijnmens.

78 Geen wonder dat Jezus zei: "Wat zijt gij uitgegaan om te zien?" In die 'Vergeten Zaligsprekingen', zoals ik erover predikte. Toen Hij de heuvel overging, De discipelen (van Johannes) zeiden: "Wat zijt gij gaan zien? Een man gekleed in fijne klederen?" Hij zei: "Dat is het soort wat doktor en heilige vader worden genoemd. Zij dragen zachte kleren en ze kussen de baby's en trouwen de jongen en begraven de ouden." Hij hanteert een pennemes. Wat zou een mens weten over een tweehandig zwaard buiten op het slagveld! Bent u uitgegaan om er één te zien?

79 Zei: "Broeder Branham, bent u uitgegaan om een riet te zien dat door elke wind wordt bewogen?" Of welke kleine groep kan opkomen en u van dit in dat veanderen en van dit in dat? Johannes niet! Hij was overtuigd! Hij wist waar hij bleef! Hij kende zijn positie! Schudde Johannes niet in het rond. Nee, nee!

     Zei: "Wat zijt gij dan uitgegaan om te zien? Een profeet?" Hij ze: "En ik zeg u, groter dan een profeet. Hij is meer dan een profeet!"

80 Dus Johannes was overtuigd en hij begon te prediken. En Andreas had de samenkomsten bijgewoond. En dus toen Jezus voorbijkwam en Andreas en nog een discipel waren en en Johannes wees en zei: "Zie het Lam Gods, wat de zonde der wereld wegneemt!" En zij volgden Hem. Dat... Ik wilde dat ik zoveel kracht in mijn prediking kon hebben, wanneer ik zeg: "Zie het Lam Gods, wat de zonde der wereld wegneemt!" En elke persoon gaat weg achter Hem aan. Laat mij... "Waar vind ik Hem, broeder ?" Ik kan het u tonen.

81 Niet lang geleden was ik in een samenkomst van de zakenlieden en ik was aan het prediken ginds aan de westkust. En daar was een een of andere man die op me toe liep en hij zei: "Zeg, bent u geen prediker?"

     Ik zei: "Jazeker."

     Hij zei: "Wat doet u bij deze zakenlieden?"

     Ik zei: "Ik ben een zakenman."

     En hij zei: "In wat soort zaken bent u?"

     Ik zei: "Verzekeringszaken."

     Hij zei: "Wat voor soort verzekering?"

     Ik zei: "Verzekering!"

     Hij zei: "Welke soort is het?"

     En ik zei: "Volle verzekering, Jezus is mijn." Ik zei: "Als u geïnteresseerd bent in een polis, ik zou het graag met u doornemen."

82 Een vriend van mij, meneer Snyder, dierbare jongen, hij kwam naar mijn huis. En ik kende hem toen in een kleine jongen was en we gingen samen naar een school. En hij zei: "Billy, ik zou je graag één of andere verzekering verkopen."

83 Wel, ik werd eens wat bedrogen met een verzekeringspolis en ik heb het nooit meer genomen. Dus... Hij zei... Ik zei: "Wilmer, ik zou zeker - ik mag je graag, maar..." Ik zei: "Ik heb al een verzekering."

     Hij zei: "O, hebt u het?" Mijn vrouw, die keek me aan alsof dat ik een huichelaar was. Zij wist dat ik helemaal geen verzekering had, maar ik zei: "Verzekering". Ziet u?

     Hij zei: "O, neem me niet kwalijk, Billy."

     Hij zei: "Bij welke maatschappij is het?"

     Ik zei: "Het Eeuwig Leven."

     Zei: "Ik geloof niet dat ik ooit van die maatschappij heb gehoord."

     Ik zei: "Dat hoorde je te weten." O, ik ben er van overtuigd dat dat in orde is. Het is in orde.

     Dus Johannes predikte en zei: "Daar is Hij, het Lam van God, wat de zonde van de wereld wegneemt!"

84 Wanneer ik Hem over het gehoor zie bewegen en er een zondaar uittrekt of een ziek iemand en tot ze spreekt en weet dat het dezelfde God is, en iemand die iets zou weten, zou weten dat ik dat niet kon doen. Ik zou graag zeggen: "Zie, het Lam Gods, wat de zonde van de wereld wegneemt!" Ik hou er van dat de mensen zeggen: "Ik geloof het. Ik bekeer mij nu van mijn zonden. Ik geloof in Jezus Christus." O, ik zou graag zien dat ze dat doen.

85 En deze discipelen gingen regelrecht achter Jezus aan en Hij keek rond en Hij vond hen en Hij zei: "Wat zoekt gij?"

     En zij zeiden: "Rabbi! (wat vertaald wordt: Meester) waar woont Gij?"

     En Hij zei: "Kom en zie." Daar houd ik van.

86 Dat is wat Filippus zei tot Nathanaël, toen Nathanaël zei: "Kom en zie." Dus hij ging. Kom en ontdek het! Zit niet thuis en heb kritiek. Kom, vind het uit! Kom, zie het voor u zelf.

87 Nu, zij zeiden dat het avondtijd was. Dus Andreas bleef de hele avond. O, dat is een goede manier. Hij bleef totdat hij overtuigd was. Wat die Man hem had verteld die avond, wat Hij tot hem had gesproken of wat Hij deed. Er was Iets wat Andreas volkomen overtuigde dat Hij de Messias was.

88 De volgende dag heel vroeg - stel ik mij voor - greep hij zijn hoed en jas en ging op weg omdat Petrus zu gaan vissen beneden bij de rivier. En hij zei: "Kom, zie Wie wij hebben gevonden. Het is de Messias." Hij was overtuigd. Toen hij volmaakt ovetuigd was dat het de Messias was, was hij bezorgd over zijn broeder.

89 En dat is wat er aan de hand is vanavond. De mensen zijn niet overtuigd van de boodschap. De mensen zijn niet ovetuigd over de Heilige Geest. Als u werkelijk overtuigd wordt, dan bent u bezorgd. U zult alles doen wat u kunt om alles te doen wat u hebt om mee te doen. U zegt: "Wel, broeder Branham, ik ben geen predikter." Wel, u kunt evenzo iets doen.

90 Herinner mij dat wij eens een samenkomst hadden. Er was een boer die werd gered en vervuld met de Heilige Geest. En hij had alleen niets dan zijn ervaring en een vrachtauto, maar hij haalde zovelen naar de samenkomst dat hij daarin nog dertig vervuld kreeg met de Heilige Geest voor een tijd. Waarom? Hij was overtuigd. En toen hij overtuigd was was hij bezorgd. Kleine dochter werd genezen. We hadden elke avond zieke mensen. Vrachtwagens vol van ze; ze overal vandaan brengend. Dertig ontvingen de Heilige Geest. Ziet u? Hij was er van overtuigd dat het juist was. Dus was hij bezorgd over iemand anders! En we zijn... als we er van overtuigd zijn dat Jezus spoedig komt, zullen wij bezorgd zijn over onze verlorenen! Wij zullen bezig zijn alles te doen wat we kunnen om het evangelie uitgedragen te krijgen.

91 Jakob bleef op een nacht de hele nacht worstelen met die worstelende Vorst. Hij worstelde de hele nacht! Hij was Ezau hier en daar behendig ontweken. Hij was dan niet bang voor hem. En hij hoorde dat Ezau op komst was. En hij zette zijn vrouw de beek over en ging naar de andere kant en knielde neer. En u weet, God kwam neer en greep Jakob vast en zij worstelden de hele nacht. Dus hij... hij was niet volledig overtuigd om mee te beginnen, maar tegen de tijd dat God er met hem doorheen was gekomen, was hij overtuigd!

92 Ja, hij bleef en hield aan totdat hij overtuigd was dat het God was! Broeder, hij was toen niet bevreesd voor Ezau! Stak de rivier over en hij was zwak en hij liep mank. De slechtste tijd waarin hij kon zijn lijkt het. Hij was zo zwak als hij ooit wwas. Hij was kreupel geworden en alles, maar Ezau zei tegen hem: "Wil je een leger laten sturen om je te helpen?"

93 Hij zei: "Ik heb zelfs helemaal geen hulp nodig." Waarom? Hij was er van overtuigd dat de God Die hij had vastgegrepen voor hem kon zorgdragen. Halleluja! Als de mensen dat slechts zouden doen.

94 Als u er van overtuigd kunt zijn dat de God Die u vastgrijpt uw hart vormt, u een nieuw schepsel maakt in Christus Jezus. Laat ziekte, dood of wat anders ook komen, u bent er van overtuigd dat Hij die zorg kan dragen zoals te voren. Amen! Ik houd daarvan.

95 Shamgar, de kleine man over wie we onlangs 's avonds spraken, hij was bezorgd over zijn gezin. Ja, hij wist dat ze hongerig waren en de Filistijnen kwamen opzetten, duizend van ze, geloof ik. Zeshonderd en zoiets. Ik geloof dat er zeshonderd van ze de weg opkwamen, gewapende mannen. Hij was bezorgd over zijn gezin, omdat ze van honger zouden omkomen die winter. Maar hij bleef daar, nadenkend en studerend. Wat kon hij doen? Hij bleef daar totdat hij er van overtuigd was dat God Zijn belofte houd.

96 Nu, kijk wat hij zou hebben kunnen denken. "Nu hier, mijn vader Abraham van wie ik in mijn lichaam het teken van de besnijdenis draag, omdat ik geloof dat Abraham een man Gods was, hij was overtuigd. Hij verliet zijn huis. Hij verliet alles wat hij had om God te dienen. En op de berg die dag, toen hij de ram offerde in plaats van Izaäk, vertelde God Abraham: "Omdat gij dit deed zal uw zaad de poort van de vijand bezitten." Dat is juist. "Uw zaad, Abraham. Ik beloof het u. Ik zweer erbij." Halleluja. O, nu, ik voel mij gezegend. "Ik zweer erbij, Abraham. Jouw zaad zal de poort van zijn vijand bezitten."

97 Nu, Shamgar kon zeggen: "Ik ben het zaad van Abraham." Amen! En als Shamgar dat kon denken die het natuurlijke zaad van Abraham was, wat over vanavond als wij het koninklijke zaad van Abraham zijn? Glorie! Oei. U denkt dat ik gek ben. Misschien ben ik het. Laat mij alleen. Ik voel mij beter op deze wijze dan ik het deed toen ik de andere gezindheid had. Koninklijk zaad van Abraham. De gemeente is het koninklijke beloofde zaad. En als het natuurlijke zaad zoveel moed kon vatten wat behoorde het koninklijke zaad te doen met de tegenwoordigheid van de Heilige Geest, gewoon rondom zalvend, Zichzelf tonend. Sjoei. Glorie!

98 Zeker. Shamgar zei: "Ik ben een zaad van Abraham." En terwijl hij er aan begint te denken:"God vertelde Abraham. - Ik geloof het! - dat zijn zaad de poorten van de vijand zal bezitten. En daar marcheren ze mijn poort binnen. Reikte gewoon omhoog en pakte een ossendrijversprikkel.

99 Nu, hij stopte niet. Hij wachtte helemaal niet om te leren hoe een tweegevecht te strijden of te zeggen: "Wacht eens even. Ik ben een koninklijke zaad. Ik ben het zaad van Abraham. Ik ben besneden. Dus weet u, al deze Filistijnen zijn goede krijgslieden. Ze hebben een lange praktijk achter de rug. Ik zal naar het seminarie gaan en mijn filosofische doktorstitel halen en mijn meesterstitel halen en ik zou leren hoe te duelleren. Ik zou de catechismus leren en al de kerkregels."

100 Als hij dat gedaan zou hebben is dat alles waar hij iets over zou hebben geweten. Glorie. Hij zou alleen dat hebben geweten en hij zou ze niet hebben kunnen overwinnen. Dan zou hij niet tegen de vijand opgewassen hebben kunnen zijn. U kunt zich niet met de vijand meten. Ik kan me niet met hem meten, maar ik herinner mij dat ik onder een belofte leef. (Halleluja!) dat is reeds... machten zijn meer dan geëvenaard, overwonnen en neergeslagen. Ik ben meer dan een overwinnaar op dit moment - niet ik zelf, maar ik ben in Hem, Die hem voor mij overwon! (Onduidelijke woorden) na zijn bloed, ik ben een deel van het koninklijk zaad van Abraham. Denk er een ogenblik over na. Grijp dan een ossendrijversprikkel. Jaag de duivel van twijfel van u weg.

101 Ja. Zei: "Ik ben... Ik kan het niet leren om een tweegevecht te strijden." Als hij het doet, dat is alles, wat hij weet hoe het te doen is gewoon gaan duelleren. Dat is alles waarvan hij kon hebben gesproken.

102 Vandaag, dat is de wijze waarop ze het vandaag proberen te doen. Man zei: "Ik kreeg een roeping in mijn leven om prediker te zijn."

103 "Welnu zoon, ik zal de bisschop opbellen en ik zal uitvinden of ik je niet naar school kan laten gaan en je psychologie kunt leren en al deze dingen leren. En ongeveer tien jaar in de seminarie zouden je kunnen opleiden." Dat zullen ze. Heel zeker. Ze zullen hem opleiden, zodat hij nooit meer op kan staan.

104 Wat een verschil is het dan tussen het zenden van een prediker vandaag met wat het was in de eerste gemeente. Zij wachtten geen tien jaar. Zij wachtten tien dagen. Indien u er tien jaar voor nodig hebt om overtuigd te zijn, zij konden... waren in tien dagen overtuigd. Amen. U zou het...

105 U zou overtuigd kunnen zijn over psychologie, maar u moet knieölogie krijgen. Pas tien dagen waren ze overtuigd en toen waren ze bezorgd over anderen. Sommigen van hen konden zelfs hun eigen naam niet schrijven. De Bijbel zei dat ze onkundig waren en zonder opleiding, maar zij waren overtuigd. Halleluja!

106 Ik maak mij geen zorgen over de opleiding. Ik ben er van overtuigd dat Jezus Christus de Zoon van God is! Ik ben er van overtuigd dat dit de Heilige Geest is. Ik ben er van overtuigd dat Hij een Geneesheer is. Ik ben er van overtuigd dat Hij een Redder is. Ik ben er van overtuigd dat Hij komt! Ik ben er van overtuigd dat dit dat is. Ik ben er van overtuigd. Ik geloof het.

107 Zij zeiden: "Ze zijn er van overtuigd. Er is iets gebeurd." Zij waren overtuigd. Toen waren ze bezorgd nadat ze overtuigd waren. Ze waren er bezorgd over om Zijn Woord naar de rest van hen gebracht te krijgen. Dat was een goed teken dat ze overtuigd waren. Ze waren bezorgd.

108 Ze waren niet bezorgd over hun opleiding, bezorgd of ze precies goed "Amen" konden zeggen. Ze waren er niet bezorgd over tot welke organisatie ze behoorden of dat zij een gemeenschapskaart hadden of niet. Zij waren er van overtuigd dat Hij alles was wat ze nodig hadden. En ik ben precies zo vanavond. Ik ben er van overtuigd dat alles wat wij nodig hebben Christus is. Hebben geen nieuwe burgemeester nodig. Hebben geen nieuwe presidenten nodig, hebben geen nieuw leger nodig. Wij hebben geen nieuwe bond nodig. Wij hebben Jezus nodig. Dat is alles waar zij van overtuigd waren.

109 En ze geloofden evenzo dat Hij zou... Ze waren overtuigd dat Hij, dat Hij aan alles zou voldoen wat zij van node hadden. Bent u daar vanavond van overtuigd?

110 Zeg: "Ik ben overtuigd, ongeacht wat er voor mij komt. Hij zal er tegen opgewassen zijn, ongeacht wat er voor mij komt. Ik ben er van overtuigd dat Hij voor mij zal zorgen." Hij zei dat Hij het zou doen. "Ik zal met u zijn, ja in u, tot het eind van het tijdperk." "Weest dan niet bezorgd voor morgen, want de morgen zal voor het zijne zorgen." Dat is waar. Denk slechts aan vandaag!

111 Als God het vlk en het gras van het veld zo bekleedde, wat vandaag is en morgen niet is en als Hij er genoeg zorg voor had, dat Hij... Er kon zelfs geen mus op de straat valen zonder dat het God bekend was. Hoeveel te meer weet Hij over onze noden.

112 Ik ben er van overtuigd. Dat is de reden dat u mij niet ziet vragen naar offergaven en dergelijke. Ik ben er van overtuigd als ik bij dit Woord blijf, zal God bij mij blijven. Ik ben er van overtuigd. Hoef niet te worden gegeven, het zal op de één of andere manier komen. Ik heb... Ik ben gewoon... gewoon overtuigd. Ik geloof het. Ik geloof elk woord wat Hij zei. Ik ben er van overtuigd. Ik ben er van overtuigd, dat Hij in al de noden zal voorzien wat ik va node heb. Ik hoef mij er geen zorgen over te maken.

113 En hier was hij er evenzo van overtuigd dat ze geen vak psychologie nodig hadden en al dit andere spul om te nemen. Ze waren er van overtuigd dat die... dat toen ze werden gepredikt... er tot hen werd gepredikt, was: alles wat ze nodig hadden zou zijn wat ze hadden.

114 Dat is de moeilijkheid van vandaag. Ze proberen om ander spul in ze te stoppen: geloofsbelijdenissen en dat soort dingen. U bent er nooit goed van overtuigd geweest dat de Heilige Geest juist is. Dat is alles wat ik van node heb. Dat is alles wat u van node hebt. Dat is alles wat ieder ander van node heeft.

115 Was in Afrika niet lang geleden. Ze proberen die mensen daarginds ontwikkeling bij te brengen, de stammen. En als u ze bij de blanke man brengt, neem je de zonde van de blanke man over. Had zijn eigen zonde daarginds in de stam en brengt hem mee; hij neemt de zonde van de blanke man over. Dan is hij tweemaal meer kind van de hel dan hij was om mee te beginnen. Er is slechts een ding wat hij nodig heeft. Hij heeft Christus nodig. Amen!

116 Hudson Taylor, eens (u hebt gehoord van Hudson Taylor, de grote zendeling van Chrina). Deze jonge indiaanse jongen, hij werd gered, en hij zei dat hij een roeping had voor de bediening en hij kwam en hij zei tegen Mister Taylor, hij zei: "Meneer Taylor, zal ik vier jaar psychologie moeten doen?" En verschillende dingen die hij behoorde te doen. "En hoelang zal het mij kosten om een doktorandustitel te halen?"

117 En meneer Taylor zei tegen hem, zei: "Zoon, brand nooit de helft... de kaars half af voordat je aanvangt." Nee. Dat is wat ik net zo denk. Brand niet... Wacht... wachten totdat de kaars half afgebrand is wanneer er de één of andere soort van scholing in je geslagen is, de één of andere balsemingsvloeistof. Doe dat niet! Maar ik zeg: "Zodra de kaars is aangestoken, begin!" Ik ben niet aan het proberen om onwetendheid te steunen, maar hier is wat ik bedoel. Als u niets anders weet, vertel ze hoe dat de kaars werd aangestoken. Dat is alles wat ze moeten weten. Vertel ze wat de kaars aanstak! Vertel ze wat er van binnen brandt! Vertel ze gewoon hoe hij werd aangestoken. Laat hen aangestoken worden. Zij zullen gaan zorgen voor de rest er van. Zeker.

118 U hoeft niet te vertellen over... allerlei wat groot aandoende woorden te gebruiken waar u om te beginnen niets over weet en niets betekenen, nadat je ze hebt geleerd. Ziet u. Vertel ze gewoon: "Glorie aan God. De Heilige Geest raakte mij aan en ik ben een anders mens." Vertel ze hoe de kaars werd aangestoken. Wacht niet tot hij opgebrand is. De zaak gaat in die tijd roken. Teveel ervan vandaag. Vertel ze gewoon hoe hij werd aangestoken.

119 De blinde man aan wie Jezus zijn gezichtsvermogen gaf daarginds zei: "Er wordt zo'n drukte over gemaakt." U herinnert zich toen Hij voorbij kwam dat de discipelen zeiden: "Wie heeft gezondigd, hij of zijn moeder en vader?"

120 Jezus zei: "Geen van beiden, maar opdat de werken van God konden worden geopenbaard." En Hij gaf hem zijn gezichtsvrmogen.

121 Hier komen al de schriftgeleerden en Farizeeën aan. En zijn vader en moeder waren doodsbang omdat ze hadden gezegd: "Indien iemand er naar luistert, die Jezus van Nazareth, die profeet, geef uw lidmaatschapsbewijs van de krk maar. U wordt buitengesloten."

122 Ze hebben het geen jota veranderd - steeds hetzelfde ding. "Iedereen die naar hem luistert of naar zijn samenkomst gaat, u wordt gewoon meteen bij de kerk weggedaan om mee te beginnen." Ze wissen uw naam regelrecht uit het boek.

     Dus ze gingen heen en ze haalden zijn vader en moeder en ze zeiden: "Is dit uw zoon?"

     Zeiden: "Ja, dat is hij."

     Zeiden: "Wij weten dat dit onze zoon is en wij weten dat hij blind geboren werd."

     "Wel", zeiden ze, "hoe kreeg hij zijn gezichtsvermogen?"

     Zeiden: "Vraagt u het hem. Hij is meerderjarig."

     Zei: "Geef God de ere, deze man is een zondaar."

123 Waarom, hij kon niet theologisch met hun argumenteren. Zeker niet. Maar er is één ding wat hij wel wist! Hij was er van overtuigd dat hij kon zien. Zei: "Of Hij een zondaar is of niet, ik weet het niet. Ik weet niet van welke school Hij komt of niets daarover. Maar dit is één goed ding om over te argumenteren wat ik heb, waarin ik eens blind was ben ik nu overtuigd dat ik kan zien. Omdat Hij mij vertelde dat ik het kon en ik luisterde naar Hem." Halleluja!

124 Hetzelfde dng met mij. Ik was eens blind maar nu zie ik. Eens kon ik dit niet zien. Ik was een zondaar. Hij opende mijn ogen. Terwijl ik eens blind was, zie ik nu.

125 Hij had een goed punt om over te argumenteren. Dat had hij zeker. Zo zie je, dat ze hem niet door argumenteren van haar stuk konden brengen. Waarom? Hij was er van overtuigd dat hij kon zien. En hij was er van overtuigd, dat... Hij zei: "Er is een vreemd ding nu. U mensen, u mannen hier bent de religieuze leiders van het land en u zegt dat u niet weet vanwaar deze Man komt. En hier volvoert Hij een wonder aan mij wat nooit is gebeurd in de wereld. Dat is een vreemde zaak."

126 Broeder, ik geloof dat hij op dat punt een tamelijk goed theoloog is. Waarom? Hij was overtuigd. Hij had iets wat hem overtuigde. Hij was blind en kon zien.

127 David. Toen hij aan Sauls leger kwam. Goliath aan de andere kant. David was de kleinste man in de groep, Goliath was de grootste. Saul zou een meer gelijkwaardige tegenstander zijn geweest. Saul was ongeveer twee meter tien, vermoed ik of liever misschien twee meter veertig met hoofd en schouders boven elke man in zijn leger. En David was de kleinste man daar en hij was de enige ongeoefende man daar. Maar broeder, hij was overtuigd. Glorie. U zegt: "U gedraagt zich of dat u dronken bent." Dat ben ik.

128 Let op. Hij was niet getraind. Hij had geen speer, maar hij wist er niets over. En hij ws maar een kleine roodachtige jongen, maar hij was overtuigd. En hij was bezorgd over een leger wat zich het leger van de levende God noemde. En hij was er van overtuigd dat God, Die hem had geholpen met die slinger om een leeuw en een beer te doden zeker een onbesneden Filistijn uit de weg zu kunnen ruimen. Hij was er van overtuigd, dan wordt hij bezorgd over het leger.

129 Ongeacht hoe zeer hij heeft... Als u overtuigd bent, dan bent u bezorgd. Maar u moet eerst overtuigd zijn. Dus hij was overtuigd.

130 Ik herinner mij op een avond, een zeer hete avond, spookachtig overal, optrekkend ten oorlog, o al het waarschijnlijke was verreweg tegen Hem en Hij bad. Hij lag daar buiten onder een moerbeiboom. Het leger stond al gereed daar buiten om Hem te ontmoeten. Hij lag onder deze moerbeibomen en ging verder door eruit de andere kant op. Hij was overtuigd broeder, ongeacht wat er ook waarschijnlijk leek. Hij was er van overtuigd dat God voor Hem uittrok.

131 Mens, indien u hier vanavond kunt staan, ongeacht wat u mankeert, als u die ruisende wind van de Heilige Geest door u kunt voelen komen en zeggen: "Ik ben de Here, Die al uw ziekten geneest. Ik genees u nu." Indien u overtuigd kunt zijn, broeder, maakt het u niet uit wat het contact daar buiten is. U weet reeds dat het zal gaan gebeuren, zeker. Hij was overtuigd en toen was Hij bezorgd.

132 Simson, die voor de Filistijnen stond met slechts een kinnebak van een muildier in zijn hand, hij was niet... Hij was zelfs niet gewapend, maar hij was er van overtuigd dat de God, Die hem had doen opstaan, in staat was met die kinnebak van een muildier deze Filistijnen te doden en hij sloeg er één duizend.

133 De weggelopen profeet Mozes, toen Mozes er van overtuigd werd dat het God was in die struik. Weet u dat Mozes nooit enige ervaring met God had? Hij had een heleboel theologie, maar hij was weggelopen. Maar toen hij er van overtuigd was dat Dat God was in de struik, omdat de Stem sprak uit de bos, de schrift voor hem aanhaaalde en hij er van overtuigd was dat Dat God was. En God zei: "Ik zal met u zijn." Weet u, hij had al de zorg over de last in Egypte verloren. Hij was daarginds veertig jaar geweest en ze zwoegden voort. Maar toen hij er van overtuigd was dat dat Gods wil was om ze te bevrijden, werd hij bezorgd. Direkt.

134 De volgende dag, hier gaat hij, de weg af. Zou u zich kunnen voorstellen wat een gezicht, met Zippora zittend op een muildier, kleine Gersom op haar heup. De baard zo neerhangend, tachtig jaar oud, kaal hoofd, glimmend in de zon, een kromme stok in zijn hand, jubelend: "Halleluja", reizend naar Egypte om het over te nemen.

135 Ja, het mag maken, dat u zich vreemd gedraagt. Het zou hem zich misschien vreemd hebben laten gedragen, maar hij was overtuigd. Waarom? "Ik zal met je meegaan, Mozes. Ik zal deze stok gaan nemen, die in je hand is en Ik zal Mijn volk gaan bevrijden." Nu, een kleine oude kromme stok. Nee, niet erg veel, maar broeder, hij was overtuigd, omdat het Woord van God er mee was. U weet dat Gods Woord met u is en in u. U kunt overtuigd zijn.

137 De Hebreeën kinderen, zij waren er van overtuigd dat Hij in staat was Zijn Woord te houden. Ja, zolang als zij er op zouden staan. God vertelde hen niet voor afgoden te buigen. Dat is helemaal precies wat God bedoelde. En zij wisten dat indien ze zich niet neerbogen voor dat beeld, dat God in staat was Zijn Woord te houden. Ze waren er van overtuigd dat Hij het was. En toen... toen ze er van overtuigd waren over het standhouden bij Zijn Woord, was God er bezorgd over om hen bij te staan!

138 Als u er van overtuigd bent dat dit het Woord van God is, is God erbij betrokken om daarmee voor u te zorgen. Beproefde het op het veld in het buitenland en overal. Wanneer u er van overtuigd bent dat het juist is, maar u moet overtuigd zijn, dat zal God bezorgd zijn over u. Maar eerst moet u er van overtuigd zijn, dat Hij het is en dat Hij Zijn belofte houdt. Dan heeft God er mee te maken.

139 Martha was er van overtuigd dat als Jezus God vroeg, dat het zou gebeuren. Ze zei: "Het maakt mij niet uit, wat wie of de rest van hen ook denkt. Het kan mij zelfs niet schelen of mijn zuster Maria het niet gelooft. Ik geloof niet... maakt mij niet uit, wat de rabbi zegt. Maar Here, als U hier geweest zou zijn, zou mijn broeder niet zijn gestorven." En zij zei: "Zelfs nu ben ik er van overtuigd, dat als u God vraagt, dat God het aan u zal geven. Het zal gebeuren. Ik zal er regelrecht heengaan en de steen wegrollen. Ik ga het er voor klaar maken. Ik ben er van overtuigd." Zeker.

     Ik herinner mij mijn vader. Vroeger in Kentucky jaren geleden, de oogst verbrandde helemaal. En de oude rondtrekkende prediker kwam langs en dat is een erg fijne oude man. Wanneer hij op zijn knieën ging, bleef hij daar tot er iets gebeurde. Die dag waren zij het, die allemaal wilden bidden, dat de regen kwam. Pa zei: "Toen die oude man op zijn knieën ging", en hij zag die oude gerimpelde handen omhoog gaan in de lucht. Hij zei: "O God, ik heb u gediend. Deze mensen zijn de Uwe en hun oogst verschroeit." Pa zei dat hij de kerk uitglipte en hij ging daar naar buiten en nam het zadel van zijn muildier af en hij gooide het onder de kerk, omdat hij wist dat de regen komende was. Overtuigd! Jazeker. Toen was hij bezorgd over zijn zadel. Nadat u overtuigd bent...

140 Martha zei: "Als Gij hier zou zijn geweest, zou mijn broeder niet zijn gestorven. Maar zelfs nu, wat U God ook vraagt, God zal het aan U geven." Dat is waar. "Het zal gaan gebeuren, als Gij God zult vragen." Is dat niet wonderbaar?

141 Jaïrus met een stoffelijk overschot in zijn huis, zijn enig kind, twaalf jaar oud, een klein meisje. De boodschap kwam: "Val de Meester niet lastig, omdat ze reeds gestorven is." En Jezus zei... Het eerst, hij zei tot Jezus: "Mijn kleine meisje is nu zelfs dood. Maar ik ben overtuigd." Halleluja. "Kom, leg Uw handen op haar en ze zal in orde zijn." Overtuigd! Hij had van Jezus gehoord. Hij kende Zijn Woord. Hij was een verborgen gelofige, diep in zijn hart. Hij geloofde dat Dat de Zoon van God was. Hij was volledig overtuigd, dat het zo was.

142 Weet u, is dat niet vreemd: God dwong hem tot de beslissing. God weet hoe u te dwingen. Juist. Soms geeft Hij u ziekte en al het andere, alleen om u er toe te dwingen om kleur te bekennen, wat u bent. Dwong hem er toe. Jaïrus werd gedwongen om het te geloven. Dus toen toonde hij, wat hij was. Zei: "Indien Gij zult komen en Uw handen op mijn meisje legt, hoewel ze dood is, ze zal leven." O, daar houd ik van. Ik denk dat Martha hetzelfde zei. Jezus was er evenzo van overtuigd.

143 De romeinse soldaat, de hand van over honderd, hij was er van overtuigd, dat als hij Jezus er slechts toe kon bewegen het Woord te spreken. Luister naar die soldaat. Een Romein, een niet- Jood, een heiden, hij zei: "Ik ben een man met gezag. Ik zeg tot deze man, deze soldaat: "Jij gaat hierheen", en hij gaat. En ik zeg tegen deze: "Kom", en hij komt." Waarom? Hij stond boven hem. Wat getuigde hij? "Jezus, U staat boven alle ziekten. Gij staat boven alles. Indien ik U slechts het Woord kan horen spreken, zal mijn dienstknecht leven! Ik ben er volledig van overtuigd."

144 En dan na dat alles zijn wij nog steeds niet overtuigd, ziet u. Wat was het? Jezus zei dat dat groot geloof was. Hij vond dat niet in Israël. "Spreek slechts het Woord."

145 Hier is het, hier precies! "Wanneer gij bidt, geloof dat gij ontvangt, waarom gij vraagt en gij zult het ontvangen. Indien gij tot deze berg zegt: "Wordt opgenomen"; en niet twijfelt in uw hart, maar gelooft dat wat u zei, zal komen te geschieden, dan kunt u het hebben, wat u zei."

146 Belijd dat! Wat? "Door Zijn striemen ben ik genezen! Door Zijn genade ben ik gered! Door Zijn belofte zal ik gehoorzaam zijn en ik zal worden vervuld met de Heilige Geest. Daar bent u er. Als u er van overtuigd bent, dat Hij Zijn Woord houdt, maar eerst moet u overtuigd zijn.

147 De vrouw met de bloedvloeiing, zij was overtuigd. Het geeft niet wat de rabbi zei en wat de priester zei en wat haar man zei en wat ieder ander ook zei. Zij zei: "Dat is een heilig Man. Hij is de Zone Gods. En als ik de zoom van Zijn kleed kan aanraken, dat is alles wat ik heb te doen. Ik ben er van overtuigd dat ik gezond zal worden. Hoewel de dokter zegt: "Je kan niet gezond worden." Maar zij zei: "Ik kan gezond worden, indien ik slechts de zoom van Zijn kleed kan aanraken." Zij was overtuigd.

148 De vrouw bij de bron was er van overtuigd dat Hij de Messias was, toen zij dat schriftuurlijke teken had gezien, wat ze wist wat de Messias zou gaan zijn. Zoals ik deze morgen zei dat dat voorbestemde leven daar lag en zodra er één waterstroom daar werd uitgegoten, twee waterstromen liever gezegd, uitgegoten op dat Woord des Levens wat God had voorbestemd vanaf de grondlegging van de wereld. Ze zag het. Zo snel. Terwijl er daar predikers zijn, die het niet zagen. Priesters, die het niet zagen. Hogepriesters, die het niet zagen. Grote geestelijken zagen het niet; noemden het de duivel. En die arme kleine hoer daarginds, God had dat voorbestemd voor de grondlegging van de wereld. Als u daar ooit bent, was u het ook!

149 Nu, de Bijbel zei dat in de laatste dagen de antichrist zo religieus zou zijn en zo zeer als de werkelijke zaak, dat het de uitverkorenen zelf zou verleiden, ware het mogelijk. Maar het is het niet. Dat is waar. En allen... Hij zou allen verleiden op de aarde, wier namen niet geschreven waren in het boek des Levens des Lams sinds de laatste opwekking. Dat klinkt niet als de Bijbel, niet waar? Vanaf de grondlegging van de wereld! U zult ze niet gaan verleiden, omdat zij direkt in dat Woord liggen. Wanneer zij die dingen zien verschijnen... is Leven. Ze vatten het op ditzelfde moment.

150 Anderen zullen erom heen lopen en zeggen: "Ach, daar is niets mee aan de hand." Ziet u, ze zijn niet overtuigd. Er is daar niets om hen te overtuigen. Niets in hen om mee te geloven.

151 Moeder zei vroeger altijd: "Hoe kun je bloed uit een raap persen als er geen bloed in zit?" Dat is waar.

152 "Mijn schapen horen Mijn stem." Zij kennen het Woord. Wat is Zijn stem? Hier is het. "Deze geloofsbelijdenissen volgen ze niet, maar ze horen Mijn stem. Zij volgen het."

153 De vrouw bij de bron was volledig overtuigd. Toen was ze er over bezorgd, dat haar volk evenzo dat teken zou zien en het geloven. Nadat ze overtuigd was dat Dat de Messias was, omdat Hij haar vertelde wat haar moeilijkheid was, zei ze: "Heer, wij weten wanneer de Messias komt, dat Hij dat zal doen."

     Hij zei: "Ik ben het."

154 Zij wist dat een Man, Die dat kon doen, zeker de waarheid zou vertellen. O ja, een man, die God op die manier zou gebruiken, zou niet liegen! Dat is waar. Hij zal u de waarheid vertellen.

     Zei: "Ik ben het."

155 En zij was zo opgewonden toen dat licht doorbrak op dat Woord, dat ze de stad inrende. Ze was volledig overtuigd. Of zij het nu werd verondersteld te zijn of niet, zij rende de stad in en zij vertelde die rabbi's en priesters en al de mannen in de straat en de man van de markt en daar in elke kruidenierswinkel. En de straat op en af ging zij het getuigen: "Kom, zie een Man, Die mij de dingen vertelde die ik heb gedaan." "Neem uw Bijbel, kijk in de boekrollen. Is dat niet de waarheid dat Dat de Messias Zelf is?" Zij was overtuigd. Zij zal opstaan in het oordeel en duizenden mensen uit de Verenigde Staten en hier veroordelen. Zij zal het zeker.

156 Weet u, Jezus zei: "De koningin van het Zuiden zal opstaan in het oordeel, hen veroordelen, omdat zij kwam om een gave van wijsheid te horen wat Salomo had, een onderscheiding." En zei: "Een grotere dan Salomo is hier." Zeker. Maar nog wilden de mensen Hem niet geloven. Zeker.

157 Zij was er van overtuigd en zij wilde dat haar volk overtuigd was. Ziet u, nadat zij overtuigd was, toen kreeg ze bezorgdheid over haar volk. Zij wist dat Dat de Messias was. Zij wist: "Dat is wat de Bijbel zei dat er zou gebeuren, wanneer de Messias kwam."

     Zij zei: "Wij weten dat de Messias, Die genoemd wordt de Christus, wanneer Hij komt, zal Hij ons die dingen vertellen. Maar Gij moet een profeet zijn."

     Jezus zei: "Ik ben het."

158 Daar werd zij overtuigd, omdat zij wist dat de Schrift dat zo zei en hier was het. Zij was overtuigd en toen was ze bezorgd. Ze ging heen om het iemand anders te zeggen.

159 Nu, Jezus was overtuigd dat Hij zou opstaan op de derde dag. Hij was zo overtuigd dat Hij zei: "Vernietigt gij deze tempel en Ik zal hem ten derde dage wederom oprichten." Waarom?

160 David, in de Schriften onder de inspiratie, een profeet - David was een profeet, weet u - David onder inspiratie profeteerde en zei: "Ik zal zijn ziel in de hel niet verlaten, evenmin zal Ik toelaten, dat Mijn Heilige de verderving zie." En Hij wist dat eens binnen tweeënzeventig uren, voordat het lichaam tot ontbinding overging, Hij zou opstaan. Tweeënzeventig uren is drie dagen en nachten. Hij zei: "Vernietig het en Ik zal het weer opwekken." Volledig overtuigd! Dat is waar. En Hij zou het weer opwekken. Hij wist dat de Schriften niet kunnen falen. Halleluja.

161 Ik ben er van overtuigd dat Hij Dezelfde is gisteren, vandaag en voor immer. Ik ben er van overtuigd in de bediening en de boodschap die ik predik. Ik ben er van overtuigd dat het de waarheid is. Ik ben er van overtuigd dat deze visioenen van God komen. Ik ben er van overtuigd dat wij leven in de laatste dagen. Ik ben er van overtuigd dat deze zelfde Geest, Die nu op u is, de Heilige Geest is. Halleluja.

162 Ik ben er van overtuigd, volledig. Ik ben er van overtuigd dat de weg van de Heilige Geest juist is. Ik ben er van overtuigd dat de bijbelse wijze de waarheid is. Ik ben er van overtuigd dat dit Jezus Christus is hier nu. Ik ben er van overtuigd dat als we Hem in die ogenblik geloven, dan ben ik er van overtuigd dat Hij elke zieke persoon zal genezen in een ogenblik, in een oogwenk. Ik ben er van overtuigd, dat Hij de Heilige Geest hierop zal uitgieten tot er zo'n jubel zou zijn, dat het moeilijk te vertellen zou zijn, wat er zou plaatsvinden. Ik ben er van overtuigd.

163 Ik geloof het met heel mijn hart. Niet omdat ik een oude man ben. Ik predikte dit toen ik een jongen was van nog niet over de twintig jaar oud. Ik ben er van overtuigd geweest sinds die dat dat Hij mij ontmoette aan de rivier. Halleluja. Ik ben er van overtuigd dat Hij hier nu is. Ik ben er van overtuigd dat die Vuurkolom dezelfde Vuurkolom is, die bij Israël was in de woestijn, dezelfde Vuurkolom is bij de gemeente vandaag... Glorie.

164 Ik ben er van overtuigd dat het juist is. Ik heb er mijn leven voor gegeven. Ik heb mijn thuis en al het andere verlaten. Geef er alles voor. Ik ben er van overtuigd dat het de waarheid is.

165 Ik ben er van overtuigd dat Hij hier nu is. Ik ben er van overtuigd dat deze Geest, Die hier nu is, de Heilige Geest is. Ik ben er van overtuigd dat wij gedoopt worden in Zijn Geest op ditzelfde moment. Ik weet dat dat de waarheid is. Ben er vast van overtuigd dat Jezus Christus Dezelfde is vandaag en voor immer en gisteren. Ik ben er van overtuigd. Volkomen van overtuigd.

166 Die Engel ontmoette mij daarboven en vertelde mij wat Hij deed. Ik stond voor heidenen bij duizenden en tienduizenden. U zegt: "Bent u niet bang?" Oh nee. Ik ben er van overtuigd dat dat van God kwam. Ik ben er van overtuigd, omdat het Schriftuurlijk was. Ik ben er van overtuigd dat het de Engel van Here is. Ik geloof het met alles wat in mijn hart is. Ik ben er van overtuigd dat als we God om iets zouden vragen, dat Hij het ons zou geven. Hij is gewoon hier. Wees niet bevreesd. Hij is hier.

167 Ik ben er van overtuigd dat diezelfde Geest, Die u voelt, de Heilige Geest, Die in ons vaardig is, ik ben er van overtuigd dat Dat Christus is. Amen.

168 Ik ben er van overtuigd dat op ditzelfde moment, dat Dit waar ik naar kijk, deze lichtkrans voor mij, ik ben er van overtuigd, dat Dat de Heilige Geest is. Ik ben er van overtuigd dat dat visioen voor mijn ogen is. Ik weet dat het Het is. Amen! Ik daag elke duivel uit, die in de wereld is in dit uur. Hij is God. Christus is niet alleen een Profeet, Hij is God. Niets er aan ontbrekend.

     Laten wij onze hoofden even een moment buigen. Ik kan gewoon niet meer prediken. Zo'n zalving. [Leeg gedeelte op de band.]

169 Gezegend zij de Naam des Heren. Volledig overtuigd dat Hij Jezus Christus is, Dezelfde gisteren, heden en voor immer.

170 Hemelse Vader, ik ben er van overtuigd dat Gij het zijt. Ik bid, God, dat als ik dit podium verlaat vanavond, dat U iets speciaals zult doen. Bewijs aan de mensen nogmaals, dat Gij het zijt. Ik draag dit gehoor aan U op, Here. Wij zijn in Uw handen. Doe met ons naar Uw welbehagen. In Jezus' Naam. Amen.

171 Er is iets gebeurd. Ik ben er van overtuigd dat God hier is.

172 Gaf hij gebedskaarten uit? Enige gebedskaarten? Nee. Wij hebben ze niet nodig. Ik ben overtuigd dat Hij hier is. Gelooft u het? Als u volledig er van overtuigd bent, zeg: "Jezus, ik raak U aan met het gevoelen van mijn zwakheden. Ik geloof dat broeder Branham de waarheid heeft verteld. Hij is slechts een mens, Gij zijt God. Maar ik geloof dat hij de waarheid heeft verteld, omdat het het Woord is. Laat het gebeuren Here. Laat hem tot mij spreken en het mij vertellen. Maak mij overtuigd."

173 Hier is het reeds in de samenkomst. Die dame, die daar zit, zij bidt voor een zenuwkwaal. Haar kleine meisje bij haar, achterlijk. Het gaan geloven? Zieke moeder thuis. Heb geloof, twijfel niet. U kunt hebben waarom u vraagt.

174 Ik ben er van overtuigd dat dezelfde Engel die neerkwam in de vorm van een man en tot Abraham sprak met zijn rug naar de tent gekeerd, Dezelfde is hier vanavond. Hij beloofde dat het zou zijn. Ik geloof dat diezelfde Engel ons zalft, omdat dat God was. Gelooft u het?

175 Goed, Sara. Hier binnen ergens spreekt u tot God. Ik ben overtuigd, zuster. Ik ben overtuigd, broeder. Ik weet dat het de waarheid is. Dat is het zeker.

176 Er is een dame, die achter mij zit, zij heeft een hartkwaal. Zij zit precies achter mij. Ik ken haar niet. Zij staat voor mij. Het is een vrouw van middelbare leeftijd. Ze komt hier niet vandaan. Ze komt uit Virginia. Mevrouw Stocks, Jezus Christus maakt u gezond. Zij zit hier precies binnen. Dit is zij, hierzo. Geloof? Gelooft u? Indien gij kunt geloven, alle dingen zijn mogelijk.

177 Wat denkt u er over, dame? Zij u en ik vreemden voor elkaar? Gelooft u dat ik Zijn profeet ben? Doet u dat? U hebt een ziekte in het hoofd. Zo is het. Uw naam is mevrouw Moore. Als dat juist is, steek uw hand op. Ga naar huis en wees genezen.

178 Gelooft u? Nu, er verscheen iemand voor mij hier, hier is het. Iemand. Het is een vrouw. Zij heeft kanker aan de borst. Mevrouw Rhodes, geloof in de Here Jezus Christus. Ik ken de vrouw niet. God kent haar. Indien gij kunt geloven, zijn alle dingen mogelijk. Dat is waar.

179 Een man zit ginds te bidden uit Tulsa. Meneer Harwood, geloof u in de Here Jezus Christus. Ga heen, wordt genezen. Heb geloof. Ik ken de man niet. Ik zag hem nooit in mijn leven. Wij zijn vreemden, maar dat is waar. Waarom? Hij raakte Iets aan!

     Ben u overtuigd? Bent u er van overtuigd, dat God Zijn Woord houdt?

180 Als u overtuigd bent... Hoevelen van u hebben een nood? Nu zeker, zoals de vrouw dacht bij de bron... vraag deze mensen, ga met ze praten, waar ze... Ik zie er nog één. Ja, nog één. Luister. Kijk of dit waar is of niet.

181 Nu, er cirkelt door het gebouw... Het hele gebouw is gezalfd, de hele plaats. Ik ben er van overtuigd dat de tegenwoordigheid van Jezus Christus elke persoon hier zal genezen. Hebt u dezelfde overtuiging? Bent u er van overtuigd dat ik u de waarheid vertel? Dat God betuigt dat ik u de waarheid vertel? Dan beveel ik dat u gaat staan en uw genezing aanvaardt in de Naam van Jezus Christus. Als u overtuigd bent, hef uw handen omhoog tot Hem en prijs Hem.

182 Hemelse Vader, moge de Heilige Geest dit gebouw vervullen tot ze er van overtuigd zijn, dat Satan verslagen is in Jezus Christus' Naam.

     Satan kom uit van deze plaats. Wij zijn er van overtuigd dat dit Jezus Christus... is en het zal gescheiden. God zegene u nu.