Hoofdmenu  
Home English (United States)
Download  
audioE-BookPrint
AudioAudio
mp3 Download mp3mp3 is een populaire audioformaat dat op vrijwel alle mediaspelers te beluisteren is. meer info...
m4b Download m4bM4B is een Audiobook formaat voor Apple apparatuur (iPod, iPhone etc...) Uw plek wordt bewaard e.d. meer info...
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...

Waarom ik tegen georganiseerde godsdienst ben

Door William Marrion Branham

1 Dank u broeder Neville. U kunt gaan zitten. Ten eerste heb ik het zo druk gehad vandaag dat ik enige ziekenoproepen gemist heb. Er waren enige mensen met persoonlijke gevallen om voor te bidden, die ik verondersteld werd te ontmoeten. Maar nu enige van de... een van de partijen, ik geloof uit Canada, uit twee of drie verschillende plaatsen. Nu, ze komen hier, weet u, en verblijven gedurig al de tijd in hotels en motels. En ik ga hen opzoeken, hen bezoeken en bidden voor hen die uit heel de wereld vandaan komen, uit Azië, Europa en overal. Dag aan dag komen er mensen binnen, als wij hier zijn. Er staan er meer dan zeshonderd op de lijst, wachtend op een persoonlijk onderhoud, en dus maakt dat het nogal zwaar. Maar de mensen die echt ziek zijn, spoedgevallen waarvoor gebeden moet worden, wel, die probeer ik op te zoeken.

2 Wel, sinds ik daar binnen ben geweest met de raad van beheerders, bij een kleine hoorzitting met mijn raad van beheerders hier in de gemeente, waarmee wij een paar ogenblikken geleden moesten samenkomen... Door die tijd kwam ik ongeveer anderhalf uur achter op mijn schema omdat er enkele mensen verondersteld werden hier te zijn op die tijd om voor gebeden te worden. Als zij hier zijn, zou ik graag op deze tijd voor hen bidden. Dus, als zij het willen, die mensen die verondersteld werden om voor gebeden te worden, wel, als ze gewoon nu willen komen, terwijl de pianist, wie het ook is, wil komen en ons een akkoord wil geven van De Grote Heelmeester Is Nu Nabij, De Medegevoelende Jezus. Nu, zij waarvoor gebeden moet worden, als zij willen, hoevelen het er waren, weet ik niet. En u bent de broeders, veronderstel ik. Broeders, ik heb veel geleden in mijn eigen lichaam. Jezus droeg het lijden in Zijn Lichaam, zodat Hij het juiste soort Middelaar zou zijn, omdat Hij, God zijnde, vlees werd gemaakt, zodat Hij lijden kon. Hij kon de pijnen van zwakheid voelen. Daarom kwam Hij om een verzoening aan te brengen. En Hij droeg Zijn Gemeente op, Zijn werk voort te zetten.

3 En ik heb hoogachting voor het medisch beroep, chirurgie enzovoort, die met de talenten die God hun gegeven heeft, zekere dingen doen aan het lichaam, opereren en tanden verwijderen die slecht zijn, enzovoort. Ik stel dat op prijs. Maar er komt een tijd dat het boven hun kennis uitgaat, dan weten zij niet wat ze moeten doen. Zie? En ik geloof dat wij dan een volmaakt recht hebben, zoals wij zouden doen in het natuurlijke, om naar onze huisdokter te gaan, misschien een plattelandsdokter, de een of andere goede, oude dokter, die een lantaarn pakt en in de nacht door het veld loopt om u te vinden, om u te behandelen. En als hij de kennis mist, zal hij naar iemand gaan die net een kleine beetje hoger is dan hij. Hij zal u naar een specialist zenden. En nu, als de specialist het niet weet, ben ik blij dat we nog een hulpbron hebben, de grote Heelmeester.

4 En Hij faalt niet, Deze faalt niet, omdat Hij de Schepper Zelf is. En Hij heeft een weg voor ons gemaakt. Nu, als er enige genezende kracht in mijzelf was, zou ik daarheen komen en het doen. Maar wat genezende kracht betreft, ik heb er geen, geen ander mens heeft genezende kracht, maar ons is opgedragen, zie, door Christus, om voor de zieken te bidden, Die de genezende kracht al als bankrekening gegeven heeft. Zie? En wij komen alleen, als het ware, een cheque daarop uitschrijven. "En wat gij ook de Vader vraagt in Mijn Naam," dat is de blanco cheque, "wat gij ook de Vader vraagt in Mijn Naam, dat zal Ik doen." Wat een belofte! Hij kan gewoon niet falen. En ik heb mijn broeders en zusters (over de hele wereld) geholpen om deze bankrekening te maken... of deze geldopnamen van Gods Bank te innen, op het Bloed van Jezus Christus. En het is erg succesvol geweest. Hij betaalde altijd uit en omdat de bankrekening er al is, ziet u. "Hij werd verwond voor onze overtredingen, door Zijn striemen werden wij genezen." Zie, het is allemaal voorbij. En we zijn vanavond gelukkig voor uw geloof.

5 Ik geloof dat Billy mij vertelde dat één broeder helemaal uit Canada of daar ergens vandaan komt. En klopt dat? Bent u de broeder uit Canada? En waar bent u vandaan, broeder? Kendallville, Indiana, van Fort Wayne. Ik trouwde in Fort Wayne. Ik herinner het mij goed. Ik had daar veel samenkomsten in de Redigar Tabernakel. Ik neem aan dat u weet waar deze zich bevindt. En ik herinner mij, dat ik als een kleine jongen aan de voeten van Paul Rader zat, in de Redigar Tabernakel, gewoon als een jonge leerling prediker. Hij was een groot man, broeder Paul, en ook broeder Redigar, een man van geloof. Hun ziel rust vanavond. En nu, daar ik een knaap was, probeer ik voort te zetten wat zij achterlieten, wat Jezus achterliet voor Zijn Gemeente, de hele weg langs.

6 Nu, met al het geloof dat ik heb, kom ik voor u bidden. Ik kom niet maar op goed geluk. Wij willen het nooit op die wijze benaderen. Nee, dat is niet juist. Wij komen, gelovend dat wij zullen ontvangen waarom wij gevraagd hebben, zie, wetend dat God het beloofd heeft. En wij komen met de zekerheid in ons hart dat God de belofte deed, en u, broeders, hebt geprobeerd uw geloof op het altaar te plaatsen, hebt alles gedaan wat u kunt, ik kom vanavond het mijne bij u leggen. Zie?

7 En nu, wij hebben een groot altaar, dat zich uitstrekt over de hemelen, en op dat altaar ligt ons Offer, de Zoon van God. Zie? Het is dat bloedende Offer, God kan dat niet voorbij zien zonder Het te respecteren, zie, want Dat is Zijn Woord. "Dit is Mijn geliefde Zoon, hoort Hem."

8 Ik zal broeder Neville, onze oudste, vragen of hij nu met mij naar voren wil komen, als wij gaan. Ik wil dat de hele gemeente... Wat als dit uw broer, uw man, uw zoon, uw vader was? Het is die van iemand, bedenk dat. Laten wij met al de oprechtheid die wij hebben, nu God naderen voor deze broeders. Laten wij onze hoofden buigen.

9 Genadige Hemelse Vader, wij brengen nu in Uw Tegenwoordigheid, door het altaar van genade, ofschoon wij bij een kleine houten bank staan, als het ware, hier op aarde, maar ons geloof is opgeheven tot het grote brandende altaar ginds, waar Jezus is (de welriekende geur voor God, het Bloedoffer van Golgotha), Die triomfeerde over elke ziekte, elke kwaal, dood, hel en het graf, en weer opstond en opvoer ten Hemel, om te zitten aan de rechterhand van Zijn Majesteit. En wij komen door geloof, onszelf daar opheffend in de genade van God, om over dit altaar, tot de grote Schepper van Hemelen en aarde te zeggen: "Ontvang ons, Here, daar wij naderen in de Naam van de Here Jezus."

10 Hier zijn onze broeders, en een van hen van boven Fort Wayne, hier in de Verenigde Staten, en de ander helemaal uit Canada, die voor dit allerplechtigste ogenblik komen. Het is tussen dood en leven, Here. Hier zijn twee mannen, nog jong, er is nog veel dienst voor U in hen over gebleven, Here, twee soldaten, Christenen die U geloven. En de vijand heeft een pijl geschoten, en die vergiftige pijl heeft ergens hun lichaam getroffen, en zij zijn teruggekomen om zich terug te trekken in het ziekenhuis van Gods genade, voor verzoening, genezing, zodat zij weer naar het front kunnen gaan met het schild omhoog, ten strijde trekkend. Zij zijn gekomen om zich met ons bij de gebedsstrijdkrachten te voegen, Here. En wij gaan de vijand tegemoet.

11 In de Naam van Jezus Christus, laat hen los. Wij bezweren u in de Naam van Jezus Christus, laat hen gaan.

12 Zij zijn krijgslieden. En, als Uw dienstknecht, ga ik nu voorwaarts om handen op hen te leggen, met geloof, vertrouwend dat deze tekenen hen zullen volgen die geloven, zei onze Here, onze grote Hoofdaanvoerder in de strijd. "Als zij hun handen op de zieken leggen, zullen zij genezen."

13 Dit doe ik in de Naam van Jezus Christus. Moge de macht van ziekte, die het lichaam van onze broeder bindt, hem loslaten in de Naam van Jezus Christus. De macht van ziekte die het lichaam van deze broeder bindt, laat hem los, in de Naam van Jezus Christus. Moge het zijn...?...

14 Almachtige God, Schepper van Hemelen en aarde, Auteur van Eeuwig Leven, en Gever van elke goede gave, breng Uw zegeningen op dezen die wij hebben gezegend. En er staat geschreven in de Schriften, dat "Als u zegt tot deze berg: 'Wordt opgeheven' en niet twijfelt in uw hart, maar gelooft dat wat u gezegd hebt zal komen te geschieden, kunt u hebben wat u gezegd hebt." Ik geloof dat hun ziekte uit hun lichaam is gegaan. Nu, het is geweest...?... Nu, laat het gedaan zijn. Amen.

15 In de Naam van de Here Jezus geloof ik dat u vrij bent. In de Naam van Jezus Christus geloof ik dat u vrij bent. Amen. Gelooft de gemeente het eveneens? Laat het dan gedaan zijn.

16 Nu, als er anderen hier binnen zouden zijn, die eveneens in gebed gedacht zouden willen worden, zou u dan uw hand op willen steken? Goed, laten wij Hem nu naderen terwijl u daar handen op elkaar legt. "Deze tekenen zullen hen volgen die geloven."

17 Allerheiligste God, door geloof zien wij Jezus, wij geloven dat Hij hier aanwezig staat. Hij waakt over Zijn Woord. En Hij zei: "Waar twee of meer vergaderd zijn in Mijn Naam, ben Ik in hun midden." Nu, Hemelse Vader, laat de kracht van de Almachtige God deze mensen aanraken, Here, daar zij hun handen hebben samengevoegd, door ze op elkaar te leggen. De laatste opdracht die U zei tot de gemeente was: "Deze tekenen zullen hen volgen die geloven. Als zij hun handen op de zieken leggen, zullen zij... zullen zij genezen." U beloofde het en wij geloven het. Dus nu is het gedaan en wij prijzen U ervoor, in de Naam van Jezus Christus. Amen.

18 En in de Naam van Jezus Christus moge de kracht van God deze zakdoeken zalven voor de zieken en behoeftigen. En als zij worden teruggezonden en op de zieken gelegd, moge het komen te geschieden dat zij genezen worden. Wij lezen in de Bijbel dat zij van Paulus zakdoeken, schorten namen; onreine geesten verlieten de mensen en ziekten werden genezen. En Vader, wij weten dat wij geen Paulus zijn, maar wij weten dat U nog altijd Jezus bent. En wij bidden dat U dit verzoek voor Uw heerlijkheid wilt toestaan. Amen.

19 Ik weet niet of de banden nog aan staan of niet. Staan zij aan? Zo niet, dan zou ik ze graag aan hebben op deze tijd. Ik geloof dat de schakelaar omhoog staat. Nu, ik hoop dat ik u vanavond niet vermoei. Ik begin ongeveer een half uur of vijfendertig minuten vroeger. En nu, het is een zondagschoolles, en ik heb gedacht dat het misschien goed zou zijn als ik op de band zou laten opnemen wat op mijn hart is. En wij zijn bezig een nieuwe fase in te gaan, een nieuwe tabernakel, helemaal nieuw.

20 En nu zou ik enkele Schriftgedeelten willen lezen. Als u mensen met mij mee zou willen lezen, wil ik lezen vanaf 1 Samuël, het 8e hoofdstuk, en wij willen beginnen met het 4e tot en met het 10e vers, en dan, om tijd te sparen, vers 19 en 20. En ik heb verscheidene blaadjes met Schriftplaatsen en verwijzingen hier opgeschreven, zodat als u mensen pen en potlood of zoiets, papier hebt, waarnaar u zou willen verwijzen of nagaan, dan kunt u ze hebben, of, de heer Maguire zal de band hebben.

21 En ik wil dat deze band opgedragen wordt aan de predikers, mijn broeders, predikers die mij verkeerd begrepen hebben, speciaal de broeders van de denominationele kerken. En bijna allen zijn denominationelen.

22 En mijn onderwerp vanavond is: Waarom ik tegen georganiseerde godsdienst ben. En ik ga nu voor een achtergrond lezen, of een Schriftlezing, om het zeker Schriftuurlijk te maken, wil ik lezen vanaf 1 Samuël 8:4-10 en dan 19-20. Voor mijn zichtbaar gehoor vertrouw ik dat u, als u naar huis gaat, deze Schriftgedeelten op zult schrijven en nauwkeurig lezen. En voor de broeders die naar de band luisteren, vertrouw ik dat u ook de band niet zult stoppen als er iets gezegd wordt waarmee u het misschien niet eens bent, maar God erin zult zoeken om te zien of het Schriftuurlijk is. Ik geloof dat wij het aan onszelf en aan de Boodschap van de dag verplicht zijn.

23 Ik geloof dat alle kerken Christenen in zich hebben, en ik spreek zeker niet tégen Christenen. Maar de reden dat ik deed wat ik gedaan heb en zei wat ik gezegd heb, is vanwege de inspiratie van de Heilige Geest op het Woord.

24 Laten wij nu lezen in 1 Samuël, het 8e hoofdstuk, te beginnen bij het 4e vers en lezen tot en met het 10e vers:

     Toen vergaderden zich al de oudsten van Israël, en zij kwamen tot Samuël te Rama; en zij zeiden tot hem:

     Zie, gij zijt oud geworden, en uw zonen wandelen niet in uw wegen; zo zet nu een koning over ons, om ons te richten, gelijk al de volken hebben.

     Maar dit woord was kwaad in de ogen van Samuël, toen zij zeiden: Geef ons een koning om ons te richten. En Samuël bad tot de HEERE.

     En de HEERE zei tot Samuël: Hoor naar de stem van het volk in alles wat zij tot u zeggen zullen; want zij hebben u niet verworpen, maar zij hebben Mij verworpen, dat Ik geen Koning over hen zal zijn.

     Naar de werken die zij gedaan hebben, van die dag af, toen Ik hen uit Egypte geleid heb, tot op deze dag toe, en hebben Mij verlaten en andere goden gediend; alzo doen zij u ook.

     Hoor dan nu naar hun stem; doch als gij hen op het hoogste zult betuigd hebben, zo zult gij hun te kennen geven de wijze des konings, die over hen regeren zal.

     Samuël nu zei al deze woorden des HEEREN het volk aan, hetwelk een koning van hem begeerde.

25 Nu het 19e vers en het 20e vers voor de conclusie.

     Doch het volk weigerde Samuël's stem te horen en zij zeiden: Neen, maar er zal een koning over ons zijn.

     En wij zullen ook zijn gelijk al de volken; en onze koning zal ons richten en hij zal voor onze aangezichten uitgaan, en hij zal onze krijgen voeren.

26 De Here voege Zijn zegening toe aan het lezen van Zijn Woord. Nu, als een zondagschoolklas, zou ik graag willen zeggen dat wij willen proberen zo aandachtig mogelijk te zijn voor het Woord.

27 En wij weten dat er soms dingen gezegd worden (en zekere kerken) waaraan iemand zich stoot, die tegengesteld is onderwezen aan wat zij horen. Een man vertelde mij bijvoorbeeld onlangs, hij is een vriend van mij en zit hier nu, hij zei: "Ik had zoveel geloof in u, broeder Branham en ik vertrouwde u, maar toen u zei, dat er 'geen eeuwige hel' was, zou ik graag uit mijn stoel zijn gekomen. En ik zei: 'Zeker is de man verkeerd'." En toen zei hij: "U liet ons een aardig poosje staan. En toen zei u: 'Er is slechts één vorm van Eeuwig Leven en dat komt van God.'" En dat zoeken wij allen, ziet u.

28 En er is geen Schriftplaats die zegt dat er een eeuwige hel is. Want Eeuwig begon nooit noch eindigt het. Zo zegt de Bijbel dat: 'de hel werd geschapen voor de duivel en zijn engelen', dus is hij niet Eeuwig. Er was een tijd toen hij er niet was en er zal een tijd zijn dat hij er niet meer is. Maar men kon daarin gepijnigd worden door vuur en zwavel, en de putten van vuur gedurende eeuwen van tijd, maar hij zal tenslotte eindigen, omdat de hel niet Eeuwig is. En als er een eeuwige hel was, zou u Eeuwig Leven moeten hebben om in een eeuwige hel te leven. En als hij eeuwig was, was hij er altijd al, en was u altijd in de hel en zult u altijd in de hel zijn. Zie, dus is er zoiets niet.

29 Zo ziet u, dat Eeuwig iets is dat nooit een begin of een einde had. En er is maar één vorm van Eeuwig Leven, en dat is in God, het komt van het Griekse woord Zoe, dat betekent 'Gods Eigen Leven'. En als wij wederomgeboren zijn door de Heilige Geest van God, worden wij Eeuwig met God, omdat wij een deel hebben van Zijn Leven, hetwelk ons zonen en dochters van God maakt, dan hebben wij Eeuwig Leven. En het Leven dat in ons is, God zal het lichaam opwekken met het Leven op de laatste dag, maar het is de Geest van God die in ons is, die opwekt, want het is de Geest van Christus, die in Christus was, die onze lichamen levend maakt en ons ook opwekt, met Hem, om in Heerlijkheid te zitten en te regeren met Hem.

30 Nu, wat het onderwerp betreft, ik heb het al deze jaren behandeld sinds deze Tabernakel staat. Ofschoon ik geordineerd werd in een Zendings Baptisten Gemeente, door Dr. Roy E. David, ongeveer drieëndertig jaar geleden, hier in Jeffersonville. Nu, sindsdien was ik slechts een korte tijd, een paar maanden, in de denominatie, totdat er iets in de gemeente opkwam wat onschriftuurlijk was, en ik vertelde hem dat ik op die wijze niet door kon gaan. En dus werd mij natuurlijk gevraagd om "het te doen of anders..." en ik nam het 'anders'. Dus dat was één ding dat ik geloof, dat dit Gods Woord is. En ik zei tegen de man die een meester leraar was: "Als u mij dat in Gods Woord zult tonen!"

     "Maar het was zo," zei hij, "dat is onze leer".

     Ik zei: "Maar ik wil het uit het Woord, zie, Gods Woord."

31 En niet omdat ik niet tot een organisatie behoor, dat ik tegen de organisatie ben, want ik ben mijn broeders dankbaar tot wie ik vandaag spreek, van wie ik uitnodigingen heb, ik geloof, vrijwel uit elke denominatie, speciaal in de Volle Evangelie gelederen en zelfs in vele van de andere gemeenten. Ik ben gevraagd om in hun gemeenschap te komen en mij bij hen aan te sluiten, maar ik ben onafhankelijk gebleven. Omdat ik de invloed die ik heb niet wens te plaatsen op één groep mensen. Ik wens dat wat God mij gegeven heeft, het gebed voor de zieken, zo te plaatsen dat het tot nut is voor al Gods kinderen in elke organisatie. Hij heeft mij nooit gevraagd om niet te bidden voor die of voor deze omdat zij behoren tot Zus-en-zo, God oordeelt het hart van de mens.

32 En nu, om daarmee te beginnen, de reden waarom ik niet tot hen behoord heb en er tegen gesproken heb, is ten eerste, omdat ik niet geloof dat organisatie van het Christendom Schriftuurlijk is. Ik geloof dat het onschriftuurlijk is. En dat is wat ik u vanavond, door de genade van God, wil proberen te bewijzen, dat het onschriftuurlijk en niet rechtzinnig is om enige organisatie te hebben.

33 Nu, in de eerste plaats, wij noemen het religie, het woord religie is een 'bedekking', het betekent iets bedekken. Nu, Adam, had een religie, maar hij maakte hem bepaald zelf, uit vijgebladeren, en het werkte niet. Hij maakte zijn eigen theorie en probeerde een weg ter ontkoming te maken, om verlossing te vinden, in iets wat hij zelf gedaan had, en God verwierp het, vanaf Adam tot de orde van de laatste organisatie. Nooit is het zo geweest, en door Gods genade zullen wij het vandaag bewijzen door de Bijbel. Religie was een bedekking. Adam maakte zichzelf een bedekking uit vijgebladeren, maakte het zelf om te proberen zelf iets te doen.

34 Maar God vereiste dood, een verzoening. Nu, er is nogal een groot verschil tussen religie en verlossing, zie, verlossing. Religie is een bedekking. Zie? Verlossing is een geboorte, een gave van God. Verlossing is een geboorte, een gave van God, en kan niet verkregen worden door een mens of een groep van mensen. Het is de enkeling tot wie God deze gave brengt. En deze gaven van Eeuwig Leven werden geordineerd van God aan elk individu voordat we zelfs een wereld hadden, overeenkomstig de Schriften. De Bijbel zegt in Openbaring dat de antichrist die op de aarde zou komen, allen zal verleiden die op de aarde wonen, wier namen niet waren geschreven in het Boek des Levens des Lams vóór de grondlegging der wereld. Zie? God zag door Zijn voorkennis wie zou komen en wie niet zou komen. Christus kwam neer om een weg te banen voor hen die zouden komen. Zie, kennende de anderen.

35 Als Hij ten enenmale God is, moet Hij oneindig zijn. En als Hij oneindig is, kan Hij niet oneindig zijn zonder almachtig te zijn. Hij kan niet almachtig zijn zonder alomtegenwoordig te zijn. Hij kan niet alomtegenwoordig zijn zonder alwetend te zijn. Dus ziet u, dat alles maakt Hem God.

36 Dus wist Hij het einde vanaf het begin. Hij wist wie wel en wie niet zou komen, en Hij wist dat er velen waren die zouden komen, dus zond Hij Christus om een verzoening te maken voor hen die zouden komen. Nu, niets wat wij doen, kan er iets mee te maken hebben. Jezus zei: "Al wat de Vader Mij gegeven heeft (verleden tijd) zal tot Mij komen. En niemand kan komen tenzij Mijn Vader hem trekke." Zie? Nu, zie, het is alles in Gods kennis.

37 U zegt: "Broeder Branham, ben ik erbij?" Ik weet het niet. Ik hoop dat ìk er bij ben. Wij werken onze eigen zaligheid uit met vreze en beven. Nu, de Gemeente is voorbestemd om God te ontmoeten zonder vlek of rimpel. Nu, als wij in die Gemeente zijn, zijn wij voorbestemd met die Gemeente. Onderzoek nu uzelf door het Woord, dan kunt u nagaan hoe ver we gevorderd zijn.

38 Nu, nu, georganiseerd Christendom kan nooit die verzekering geven. Nee. Sommigen van hen zeiden: "Je komt hierheen en belijdt dat Jezus de Christus is en wordt gedoopt in de gemeente." De Duivel doet hetzelfde. Hij gelooft zelf dat Jezus de Christus is en siddert. Zie, dat is juist.

39 Nergens in de Schrift beval God dat er ooit enige organisatie zou zijn. Er is daarvoor in de Bijbel geen plaats. Adam begon er een en het mislukte.

40 En toen probeerde Nimrod een organisatie te maken. Als u een historicus bent en u kent de geschiedenis van Babylon en leest Hislop's Two Babylons zult u heel wat licht vinden. Nimrod, deze man der zonde, nam Babylon en al haar kleine zusterkerken of plaatsen rondom, hetwelk een type was van deze afval van het Christendom van de laatste dagen, en maakte één grote plaats en heel de rest van hen betaalde er belasting aan. En daarin bouwde hij een toren en probeerde de mensen tezamen te organiseren, maar het mislukte. Het faalde. Dat faalde.

41 Korach, in Numeri 16:1, als u het zou willen lezen, probeerde hetzelfde. Hij bracht al de Levieten tezamen en hij had de... enigen van de beroemdheden, de hoge mannen, grote mannen, heilige mannen, en hij en Dathan kwamen tezamen en zeiden: "Het is niet juist dat één man probeert boven ons allen te staan." En dus probeerden zij tezamen een organisatie te beginnen, en zij verschenen voor Mozes en Aäron, die God voor het werk had verkozen en vertelden hun dat zij teveel op zichzelf namen, dat de hele vergadering heilig was en dat zij een recht hadden om... "In de menigte der raadslieden is veiligheid", natuurlijk, zeggen zij. Dat heeft geen betrekking op het Christendom. Dat is in de oorlog. Let op, een heel groot verschil.

42 U kunt een Schriftplaats nemen en zeggen: "Judas ging heen en verhing zichzelf" en "gaat gij heen en doe desgelijks" als u dat wilt, maar dat maakt het niet juist.

43 God had Mozes verkozen en God had Aäron verkozen, en het was de boodschap van die dag. En het maakt niet uit hoe goed de andere kant eruit zag, het was tegengesteld aan Gods denken. En wij moeten Gods denken, ons denken laten zijn. "Laat de gezindheid die in Christus was, in u zijn." En deze Bijbel openbaart de gedachten van Christus. En het hele Boek Openbaring, genaamd de Apocalypse, is de Openbaring van Jezus Christus. En wij kunnen zien hoe Hij de zaak veroordeelt, hoe Hij het naar één kant brengt, en wij zullen er na een poosje toe komen. Goed.

44 Ik geloof dat Korach oprecht was in zijn handeling. Ik geloof dat de man niet expres verkeerd wilde doen. Ik geloof dat het de onwetendheid van de man was, die niet zag dat de hand van God bewoog en de Schriften niet kende, en dat is de reden dat hij het slechts tot redenering bracht.

45 En dat is gewoon ongeveer negentig procent van de moeite vandaag, dat wij proberen ons eigen denken in het programma van God te injecteren. En wij worden helemaal niet verondersteld te denken. Hij denkt voor ons. Wij worden verondersteld ons denken aan Zijn wil over te geven. Begrijpt u het nu?

46 Korach ging met goede bedoelingen rond met een valse leer, vertellend aan deze broeders en hun tonend door redenering, dat God niet alleen Mozes, de profeet, de boodschapper, niet alleen hem gezegend had, maar "de hele samenkomst was heilig", zei hij, "en nu heeft de hele vergadering een recht om dit te doen, en de hele vergadering heeft een recht om dat te doen." En zij hadden goede mannen, Levieten. Nu, dat is Gods keuze, die vandaag 'de predikers' genoemd zouden worden. Een Leviet was de dienaar van de tempel. Riep Mozes hen niet daarvoor? En hier, hij ging er nooit oneerbiedig op in. Hij vertelde hun wierookvaten te nemen en heilig vuur erin te doen, en de wierook erop te doen en deze heilige wierook te wuiven, hetwelk het bevel van God was. En zij kwamen bijeen om een groep mannen te maken om de gemeente te leiden, waar God bevolen had, dat één man het zou doen.

47 En toen zij dat deden, viel Mozes op zijn aangezicht, want hij wist dat God hem opgedragen had dat werk te doen. En God zei: "Laat hen die wierookvaten hier brengen vóór de tabernakel." En toen zij hun wierookvaten vol met vuur begonnen te wuiven en de wierook omhoog ging, zei God tegen Mozes en Aäron: "Scheidt uzelf af van hen! Komt uit van onder hen!" Want, later noemde Hij hen zondaars, ongelovigen.

48 En zonde is ongeloof in het Woord van God. U steelt omdat u niet gelooft. U liegt omdat u niet gelooft. U begaat overspel omdat u niet gelooft. Als u een ongelovige was, zou u zoiets niet doen. Er zijn maar twee wegen, dat is òf geloof òf ongeloof, u wordt door het één of het andere geleid.

49 Nu, God was in den beginne het Woord, en Hij werd vlees gemaakt en woonde onder ons. Hij was het Woord, Hij is het Woord! En als God in u woont, is het het Woord van God Dat in u woont, waar u alles wat Hij zegt, kunt benadrukken met een "Amen". Dat is God Die in u woont.

50 Nu, als u het zult opmerken, deze onschuldige mannen met wierookvaten in hun hand, heilig vuur in hun hand, God opende de aarde en verzwolg hen en scheidde hen af van Mozes, omdat Mozes zich van hen afscheidde. En Mozes waarschuwde de vergadering: "Maak geen gekheid met dat soort groep. Ga erbij vandaan!" Nu, u kent de Schriften, lees het 16e, 17e, en het 18e hoofdstuk zelfs, en u zult het vinden. "Scheidt uzelf af van deze zondaars, ongelovige zondaars. Gaat uit van hen, want zij zijn bestemd voor vernietiging met alles wat zij hebben." En toen zij... de aarde werd omgeploegd en viel met deze mannen die dit heilige vuur vasthielden. Onschuldige mannen verleid door de mens.

51 Hetzelfde vandaag! Er is menige onschuldige man gevallen in de strik van traditie, het Heilige Woord in zijn hand houdend, die verondersteld werd er uit te prediken. Ik zag direct een uitdrukking over het gezicht van een prediker, een Methodistenprediker komen, hij wàs een Methodistenprediker tot verleden zondagavond. En toen hij keek, ik veronderstel dat het heel wat voor u betekent, broeder, om er buiten te zijn.

52 Nu, zie, wierookvaten houdend, brandend vuur met een welriekende geur voor God, en die handen die dat droegen, kwamen toch om, met het wierookvat in hun hand, omdat zij probeerden iets in oprechtheid te doen, evenwel tegen het Woord van God, proberend een organisatie te maken. Zij zeiden: "U neemt teveel op uzelf. Wie bent u om te zeggen dat u heel het Woord van God hebt?"

53 Zij misten te zien dat Mozes de boodschapper van dat uur was. Zie, hij had ZO SPREEKT DE HERE. Er was niemand op aarde zoals hij. Hij had de Boodschap en de mensen misten Het te zien. En Mozes was nauwgezet met ZO SPREEKT DE HERE. Zeker. Goed.

54 Nu, wij vinden vandaag hetzelfde, goede mannen, grote mannen, dierbare mannen, die proberen het Woord van God (in hun hand) te prediken door de een of andere door mensen gemaakte traditie. Hier iets eruit knippend, hier iets eraf snijdend, en het dit makend en "kom en sluit u bij de gemeente aan en verander uw lidmaatschap" en zij sterven geestelijk met dat Woord in hun hand! Zie?

55 Zij konden Gods boodschapper of Zijn Boodschap van die dag niet geloven. Zij konden niet begrijpen waarom een grote God niet zou werken met een hele groep mensen en het slechts op één man zou leggen.

56 Tot hoeveel van hen heb ik vandaag gesproken: "Wat zullen wij doen, broeder Branham? Wij weten dat u gelijk hebt, maar wat zullen wij doen? De organisatie zal ons eruit zetten, we zullen geen andere plaats hebben om te gaan." Ik heb medelijden met hen; maar er is een plaats. U zegt: "Wel, we zouden dood hongeren."

57 David zei: "Eens was ik jong en nu ben ik oud, maar ik heb de rechtvaardige nooit verlaten gezien noch zijn zaad bedelend om brood."

58 Dat is precies op dezelfde basis waarop zij Jezus weigerden. Zij waren zo verwikkeld in hun denominatie en heilige priesters en heilige gebouwen en heilige kerken en heilige tempels, dat zij misten God te zien in Zijn menselijke tempel. "U, zijnde een mens, maakt uzelf God." Zie, zij waren er zo in verwikkeld! Deze mannen waren er zo in verwikkeld dat Dathan en de zijnen gelijk hadden. Nimrod was er zo in verwikkeld dat hij iets kon presteren dat de mensen boven de toorn van God uit zou brengen. Adam was zeker, dat als hij zijn naaktheid bedekte, God het niet zien kon. U kunt het niet bedekken, God moet het bedekken. Zie? Zie? Gods programma bedekt het, niet het uwe. Het is altijd op die wijze geweest, zij falen Jezus in Zijn tempel te zien, God gemanifesteerd in vlees.

59 Vandaag geeft het mij een wat naar gevoel, als ik zie dat de Woorden van de Bijbel kapot gemaakt worden door tradities. En mensen met een eerlijk hart, die daar staan en dat Woord horen, en weten dat Het de Waarheid is, maar zij durven geen beweging te maken, omdat hun traditie hun anders leert. Was de potten en pannen dan maar, broeders, ga maar door. Maar aangaande ons, en mij en mijn huis, wij nemen Christus, het Woord. Zie?

60 Laten wij Johannes 3 even een ogenblik nemen, Nicodemus, een leraar en bestuurder van een grote denominatie, genaamd het Sanhedrin. Zij waren bij elkaar gebracht en zij maakten hun tradities. De een was een Farizeeër en de ander was een Sadduceeër, maar zij hadden toen hun denominatie, hun verschillen en dus... zij... Deze man was een leraar, een bestuurder van dit grote Sanhedrin, een wonderbare man in het leren. Hij kende de Schriften, dacht hij. Hij kende ze door hun traditie. Zei Jezus niet: "Jullie hebben door jullie traditie de geboden van God krachteloos gemaakt?"

61 Zie, vanwege hun tradities! Wat is dat? Hun eigen uitlegging plaatsend op het Woord, in plaats van het te laten wat Het zegt. Zij zeggen dat het dit niet betekent. Merkte u op dat het dezelfde stem is, die de duivel gebruikte bij Eva, om de eerste organisatie te beginnen, zie. "Zeker, het zou op deze wijze zijn. God zou dat niet doen, weet u." Zie, het is hetzelfde. Het is hetzelfde vandaag.

62 Nu, wij merken op dat deze bestuurder tot Jezus kwam. Het eerste nu is, dat hij op zoek kwam naar Eeuwig Leven, dat hij op zoek kwam naar verlossing. Een man van zijn standing, hoewel een leraar in Israël, maar een leraar in Israël kwam tot een Man, waarvan wij geen vermelding hebben dat Hij ooit een dag op school was. Een oude man, een oude priester, wijs, kwam tot een jonge Man. Aristocraten die zij waren, rijke mannen, kwamen tot een Bedelaar, Die geen plaats had om Zijn hoofd neer te leggen, om Hem de weg naar verlossing en Leven te vragen. In de eerste plaats hadden zij van dat Sanhedrin, zo beleed Nicodemus, iets in Jezus gezien dat andere mannen van hun organisatie niet hadden. Zij zagen dat er iets in Hem was, omdat hij zei: "Rabbi, wij weten dat U..." "Wij", ja, zij wilden het niet belijden, omdat zij eruit geschopt zouden worden. Zie? "Wij weten dat U een Leraar bent van God gekomen, want niemand zou deze dingen kunnen doen die U doet, tenzij God met Hem is. Wij weten dat!" O my! Organisatie!

63 Nu, wij merken op dat Jezus een manifestatie van God was. Nu, "Geen mens kan deze dingen doen tenzij God met hem is." Zij wisten dat er iets anders in die Man was. Hij was het Licht van de dag. Hij was Gods Getuige.

64 Zo zag Korach hetzelfde in Mozes. Zij hadden in die dagen geen man zoals Mozes. Hij was Gods Goddelijke getuige van die dag, van de kracht van God. Korach en zijn groep zagen het in Mozes. Zij begrepen dat het Mozes niet kon zijn; Mozes kon geen Rode Zee openen. Mozes kon geen plagen op de aarde zenden. Het was God in Mozes, en omdat God Zichzelf vertegenwoordigde in een getuige of een licht van de dag, faalden zij Het te zien. Korach wilde een hele groep mensen vormen, er iets inbrengen.

65 Daar is de organisatie goed voor, elk uitschot er inbrengen dat er is, en het "Christendom" noemen. Ze zenden een knaap naar school, die niet meer over God weet dan een Hottentot over een Egyptische ridder zou weten, zenden hem daarheen en geven hem een scholing en leren hem psychologie en geven hem een doctorstitel in de Wijsbegeerte of een andere doctorsgraad, of iets dergelijks. En zij zenden hem weg om het Evangelie te prediken, terwijl hij zelf nooit gered is, die de maagdelijke geboorte zal ontkennen en de opstanding, Goddelijke genezing zal ontkennen, de Kracht van God ontkennen, de wezenlijke beginselen, waar Jezus voor stierf, ontkennen, ontkennen dat Markus 16 geïnspireerd is, ontkennen dat "deze tekenen hen zullen volgen die geloven", terwijl Jezus Zelf de Woorden zei, ontkennen Handelingen 2:38, ontkennen elk van de rest van de Schriften die geïnspireerd zijn. En zij proberen een traditie van mensen te nemen, waarover zij niets weten, en ze hameren erop. En als u hun de Waarheid vertelt en hun de Waarheid laat zien, zijn zij te beschaamd om te bewegen vanwege hun organisatie.

66 Korach deed hetzelfde; zij zagen God in Mozes, hij zag dat het Gods Agent was, die door hem werkte. En Nicodemus zag God in Christus. "Niemand kan deze dingen doen tenzij God met Hem is." Nicodemus was al in de organisatie, proberend eruit te komen. Korach was er buiten, proberend er een te maken om erin te gaan. Dat was het verschil. Nicodemus probeerde verlossing te vinden, om eruit te komen; hij was erin geweest sinds hij een jongen was, hij was er vermoeid van. Hij wilde gered worden. Maar Korach probeerde zich een plaats te maken waar hij een belangrijke man zou kunnen zijn.

67 Zo is het met de mensen vandaag. Dat is de moeite met het Christendom, wij hebben zoveel valse nabootsingen. En onze Pinkstermensen, excuseer mij de uitdrukking, zijn vol van vleselijke vergelijking! Laat God een man opwekken en hem iets geven en iedereen in het land zal proberen die persoon na te bootsen. Beseft u niet dat u uw eigen team doodt? Als u voetbal speelt... "En de genade," zoals Paulus het zou hebben gesteld, "laten wij deze loopbaan lopen met lijdzaamheid." Neem de man die de bal heeft deze niet uit zijn handen, probeer hem te beschermen. Maar in plaats daarvan, omdat hij niet tot uw organisatie behoort, probeert u hem van hem af te nemen. Iemand die zo is, hij zou het niet kunnen, hij zou struikelen over de bloemen in een vloerkleed, en dan proberen de bal van u af te nemen. Zo is het. Nu, geestelijk gesproken, bedoel ik. Excuseer mij, ik... Wel, hij zal struikelen over iets kleins zoals Handelingen 2:38, hij zal er zeker over vallen. Zo is het. Hij struikelt over Markus 16, hoe zal hij het gaan maken? Zie? Zeer goedkope lessen van Christus. En over de zaak die op het Concilie van Nicea werd besproken struikelen zij nog na al deze jaren.

68 Korach probeerde een organisatie te maken om erin te gaan. Nicodemus was erin geweest, proberend eruit te komen. Nicodemus werd aangenomen en kwam eruit. Korach kwam erin om, bij zijn poging, hij kwam om bij zijn eigen poging. O my!

69 De organisatie waar Nicodemus in was, wist dat Christus van God gezonden was, aldus zeiden zij. Hier in het derde hoofdstuk belijdt Nicodemus het: "Rabbi, wij weten dat U een Leraar bent van God gezonden, want niemand kan deze wonderen doen die U doet, tenzij God met hem is." En dezelfde groep noemde Hem vanwege hun organisatie 'Beëlzebub', vanwege Zijn macht om duivelen uit te werpen, en zei: "Hij verleidt ons volk door Zijn Leer." Het is hetzelfde vandaag. Wat verleidend?

70 Jezus zei: "Ik doe alleen wat de Vader behaagt, Ik houd alleen de Woorden van God", omdat Hij het Woord was. Hij kon niets anders doen dan het Woord.

71 Maar vanwege hun organisatie, vanwege hun weg hadden zij de mensen gebonden. In hun harten wisten zij het, maar hun organisatie wilde het hen niet laten houden. Toen, om een weg ter ontkoming te maken, om de mensen ervan te weerhouden de organisatie te verlaten ("allen volgen Hem na"), om de mensen ervan te weerhouden de organisatie te verlaten en Gods Waarheid te volgen (hetwelk Hij was, "Ik ben de Waarheid, het Licht"), om hen ervan te weerhouden Dat te volgen, zeiden zij dat Hij de mensen verleidde. Denk erover! Een man die in zijn hart wist dat Hij God was, dat God in Hem was ("niemand kan deze dingen zeggen of doen tenzij God met Hem is"), dat wetend en dat zeggend en dat belijdend, en dan zich omkeren en Hem "Beëlzebub en een verleider van het volk" noemen, hun mensen, "door Zijn leer." O my!

72 Nicodemus wist dat Hij een Profeet was. Nu, dat was er een in de organisatie, die God genoeg liefhad en God genoeg vreesde, en door het Oude Testament herkende dat deze Man de hoedanigheden had, en bewezen en betuigd was een Profeet te zijn, van God gezonden. De man behoorde Hem geëerd te hebben. Al kwam hij 's nachts, hij kwam tenminste. Hij is stukken beter dan heel wat van onze leraars vandaag, zij willen helemaal niet komen. Nicodemus kwam tenslotte toch. Dus veroordeel hem niet, als u nog niet gekomen bent. Nicodemus wist dat Hij een Profeet was, dus vreesde hij God. Hij wilde die Man, het Licht van de dag, niet van hem weg laten gaan. Ongeacht hoeveel Het ermee in tegenspraak was, hoeveel zijn organisatie zei, dat Het tegen haar was, hij had God die Man zien betuigen en hij wist dat Hij een Profeet was. En als Hij een Profeet was, het Woord van de Here komt tot de profeet, en Hij wist waar Hij over sprak. Zie. Dus ging hij naar Jezus, hij wilde weten hoe hij verlossing kon krijgen. En deze Man was een Profeet, het Woord van God was met Hem, en Hij zou de weg van verlossing kennen.

73 Maar wat Nicodemus moest leren, is wat veel mensen van de denominaties van deze dag, vandaag moeten leren. Wat Nicodemus had moeten weten, is wat de mensen van deze denominaties vandaag hadden moeten weten. Hij was meer dan een Profeet. Hij kwam tot Hem om te ontdekken, om Hem te vertellen of Hij hem wilde zeggen welke weg ten Leven was, en Jezus Zelf was Leven. Hij die de Zoon heeft, heeft Leven. Dus hij kwam niet, moest niet komen om te proberen een onderwijzing te leren, hij moest komen om de Persoon aan te nemen. Dat is er vanavond aan de hand! De Hoofd Hoeksteen is weer verworpen. Wat is de Hoofd Hoeksteen? Het is het Woord natuurlijk. Christus, Hij is het Woord.

74 Hij moest iets leren. Hij dacht: "Welnu, deze Man is een Profeet. Hij is gewoon een Profeet."

75 Hebt u dus opgemerkt, dat Jezus zijn vraag nooit beantwoordde. Hij bestrafte hem slechts voor zijn blindheid. Zie? Meer dan een Profeet, Hij was het Woord en het schijnende Licht van het Woord! Hij was God, schijnend door een instrument, bewijzende dat het God was in de Man. Hij was het Woord. 1 Johannes, het eerste hoofdstuk. .... Het Evangelie van Johannes liever, zegt: "In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. En het Woord werd vleesgemaakt en woonde onder ons." En hier was het Woord van God schijnend door dit kleine broze lichaam van een Man, en het verblindde de organisatie. Maar Hij kwam om enkelingen te verkrijgen. Meer dan een Profeet, Hij was het Woord! Hij is Leven. Niet... Hij behoefde u niet te onderwijzen van enig komend Leven. Hij was dat Leven Zelf! Hij was Leven. Hij was Licht. Hij was Leven. Hij was Eeuwig Leven, het was in Hem, en Hij alleen is de Gever van Eeuwig Leven. Hij die de Zoon heeft, heeft Leven. Dus u kunt niet alleen het Woord hebben, dat van Hem leert, u moet Hèm hebben.

76 U zegt: "O, er zijn mensen die de Bijbel zitten te leren en alle Griekse woorden en wat de definities zijn en de leestekens, enzovoort." En ze weten niets meer over God dan niets! Zie? Nee! Hij die de vorm heeft, hij die het plan heeft? Het is hij die de Zóón heeft, die Hem heeft, de Persoon. Hij is Degene die Leven heeft.

77 Nicodemus wist dat Hij wist omtrent Leven, maar hij wist nooit dat Hij Eeuwig Leven was. Dat is wat de Man, waar hij tegen sprak, de Boodschapper, het Licht van de dag, het Licht van de wereld, was. "Het Licht schijnt in de duisternis en de duisternis begreep het niet. Hij werd gezonden tot de Zijnen en de Zijnen ontvingen Hem niet." Waarom? Waarom? Omdat zij zo georganiseerd waren, bezig met het wassen van potten en pannen, en tradities, dat zij misten het Woord vleesgemaakt te zien.

78 Het wordt herhaald. Het wordt opnieuw herhaald. De geschiedenis herhaalt zichzelf telkens weer. Ja, Hij wist dat Hij had - dat Hij wist over Leven, maar Nicodemus wist niet dat Hij Leven was. Zo is het vandaag. Zoveel mensen proberen Jezus een groot Leraar te maken, ze proberen zelfs te zeggen dat Hij een Profeet was. Maar als je probeert te zeggen dat Hij God was, dat is teveel. Zie! Maar Hij was God en Hij is God en Hij zal altijd God zijn. Dat is alles. Zo is het.

79 Merk op, dat hij Nicodemus nooit vertelde, toen Hij tot hem kwam, dat Hij nooit zei: "Nu Nicodemus, Ik heb groot respect voor u, dat u een leraar in Israël bent. Ik zal u wat vertellen, u zoekt Eeuwig Leven, misschien moest u uw geleerdheid wat oppoetsen. U spreekt uw woorden niet juist uit" (onzin!) "of misschien zou u een hogere positie in uw denominatie moeten zoeken om Eeuwig Leven te hebben."

80 Dat is wat zoveel mensen vandaag proberen te doen, een hogere positie, zij willen van een herder, staatsouderling of de een of andere bisschop of iets dergelijks worden. Dat heeft niets meer met God te maken dan niets.

81 Let op wat Hij deed voor zo'n persoon. Hij berispte hem vanwege zijn onwetendheid aangaande het uur waarin hij leefde. "U bedoelt Mij te vertellen dat u een leraar in Israël bent en u kunt deze dingen dan niet begrijpen?" Hij zei: "Een mens moet wederomgeboren worden."

82 "Wel", zei hij, "moet ik, een oude man, weer in de buik van mijn moeder ingaan?"

83 Hij zei: "En u bent een bisschop, een kardinaal, een staatsouderling in de Pinkstergemeente" of iemand anders, "de een of andere grote knaap in de organisatie, en u kent de Schrift niet?"

     "O, we hebben Mozes."

84 "Als u Mozes gekend zou hebben, zou u Mij gekend hebben, want hij was degene die van Mij sprak." Zie? Maar niet overeenkomstig hun tradities, hun organisaties, die anders waren. Maar Mozes sprak van Hem en Hij was Degene waar Mozes van sprak, en toch wisten zij het niet. Waarom? Zij hadden zichzelf zo gebonden met tradities, zij wisten het niet.

85 En mijn broeders, die lezen, die deze band nemen, zet hem niet af. Laten wij deze zaak nog een ogenblikje recht in het aangezicht zien. Ik heb u lief, u bent een herder. En ik probeer geen weetal te zijn. Als ik die indruk zou wekken, stop dan de band en bid voor mij. Ik probeer alleen iets tot u te brengen wat de Waarheid is. Laat het niet aan u voorbij gaan.

86 Nu, ik eerbiedig de orde van mensen, enzovoort, maar als u deze organisaties maakt... Kijk naar de Farizeeërs, ze wilden niets te maken hebben met de Sadduceeërs, omdat de Sadduceeërs niet geloofden in engelen of geesten of de opstanding of zoiets, en de Farizeeërs bezaten beide, en zij waren in oorlog met elkaar. Nu, de enigheid gelooft het ene, de drie-eenheid gelooft wat anders, en u trekt kleine grenzen. En wat hebt u gekregen? Een scheiding van de broederschap. Terloops zullen wij die plaats in de Bijbel vinden, over een poosje, wat het is en wat God zegt dat het is.

87 Nu, nee, Hij vertelde hem nooit om op te poetsen. Hij berispte hem alleen voor het niet weten van de ware zaak. "Zijt gij een leraar in Israël en weet deze dingen niet? Als Ik u aardse dingen verteld heb en u kunt het niet begrijpen..." Denk! "Een leraar, een hoge orde in een rechtzinnige kerk, bisschop, kardinaal, en u kunt zelfs de baby-vorm van natuurlijke dingen niet begrijpen die Ik u vertel, hoe zult u dan geestelijke dingen uit de Hemel begrijpen?"

88 Maar een onwetende, oude visser, die zelfs zijn eigen naam niet kon schrijven, begreep het, zie, hij werd het hoofd gemaakt van de gemeente te Jeruzalem, Petrus. Zie? O, "Al wat de Vader Mij gegeven heeft, zal komen." Zie? Zij zien Het. Zij geloven het. Zij handelen erop, wetend dat niets hen weerhouden kan.

89 Net als de boer. Het is niet aangenaam om een grap te maken, maar om een illustratie te geven. Zij zeiden dat een boer een kip liet broeden en ze hadden niet genoeg eieren, toen legde hij er een eendeëi onder. Toen de kleine eend was uitgebroed, was hij het vreemdst uitziende wezen dat de kuikens ooit zagen. Hij had een lang vreemd gezicht en hij liep te kwaken in plaats van te klokken, en de kuikens aten en pikten allen op het boerenerf. En dat was nu net niet zijn dieet. Dus op een dag leidde de oude hen hem naar buiten achter de schuur om wat sprinkhanen te vangen, en over de heuvel was een meer. En de wind kwam toevallig van het meer vandaan, en hij rook het water. Het is gewoon zijn natuur. De oude hen zei: "Klok, klok, klok, klok, kom terug!"

90 Hij zei: "Kwak, kwak, kwak" regelrecht naar het water. Waarom? Hij was een eend om mee te beginnen. Het maakt niet uit hoeveel de hen klokte, hij was nog altijd een eend.

91 En dat is de wijze waarop het is met een mens die voorbeschikt is tot Eeuwig Leven. Als hij het Licht van God ziet, zijn er niet genoeg organisaties in de wereld om hem erin terug te klokken. Nee. Waarom? Het is zijn natuur. Hij mag dan gedurende een lange tijd met hen gegeten hebben, hun afval en maatschappelijke gewoonten, maar hij komt tot een plaats, dat hij iets anders heeft gevonden, dus weet hij het. "Mijn schapen kennen Mijn Stem," zei Jezus "een vreemde zullen zij niet volgen." Het kan zijn dat zij iets vreemds volgen, maar diep in hen is iets anders. Laat hun de Waarheid maar eens horen, en let dan op hen. "Al wat de Vader Mij gegeven heeft, zal komen."

92 Ja, Hij berispte hem voor het niet weten. "Bent u een leraar in Israël, en weet deze dingen niet? U moet wederomgeboren worden." Nu, de natuurlijke mens, ik wil dat u hier iets opmerkt: "U moet wederomgeboren worden."

93 Nu, natuurlijk leven, als wij natuurlijk leven hebben om werkzaam te zijn in dit natuurlijk leven, in natuurlijke dingen, moeten wij een natuurlijke geboorte hebben. Ze rukken u niet gewoon van een boom ergens af, zie, u op de een of andere wijze eruit stekend. Ze probeerden het, maar het werkte niet. Er moet een werkelijke echte geboorte zijn, een natuurlijke geboorte, om u actief te maken, zodat u de vijf zintuigen kunt hebben, lopen, spreken, zien, smaken, voelen, ruiken, horen, bewegen, enzovoort, omdat u dan een menselijk wezen bent, en u bent onderworpen aan al deze dingen, omdat zij bij het natuurlijke leven horen.

94 En bij zo'n geboorte worden wij soms erg wijs in wereldse wijsheid of de zaken van de wereld, we worden President en grote geleerden en ingenieurs en wetenschappers, enzovoort. En u weet altijd, vanaf het eerste begin, dat het Kaïn's zonen waren, die dat soort wijsheid hadden; niet die van Seth, zij waren nederige schaapherders. Maar Seth's kinderen waren godzalige mensen. Maar Kaïn's kinderen waren altijd knap, hoog, wetenschappelijk, doctors en grote mannen. Dat is juist. De Bijbel zegt het, weet u. Die leert dat. En zeer godsdienstig, maar aan het einde kwamen ze om. Wij worden wijs door naar school te gaan, wetenschap te nemen, enzovoort, we worden erg wijs, knap en kunnen dingen doen en zeggen, en soms, een man die met de Geest vervuld is, omver praten. Zei Jezus niet: "De kinderen van deze wereld zijn wijzer dan de kinderen van het Koninkrijk?" Zeker, omdat zij door het verstand waarmee zij kunnen praten, een ander te slim af zijn en omver praten, en zij nemen de Schriften en verdraaien Die om Hem dingen te laten zeggen die Hij niet zegt.

95 "O, het betekent dat niet precies." Als iemand dat zegt, ga bij hem vandaan. God waakt over Zijn Woord, weet u, zegt de Bijbel. Het is precies geschreven op de wijze dat het moet zijn. Zie? Nu het is op zulk een wijze geplaatst om te verleiden, of om de wijzen erover te laten struikelen. Het is zo eenvoudig en daarom struikelen zij erover. Zie? Goed.

96 Al deze wijsheid en dingen die zij bijeen kunnen brengen, is evenwel van die geboorte die van beneden is, van deze aarde. Het is van de aarde en het is tegen de Geest van God. De eerste geboorte, die ons hier actief maakt, maakt ons sterfelijke mensen vanwege de zondige handeling in de Hof, die maakte dat de mens in de wereld kwam door een vrouw. En de mens die geboren is uit een vrouw, is van weinig dagen, maar een mens die geboren is uit Christus, is Eeuwig. Job zei: "Een mens die uit een vrouw geboren is, is van weinig dagen en vol moeite." Let op, maar een mens die uit Christus geboren is, moet van Boven geboren worden. Nu, maar een mens die van de aarde geboren is, wordt wijs en kan bijna ieder te slim af zijn.

97 Kijk hoe scherpzinnig de duivel was, hij hield iedere priester die op de aarde kwam, voor de gek. Dat deed hij zeker. Hij hield voor de gek, hij doet het nog steeds. Ja, zeker deed hij dat. Hij was knap, maar hij ontmoette op zekere dag Iemand, waar hij niet tegenop kon, Die hem versloeg. En het enige wat wij moeten doen, is slechts ons richten op Hem, Hij heeft hem al verslagen. Zie?

98 Maar het is van beneden, deze wijsheid, die de mens opeen kan stapelen, om al deze dingen te bewijzen en te laten zien waarom de mens dit moet doen en de mens dat moet doen. Het is tegengesteld aan en vijandschap, de vleselijke geest, tegen God. De Schrift zegt het. Goed. Het doet er niet toe hoe knap zij het kunnen verdraaien. Ik wil dat iemand mij kan laten zien waar God ooit een organisatie had of er ooit een gebood, behalve wat hier in de Bijbel wordt veroordeeld. Het doet er niet toe hoe knap zij kunnen proberen te zijn, het is tegengesteld! Wat kan de wijsheid opstaan en u door redenering verslaan, en maken dat u zich zo klein voelt door u erover te vertellen, maar het is tegengesteld aan de Schriften.

99 Iemand zei tegen mij: "Broeder Branham, er is één ding dat ik tegen u heb." Hij zei: "U bent Jesus Only."

     Ik zei: "Dat ben ik niet. Ik behoor niet tot enige organisatie."

100 Een ouderling van een zekere Staat gezonden, zei onlangs: "Iemand vertelde mij dat u Jesus Only was, broeder Branham."

     Ik zei: "Integendeel. Dat is verkeerd."

101 Hij zei: "Zij vertelden mij dat u gelooft in vrije liefde, dat mannen hun vrouwen moesten verlaten en zoeken naar..." Nu zie, dat zijn gewoon leugens van de duivel. U weet dat.

102 Ik zei: "Ik ben absoluut tegen zulke onschriftuurlijke dingen! Ik geloof in heiligheid en reinheid. Ik geloof dat een man aan zijn vrouw gebonden is zolang zij leven. U moest haar niet nemen zonder eerst te bidden."

103 En Jesus Only, de Jesus Only groep, niets tegen hen, ze zijn voor mij net zo goed als elke groep. Maar zij dopen verkeerd, zij dopen tot wedergeboorte. Ik geloof dat wij wederomgeboren zijn door de Heilige Geest, niet door water. Ik gebruik de Naam van Jezus Christus bij het dopen, en er is geen andere Schriftplaats in de Bijbel om te... waarin het tegengesteld staat. Er werd niemand in de Bijbel ooit gedoopt in de Naam van Vader, Zoon, Heilige Geest. Ik wil dat iemand mij één plaats komt laten zien waar één persoon ooit zo gedoopt werd. Als het dan onschriftuurlijk is, houd ermee op het te doen!

     U zegt: "Het maakt geen enkel verschil."

104 Maar wel voor Paulus. Hij beval hun overgedoopt te worden in de Naam van Jezus Christus, en dan de Heilige Geest te ontvangen. En Paulus zei: "Als een engel uit de Hemel (Galaten 1:8) zou komen en een ander Evangelie zou prediken dan hij had geleerd, die zij vervloekt."

105 Zie, het is traditie. Ik sprak niet lang geleden met een groot man. Hij zei: "Broeder Branham, ik kan het niet. Ik weet dat dit juist is", zei hij, "maar wat kan ik eraan doen?"

     Ik zei: "Gehoorzaam Het!"

     Hij zei: "Wel, ik heb een prestige onder onze mensen."

106 Ik zei: "Maar ik wil een prestige bij God, dus gehoorzaam ik Zijn Woord. U moet uw keuze maken of u God wilt dienen of de mens."

107 Maar zij hebben hun organisatie, plaatsen deze verklaringen erin en volgen ze precies op. De eerste keer dat het ooit gebruikt werd, was in de Roomskatholieke kerk. Zo is het. Ik wil dat iemand mij iets anders laat zien. Ik lees de geschiedenis ook, weet u. Bedenk dus dat dit een Katholieke doop is, en iedereen die op die wijze gedoopt wordt, wordt gedoopt in de Katholieke gemeenschap. Ik zal het bewijzen voordat de avond voorbij is, zo de Here wil. Dat is juist. Dat is de reden waarom u terug moet komen.

108 Niet de Jesus Only. Nu, er zijn heel wat fijne mannen in de Jesus Only kerk. Heel wat fijne mannen in de Assemblies of God, de Church of God, Methodist, Baptist, Presbyteriaan en Katholiek. Maar geen ervan is de Gemeente, niet één ervan. Er zijn daar enkelingen in, die tot de Gemeente behoren. Maar het is niet die denominatie die zij hebben, die hen de Gemeente maakt, zoals mensen het op die wijze proberen te maken. Het is verkeerd. Over een ogenblik zullen wij erop ingaan en u dadelijk een Schriftplaats geven.

109 Ja, om actief op aarde te zijn, moet u natuurlijk geboren worden, om werkzaam te zijn, en zo'n geboorte maakt ons wijs, zoals ik heb gezegd. Zie? En wij worden knap, intelligent, ons verstand geeft ons dat. Maar bedenk dat die geboorte, het eerste begin ervan, een dwarsligger is. Het is aards en tegengesteld aan het Woord van God, dwaasheid voor God en voor Zijn plan, onwetend van Gods plan. Als het niet zo was, zou Nicodemus meer hebben geweten dan Jezus erover wist. "Bent u een leraar in Israël?" Zie? Zie waar uw denominaties gaan, waar uw grote knappe mannen zitten, die bij elkaar komen en hun plannen ontwerpen.

110 Laat mij u dit vertellen. Elke keer dat God licht op de aarde zendt, op iets in de Schrift, lopen zij er regelrecht mee weg. En zodra die man is heengegaan, maken zij er een organisatie van. En zodra zij het organiseren... ik wil elke geschiedschrijver vragen (hier nu aanwezig of op de banden) om mij te komen laten zien... Iedere keer dat de mens ooit een kerk organiseerde, stierf deze precies daar en stond nooit meer op. Het is tegengesteld aan God. Het is tegengesteld aan de Schriften. Daarom ben ik er tegen, tegen alles wat tegen God is. Als God in mij is, dan ben ik tegen datgene waar God tegen is. Zijn vijand is mijn vijand. Zijn Gemeente is mijn gemeente. Zijn Leven is mijn Leven. Hij gaf Zijn Leven. Hij werd mij, opdat ik door Zijn genade als Hij kon worden. Zie? Wij veranderen van plaats. Hij werd een zondaar zoals ik en stierf voor mij, in mijn plaats, zodat ik een zoon van God kon zijn zoals Hij was.

111 Nu ziet u waar uw denominaties al toe gekomen zijn, (we zijn nog niet eens begonnen), wijs in de wereldse wijsheid, maar dood voor Gods plan! Laten wij nu terugzien, hier even een ogenblik stoppen.

112 Adam was tegen Gods plan, omdat hij het Woord niet gehoorzaamd had. Hij probeerde voor zichzelf een bedekking te maken, een religie. Het faalde en heeft altijd gefaald, wat de mens ook probeert te doen. Nimrod was verkeerd. Korach kwam om. Wat probeerden zij te doen? Een organisatie te maken.

113 En daarna, toen zij zich tenslotte organiseerden, bevond Jezus hen dood! Hij zei: "Jullie hebben ogen en kunnen niet zien. Jullie hebben oren en kunnen niet horen." Zie? Hij zei: "Jullie zijn blind, leidende de blinden. Als de blinde de blinde leidt, vallen zij niet beiden in de sloot?" Hij zei: "Bent u een leraar in Israël terwijl u zelfs niet kunt begrijpen wat de nieuwe geboorte is? Als u zich zou hebben weggehouden van die tradities en vastgehouden had aan het Woord, zou u hebben geweten dat Ik kwam om de mens een nieuwe geboorte te geven. U zou Mijn dag gekend hebben. Als u Mozes gekend zou hebben, zou u Mij gekend hebben. Mozes sprak van Mij en hij zei, dat Ik zou komen, en hier ben Ik. En als Ik niet doe de dingen waarvan Mozes en de profeten zeiden dat Ik ze zou doen, geloof Mij dan niet. Als Ik niet de werken Gods doe, geloof Mij dan niet. Maar als u Mij niet kunt geloven, omdat Ik een Man ben en de werken van God doe, geloof dan de werken, want die getuigen van de dingen die Ik doe." Zie?

114 Maar toen, evenals vandaag, als Hij vandaag op aarde geleefd had, zouden de Assemblies of God er één hebben, zouden de Enigheidsgemeenten er één hebben, en iedereen zou een Jezus hebben. Zeker, hùn denominatie moet de bal hebben. Zie? Als het zo niet gaat, horen zij er niet bij. De broederschap wordt gescheiden.

115 Ik herinner mij een kleine jongen, genaamd kleine David. Hij is nu een getrouwd man, ik geloof dat hij een gezin heeft. Ik herinner mij dat toen hij pas begon, ik naar St. Louis ging. Ik had gehoord van kleine jongens-predikers, dat ze daar zouden komen en zeggen: "Jezus, een kleine jongen, geboren in een kribbe. Mamma, wat was de rest daarvan?" Maar niet die kleine jongen. Hij deed zijn jas uit, nam een tekst en predikte. Maar wat was hij? Toevallig een Jesus Only. Zijn vader, de heer Walker, behoorde tot de Jesus Only. Wel, de Assemblies of God konden dat niet uitstaan. Zij moesten ook een kleine David hebben. Wel, de rest moest ook een kleine David hebben. En op een keer toen de kleine jongen een samenkomst hield in Florida, riep hij mij om hem te komen helpen. En broeder Moore en ik lazen de twee front-pagina's van de krant, met niets dan kleine Davids, elke kerk had een kleine David. O goedheid! Wel, als een stel van de oudsten van God de gave in die kleine knaap hadden herkend, zou hij duizenden zielen in het Koninkrijk getrokken hebben, zie, als hij maar zijn menselijke tradities en dergelijke had vergeten. God had een gave, die Hij in zijn leven gebruikte.

116 Toen Goddelijke genezing in het begin werd voorgesteld, had iedereen een gevoel in zijn handen en men kon ziekten ruiken. O my! Waarom? Zij moesten wel, hun organisatie was achterop geraakt in de race. Zie, u stelt uw organisatie boven het plan van God, u denkt dat het zo is. Maar God laat Zijn Gemeente precies eender voortgaan, het mystieke Lichaam. U voegt u daar niet bij, u wordt erin geboren.

117 Wijs in de wijsheid van de wereld, maar dood in Gods plannen. Vertel mij dan. Vertel mij dan. Je kunt het hun vertellen en bewijzen dat zij verkeerd zijn, door Gods Woord en belofte en toch zullen zij het niet zien. Ik kan hier zitten en het Woord nemen en u laten zien dat denominatie verkeerd is. Ik kan u laten zien dat de geloofsbelijdenissen die u vandaag hebt, verkeerd zijn, zie, deze kerkelijke belijdenissen. Ik kan tonen dat het verkeerd is en zij zullen zeggen: "Wel, ons is geleerd dit te geloven." Ziet u, naar mijn mening is het voer, als u weet waar ik over spreek, kanonnevoer. Ja, zo is het. Zij kunnen het niet zien. Jezus zei: "U kunt het niet zien, zodat u tot Mij zou kunnen komen en Leven hebben."

118 Daar was Nicodemus, een eerbaar man, een groot man, een bisschop in zijn kerk, een beroemd man, geliefd door iedereen, en hij kwam tot Jezus en wist niet meer over Leven dan niets. Hij was er zeer onkundig van toen Jezus hem erover berispte, maar hij was oprecht genoeg om te komen. De rest van hen wilde zelfs niet komen. Ze stonden van verre met de hogepriesters en met de Bisschop Zo-en-zo en Zo-en-zo. Zie? Zij hielden zich ver van hen, liever de tradities nemende van hun oudsten dan het Woord van God te horen.

119 Nu, je kunt het hun vertellen, maar zij willen er niet naar luisteren. U kunt gewoon precies... Zou u zich kunnen indenken... ik wil u iets vragen. Ik bedoel dit niet heiligschennend. Nu, broeders die naar de band luistert, ik bedoel dit niet heiligschennend. Zou u zich kunnen voorstellen dat ik hier uit zou gaan en dat een knoest aan een boom mij zou kunnen vragen: "Hoe ter wereld loopt u rond zoals u doet? Ik heb leven, ik ben een knoest aan deze boom?" Hij kan bewijzen dat hij leven heeft, maar het is het verkeerde soort. Als hij rond wil lopen is de enige wijze waarop hij ooit in het rond zou kunnen lopen, zien, smaken, voelen, ruiken of horen, als hij zou kunnen praten en tegen mij zou spreken om mij dat te vragen, dan zou hij op dezelfde wijze geboren moeten worden als ik ben geboren. Amen. Hij zal het nooit op enige andere wijze begrijpen. Maar als hij geboren is op dezelfde wijze dat ik geboren ben, dan zal hij de dingen weten die ik weet. Amen. O my! Jazeker. U kunt een knoest aan de boom niet vertellen hoe wij ons bewegen en bezig zijn; hij zou ons soort leven moeten ontvangen om het te begrijpen. Hetzelfde met de Geest! Hetzelfde is het met de Geest, anders kunt u Het niet begrijpen. Het heeft geen nut om Het allemaal uit te zoeken, kom gewoon eerst tot Hem. Want: "Tenzij iemand wederomgeboren wordt, kan hij het Koninkrijk zelfs niet zien." Hij zei, dat het "het begrijpen" is. U moet wederomgeboren worden om Het te weten.

120 Wel, u zegt: "Ik ben wederomgeboren." En het Woord ontkennen? Hoe kunt u zo zijn? Uw eigen leven getuigt ervan, uw eigen groep, waar u bij aangesloten bent, vogels van gelijke pluimage. Zie? Wacht totdat we tot die dingen zullen komen binnen een paar minuten, zie.

121 Het komt door de Geest. Hoe kunt u mensen dingen van de Geest vertellen, als u niet uit de Geest geboren bent? U moet uit de Geest geboren worden om de dingen van de Geest te begrijpen. Jezus zei: "De wind blaast waarheen hij wil; u kunt niet vertellen vanwaar hij komt of waar hij heengaat?" Zie? Zo is het met ieder die uit de Geest geboren is, zij kunnen het u niet vertellen. Een mens die uit de Geest geboren is bedenkt niet iets, hij laat God het denken doen.

122 Denkt u dat ik hier op het podium zou kunnen staan, een bedenksel nemen en een man daar achterin vertellen, dat "zijn naam John Doe is en dat hij uit die en die plaats komt en dit deed. En hij trouwde een andere vrouw daar in het verleden, twintig jaar geleden en hij had kinderen bij deze vrouw. Hij moet dit ding terugbrengen en dat doen", denkt u dat ik door dit te bedenken, dat zou kunnen doen? Daarvoor is in deze geboorte hier op aarde niet zo'n wijsheid. Het gaat daar boven uit. Het moet van Boven komen. Wanneer u dan uit de Geest geboren bent, van Boven, het Leven dat in Hem was, Die deze dingen deed, zei: "De werken die Ik doe, zult gij ook doen."

123 Uw geboorte moet veranderd worden. U bent verleid. U mag dan in tongen gesproken hebben, u mag dan op en neer gesprongen hebben, u mag gejuicht hebben, u mag dan dit alles gedaan hebben, dit, dat of wat anders, u mag dan een trouw lid zijn geweest, Nicodemus was het ook, maar hij miste de geboorte. En als u het Woord ontkent, het ergens anders probeert te plaatsen en er iets aan toevoegt, dan drijft u het op die wijze uiteen. Voorts zei Jezus: "Deze tekenen zullen hen volgen die geloven. Gaat heen in de hele wereld en predikt het Evangelie aan elk schepsel." Zolang het Evangelie gepredikt wordt, zullen deze tekenen volgen. Vertel mij de plaats waar Hij het ooit wegnam van de gemeente. Laat mij de Schriftplaats zien waar Hij zei, ooit zei: "Slechts voor zo lang." Hij zei: "In de hele wereld en aan elk schepsel."

124 Ja, u zou het soort Leven moeten ontvangen dat Hij had, om Zijn Leven te leven. En als u Zijn Leven ziet, dan zult u Zijn Woord kennen. Dat is juist. "Als Hij", persoonlijk voornaamwoord, niet een bedenksel, niet een inbeelding, niet een sensatie, maar "wanneer Hij, de Heilige Geest, is gekomen, zal Hij deze dingen nemen die Ik u verteld heb en ze aan u openbaren, en zal u de toekomende dingen laten zien." Dat is de geboorte. Dat is de betuiging dat het het Woord is. En als een mens zegt dat hij de Heilige Geest heeft en het Woord van God ontkent en het ergens anders plaatst, hoe kan de Heilige Geest Zijn Eigen Woord ontkennen? Nu, toon mij een organisatie in het Woord. Daar bent u er. Zie? Goed.

125 Zou u kunnen denken dat een zakenman... Nu hier is het hoe ver onze kerk achter is. Zou u kunnen denken dat een zakenman die hier een zaak begint, en hier is een... het is werkelijk een bloeiende zaak, en hij heeft onmiddellijk wat hulp nodig, dat hij naar een groep dode mensen zou gaan, dode lichamen en zeggen: "Zouden jullie willen komen werken voor mij?" Zij zouden van geen nut voor hem zijn.

126 Dat is de reden waarom de organisatie nooit meer opstaat. Zie? Een groep dood ongeloof, die zich tezamen vergadert zoals Nimrod, zoals Korach, zoals het hele tijdperk door. Hoe kan... Hij gebruikte haar nooit, gebruikte nooit een organisatie. Hij kan het niet doen. Zij is al uit de wil van God, zij is daaraan voorbijgegaan. Zij is buiten bereik, buiten onderzoek.

127 Hoe zou u naar een man kunnen gaan die zich niet kan bewegen, verlamd aan hoofd, hand en voeten, en hem vertellen dat u wilt dat hij een wedloop voor u loopt, deze wedloop met lijdzaamheid loopt, terzijde legt... Hoe zou hij het kunnen doen, als de man zich niet bewegen kan, als hij verlamd is? U moet eerst de verlamming van hem wegnemen, dan kan hij lopen.

128 Dat heeft de organisatie nodig, een Goddelijke genezing. O my! Ik hoop dat het niet kritisch klinkt. Zie, ik kritiseer niet, maar als een spijker niet goed vastgeklonken wordt, trekt men hem er gemakkelijk uit. Zie? Daarom kan de Heilige Geest geen denominatie gebruiken. Zodra het...

129 Bedenk, ik geloof dat Maarten Luther de Heilige Geest had. Absoluut. Misschien niet in de mate waarin Hij er vandaag is, omdat Hij niet zo uitgestort was. We hebben dat behandeld, u mensen van de Tabernakel, hier op het schoolbord. Maar hij geloofde in God, "en hij die gelooft, heeft Eeuwig Leven." Ik dacht nooit dat er een persoon was die dat geloofde zoals ik, tot ik vanmorgen Charles Fuller hoorde terwijl ik eraan kwam. Hij gelooft ook dat de nieuwe geboorte niet de doop van de Heilige Geest is. De nieuwe geboorte is geboren worden. De Heilige Geest is de doop. Zie? Goed.

130 Nu, wij vinden dat deze mens wederomgeboren moet worden om werkzaam te zijn. Goed, als u uit het vlees geboren bent, hebt u wijsheid van de wereld. En wijsheid van de wereld gehoorzaamt zijn vleselijke leraar. Juist. Dat is precies waarom een mens die niet de nieuwe geboorte heeft, als je hem het Woord van God vertelt, zij hun bisschop, hun ouderling of hun organisatie zullen gehoorzamen, in plaats van het Woord des Levens. Waarom? Het weet niets anders dan dat. "Wel, weet u, op zekere dag kan ik misschien ouderling worden." Wel, Nicodemus was een leraar. Dat stond boven een ouderling, dat stond boven een herder, dat stond er boven, dat was een leraar in Israël. Zie? Ja, en hij was een groot man, hij behoorde tot deze groep en wist niet meer over God dan niets. Zie? Alles wat hij wist, was wat geschiedenis.

131 Wat voor goed doet een historische God als Hij niet Dezelfde vandaag is? Wat voor goed doet de God van Mozes als Hij niet dezelfde God vandaag is. Wat voor goed doet een God, die een man aan het kruis kon redden, die vandaag niet iemand zou kunnen redden in dezelfde toestand? Zoals ik altijd zei: "Wat voor goed doet het om uw kanarievogel goede zaden en vitaminen te geven, om hem goede, sterke vleugels te laten krijgen en mooie veren, om hem vervolgens in een kooi te plaatsen?" Ik begrijp het niet. Probeer hem over een God van kracht en dergelijke te vertellen, en plaats hem dan in een organisatie, die zelfs niet in zoiets gelooft. Zie? Het is er helemaal naast. Dat is de reden waarom het faalt, hij is dood. Je kunt het niet gebruiken. God gebruikte het nooit.

132 Bedenk slechts dat de Heilige Geest nooit te eniger tijd een organisatie gebruikte, nergens in de Schrift of nergens in de geschiedenis. Als iemand op deze band, of hier aanwezig, mij kan laten zien waar de Heilige Geest een organisatie nam en een beweging maakte op aarde, kom het mij vertellen. Ik wil dat u mij het geschiedenisboek zegt, waar het uit komt. U weet dat het niet in de Schrift staat, dus wil ik dat u mij de geschiedenis laat zien waar het vandaan komt. God gebruikte nooit iets dergelijks, Hij gebruikt altijd een enkeling.

133 Goed, geboren te worden uit de Geest. Nu, uit het vlees geboren te zijn en de wijsheid van de wereld te hebben, de wijsheid zal zijn vleselijke leraar gehoorzamen. Uit de Geest geboren te zijn, is te geloven in en te gehoorzamen aan de leer van de Bijbel, door de Heilige Geest. En een mens die uit de Geest geboren is, zal Gods Woord gehoorzamen, ongeacht wat enige traditie hem ook vertelt. Het is het gewoon. U wordt wederomgeboren, dat is de reden waarom u ziet. Als u tot een organisatie behoort, u al uw hoop plaatst in die...

134 Nu, ik zeg niet dat mensen in de organisatie niet wederomgeboren zijn. Nu, ik zal daar binnen een paar ogenblikken toe komen, zo de Here wil. Zeker zijn zij dat, maar het zijn enkelingen. Niet de organisatie is wederomgeboren, de enkelingen daarin zijn wederomgeboren. Maar de organisatie breekt hem alleen maar weg van God, dat is al wat zij doet, het scheidt u af. Goed. Ongeacht het vlees, de denominatie onderwijst het vlees, het is altijd tegengesteld aan de wil van God.

135 Wederomgeboren te zijn, betekent "geboren te zijn van omhoog". Opnieuw betekent "van boven". Ik denk dat u dat weet, zie. Wederomgeboren te zijn, betekent "van boven geboren te zijn". Nu, u zult het zien, u kunt het bestuderen als u wilt, in het woordenboek. Zie, het betekent "een geboorte die van boven komt". Omdat u hier geboren bent, moet u, om nu opnieuw geboren te worden, van Hier boven geboren worden, om wederomgeboren te worden. Dan is dat Koninkrijk zoveel hoger dan dit koninkrijk, zoveel groter dan dit koninkrijk, tot dit koninkrijk dwaas is voor Dat, en Dat dwaas is voor dit.

136 Zoals ik dikwijls gezegd heb, ik en mijn vrouw gingen hier niet lang geleden wat kruidenierswaren halen, een paar maanden geleden, en we zagen een vrouw die een rok aan had. En het was de vreemdste zaak die wij ooit in lange tijd hadden gezien.

137 Wel, vanmorgen, ik wil dit niet heiligschennend zeggen, maar ik hoorde een van de grote beroemde organisaties. En mijn dochter en ik luisterden naar de radio toen wij een kerk gingen inwijden. En het lied dat zij zongen was het een of ander over zus en zo, het een of andere klassieke lied, dat voor mij klinkt als vrouwen die hun adem inhouden tot ze blauw in hun gezicht zijn, en dan denken zij dat het zingen is. Dat is gepiep. Ik houd van goed, oud Pinkstergezang, recht uit het hart. U zou geen wijs in een kolenkit kunnen houden, maar toch zingt u, u maakt een vreugdevol geluid voor de Here. Ik geloof dat dat geestelijk is. Ik houd daarvan. Maar dat inhouden van je adem totdat je gezicht blauw wordt, en wegsterft en dan terugkomt, die... U weet zelfs zelf niet wat u zingt. Hoe verwacht u dat iemand anders het weet? Dat is het. Jezus zei: "Wij spreken van wat wij weten." Zo is het. Dat is juist. Wat we moeten doen, is zingen wat wij in ons hart weten, wat wij voelen.

138 En toen zij bezig waren, mijn dochter studeert muziek, zei ze: "Broeder", zei ze, "dat was echt klassiek."

139 Ik zei: "Ja, maar hoevelen uit dat koor van ongeveer vijftig mensen, denk je, roken naar sigaretten? Hoevelen van dat koor, denk je, hadden gisteravond, zaterdagavond, een sociaal drankje gehad? Hoeveel vrouwen daarin hadden afgeknipt haar? Hoevelen hadden verf op hun gezicht, daar de herder van de kerk een paar dagen geleden zei: 'God maakte een mooiere wereld toen Hij verf uitvond'?" Terwijl wij weten dat er één vrouw in de Bijbel is, die haar gezicht verfde, en God voedde haar aan de honden. En wij, iedereen die iets afweet van de kerk en heidenen, weet dat verf een heidense gewoonte is, altijd geweest is. En toch doen vrouwen het. En mannen roken, drinken en gaan uit. En dan staan ze daar te zingen, met zulke stemmen. We zullen hier dadelijk toe komen. Goed. Behoren tot een organisatorische wijze van denken, terwijl er teleurstelling zal zijn in het oordeel, dat is mijn mening.

140 Uit de Geest geboren te zijn, is te geloven en jezelf in de Geest te gedragen, het is te verstaan en te geloven met je hart, dat Jezus de Christus is en dit Zijn Woord is, dat geen andere woorden eraan toegevoegd of van weggenomen kunnen worden zonder dat uw naam uit het Boek des Levens wordt weggenomen. Dat was een sterke. Als u er één ding aan toevoegt, in uw traditie, of één ding van afneemt, wel, Christus Zelf zei: "Uw naam zal uitgewist worden uit het Boek des Levens." Nu, vind een organisatie, denominatie in de Bijbel. U zult erbij vandaan rennen! Goed. Zonder te letten op het vlees, denominatie-leer is tegengesteld aan de Bijbel. Ja. Wederomgeboren betekent een nieuwe geboorte van Boven, geboren van Boven. Dan zijn wij actief in de dingen van Boven. O my! Want Hij is het Zelf, handelend in Zijn Woord door u, Zijn rank aan de Wijnstok.

141 Daarom zei Jezus: "Als Ik niet doe de werken van Mijn Vader, geloof Mij dan niet." O zeker! Hij zei: "Niemand is opgevaren naar de Hemel dan Hij die uit de Hemel neerkwam." Zie Hem hier Nicodemus verbeteren, toen Nicodemus... Weet u, zij dachten dat Hij, omdat Hij een Man was, niet God kon zijn. En Hij zei... En toen zei Hij: "Niemand is opgevaren naar de Hemel dan Hij die uit de Hemel neerkwam, de Zoon des mensen, die nu in de Hemel is." Dat was teveel voor hem. Hoe kon Hij, de Zoon des mensen, neerkomen uit de Hemel, neerkomen uit de Hemel, Dezelfde zijn Die opvoer naar de Hemel, en hoe kan Dezelfde Die hier staat boven op dit huis, sprekend met Nicodemus, nu in de Hemel zijn? Wel, hij had moeten zien dat het God was. Hij is alomtegenwoordig, overal! Zie? Maar hij, in zijn tradities, wist dat niet. Hij was niet geestelijk gezind. Het vleselijke verstand kon het niet vatten. Hij zegt: "Wie zeggen de mensen dat Ik, de Zoon des mensen ben?"

     "Iemand zegt, wel, 'Hij is de Zoon van David.'"

142 Hij zei: "Waarom noemde David Hem dan in de Geest: 'Here' als hij zegt: 'De Here zei tot mijn Here: Zit aan Mijn rechterhand totdat Ik Uw vijanden maak tot Uw voetbank'?" Hoe is Hij beide, Wortel en Spruit van David; Hij was vóór David, Hij was David, en na David. Zie? "Hij is de Wortel en het Geslacht van David", zegt de Bijbel, beide Wortel en Nakomeling van David. Hoe zou Hij dan zijn Zoon kunnen zijn? Hoe zou Hij zijn Here kunnen zijn? De Bijbel zei: "Van toen af aan vroegen zij Hem niets meer." Ik denk dat het ook een goede zaak was. Jazeker. Goed.

143 Wederomgeboren van Boven. Dan zijn wij actief, actief in de dingen van Boven, want Zijn Leven is in ons, wat Zijn Woord is, het Woord Zelf bevestigend. De Geest Die in u is, is het Woord vleesgemaakt in u. De Geest zorgt voor het Woord en is werkzaam in het bevestigen van het Woord.

144 Nu, de Geest is niet werkzaam in een denominatie. Hij is niet geïnteresseerd in het maken van een organisatie, omdat de Geest Zelf tegen de organisatie is. De organisaties zien uit naar wereldse dingen, de gezindheid van de wereld en zij maken grote tempels en fraaie dingen en grote fraaie organisaties, welgemanierde predikers, enzovoort, en de beste klasse in de stad, terwijl de Geest probeert eerlijke harten te vinden, terwijl de Geest verlangend is om te manifesteren en te bewijzen dat elk Woord van God de Waarheid is. Hoe kunt u, hoe kan de Geest werken in een organisatie, als deze het Woord ontkent en in plaats daarvan geloofsbelijdenissen neemt? Hij kan het niet doen. Dus, ziet u, zij is dood. God gaat niet naar dat soort plaatsen om de Zijnen te vinden, een groep mensen om voor Hem te werken, omdat ze al dood zijn. Zij zijn ongelovigen in het Woord anders zouden ze er niet in zijn. Zie? Nu, wij zijn bezig in de dingen van Omhoog. Nu, de Geest zorgt voor het Woord. Nu, dat is juist, omdat de Geest het Woord Leven geeft. Zie. "De letter doodt, maar de Geest geeft Leven."

145 Nu, ik kwam vandaag hierheen, kijkend naar de grote mooie bomen daar buiten in het woud, de grote heuvels, bruin, geel, altijd groene bomen daarin verspreid. Ik zei: "Weet je wat dat is?" Ik zei: "Wij hadden alleen maar dood, en God heeft zijn boeket geplant, ze overeind gezet op de heuvels. Het zijn de begrafenisbloemen. Het leven is teruggegaan in het stof. God begroef gewoon al zijn zaden uit de bloemen en zo, begroef ze weer en Hij heeft gewoon Zijn boeket laten uitbloeien. Hij kijkt over de aarde, omdat het begrafenisbloemen zijn. Maar als de zon weer opkomt, zal dat zaad weer leven opnemen." Amen. In orde.

146 De Geest heeft belangstelling voor het bevestigen van het Woord. En als u traditie heeft geaccepteerd in plaats van het Woord... Nu, u zegt: "Wel, wij geloven het allemaal, maar, broeder Branham, ik weet dat wij dit niet geloven." Dan is het precies daar waar u stopt.

147 Een veldprediker vertelde mij eens dat hij... dat een kapitein zei, of ik geloof dat het een majoor was die zei: "Veldprediker, ga daarheen, daar is een kapitein stervende. Hij is door een machinegeweer getroffen."

148 Hij ging erheen en de kapitein was worstelende. Zij trokken hem in een Rode Kruis tent, en hij zei: "Kapitein."

149 Hij keek op onder het rochelen van bloed en hij zei: "Ja meneer." En hij zei: "U bent de veldprediker."

     "Ja."

     Hij zei: "U bent stervend, kapitein."

     Hij zei: "Ik weet het."

     Hij zei: "Bent u een Christen?"

     Hij zei: "Vroeger wel."

150 Hij zei: "Waar hebt u Hem verlaten, kapitein?" Hij zei: "U zult Hem precies daar vinden waar u Hem verliet." Correct.

     De kapitein zei: "Ik kan niet denken."

151 De veldprediker zei: "U zou het maar beter wel kunnen doen, u hebt nog maar ongeveer een paar minuten over, de wijze waarop u worstelt." Toen zijn mond open ging, kwam het bloed uit zijn mond en oren, en machinegeweerkogels over hem. Hij zei: "U zou maar beter haast kunnen maken, uw longen vullen zich."

152 En de kapitein begon het zich af te vragen, terwijl hij daar lag te worstelen. Een glimlach kwam over zijn gezicht toen hij zei: "Ik weet het nu."

     Hij zei: "Waar verliet u Hem? Begin precies daar."

153 Hij zei: "Nu leg ik mij neer om te slapen." Waar hij Hem verliet, daar vindt hij Hem.

154 Als uw organisatie iets leert tegen het Woord, verlaat u Hem precies daar. Kom regelrecht terug, omdat Hij werkzaam is in het bevestigen en waarmaken van dat Woord. Dat is wat Jezus was, altijd de wil doende van de Vader. Zie? In orde.

155 Dus zie, het organisatie-begrip van Nicodemus betekende niets voor God. Nu, ondanks dat hij een topman was, zoals wij het noemen, in de organisatie, een leraar in Israël; al zijn geleerdheid en verstand betekende niet dàt [broeder Branham knipt met zijn vinger] toen hij daar vóór Christus stond. Het was alleen een berisping voor hem. Nu, ik stel mij voor dat alle mensen zeiden: "Heilige Vader Nicodemus. Heilige Vader, Nicodemus. Wij buigen voor u, meneer." Maar toen hij vóór God stond, berispte Jezus hem voor zijn onwetendheid. Dus u ziet waar dat alles naar toe leidt, vergeet het! Kom aan, laten wij naar God gaan. Dat is juist. In orde.

156 Ook betekende het grote begrip van Korach niets, of dat van Adam, daar beiden Gods betuigde Boodschap verloochenden. Laten wij nu nauwlettend luisteren, we zullen over een ogenblik in enkele hoge wateren komen. Zie, elk van hen, de reden waarom zij in moeite kwamen, Nicodemus, Korach, Nimrod, enzovoort, is omdat zij Gods boodschapper niet herkenden met het betuigde Woord van die dag. Nu iedereen weet dat. Nu, wij zouden daar lange tijd bij kunnen blijven. Maar God voorspelt en zegt een zeker ding dat plaats zal vinden; de mens maakt organisaties en pint de mens precies daar vast. Zij geloofden dat er een komende Messias was. O, die Joden, oh, zeker! Maar toen Jezus kwam op de wijze waarop Hij het deed, zeiden ze: "Dat kan Hem niet zijn." Zij falen het Woord te begrijpen. Nu, Jezus kwam niet in tegenstelling met het Woord (is het wel?), maar Hij kwam in tegenstelling tot de organisatie-uitleg van het Woord. Mozes kwam niet tegengesteld aan het Woord, hij kwam precies overeenkomstig het Woord; maar Korach faalde het te zien. En altijd door is het op die wijze geweest.

157 Nu kijk. Deze Boodschap van de dag kan niet gewoon iets zijn wat zegt: "Wij hebben de Waarheid en we hebben dit, dat." Het moet voorspeld zijn in Zijn Woord! En dan, nadat het Woord naar voren is gebracht, moet Het grondig bevestigd worden door het Woord.

158 Jezus werd grondig bevestigd door God, door het Woord. Hij zei: "Als u Mozes gekend zou hebben, zou u Mijn dag gekend hebben." Wel spraken de profeten van Hem, wel zeiden al de profeten wat Hij was. En toch verblindde het hen, zij konden het niet begrijpen. Zie? Maar Jezus was... Nu niet...

159 Ik wil dit voor de band zeggen en ook voor u. Zie, de boodschapper met de Boodschap van de dag!

160 Nu, als u naar de Zevendedags Adventisten gaat, zeggen zij: "Wij hebben haar, houd gewoon de Sabbat!" Toont u mij dat in de Schriften. Mejuffrouw Eddie Baker zei dat zij het had. Laat het mij zien. De Jehova's Getuigen zeiden dat zij het hadden. Laat het mij zien. Zie? De Methodisten zeggen dat zij het hebben. Laat het mij zien. De Baptisten zeggen dat zij het hebben. Laat het mij zien. Toon mij enige organisatie. Ik bewijs u, dat zij elk uit de wil van God zijn. Elk van hen is er tegen, lerende tradities van mensen in plaats van het Woord van God. Ik ken niet een van hen die de dingen zou accepteren die werkelijk in de Bijbel geschreven zijn op de wijze dat het is. Dat is juist. Maar wanneer iemand langskomt en zegt: "Ik heb de Boodschap van de dag", moet hij eerst behoorlijk gezien worden en voorspeld om te komen.

161 Toen Johannes de Doper daar buiten liep, zeiden ze: "Bent u de Christus?"

     Hij zei: "Dat ben ik niet."

     Ze zeiden: "Bent u de Elia?"

     Hij zei: "Dat ben ik niet."

     Ze zeiden: "Wie bent u dan?"

162 Hij kon zichzelf identificeren, hij had de Boodschap van het uur. Hij zei: "Ik ben de stem van één die roept in de woestijn, zoals de profeet Jesaja zei. Nu, als mijn geboorte en leven daarmee niet vergeleken kunnen worden, ontvangt mij niet."

163 Toen Jezus kwam, was het hetzelfde, precies zo. De boodschapper met de Boodschap, moet een door God voorzegde Boodschap zijn. En dan bevestigt God, sprekend door deze boodschapper, dat het de Waarheid is. Hoort u het? Begrijpt u het? Versta het! Het moet ten eerste ZO SPREEKT DE HERE zijn, voorzegd. En dan moet de boodschapper met de Boodschap precies zijn wat God zei dat op die tijd zou plaats vinden.

164 Dat is de wijze waarop Mozes was. Dat is de reden waarom hij op zijn aangezicht voor God viel en zei: "God, U zond mij."

     Hij zei: "Scheid uzelf af van die groep."

165 Ziet u wat ik bedoel? Het is altijd de zaak geweest, die het verstand van de mens verdraaide, hen aftrok van de wil van God. Bedenk nu, voorzegd door Zijn Woord en behoorlijk betuigd door Zijn Woord. Nu, Jezus zei: "Als Ik niet doe de werken die van God zijn, gelooft Mij dan niet. Zie, als Ik mis... Zeg Mij, wie van u kan Mij van zonde veroordelen? Wie van u kan Mij laten zien dat Ik een ongelovige ben?"

166 Nicodemus zei: "Wij weten dat U bent... Rabbi, U komt van God, omdat niemand die dingen kan doen tenzij God met hem is." Zie? Dus liet het zien dat hij een gelovige was.

167 Nu, wij die de kerkgeschiedenis kennen, denk eens diep na. Het is nog niet laat, zie, dus luister nu gewoon heel aandachtig en ik zal proberen zo snel te zijn als ik kan. Ik wil... Luister aandachtig naar de band. Nu, iedereen die ooit de kerkgeschiedenis heeft gelezen, weet dat de eerste maal dat het Christendom ooit georganiseerd werd, het de Roomskatholieke kerk was. Nu, als het er te eniger tijd daarvoor is, wil ik dat iemand mij de geschiedenis brengt en het mij laat zien. Ik ben een boezemvriend van Paul Boyd en vele grote historici. Ik heb in mijn studeerkamer daar De tijd na het Concilie van Nicea, Het Concilie van Nicea, De Vaderen van Nicea, al de gewijde geschriften van de kerk, waarvan ik weet. Drieëndertig jaar heb ik ze bestudeerd, onderzocht. Er was nooit een organisatie. De Katholieke kerk is de moeder van de organisatie. Wij weten dat dat de waarheid is. Nooit werd de kerk georganiseerd, was er een denominatie tot aan de Katholieke kerk. En het woord katholiek betekent "universeel". En zij hebben een staatskerk-religie gemaakt, en maakten deze over het gehele gebied van Rome en het had ongeveer het grootste deel van de wereld in die tijd veroverd. Het was de staatskerk en zij die haar niet wilden gehoorzamen, werden ter dood gebracht. Het Concilie van Nicea, vijftien dagen van bloedige strijd, toen ware profeten van God, toen zij daar opstonden op die...

168 De Katholieke kerk, waarom zij eerst begon, wel, wij allen weten het. Ik heb het hier onderwezen. Hoe, eigenlijk was Aquila en Priscilla de herder, Aquila was de herder van de gemeente te Rome. Toen de Heilige Geest viel op Pinksteren, viel Hij op de Joden uit elke natie onder de hemel. Maar een paar dagen daarna had Petrus een visioen op het dak, om naar Cornelius te gaan, een Romein, een rechtvaardig man, en hij bad en de Heilige Geest viel op hem. Na een poosje begonnen de hooggeplaatsten het te ontvangen. Aquila en Priscilla gingen Rome binnen en zij organiseerden, of organiseerden nooit, maar brachten de eerste kerk in Rome op orde. En toen zij dat deden, hadden zij hun broeders en zusters.

169 En Claudius verbande tijdens zijn regering alle Joden uit Rome. En dat is dezelfde tijd waarvan de Roomskatholieke kerk zei dat Petrus in Rome was. Toon mij één Schriftplaats waar Petrus ooit in Rome was, of enige geschiedenis die zegt dat hij daar was. Hij was er niet, overeenkomstig het Woord van God, en dat is wat ik geloof. En hoe kon Petrus, een Jood, zich ooit ophouden met afgoderij en dergelijke, wat zij hadden, met het aanbidden van goden en zo? Waar... Zie? Hoe zou hij tegen zijn eigen leer hier in kunnen gaan? Onzin. En de Protestant evenmin als zij. Wacht, we zullen er zo dadelijk toe komen, zo de Here wil. Let op. Let nu op, wij vinden uit dat op dezelfde tijd, dat de kerk zegt, dat Petrus in Rome was, de geschiedenis zegt dat Claudius (en de Bijbel zegt het ook) alle Joden geboden had Rome te verlaten.

170 En Paulus kwam door Efeze en kwam daar naar de bovenkust en vond deze discipelen, en daar had hij Aquila en Priscilla bezocht. Nadat zij weggegaan waren, begonnen de Romeinse broeders in deze gemeente hun eigen ideeën te vormen, en zij voegden afgoderij toe. En toen in Constantijn, wiens moeder een echte Christen was die hoopte dat haar zoon het zou worden.... maar hij was een politicus. En hij zag dat de meesten van Rome, of een groot deel ervan, de arme klasse, reeds de verlossing door Christus aanvaard had. En toen waren zij begonnen erg populair te worden, omdat zij Venus neerhaalden en Maria verhoogden, Jupiter neerhaalden en Petrus verhoogden, enzovoort, op die manier, en de discipelen, en het werd een zeer populaire godsdienst. En zij waren dapper. Zij, die Christenen, wilden sterven!

171 En de Katholieke kerk zei: "Wij waren het begin." Dat is precies de waarheid, de Katholieke kerk begon op de dag van Pinksteren. Maar hier is wat haar er uit deed raken: zij organiseerden en injecteerden (buiten het Woord) dogma's. En het laatste dogma, u mensen van boven de tien jaar oud, kunt zich het laatste dogma herinneren, was de hemelvaart van Maria, ongeveer tien jaar geleden. Nog een dogma toegevoegd aan de kerk. In plaats van de Schrift is het dogma. En zij zullen u meteen verzekeren dat "zij zich niet bekommeren om wat de Schrift zegt, het is wat de kerk zegt."

     Die priester vertelde mij: "God is in Zijn kerk."

     Ik zei: "God is in Zijn Woord."

172 Hij zei: "Wel, die Bijbel is slechts een geschiedenis van de vroege Katholieke kerk."

173 Ik zei: "Dan ben ik een vroege Katholiek." Ik zei: "Dat maakt mij meer een Katholiek dan u, die een priester bent." Zie? Ik zei: "Als dat het is, dan ben ik dat." Ik zei: "Ziet u, ik geloof precies wat de apostelen leerden. U gelooft wat de mens erin geïnjecteerd heeft." En dat is precies de wijze waarop het ging. Zeker was het zo. Het ging precies op die wijze.

174 Let nu op de geschiedenis. Toen begonnen zij dogma's toe te voegen, dogma. En toen Paulus daar kwam, weten wij, in overeenstemming met de geschiedenis, dat hij zelfs niet die eerste gemeente bezocht, omdat hij geen afgoderij verdragen kon. En hij bezocht de tweede gemeente die men gevestigd had, de tweede gemeente van Rome.

175 En toen dat Concilie van Nicea kwam, zag Constantijn het idee om zijn koninkrijk te verenigen. Hetzelfde deed Achab met Izebel, door haar te trouwen. Zie? En toen hij een kans zag om zijn volk te verenigen en er een grote machtige natie van te maken, dacht hij dat hij vat op hun religie zou krijgen, dus maakte hij het voor hen tot staatsgodsdienst. En toen zij dat Concilie van Nicea hielden en deze vragen opkwamen of er één God was of drie, of zij zouden dopen in de Naam van Jezus Christus, of Vader, Zoon en Heilige Geest, en al deze andere kwesties werden daarin openhartig besproken. En toen dat gebeurde, kwamen sommigen van die oude profeten daar, met niets dan een schapevel om zich heen gewikkeld en kruiden etend. Juist! Maar die grote hooggeplaatsten hadden zich al in de gemeente gewerkt en snoerden hun de mond met wereldse wijsheid. Maar zij hadden ZO SPREEKT DE HERE. Ze ging in heidense duisternis gedurende ongeveer duizend jaren.

176 Maar zij kwam plotseling weer tevoorschijn om te bloeien. Zo is het. U kunt Het niet doden. "Ik zal herstellen, zegt de Here, al de jaren, die deze dingen opaten."

177 Deze denominaties voegden dogma toe. En om dit te doen, dogma toe te voegen, de enige manier waarop een kerk, de enige manier waarop een denominatie ooit bij het Woord van God vandaan kan gaan, is te proberen dogma toe te voegen in plaats van de gewijde Schriften, is te proberen uw traditie of de leer van uw kerk te maken, hoewel het tegengesteld aan de Schrift is. Hoe kunt u dan de Katholieke kerk veroordelen als u hetzelfde doet wat zij deden? Begrijpt u het? Goed. Denk nu even na, de Schriften kunnen niet falen. Dogma's zijn een leugen om mee te beginnen. En als u een denominatie accepteert, hebt u al een dogma, omdat het iets is dat er aan toegevoegd is. Het is niet in de Schrift. Het is niet in de Schrift.

178 Er is niet zoiets als organisatie. Jezus zei nooit: "Ik draag u op de hele wereld in te gaan en organisaties te maken." Beslist niet, niet zoiets! Dit te doen, is de gewijde Schrift verwerpen. Toen dit werd gedaan, werd het veranderd van "Kerk door geboorte" in "kerk door dogma en geloofsbelijdenis". Niet kerk, laat mij mijzelf verontschuldigen; loge! U wordt geboren in de Gemeente, maar u voegt u bij een loge. Het is geen Baptistenkerk, Methodistenkerk, Pinksterkerk. Het is Baptistenloge, Pinksterloge en Methodistenloge, u voegt zich bij hen. U kunt zich niet bij de Gemeente aansluiten. Er is niet zoiets. U wordt Erin geboren. Dat werd aan Nicodemus verteld. Dus ziet u waar u aan toe bent. O my!

179 Daarom ben ik er tegen. Niet tegen de mensen erin; ik ben tegen het systeem. Omdat zij niet kunnen... Een van hun oudsten of iets anders, een van deze kerken predikt iets wat in de Bijbel is, in strijd met die leer, dat handvest dat zij in die kerk hebben, hij wordt er regelrecht zo uitgezet. Jazeker. Sommigen van hen zijn zo gemeen dat ze zelfs niet eens een opwekking naar een andere kerk laten komen, tenzij het is door een van hun eigen mensen. Wel, zij zijn zo...

180 Iemand ging eens aan een prediker geven... En precies hier in deze streek stond een kleine oude prediker hier op de straat, roepend en smekend om bekering en zeggende: "Komt, ontvangt Christus, wordt vervuld met de Heilige Geest" en dergelijke dingen. En iemand uit een Pinkster-organisatie kwam en gaf een man een dollar in zijn hand en moest berouw gaan tonen, omdat hij overspel bedreven had tegen zijn kerk. Over Katholiek gesproken! Zo is het. En u weet ook waar ik over spreek; deze gemeente in ieder geval wel. In orde.

181 Als dit, het verwerpen van de Schriften, gedaan wordt, dan wordt het veranderd. Als u er dan een dogma aan toevoegt en u aansluit bij een organisatie, hebt u automatisch uw eerste dogma geaccepteerd, omdat het niet Schriftuurlijk is, dus is er iets aan toegevoegd. En een dogma is iets eraan toegevoegd, wat "de plaats ervan inneemt", wat de plaats van de geboorte inneemt. Als u een denominatie accepteert, hebt u een dogma toegevoegd. Goed. Als dit gedaan wordt dan is het veranderd van 'Gemeente door geboorte' in 'loge door dogma en geloofsbelijdenis'. Want zie, het is een dogma op zichzelf, dat niet Schriftuurlijk is.

182 Nu, Jezus zei nooit: "Gaat heen in de hele wereld en maakt denominaties, gaat de mensen tezamen organiseren." Hij zei: "Gaat discipelen maken." Gelooft u het? [De samenkomst zegt: "Amen"] Amen. Dus u ziet dat u er helemaal buiten staat.

183 Luister, let hierop. Laten wij het sluiten met iets anders hier, iets deze keer er goed stevig inslaan. Hoevelen hebben een Grieks woordenboek, de Emphatic Diaglott vanuit het oude handschrift, het Grieks? Goed. Lees het, kom met elke geleerde die u wilt. Ga naar de bibliotheek en neem het woordenboek, het Griekse woordenboek. Lees Openbaring 17 en als u daar leest, zegt de King James vertaling hier: "Hij voerde mij weg in de Geest; en ik zag een vrouw, zittend op een scharlaken rood beest, vol van namen der godslastering." Nu, dat is wat de King James zegt. Maar de oorspronkelijke uitlegging zegt:,

     ...voerde mij weg in de Geest... en ik zag een vrouw ...vol van godslasterlijke namen...

184 Er is heel wat verschil tussen 'namen der godslastering' en 'godslasterlijke namen'. Nu, let op. Wij allen begrijpen en weten dat dit de Roomse Kerk was, die zit op zeven heuvels en de machten der wereld beheerst. En zij werd een 'hoer' genoemd, en zij was een 'moeder der hoeren'. Let op! Wat is een hoer? Zou het een man kunnen zijn? Het moet een vrouw zijn. Dus als het een vrouw is, moet het een kerk zijn; zij was de moeder der hoeren, precies zoals zij was. En kijk, let op, "In haar"! Laat het inzinken. "In haar waren godslasterlijke namen." Wat is het? Nu, predikers hier en op de band, houdt u even rustig. Wat zijn die godslasterlijke namen? Methodist, Baptist, Presbyteriaan, Lutheraan, Pinksteren, enzovoort. Godslasterlijke namen, omdat het organisaties zijn, hoererij voor God, precies zoals zij was.

185 En zij in die groepen, de mensen zeggen: "Wel, hij is Methodist en doet dit. Hij is van Pinksteren en doet dit. Hij is Presbyteriaan en doet dit." Zij doen alles wat er gedaan kan worden, u weet dat! En wat is het? Het zijn namen die als Christus behoorden te zijn en genoemd worden met de naam van Christen, en het zijn godslasterlijke namen! Het zijn geen kerken. Ze worden valselijk 'kerk' genoemd. Het zijn loges. Ziet u nu waarom ik tegen organisatie ben, en niet tegen de mensen? Het systeem van organisatie, zie, de godslasterlijke namen (let op) van loges, valselijk kerken genaamd. Methodistenkerk, Baptistenkerk, Presbyteriaanse kerk, Pinksterkerk, Lutheraanse kerk, Verenigde Broederkerk, er is niet zoiets. Dat is onschriftuurlijk.

186 Er is maar één Gemeente, en u kunt zich er niet bij aansluiten. U wordt erin geboren. U bent ervoor bestemd. Het mystieke Lichaam van Jezus Christus... het mystieke Lichaam van Jezus Christus, liever, hier op aarde, met het Woord Dat gemanifesteerd wordt. Zonen en dochters van God, zij behoren tot geen van hen. "Gaat uit van haar", zei Hij. Ja.

187 Let op, vlug nu. Ik wil u niet uitputten, maar als u mij nu nog slechts een paar minuten meer geeft, zal ik er zo snel als ik kan doorheen gaan, maar ik wil dat u er zeker van bent en het begrijpt, zodat u het niet zult missen. Zie?

188 Bedenk, moeder Rome, in haar werd gevonden, dat zij vol was van godslasterlijke namen, een moeder der hoeren. Dan, als zij hoeren zijn, wat is een hoer? Wat is een hoer? Hetzelfde als een prostituée. Het is een vrouw die ontrouw leeft ten opzicht van haar huwelijkseed. En elke kerk die beweert de Kerk van Christus te zijn en Gods Woord ontkent, is ontrouw aan haar huwelijkseed! Dan bedrijft zij overspel door er een dogma aan toe te voegen, hoererij met de wereld en haar wijsheid, in plaats van Christus te accepteren en de kracht van Zijn Opstanding, van de Heilige Geest. En zij is de moeder der hoeren die hetzelfde deden. De pot kan de ketel niet verwijten dat ze zwart ziet, weet u; zie, zes van het ene en een half dozijn van het andere. Sommigen van deze mensen lopen langs en maken gewoon gekheid over de Katholieken, terwijl zij zelf tot één van dezelfde zaak behoren. Zij was de moeder van de valse waterdoop. Zij is de moeder van een vals bewijs van de Heilige Geest, en u volgt haar precies na. Nu, laten wij zien.

189 "Is dat waar, broeder Branham?" Wees even een ogenblik rustig.

190 Zie, zij is de moeder van godslasterlijke namen, van loges waarbij de mensen zich hebben gevoegd, en brengen schande, leven op elke wijze, dragen shorts, vrouwen met afgeknipt haar, geverfd, zingen in koren, roken sigaretten, nemen het Avondmaal, allerlei vuil van de wereld, en het vormt een struikelblok voor de ongelovige. Sprak Timotheüs, de Heilige Geest, er niet van? Let op. Zie, zij, Rome is de moeder van elk van hen. Zie? U deed in uw organisatie precies wat zij deed, injecteerde dogma's in plaats van het Woord, omdat een groep mannen het in elkaar zette, de ouderlingen en de bisschoppen, enzovoort, zeiden dat het op deze wijze moest zijn, en dat is precies wat in Rome plaats vond. En u, mijn herder broeder, probeert het volle Woord van God aan te nemen, en kijk waar u zult heengaan, regelrecht de deur uit! Nu, wij zullen binnen een paar ogenblikken zien of God het u vertelde, of niet. Zie. Goed.

191 Zie, zij is de moeder van iedereen, omdat zij de eerste was die de geschriften van de Schrift wegnam en er een dogma aan toevoegde, omdat zij gezalfde profeten, die het betuigde leven van het Woord hadden, verwierp. Vanwege hun intelligentie, knappe mannen, Romeinse keizers, enzovoort, die het Christendom hadden aangenomen, maar wilden het accepteren op hun eigen wijze. Zie? Zo is het. Zij willen het op hun eigen wijze.

192 Naäman wilde van zijn melaatsheid af in de wateren van zijn eigen land, hij hield niet van de modderige wateren van de Jordaan. Maar als hij ooit van zijn melaatsheid af wilde, moest hij daar die modder inlopen, precies zoals de profeet hem verteld had. Zie, God is geen aannemer des persoons.

193 Let op, zij was de eerste denominatie. Kijk naar haar dochters, zij hadden hetzelfde gedaan, geloofsbelijdenissen en dogma's toegevoegd in plaats van het Woord. Vertel mij niet; laat mij er één zien die er niet van afgeweken is. Toon mij één herder die de Waarheid zal aannemen, en dat zij u er niet voor uit zullen zetten, tenzij u zo populair bent dat, weet u, zij zich aan u vast moeten houden vanwege uw populariteit of zoiets. Het is in orde.

194 Kijk nu even gedurende een paar ogenblikken naar Openbaring 18, het volgende vers, het volgende hoofdstuk, nadat in Openbaring 17 was onderzocht en getoond wat het geheimenis was van deze Miss Babylon. Het 17e hoofdstuk van Openbaring verklaart dat zij een kerk is, die zit op zeven heuvelen. Vaticaanstad, die regeert over al de koningen der aarde (dat is precies juist) en over de presidenten ook, enzovoort. Maar zij is daar en houdt de rijkdom van de wereld in haar hand. Zo is het precies. "Wie kan oorlog met haar voeren?" Dat is juist. Wij weten dat allen. Maar waarom zou u behoren tot iets wat met haar verbonden is? Nu merk op, in het 18e hoofdstuk, het eerstvolgende hoofdstuk nadat haar geheimenis verklaard is. "Zij zit in de tempel van God." Nu hier, de...

195 Zella Braitman, bent u hier vanavond, Zella? Zij bracht, het is daar nu in de kamer, 'Our Sunday Visitor', de Katholieke krant. En de Katholieke krant gaf antwoord aan een prediker. Ze zeiden: "Zei u, Eerwaarde, dat het... In de Romeinse getalaanduiding over het Vaticaan, of over de troon van de Paus, staat geschreven: 'Vicarius Filii Dei' wat betekent, dat het in het Katholieke bisdom daar, dat dit het getal is van het beest van Openbaring?"

196 "Wel", zei hij, "zeker is het zo. Uitgewerkt is het precies zeshonderd en zesenzestig. Dat is het precies." En het bisdom van Rome geeft toe dat het zo is. Maar hier is hun antwoord, knap, vol van wijsheid, dat luidt: "Maar, weet u, uw naam kan in een andere taal hetzelfde uitwerken."

197 Deze man zei: "De mijne is in de een of andere taal bijna hetzelfde." Hij ontcijferde het. Hij zei: "Zie, ik ben ook bijna zeshonderd zesenzestig." Hij zei: "Er zijn honderden van hen." Hij zei: "Iedere keer dat er iets oprijst, heeft iemand een zeshonderd zesenzestig." En hij zei: "Eerwaarde, wist u dat in één taal uw eigen naam cijfermatig de antichrist zou kunnen betekenen?" Hij zei: "Waarom kijkt u naar zulke dingen?" Kijk naar de wijsheid.

198 Maar de Heilige Geest weet wel beter. Let op. Dat zou zo kunnen zijn, mijn naam zou op 666 kunnen uitkomen, maar ik voldoe niet aan de rest van de hoedanigheden. Ik zit niet op een heuvel. Ik zeg deze dingen niet. Ik ben geen regeerder, ziet u. Zo is het. Dat is degene over wie Hij spreekt. Dus uw wereldse wijsheid loopt op niets uit, meneer, zo is het, in de Tegenwoordigheid van de Heilige Geest. Ik voldoe niet aan de rest ervan, maar hij wel. "Zit in de tempel van God, tonend zichzelf dat hij God is, en zit op zeven heuvels." Ik zit niet op zeven heuvels, als het op 666 uitkomt. Ik voldoe niet aan de rest ervan, maar hij wel. Zie, daar bent u er. Zie? Dus zij die vertrouwen op de Heilige Geest: "Bedenk niet wat u zult gaan zeggen, omdat u het niet bent die spreekt; het is de Vader."

199 Dus hoe kunnen uw wijsheid en uw nieuwe geboorte van boven ooit vergeleken worden met deze dingen hier op aarde, deze machtige tovenaars erin? Wel, zij kenden elk hoekje en gaatje. Hoe kon Mozes standhouden toen hij de geboden van God opvolgde, om zijn staf neer te werpen en hij veranderde in een slang, en hier kwamen de tovenaars en deden hetzelfde? Maar Mozes stond stil, wetend dat hij het Woord van God gevolgd had en zijn slang at de rest van hen op. Zie? Dus als u gehoorzaamd hebt en... Wat kon hij doen toen hij hen leidde naar het land van belofte, en daar de Rode Zee was die hen insloot, maar Gods pad ging er recht doorheen. Amen. Hij zei: "Staat stil en ziet de Heerlijkheid van God!"

200 Als het in het pad van plicht is, van het volgen van het Woord, sta daar dan en let erop, dat het zich opent. Amen. Ik ben drieënvijftig jaar oud en heb Hem gedurende drieëndertig jaar gediend, ik wenste dat ik tien miljoen jaren had om Hem te dienen. Ik heb Hem nog nooit zien falen, als Zijn Woord wordt gehouden. Dat is juist.

201 Nu kijk, onmiddellijk na haar zonde, werden haar geheimen ontdekt. We hebben dat een lange tijd geleden gehad, wij weten het.

202 Nu, het volgende hoofdstuk, kijk naar Openbaring 18. Mag ik het even een moment opslaan? Het zou een goede zaak kunnen zijn, het zal ons misschien maar een paar minuten langer kosten, en het zou iets voor u kunnen betekenen. Ik hoop dat het zo is.

203 Nu, wij zien hier in het 17e hoofdstuk, het 5e vers:

     ...op haar voorhoofd was een naam geschreven, namelijk, GEHEIMENIS, HET GROTE BABYLON, DE MOEDER VAN DE HOEREN EN VAN DE GRUWELEN DER AARDE. En let op.

     En ik zag de vrouw (kerk) dronken van het bloed der heiligen en van het bloed der martelaren van Jezus... toen ik haar zag, verwonderde ik mij met grote verwondering.

204 Zie, om haar te zien, zij was zoiets geweldig moois. En zij was de moeder van hoeren, hoerengodsdienst, denominaties, precies wat zij deed, zie, omdat zij dogma's injecteerden, net als zij deed. Nu kijk, kijk nu naar Openbaring, dat is het 17e hoofdstuk tot en met het 18e vers. Let nu op.

     ... na al deze dingen, nadat haar geheimenis ontdekt was, na deze dingen zag ik een andere engel afkomen uit de hemel, hebbende grote macht;

205 Nu, hier komt een andere boodschapper neer, het volgende hoofdstuk, haar geheimenis was ontdekt. Nu, dit is nu het ontdekken van haar geheimenis en van het geheimenis van haar kinderen. Zie, we begrijpen nu precies wat haar tot hoer maakte: omdat zij overspel pleegde tegen Gods Woord. Dat maakte haar een organisatie. Zij kon geen Bijbelse gemeente blijven als ze dat aanvaardde. En evenmin kan enige organisatie die niet elk Woord ervan neemt (zoals het geschreven is) ooit een Bijbelse gemeente zijn. Geen enkele van hen waarvan ik iets weet is zo, geen enkele. Dus, ziet u, zodra zij datgene wat ze doet organiseert (zowel door de Schrift als door bewijs), sterft zij onmiddellijk als ze het dogma aanvaardt. Nu kijk, dat is er nu gebeurd.

206 God zond, in dit 18e hoofdstuk, een machtige engel, nadat dit geheimenis bekend werd; een machtige engel, of, een boodschapper. Kijk hier.

     ...na deze dingen zag ik een andere engel afkomen uit de hemel, met grote macht; en de aarde is verlicht geworden door zijn heerlijkheid.

     En hij riep... met grote stem, ...het grote Babylon (verwarring) is gevallen... en is geworden de woonstede van duivels,... de bewaarplaats van alle onreine geesten, en een kooi van alle onrein en hatelijk gevogelte.

     En alle volken hebben gedronken van de wijn van de toorn van haar hoererijen, en de koningen der aarde... bedreven hoererij met haar, en de kooplieden der aarde zijn rijk geworden uit de kracht van haar weelde.

207 Kijk, onmiddellijk nadat haar geheimenis bekend was gemaakt, wie zij was, wat zij was, wie haar dochters waren, het geheimenis was bekend gemaakt, toen zond God een engel, een boodschapper (om wat te doen?), om uit te roepen: "Komt uit!" De Boodschap van het uur!

     ...Gaat uit van haar, Mijn volk,... opdat gij van haar plagen niet ontvangt. Hij gaat haar vervloeken. Let op.

208 Komt uit van haar! God zond een machtige engel of een boodschapper. En zijn Licht was niet in een uithoek. Het verspreidde zich over de aarde. Komt uit van haar! Wat? Van haar en ook van haar zusters. Om de aarde te verlichten en Zijn volk uit haar te roepen. Nu, u weet dat het de Waarheid is. Een boodschapper werd uit de Hemel gezonden, om Gods volk uit Babylon te roepen. En zijn Licht verlichtte de aarde, de grote Heilige Geest.

209 Let op, de Bijbel zei: "Zij is een kooi en houdt hatelijke, onreine vogels gevangen." Geen arenden nu, nee, nee, nee, nee. Gieren, "onreine, hatelijke vogels" dat is wat zij rondom zich heen gekooid heeft. Zij is een kooi, vol daarmee, een hele kooi vol. Met wat? "Godslasterlijke namen", tegengesteld aan de Schrift. De Heilige Geest spreekt in II Timotheüs 3: "In de laatste dagen zullen zij afvallen van het geloof en zich begeven tot verleidende geesten." Er staat ook, de Heilige Geest sprak dat "In de laatste dagen zouden zij zijn koppig, hoogmoedig, hatelijk ('God zij geprezen, u behoort bij ons, of hebt u uw naam niet in ons boek, dan bent u verloren'). Hatelijk! Onrein!" Ik hoop dat ik niet kwets, ik hoop dat ik goed doe. Hatelijke, onreine vogels heeft zij gekooid.

210 Bedenk, God is een arend. Hij noemde Zichzelf een arend. En Hij noemde Jakob een arend. En wij zijn Zijn arendjes. Amen. Hij noemde Zijn profeten "arenden". En deze engel komt neer om te ontmaskeren en uit te roepen!

211 Zoals mijn kleine boodschap over De Arend Wekt Haar Nest Op. Die kleine arend volgde die oude hen steeds maar op het erf, al maar klokkend, maar hij kon dat spul niet eten dat zij had, sociale drankjes, en geverfde vrouwen, kort haar en shorts. Hij kon dat niet doen. Maar hij kende niets anders dan het klokken van die oude hen. Maar op een dag vond de moederarend hem. Zij schreeuwde, riep hem eruit, zei: "Zoon, je bent niet één van hen. Ga uit van haar!"

     Hij zei: "Mamma, wat kan ik doen?"

212 Ze zei: "Klapper met je vleugels en begin." Bij de eerste sprong kwam hij op een paal terecht, precies in het midden van een organisatie. Ze zei: "Zoon, je moet hoger komen dan dat, anders kan ik je niet opvangen. Zorg dat je poten van de grond af komen." Zij zal hem meenemen op een vlucht. Hij ontdekte dat hij kon vliegen. Zij kwam om hem eruit te roepen. Dat is juist.

213 Maar deze Moeder Babylon had zichzelf een groep kippen gevangen, mooi gemaakte kippetjes, geschilderd, afgeknipt haar, die zichzelf 'Christenen' noemen. Zij heeft er een kooi vol van. U predikers, die in de preekstoel staat en de vrouwen zich zo laat gedragen, schande over u, om uw denominatie te vermeerderen. God zal dat van uw hand eisen. Komt eruit! "Mijn schapen horen Mijn Stem." Een kooi vol hatelijke, koppige, hoogmoedige liefhebbers van genot meer dan van God, zij zouden liever willen zijn als de wereld dan als Christus. Als u een vrouw ziet met heel wat make-up op, laat dat zien dat zij leeg is aan de binnenkant. Zij is vals van binnen. Dat is precies juist. Als de vrouw... Ik zag er onlangs een met groen haar, zo is het, met al dat groene spul daar in haar ogen.

214 Als je nu helemaal geen haar had en je wilde wat haar dragen, zou het in orde zijn, maar draag er dan een die er menselijk uitziet. En als u helemaal geen vingernagels hebt en u wilde ze hebben, neem ze dan niet als schillen van witte bonen, neem dan echte vingernagels. Als u iets van deze zaken niet heeft, is het in orde. Als u geen tanden hebt, neem er dan een stel als zij er een paar voor u maken, neem ze. Maar trek uw door God gegeven tanden er niet uit, alleen maar omdat ze een beetje scheef staan, en het zijn goede tanden, om er een paar te nemen. Verf uw haar niet of zoiets, en zie er niet uit als iets dat ergens uit het slijk gekomen is. Doe het niet! Als u geen kleur hebt en u wilt uzelf eruit laten zien of u wat kleur hebt, is het in orde, stel ik mij voor. Maar laat uzelf er niet uitzien als een Izebel, als een schuur ergens die geverfd is.

215 En u Pinksterbroeders, die uw vrouwen hun haar laat afknippen terwijl de Bijbel zegt, dat het haar heerlijkheid is! En het is zelfs een schande voor haar om te bidden met haar haar op die wijze. En toch laat men haar naar de preekstoel komen om het Evangelie te prediken, te zingen in een koor, een zondagsschool te onderwijzen. Schande over u! U moest uzelf schamen. Waarom ik tegen organisatie ben? Denkt u dat ik ooit zou kunnen toegeven aan iets dergelijks? Ik ken de reden waarom u het doet, broeder. U weet beter, maar als u daar tegen zou leren, zou u naar het hoofdkwartier geroepen worden en zij zullen u excommuniceren. Prijs God voor uw moed als u het zult doen. Dat is juist. God zal u eren.

216 Wat zei deze engel? "Kom uit van haar!" Jazeker. Deze engel kwam naar de aarde en hij kwam om het Licht te brengen en hij liet het Licht schijnen rondom de wereld. Hij was een machtige engel. En hij kwam om de Boodschap te verkondigen van: "Kom uit Babylon! Raak haar onreine dingen niet aan!"

217 Zij heeft er een hele kooi vol van. Er wordt gezegd: "Zij is de kooi van alle hatelijk gevogelte." Ja, zij heeft er een kooi vol van nu, de Wereldraad van Kerken, of loges. Zij heeft de hele groep nu gekooid, zij komen allen tezamen. Zij werd een kooi, zo is het, vol van hatelijke vogels. Zo is het. Probeer eens tot een van hen te spreken, probeer het eens, tjonge, knap in wereldse wijsheid, maar zij weten niet meer over God dan een konijn weet over sneeuwschoenen. Dat is juist. Juist, dat is het gewoon, zie, alles wat ze weten is wat wijsheid waarmee ze dit erin kunnen plaatsen en dat erin kunnen doen. Maar als het er op aankomt om Hem te kennen? Huh! Ja, ze heeft hen gevangen met haar dogma's. De Protestantse kerken beginnen hetzelfde, worden haar dochters, veroorzaakten dit door het verloochenen van het Woord van God. Dat doet zij. Zij ontkent het Woord. En als u iets anders accepteert in plaats van het Woord, verloochent u Het zelf. En als u zich aansluit bij een van hen, hebt u ook het Woord verloochend. God wil u niet op die wijze, er is geen plaats voor in de Schrift.

218 Let op, dit is de engel van het Licht, bedenk, de laatste engel, het is de engel in het gemeentetijdperk van Laodicéa. Het is de Laodicéa-boodschapper, die de laatste is, omdat het eerstvolgende hoofdstuk, het 19e hoofdstuk is, hetwelk de komende Bruid is. En dit is, in de Schrift, de laatste engel die kwam om Licht te brengen vóór de komst van de Bruid die uitgaat om Christus te ontmoeten. Het was toen het Laodicéa Gemeentetijdperk. Wat deed de Laodicéa Gemeentetijdperk boodschapper? Hen uit Babylon roepen! Kijk! Kerken gevangen in haar kooi met haar, met haar dogma's, het Woord ontkennend en dogma's aanvaardend. Dit is de engel van het Licht tot de Laodicéa Gemeente, die Christus en Zijn Woord had verworpen voor een dogma, en Hem had buiten gezet. En Hij stond aan de deur, proberend om binnen te komen. Ziet u het? Het gemeentetijdperk had de Christus verworpen, en Christus is het Woord, en had Het verworpen en Hij was aan de buitenkant. Het enige gemeentetijdperk dat wij hebben met Christus aan de buitenkant, kloppend, proberend binnen te komen. En de boodschap van deze engel, de boodschapper die van God kwam, echode zijn Boodschap over de aarde om "Uit Babylon te komen, om uit de organisaties te komen!" De Heilige Geest vandaag, de manifestatie van de Heilige Geest is die engel, die probeert de mensen terug tot het Woord te brengen, omdat de Heilige Geest alleen het Woord zal bevestigen. Hij kan geen dogma's bevestigen, er is geen leven in hen. Hij is Leven. Let op. Het Laodicéa Gemeentetijdperk had Hem verloochend, verwierp Hem, en zij zetten Hem er buiten.

219 Let op, deze engel is de laatste boodschapper vóór de komst van Christus in het 19e hoofdstuk van Openbaring. De Stem van de boodschapper! Als wij opmerken, toen hij zijn Stem op de aarde gaf, werd er eveneens een Stem in de Hemel geëchood. Het 4e vers, als u het wilt lezen. Goed, het 4e vers van het 19e hoofdstuk. Deze boodschapper op de aarde was zo op God afgestemd, dat, toen hij het op de aarde sprak, God hetzelfde echode uit de Hemel. Wat is de vertaling van dat 4e vers? Wat betekent het? Gods Stem sprekend tot Zijn voorbestemd volk, zeggende: "Kom uit haar!" Helemaal precies wat de Stem was! Hij heeft daarin mensen overal daar buiten, overal door kerk-Babylon heen. Kom uit van haar, opdat gij geen deel hebt aan haar zonden, jazeker, uit die dogma's en geloofsbelijdenissen, naar het 'Geest en Leven'-gemaakte Woord. Amen.

220 Let op, in het 19e hoofdstuk staat het volgende: "Na deze dingen." Hebt u hier opgemerkt in het 19e hoofdstuk: "Na deze dingen?" Letten op wat? Na wat? Na de Boodschap van: "Kom uit van haar!" "Na deze dingen" (let op) "is het geroep van de Bruid-heiligen, met de Bruidegom, gaande naar het Huwelijk van het Lam." Hoe dicht zijn wij er dan bij, broeder? Wat is de laatste roep? "Kom uit Babylon!"

221 Nu, mijn broeders, daarom ben ik er tegen. Het is onschriftuurlijk. Het is onorthodox. Het is bewezen vals te zijn. God is er niet in, Hij was er nooit in, Hij zal er nooit in zijn. Nu, ik zeg niet dat er geen mensen zijn in deze organisaties, waaruit de Gemeente werd gevormd. Maar zolang u in dat systeem blijft, bent u er een deel van.

222 Als ik in de Verenigde Staten woon, ben ik een Amerikaan. Zolang ik een burger of een lid van deze Verenigde Staten ben, ben ik er een deel van. Als ik naar Duitsland ga en mijn lidmaatschap of mijn burgerschap hier verloochen, neem ik het burgerschap op in Duitsland en ben ik niet meer een Amerikaan, ik ben een Duitser. En als ik naar Japan ga of waar dan ook, Rusland, word ik een burger daar.

223 En als u zich aansluit bij een systeem en een burger wordt van dat systeem, laat u zien wat u bent. En in deze laatste dagen roept God de mensen eruit. De Bijbel zegt: "Gaat uit van haar, opdat gij geen deel aan haar hebt, en Ik zal u aannemen. Raakt haar onreine dingen niet aan, en Ik zal u aannemen. En gij zult zonen en dochters voor Mij zijn, en Ik zal God voor u zijn." Zie?

224 Dat is de reden waarom ik tegen de kerk gesproken heb, de loge. Ik kan het geen kerk noemen. Er is maar één Gemeente, dat is de Gemeente van het Lichaam van Christus. Maar deze loges, die 'gemeente' genoemd worden, mijn Bijbel vertelt mij dat zij godslasterlijke namen zijn, allemaal, alle organisaties. Wat lasteren zij? 'Godslastering' is 'tegengesteld zijn aan' of 'spreken tegen'. Als God zegt: "Kom om geboren te worden" en zij zeggen: "Kom om u aan te sluiten". Zie? Als de doop van de Geest valselijk wordt vervangen door een ouwel in de Katholieke kerk, het schudden van de hand in de Protestantse Kerk, en een emotie in de Pinkstergemeente, in plaats van de Persoon van Christus, binnenkomend met dat hele piramide gebouw dat we onlangs hadden.

225 Voeg bij uw geloof deugd, enzovoort, dit alles in I Petrus, het eerste... II Petrus, het 1e hoofdstuk, waar het allemaal toegevoegd wordt aan uw geloof, al deze dingen, godzaligheid en reinheid en heiligheid en alles, en dan wordt u verzegeld door de Heilige Geest.

226 Maar het is net alsof iemand, zij... mensen beweren dit te hebben, terwijl zij het niet hebben, omdat ze valselijk onderwezen zijn. De Methodisten krijgen een eigenaardig gevoel, zo was het tenminste, en schudden een beetje of dansen in de Geest. De Pinkstermensen spreken in tongen of doen iets emotioneels. Ik geloof die dingen, zeker, maar die dingen zonder deze andere, is niet goed.

227 Zoals ik onlangs zei, het is als een pauw... of een merel die probeert pauweveren in zich te steken, of een buizerd die probeert duiveveren te gebruiken. Ze groeiden daar nooit, hij stak ze bij zichzelf op. Ze worden geplant, ze zijn een denominatie. Maar wanneer God iets daarin plaatst, is het natuurlijk. U laat uzelf zeggen: "Ik voegde mij bij de kerk gisteravond. Ik kan niet meer uitgaan, ik kan niet meer drinken, ik kan dit niet doen. Ik sloot mij aan bij de kerk." Zie, u probeert pauweveren in uw buizerd-lichaam te steken. Zo is het. Zie? Zie? U moet wederomgeboren worden! U moet Christus ontvangen. En als u Christus ontvangt, kunt u Christus niet ontvangen zonder Zijn Woord te ontvangen, omdat Hij het Woord is. En als u een vorm van godzaligheid hebt en Dat ontkent, dan vraag ik mij iets af. Zie? En u kunt toch behoren tot elke organisatie die u wilt en een vorm van godzaligheid hebben en Het toch niet hebben.

228 Nu, daar bent u er, vrienden. Daar is de hele zaak. God zegene u. God helpe u. Ik zeg dit niet om anders te zijn. Ik verklaar mijzelf. Hoewel dit wapenstilstandsdagen zijn, teken ik toch geen vredesverdrag met u, predikers, helemaal niet. Ik geloof dat u met mij moest komen tekenen; niet met mij, maar met God, het Woord. Zo is het. Zo is het. Zeg wat de Bijbel zegt, zeg het zoals het er staat. Omdat de Bijbel zegt: "Wie ervan zal wegnemen, of eraan toevoegen." En u ziet, organisatie is onschriftuurlijk, en als u het eerste dogma aanneemt, kunt u net zo goed de hele weg teruggaan, omdat u daar precies de grens oversteekt. Als u terugkomt tot de nieuwe geboorte, dan zult u wandelen in de Schrift.

229 En als u in een denominatie gaat, zegt men: "Ik weet dat wij hier niet in geloven. Onze bisschoppen in onze kerk leren dat wij een van de oudste kerken zijn. Wij leren niet..." Het maakt mij niet uit wat zij niet leren. Als de Bijbel het leert, de Heilige Geest in u zal Zich voeden met het Woord. Het doet er niet toe hoe knap een man is en hoe hij kan proberen het weg te verklaren, zij kunnen het weg verklaren. Een ongelovige kan de Bijbel nemen en God van u weg verklaren.

230 Daarom heeft niemand enig recht om het Evangelie te prediken tenzij hij, als Mozes, daarginds op die heilige grond is geweest, waar hij en God alleen stonden, totdat een man wederomgeboren is en daar van aangezicht tot aangezicht staat met God en het weet. Dan is er geen ongelovige, geen psychologie, geen verklaring, er is geen geleerde ter wereld die Dàt van u kan wegnemen. U was daar toen het gebeurde! Beslist. U weet wat plaats vond.

231 Dan zegt u: "Ik had dat soort ervaring en ik heb een geest op mij gekregen." En als deze op enigerlei wijze het Woord ontkent, hebt u de verkeerde geest. U zegt: "Ik kan zulk spul als Dit niet aannemen. Ik weet het, maar onze kerk..." Aha, daar is een verkeerde geest. Daar is uw merkteken van identificatie. Kaïn, u bent gemerkt. Jazeker.

232 Eva betwijfelde slechts één Woordje; niet alles. Wat God zei, slechts één klein Woordje, en het veroorzaakte elke zielesmart en hartzeer, dood en zonde en oorlogen en al het andere, elk graf, elke ambulance die ooit gierde, elk ziekenhuis dat gebouwd werd voor de zieken. Haar ene kleine betwijfeling van één klein Woordje van God, veroorzaakte dit allemaal. En zij werd eruit gestuurd, daar dit nooit had moeten gebeuren. Hoe zult u binnengaan, als u één Woord ervan betwijfelt? U zegt: "Ik weet dat Het dàt zegt, maar Het..." Het bedoelt precies dat!

233 Nu kijk. God moet de wereld door iets oordelen. Je kunt geen oordeel hebben tenzij je eerst een wet hebt. Er moet iets zijn, je moet iets overtreden om geoordeeld te worden. Zie? En er kan geen correct oordeel zijn, zonder straf. Nu zie, je kunt geen wet in de stad hebben die zegt: "Vijf dollar boete voor het rijden door een rood licht" en de volgende wet zegt: "Nee, hij kan vrij uit gaan." zie, je kunt dat niet doen. Dus kunnen er geen twee wetten tegelijkertijd bestaan. En er is één wet, één God, één Boek, één Christus. Dat is alles. Eén geloof, één hoop. Dat is alles. Dat is de Bijbel, Christus.

234 Let hier nu bij op, als er hier iets aan toegevoegd moet worden, moet het door de mens worden toegevoegd. Het kan niet meer zijn dan...

235 En als God de wereld gaat oordelen door een kerk, zoals de Katholiek zegt, door welke Katholieke Kerk gaat Hij hem dan oordelen? Er zijn er verscheidene van; daar is de Roomse; er is de Griekse; en o, er zijn allemaal verschillende soorten. Door welke Katholieke Kerk gaat Hij hem oordelen? Of, misschien gaat Hij hem oordelen door de Lutheraanse kerk? Wel dan, en misschien gaat Hij hem oordelen door de Presbyteriaanse? Zie? Wat zal Hij gaan doen? Hij gaat hem niet oordelen door een kerk. Hij gaat hem oordelen door Zijn Woord. Wel, dan... Hij... nooit...

236 Zie, Hij kan geen groep mensen bewaren, volgens het visioen van de zuster onlangs, de Heilige Geest erin uitgestort, het ging regelrecht door die doos heen. Zeker, niets houdt dat. Het is een individu. Het wordt gegeven om de gemeente te reinigen, maar deze kan het niet vasthouden. Geen organisatie kan het vasthouden. Dat is alles. Het gaat gewoon niet. Je hebt er alles in en je kunt het niet doen. De organisatie kan het niet doen. Maar het is de individu die de Heilige Geest heeft. Nu, let op.

237 Als God dan de wereld gaat oordelen door Zijn Woord, dan heeft Hij er zeker over gewaakt en het in conditie gehouden. Of, als het helemaal verward is, hoe zal Hij oordeel gaan brengen? Zie? Het moet iets zijn. En Hij zei nooit: "Wie dan ook, door de kerk." Hij zei: "Wie één Woord hiervan weg zal nemen, of er één Woord aan toe zal voegen, zijn deel zal weggenomen worden uit het Boek des Levens." Dus voor mij is het God, Zijn Woord en het oordeel. Nu, als ik oordeel en het Woord aanvaard, en zie dat Christus voor mij stierf, dan zal ik vragen, dat Zijn Leven binnenkomt en mij leidt. En als Zijn Leven het Woord is en Hij het Woord schreef, hoe kan Zijn Leven in mij zijn, en ik beweer de Heilige Geest te hebben, terwijl ik een dogma toevoeg in plaats van het Woord? Het zou gewoon niet werken. Hoe kan ik een denominatie toevoegen als Hij er tegen is, en het bewees en toonde door de geschiedenis, dat elke keer dat zij een denominatie maken, zij geestelijk sterven? O, zij groeien in leden, zeker. Ja, ze groeien in aantal. Maar geestelijk komen zij nergens. Laat mij zien, vertel mij waar ooit in de geschiedenis een kerk, die... Nadat zij zich organiseerde, stierf zij precies daar, de Heilige Geest verliet haar. Er zijn geen wonderen en tekenen meer en zij ging gewoon regelrecht de chaos in.

238 Dat is precies wat er gebeurde met onze Pinkstergemeente. Zij deden precies wat hun moeder deed. In het begin kwamen zij eruit, een volk dat denominaties verwierp. Nu, sommigen van u broeders die naar deze band luisteren, sommigen van u ouderen, weten dat jaren geleden, veertig, vijftig jaar geleden, als men u over een organisatie gesproken zou hebben, u gezegd zou hebben dat het godslastering was. Maar vandaag behoort u tot de zaak, waarvan u dacht dat het godslastering was. U vrouwen, die uw haar afknipt en uw gezicht schildert, uw moeder was daar tegen, die goede oude Pinksterheilige. Wat gebeurde er met u? Paulus zei: "Gij liept wel, wat heeft u verhinderd?" Zie? Toen was u vrij van dat spul, maar u wilde als de rest van hen zijn.

239 Precies wat Samuël zei. Israël had een Koning, en dat was God. En ze zeiden: "Samuël, u wordt oud. Maak ons een koning, wij willen zijn als de rest van de wereld. Wij willen als de andere naties zijn. Wij willen een koning om ons te leiden in de oorlog, wij willen een koning die onze oorlogen kan voeren." En het mishaagde Samuël.

240 Hij zei: "Heb ik ooit iets van u genomen? Heb ik ooit uw geld van u genomen? Heb ik u ooit gevraagd om een os of zo? Heb ik u ooit om iets gevraagd?"

     Ze zeiden: "Nee. U vroeg ons nooit om iets."

241 Of hij zei: "Heb ik ooit iets tot u gesproken in de Naam des Heren dan wat kwam te geschieden?" Klopt dat? Hij zei: "Ontvang dan die koning niet, want het zal chaos voor u betekenen."

242 Nu wil ik u iets vragen, aan de Branham Tabernakel. U staat nu op het punt tot een grote Tabernakel uit te groeien. Ik zal misschien een poosje weg zijn. Ik kan misschien ergens heengaan. Het is moeilijk te zeggen waar de Here mij zal roepen: misschien van het toneel af, misschien terug op het veld, misschien roept Hij mij in de woestijn. Ik weet niet waar Hij mij zal roepen totdat Jezus komt. Ik wil u iets vragen. Vroeg ik u ooit om iets? [De samenkomst zegt: "Nee"] Vroeg ik u ooit om geld? [De samenkomst zegt: "Nee"] Vertelde ik u ooit iets, van de duizenden dingen die ik u verteld heb in de Naam des Heren dan dat het kwam te geschieden? [De samenkomst zegt: "Amen"] Voeg u dan nooit bij een organisatie. Het is tegen het Woord van God. Kom eruit als u erin bent, en wees afgezonderd en ontvang het Woord des Heren. Laten wij onze hoofden buigen.

243 Grote God van de profeten, de God van Abraham, Izaäk en van Israël, voeg deugd toe, Here, aan deze kleine gebroken Boodschap, die gedurende een lange tijd op mijn hart is geweest, om tot mijn broeders te brengen. Velen van hen daar buiten, Here, hebben een verkeerde indruk van mij. Zij denken dat ik anders wil zijn. Zij denken dat ik probeer een weetal te zijn. Ze hebben de mensen verteld dat ik de mensen verleid, speciaal over zulke onderwerpen als de waterdoop in de Naam van de Here Jezus, en over het slangenzaad, de grote hoer, en vele van die banden die uitgingen, met niets dan de onvervalste Waarheid. En ik heb hun gevraagd: "Laat enigen van u komen en mij tonen waar ik zondig, of ongelovig ben of het Woord verkeerd uitleg." En niemand heeft het mij laten zien. Ik bid U, Vader, laat deze mannen weten dat zij het uur missen. Zij zullen wachten tot het te laat is, als zij niet ontwaken. Mogen zij, elkeen...

244 Here, ik ben hier zeker van, mijn hart zou breken als deze Schriftplaats niet echt voor mij was, toen U zei: "Al wat de Vader Mij gegeven heeft, zal komen. Mijn schapen horen Mijn Stem." Dan geloof ik, Here, dat het Koninkrijk waarlijk is zoals U zei, ik weet dat het gelijk is aan een man die een net nam en naar het meer ging, het net erin wierp en allerlei soorten optrok. Er was ongetwijfeld roofvis, er waren schildpadden, waterspinnen, slangen, alles wat het Evangelie-net ving. Maar tenslotte, spoedig daarop krabbelde de rivierkreeft weer terug in het water, de schildpad trok zich terug, de slang siste en trok zich terug in de modderpoel, zoals een hond tot zijn uitbraaksel en een zeug tot de wenteling in het slijk. Maar er was daar ook echte vis, Here. En ik heb deze troost, te weten dat zelfs voordat het net over hen ging, zij toen al vis waren. Zij waren geboren, voorbestemde vis. En zo is het Evangelie-net, dat uitgeworpen wordt in opwekkingen. U kent de Uwen. Het enige waar ik verantwoordelijk voor ben, Vader, is trouw aan dit Woord te blijven. U bent Degene die beslist wie wie is. En ik weet dat evenmin als de schildpad een forel zou kunnen worden, een man of een persoon die dove oren heeft voor het Evangelie, ooit de Waarheid zal verstaan. Want de Vader heeft dit van tevoren gezien, en U hebt beloofd dat al wat U gaf, zou komen.

245 Hemelse Vader, ik bid U dat elke persoon die deze kleine Boodschap hoort, het Licht mag zien dat daarin gepredikt is, en de bedoeling, die ik in mijn hart heb tegenover mijn medemensen, mensen waar U voor stierf. En mannen, enigen van hen daar buiten, Here, zoals in de groep van Korach, echte mannen, valselijk geleid, met een heilig wierookvat in hun hand, kwamen om. Wel, zij wilden zelfs het wierookvat met vuur niet met hen binnen laten gaan; Aäron's zoon, Eleazar, moest ze verzamelen. En zij maakten een overtreksel voor het altaar uit die vaten, een bescherming, om te laten zien als gedenkteken van die verschrikkelijke zaak, dat Korach probeerde een georganiseerde partij te vormen tegen de boodschapper van God. Verre zij het van ons, Here. Moge de Heilige Geest ons altijd bewaren.

246 Wij danken U, Here, voor onze kleine gemeente, deze kleine gewijde tempel. Vele jaren geleden, meer dan dertig jaar, knielde ik in de vijver hier, vol van onkruid en nattigheid, en wij droegen deze grond, dit kleine gebouw, aan U op. En ginds in die hoek van de Tabernakel ligt dat visioen. Het is precies zo gebeurd. Het is er nog. Zij zullen het niet neerhalen, Here, ze gaan het juist... het wordt oud en ze gaan het juist behouden door er één overheen te plaatsen. God, sta toe dat dit gouden Evangelie, dat vermeld is in de bladzijden hier, nooit deze kleine gemeente verlate, totdat Jezus komt. Moge elk lid, elk lid van het Lichaam van Christus, dat hier binnenkomt vanuit de hele natie en de hele wereld, moge elk van hen het Licht, het Evangelie, ontvangen en er dan in wandelen en Christus ontvangen.

247 En moge het zo werkelijk zijn, dat Zijn Woorden zullen komen te geschieden: "De werken die Ik doe, zullen zij ook doen. Hij die Mijn Woorden hoort en gelooft in Hem die Mij gezonden heeft, heeft Eeuwig Leven." En wanneer Eeuwig Leven binnenkomt, worden zij van boven geboren, en de werken van God manifesteren zichzelf, omdat het hetzelfde Leven is, dat in Hem was. Het kan niets anders doen.

248 Dus Vader, dat deze gemeente nooit hun Eeuwige bestemming zal laten rusten op een sensatie, op een organisatie, maar op niets minder dan Christus Zelf, levend in hen, Zijn Woord bevestigend door hen en Zijn belofte. Moge elk, vanaf het kleinste kind hier vanavond tot de oudste persoon deze ervaring ontvangen. En moge iedere man, of vrouw, jongen of meisje, die deze band hoort, moge het zo met hen zijn, Here, en geef hun het begrip, dat ik slechts probeer te waarschuwen en uit te roepen, want dit uur is later dan wij denken.

249 En wij zien Babylon, de moederhoer, en al haar hoerendochters zich tezamen vergaderen. God, wij beseffen dat de Schrift zegt dat het onkruid uit het tarweveld eerst in busselen gebonden zal worden. En zij hebben zich in busselen gebonden, zichzelf noemend met godslasterlijke namen, die eigenlijk niet bij hen behoren, het behoort ook niet bij de Gemeente; het zijn loges, geen kerken. Er is daar maar één van, Vader, en dat is die waarvoor U stierf.

250 En ik bid, Vader, daar wij hen allen nu gebundeld zien worden voor een spoedig atoomvuur, bid ik, Here, dat U de tarwe vol en zwaar wilt laten zijn. Sta het toe, Here. Mogen wij groeien en Licht verspreiden, en zijn als Jezus. "Als Ik niet doe de dingen die God van Mij verlangde te doen, dan heb Ik geen Leven in Mij. Maar als God spreekt en Zijn Leven laat zien, dan spreekt dat voor Zichzelf." Sta het toe, Here, ik beveel deze Boodschap bij U aan, en dat U erover wake, en tienduizenden, of al uw voorbestemde kinderen tot het Evangelie brenge. In Jezus Christus, die het Woord is, in Zijn Naam bid ik. Amen.

Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij het eerst liefhad,
En mijn verlossing kocht,
Aan het hout van Golgotha.

251 Ik ga een vraag stellen. Hoevelen vanavond in dit zichtbare gehoor hier, van deze grote mooie kerk met mensen of huis van mensen, liever, in deze plaats van aanbidding, geloven met hun hele hart, dat hun leven voldoet aan de vereiste van God en de Bijbel, en geloven door naar hun eigen leven te kijken, en ziende de wijze waarop de Geest in hen beweegt, dat het elk Woord gelooft op de wijze dat het geschreven is en het bewaart? Gelooft u het? God zegene u. Moge Hij altijd Zijn Geest op u houden.

252 En mijn vriend op de band, ik wenste dat u hier vanavond in dit gehoor had kunnen kijken, ik geloof dat op zijn minst negentig procent van de mensen hun handen omhoog had, dat zij de Bijbel hebben geloofd en nauwlettend hebben gadegeslagen, (niet wat de kerk zegt) wat de Bijbel zegt, (niet wat de loge zegt) wat de Bijbel zegt, en zij zien het Leven van Christus erin weerkaatst.

253 Weet u, in de oude dagen, voordat zij smeltovens hadden, was de goudsmit gewoon op het goud te slaan met een hamer. Ik denk dat U ervan gehoord hebt. Voordat het naar de smeltoven ging, sloegen zij het. En goud is het zwaarste metaal, het is zwaarder dan lood. En zo heb ik een beetje aan ertsonderzoek gedaan, en je kunt het zand nemen en het wassen in de woestijnen, en je handen over het zand wrijven en dan zo blazen en het stof en alles zal wegvliegen, de stenen, maar goud is zo zwaar dat het daar blijft liggen. En als je dan dat goud opneemt, is het door zoveel vuil heengegaan, dat het heel wat opgenomen heeft. En door de vulkanische tijdperken, naarmate het zich opeengehoopt heeft, heeft het modder en alles, ijzer en pyriet en andere metalen ermee vermengd. De man die erop sloeg, placht deze klomp goud te nemen en erop te slaan en het steeds weer te draaien totdat hij al de droesem eruit had geslagen. En weet u hoe hij wist dat hij al de droesem eruit had? Hij kon zijn eigen beeld erin weerkaatst zien.

254 Zo handelt God met de Gemeente. Hij slaat elke geloofsbelijdenis, elke denominatie, elk door mensen gemaakt dogma, eruit, totdat Hij Zijn Eigen Leven in u weerkaatst ziet. "Als Ik niet doe de werken van Mijn Vader, geloof Mij niet." Zie? Als datgene wat bedoeld is voor de Gemeente, het Leven dat in Christus was, zich niet in u weerkaatst, sta dan niet stil als u geen geduld, deugd, en al deze dingen, en matigheid en zo, en godzaligheid en broederlijke liefde en al deze dingen hebt, die van u verlangd worden. Het doet er niet toe wat u hebt gedaan, hoeveel u ook hebt gejuicht, bij hoeveel kerken u ook aangesloten was, hoeveel veren u ook in uzelf hebt gestoken, doe het niet. Wacht tot u echt, vanuit uw hart vergeven kunt, totdat u in uw hart broederlijke liefde hebt. Al trekken zij een handvol haren uit uw baard aan de ene kant, u kunt de andere wang toekeren met liefelijkheid, zie, totdat deze deugden, wat ze ook tegen u zeggen, zich openbaren.

255 Toen zij een lap om Zijn gezicht bonden en Hem op Zijn hoofd sloegen, zeiden ze: "Nu, zij vertellen mij dat U een Profeet bent". Ze rukten de lap van Hem af en een van hen die de stok vasthield, zei: "Wie van ons sloeg U? Profeteer en vertel het ons", met andere woorden, "dan zullen wij geloven dat U een Profeet bent". Hij opende nooit Zijn mond.

256 Als u hoort van een profeet die opstaat en alle antwoorden heeft op elke vondst die u kunt bedenken, bedenk dan dat hij geen profeet is. Vandaag moeten zij alles weten, wanneer u tandpijn en maagpijn zult hebben en al het andere, en ze vertellen u er alles over. Dat is niet de natuur van onze God. Let op de profeten, let op Jezus.

257 Kijk naar Paulus, terwijl hij een man met blindheid kon slaan, liet hij de kopersmid hem het land uitjagen. "Ik denk dat hij de macht om met blindheid te slaan, verloren heeft."

258 Jezus, die de doden kon opwekken, en toch wordt er gezegd, dat een dronken soldaat in Zijn gezicht spuwde, en op Hem aanviel en spuwde en baardharen uit Zijn gezicht trok en Hem op Zijn hoofd sloeg, met een lap over Hem heen en zei: "Profeteer en vertel ons wie U sloeg." En Hij opende Zijn mond niet.

259 Let niet op al deze werkers die uit zijn op effectbejag. Maar bedenk dat zij er alleen maar van spreken, zoals een valse dollar er alleen maar van spreekt dat er ergens een echte is. Als u dit organisatiespul ziet groeien en voorspoed hebben, zoals er gezegd wordt, dat "bedrog voorspoed zou hebben in zijn hand", bedenk slechts dat er ergens een kleine Gemeente van God is, werkelijk met de Heilige Geest gevuld, waarachtig, die zich opwaarts beweegt op de ladder. Kijk niet naar de grote organisatie.

260 Van welke grotere gemeente is er sprake in de Bijbel dan het gemeentetijdperk van Efeze? En toen Paulus door de bovenlanden van Efeze reisde en tot deze gemeente kwam, bestond deze uit twaalf mannen. Dat is juist. En zij waren allen goede mensen, die juichten en een goede tijd hadden, maar nog niet de Heilige Geest hadden ontvangen. Paulus zei: "Hebt u de Heilige Geest niet ontvangen sinds u geloofd hebt?"

     Ze zeiden: "Wel, wij wisten niet dat er een Heilige Geest was."

261 Hij zei: "Hoe werd u dan gedoopt?" Als het geen verschil maakte, wat zei hij tegen die gemeente daar?"

262 Ze zeiden: "We zijn al gedoopt door een van de grootste mannen die er ooit op aarde stond, Johannes de Doper, die onze Here doopte. Is die doop niet goed genoeg?"

263 Hij zei: "Nee meneer. U moet overgedoopt worden, omdat het Koninkrijk verzegeld wordt tot iets anders." En toen zij dit hoorden... Hij zei: "Johannes doopte alleen maar tot bekering, niet tot vergeving van zonden, zeggende dat U zou geloven in Hem, die zou komen, dat is, in Jezus." En toen zij dit hoorden, werden zij overgedoopt in de Naam van Jezus Christus. Juist, precies. Zij volgden de Schrift.

264 U weet, bij de inwijding vanmorgen, dat Mozes het patroon volgde dat hij in de Hemel zag en een tent oprichtte om het af te beelden. Toen Salomo de tempel bouwde (wat deed hij?) volgde hij het patroon dat Mozes volgde, volgens de tent, de Schrift in lijn houdend.

265 En toen God tot Zijn tempel kwam voor de laatste dagen, deze Tempel, de Heilige Geest, "een lichaam hebt U Mij bereid", viel de Heilige Geest op de Dag van Pinksteren, en de boodschap was: "Bekeert u, een ieder van u, en wordt gedoopt in de Naam van Jezus Christus voor de vergeving van zonden, en u zult de gave van de Heilige Geest ontvangen, want de belofte is voor u en uw kinderen, en degenen die verre zijn, zovelen als de Here, onze God, ertoe roepen zal." Als u uw prediker een dokter wilt noemen, dokter Simon schreef een recept, een eeuwig recept, dat de zieke geneest.

266 Laat sommigen van deze kwakzalvers proberen, door denominatie, het te vullen op enige andere wijze, dat is de reden waarom zij... U weet, dat als u teveel toevoegt aan het recept, als u teveel neemt van het vergif, u uw patiënt zou kunnen doden. Als u er niet genoeg in doet van het tegengif, als u dat niet doet, zou het uw patiënt geen goed doen. Uw dokter weet precies hoe hij het recept moet schrijven.

267 En Christus, de Heilige Geest, is de Recept Schrijver, en Hij schreef het. Voeg er niet aan toe of neem er niet van af, neem gewoon het medicijn op de wijze dat het is. Het is de genezing voor alle kwalen. God zegene u. Hebt u Hem lief? Amen.

Ik heb Hem lief... [leeg gedeelte op de band]
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn verlossing kocht,
Aan het hout van Golgotha.

268 Nu, terwijl wij het neuriën, keer u om en schud de hand van uw naaste daar. Ook hij is een pelgrim die doortrekt.

Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn verlossing kocht,
Aan het hout van Golgotha.

Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn verlossing kocht,
Aan het hout van Golgotha.

Ik heb Hem lief (laten wij het nu zingen), Ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst liefhad,
En mijn verlossing kocht,
Aan het hout van Golgotha.

269 Laten wij nu onze hoofden buigen, onze ogen sluiten, onze handen en onze stemmen tot God opheffen, terwijl ik u toevertrouw aan de herder. We zijn blij u hier te hebben. We zijn geen denominatie. We hebben geen wet dan liefde, geen geloofsbelijdenis dan Christus, geen boek dan de Bijbel. Geen lidmaatschap; slechts broederschap door het Bloed van Jezus Christus, dat ons reinigt van alle ongeloof.

270 Goed, allen tezamen nu. "Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief." God zegene u. Kom terug en bezoek ons opnieuw. "Omdat Hij eerst liefhad. ..." Goed, herder Neville, God zegene u. "En kocht mijn..."