12 augustus
Dag 244
Dan hier in de Cadle tabernakel toen we die samenkomst hadden; die kreupele jongen die hier binnenkwam waarvoor gebeden werd. Velen van u hier waren daar en hebben hem gezien. Ze brachten hem achter in die kamer voor noodgevallen. Billy bracht me naar hem toe. Ze hadden hem al gedurende drie of vier avonden op het podium daar in het gebouw. Hij had geen gebedskaart kunnen krijgen, daarom brachten ze hem in de kamer voor noodgevallen. Ik ging er binnen en bad voor hem; keek naar hem. Hij zei: “Meneer Branham, kunt u iets tegen me zeggen als vertroosting?”
Ik zei: “Ja zeker, zoon. Polio heeft je in deze toestand gebracht.”
Hij zei: “Dat is waar.”
Ik zei: “Je naam is Zo-en-zo. Je komt uit een bepaalde plaats.”
“Dat is waar,” zei hij, “hoe zit het met mijn genezing?”
Ik zei: “Door Zijn striemen werd je genezen.”
Hij ging naar huis, getuigend, God de eer gevend. En hij gaf zo’n aanstoot, beweerden zij, in de buurt, dat er tenslotte op een zondag een groep predikers binnenkwam die bij hem ging zitten en zei: “Je moet daarmee ophouden. Je brengt een smaad op de zaak.”
En de jongeman die daar zat, zei: “Meneer, als u hier zou zitten waar ik ben, als u in de stoel zou zitten waar ik in zit, dan zou u niet proberen mij te beroven van de laatste hoop die ik heb in Christus.” Zei: “Door Zijn striemen ben ik genezen.” Zat daar met verlamde voeten, handen, lichaam, rug, en nauwelijks had hij dit gezegd of hij kwam uit de stoel vandaan, God verheerlijkend.
Wat? Zijn natuurlijke zintuigen zeiden dat hij daar zou zitten; de dokter had gezegd dat hij daar zou zijn zolang hij leefde. Maar het zesde zintuig zei: “Door Zijn striemen ben ik genezen.” En hij wilde er niets mee te maken hebben. Het verwerpt alles wat in tegenspraak is met wat God heeft gezegd. Daar is het zesde zintuig voor.
(Opmerking: voor gelijkenissen van het Koninkrijk, hier genoemd, zie dag 136 en dag 137.)
Aanhaling genomen uit de prediking: