Bastaard religie
Door William Marrion Branham1 Dank u, broeder Orman...?... Zo fijn om vanmorgen weer in de gemeente te zijn en die tijd van gemeenschap te hebben rondom deze geweldige geschriften van God. En nu, we hebben hier in de Tabernakel nooit haast, weet u. Wij nemen zo'n beetje onze tijd, en soms wordt het een beetje vermoeiend voor degenen die moeten staan; en als het kan of mogelijk is, verwissel zo nu en dan van plaats met iemand.
2 De kinderen zouden graag wat dichterbij willen komen, ik denk dat we er hier nog een paar kunnen bergen; hier zijn nog twee zitplaatsen over, drie of vier hier op het podium, als iemand daar achteraan naar voren zou willen komen om wat prettiger te zitten, of als iemand een beetje schuchter is, omdat het de eerste maal is dat hij in de samenkomst is, dan zouden enkele oudsten hier kunnen komen zitten. We zouden ze hier graag willen hebben, zodat een ander hun zitplaats kan innemen. Sommigen van de diakenen of sommige predikers, enzovoort, die hier zouden willen komen, het kan een ander die staat gelegenheid geven om te gaan zitten. En sommige mensen proberen nog steeds binnen te komen om te kijken of ze achterin een plekje kunnen vinden. Wanneer zij de paden al vol zien, gaan ze weer weg en missen...
3 Nu, hier is nog een extra zitplaats hier boven, vooraan, geloof ik. Is dat waar, jongedame? Hier is een zitplaats, hier vlak vooraan, precies hier. En ik zie broeder Wood opstaan en hier boven zijn er nog twee. Blijf gewoon deze richting opgaan. Nog twee, hier vooraan. Als iemand naar voren wil komen, er zijn een, twee, drie zitplaatsen leeg hier. Mogelijk vier op het podium. En als u boven wilt komen, wel, dan zullen er enkele zitplaatsen achterin leegkomen; want vaak komen de mensen binnen nadat de dienst begonnen is. Zij kijken vanuit de deuropening rond en gaan dan weer terug naar buiten en missen de dienst. Hier is er een, precies in het midden. Een, twee, drie, vier, vijf, dat zijn dan vijf lege plaatsen, hier vooraan. Kom snel hierheen, maak het u gemakkelijk en voelt u zich thuis.
4 De Here zegene u, broeder George. Ik ben blij u vanmorgen weer te zien. Terwijl ze... Dat is geweldig fijn, zuster. Nu jij... de kleine dame, als zij... Er is er daar een voor haar, precies daar, lieverd. Ga snel verder waar die man daar staat bij die... daar ja. Dat is fijn. Als iedereen comfortabel zit dan voelen zij zich beter. Zij hebben het gevoel dat je kunt... Ik weet dat het hier niet al te comfortabel is, maar wij willen u zo dichtbij hebben als we het voor u kunnen maken.
5 We kijken nu uit naar de aanstaande samenkomst; verwachten grote zegeningen in de toekomst... deze komende profetische samenkomst. Nu vanmorgen vertelde ik de mensen dat ik voor de zieken zou gaan bidden. En dit zal de laatste gelegenheid zijn die ik nu heb om te kunnen bidden voor de zieken in de gemeente tot na de samenkomst. Gedurende de tijd van de samenkomst willen we ons, als we kunnen, zoveel mogelijk houden bij de profetische gedachtegang. Dan daarna, ik denk misschien voor Kerstmis, zou ik graag nog een klein aantal avonddiensten over Daniël willen houden, hier in de gemeente, daar ik misschien op de eerste van het jaar weer zal moeten vertrekken. Ik weet dat we niet al te veel tijd over hebben.
6 Wanneer nu iemand komt en reserveringen in motels, enzovoort, wenst te maken, hebben we dat nu geregeld, zodat we kunnen reserveren.
7 En de heer Morris, die van keelkanker werd genezen, hij was een acrobaat, getrouwd met iemand in de familie van dr. Adair, mijn vriend hier in de stad... Ze hadden hem geopereerd aan keelkanker en hij was stervende. En de Here leidde mij naar zijn huis, zes, zeven jaar geleden, waar hij in het huis van zijn zuster lag te sterven, met kanker aan de keel. Ik ontmoette hem hier onlangs bij de kapper. Hij was aan het getuigen en zei: "Ik kon zelfs niet slikken," zei hij, "en vijf minuten later, nadat er voor mij gebeden was, at ik mijn warme maaltijd. En", zei hij, "sindsdien was er nooit meer een spoor meer van." Hij runt nu het Wayfarer Motel. En hij zei: "Billy, ik hoor dat je een samenkomst gaat houden en elk van je mensen die hier binnen wil komen, zal ik het goedkoopste tarief geven." Hij heeft hier een nieuw motel en geeft hun gezinstarieven, enzovoort. Ik nam zijn kaarten aan en deze liggen in het kantoor, enzovoort, en nadat deze reserveringen volgeboekt zijn kunnen we contact opnemen en nog andere plaatsen krijgen voor de laagste prijzen met de beste accommodatie die voor uw vrienden het meest geschikt is.
8 Natuurlijk zullen waarschijnlijk velen van u enkelen van hen in uw eigen huis opnemen. En dat is geweldig fijn als u voor iemand kunt zorgdragen. Het is comfortabeler, zoals thuis, weet u, wanneer u gemeenschap kunt hebben met Christenen. Dan kunt u de Schriftgedeelten als het ware nog eens gezamenlijk doornemen. Ik wil graag dat ieder van u uw boek meebrengt; neem uw potlood mee, omdat we tijden, data en Schriftgedeelten zullen geven over de Zeven gemeentetijdperken. De gemeentetijdperken – zeven laatste gemeentetijdperken en hoe zij elkaar opvolgen.
9 Het is een profetische boodschap. Eerst zal ik het prediken, dan komt het op de band (magnetische geluidsband), daar vanaf op grammofoonplaten, en dan zal het daarvan genomen worden met steno en vervolgens in boekvorm worden uitgetypt. En het boek zal een commentaar worden van de Zeven gemeentetijdperken. En als ik het niet belangrijk achtte en als ik het niet zeer nodig achtte zou ik zeker niet de tijd van de mensen nemen om het te zeggen; maar ik geloof dat het de laatste keer kan zijn dat wij het ooit zullen ontvangen, speciaal uit deze gemeente. Dus laten wij er echt over in gebed zijn, echt biddende.
10 Volgende week zal ik naar Louisiana moeten gaan, weet u, voor de samenkomst daar. Ik zal in Shreveport, Louisiana zijn vanaf de vierentwintigste tot de zevenentwintigste, in Shreveport, Louisiana bij broeder Moore. Dat is gewoon een normale evangelistische dienst. Dan keer ik hier op de negenentwintigste of de dertigste terug en op 4 december beginnen we hier. Nu, er zal een ochtendboodschap zijn.
11 Als ik met dat gemeentetijdperk op die avond niet zover kom als dat ik denk dat nodig is, zodat de mensen het volkomen begrijpen, dan ga ik de volgende morgen of de volgende middag gewoon verder, beëindig het hier in de Tabernakel en kom dan de volgende avond op het gemeentetijdperk terug, want ik wil er zeker van zijn dat alles overkomt, omdat het essentieel is.
12 We weten dat we in een zeer vreemde tijd leven. En we weten het door de wijze waarop de dingen zich ophopen. Nu wat dit betreft en wat ik zeg vanuit de Tabernakel (als hier vreemdelingen zijn), de reden waarom ik deze boodschappen, enzovoort, in de Tabernakel uitdraag en niet op het evangelistische terrein, is dat dit hier onze thuisbasis is. Ik voel dat ik hier de leer kan prediken zoals ik het zie, zoals ik het geloof.
13 Nu, dat brengt geen conflict met iemands godsdienst, zie? Wat men ook wil geloven, dat is in orde. En nu is er vaak... Weet u, als wij vanmorgen allemaal een vingerafdruk lieten maken zou geen duim hier van ons er hetzelfde uitzien. Men beweert dat er geen twee neuzen precies hetzelfde zijn. (Ik denk dat u allemaal blij bent dat de uwe niet op die van mij lijkt.) Maar er zijn geen twee mensen die precies gelijk zijn. Dus... twee dingen... Bedenk dus... Maar wij zullen allemaal toegeven en het ermee eens zijn dat wij de Here Jezus op die basis liefhebben.
14 Ik zei: "Als een Roomskatholiek zich verlaat op de Katholieke kerk (wat hun fundamentele leer is), als hij gelooft dat die Katholieke kerk hem zal redden, is hij verloren, maar als hij geloof heeft in Jezus Christus, Gods Zoon, en Hem vertrouwt voor verlossing, is hij gered. Als een Methodist of een Pinksterman of een Baptist... als zij vertrouwen op hun kerk of organisatie voor hun redding, zijn zij verloren; maar als zij vertrouwen op Jezus Christus en Hem hebben aangenomen..." want het is uw eigen persoonlijke geloof in Christus Jezus dat u redt; of u nu Baptist, Pinksterman, Lutheraan, Katholiek, Jood of wat nog meer bent, het gaat om uw persoonlijke geloof in Jezus Christus.
15 Dit komt ook op de geluidsband. Hij loopt op dit moment. Dus ik ben er zeker van dat iedereen dit duidelijk begrijpt. Maar wanneer iemand een leerstelling predikt, dan zult u bij uw eigen geloof moeten blijven. Doet u het niet, dan bent u een huichelaar. Als u iets zegt omdat iemand anders het zegt, en in uw hart gelooft u dat niet, dan bent u een huichelaar, omdat u iets zegt wat u niet gelooft. Ik zou liever een beetje bekritiseerd willen worden over dingen die ik wel geloof, dan een huichelaar in Gods oog te zijn door te proberen met iemand een compromis te sluiten.
16 En nu bij deze samenkomsten hier, kunt u het wellicht met enkele van deze dingen heel erg oneens zijn, maar vaar niet tegen mij uit, want ik heb u lief, en dat is waar. Welnu, ik denk dat ik het duidelijk zal stellen, dat ik geloof dat ieder van u, of u een Katholiek, Protestant of Jood bent, of wat u ook bent... als u vertrouwt op, en hebt aanvaard, dat Christus uw persoonlijke Verlosser is, bent u gered; want door geloof zijn wij behouden en dat uit genade. Dus zullen onze kerken... zal onze voorliefde voor een kerk niet veel betekenen. Maar ik denk wat dit betreft, dat als u komt zonder vooroordeel, u zit daar gewoon, dat u zult uitvinden dat het nu juist die kerkdenominatie is die ons allemaal uit elkaar heeft gejaagd zoals we nu zijn. Dát heeft de moeite gebracht. En als we het gewoon lieten zoals het was...
17 Nu, ik ga hier iets neerleggen en ik... Ik wil graag een aanhaling geven. En ik ben er zeker van dat u hier in de Tabernakel, mijn vrienden, weet dat ik dit niet zeg om te zeggen: "Kijk, ik had het u gezegd!" Ik bedoel dat niet. Ik hoop dat ik nooit zover kom dat ik mij voor de mensen als een weetal gedraag. Als ik ooit zo word, laat alstublieft iemand mij komen corrigeren en rechtzetten en zeggen: "Hé, een ogenblikje!" Zie? Zo wil ik niet zijn. Maar wanneer God iets zegt, en het wordt bewezen de waarheid te zijn, wil ik dat graag bekendmaken, omdat ík het niet was, die het zei. Hij was het Die het zei.
18 Nu, ik was... En zoals ik verleden zondag zei, ik geloof dat het hier was, sta ik al achtentwintig jaar achter deze preekstoel en ik heb nooit eenmaal over politiek gesproken, op generlei wijze, dan tot vorige zondag; en ik vertelde u mensen te bidden voordat u naar de stembus ging om te stemmen. Ik ging onlangs naar het huis van broeder Wright en ik denk dat hij een van de oudsten is – hij en broeder Roy Slaughter en een paar anderen die mij al die jaren gekend hebben – en broeder Wright wist nooit hoe ik stemde; hij wist nooit of ik Democraat of Republikein was en dat is een tweede thuis voor mij. [Broeder Wright zegt: "We hebben samen gereden, samen gebeden, overal, je hebt mij nooit gevraagd wat ik stemde en ik heb het jou nooit gevraagd." – Vert] Het is zo onbelangrijk, dat is de reden, broeder Wright. [Iemand anders zegt: "Ik zou hetzelfde kunnen zeggen."] Dank u. Ik heb nooit... Niemand wist hoe ik stemde; omdat beide partijen... geen van beide kan pochen.
19 Maar verleden week, de reden waarom ik mij op die manier uitdrukte, was omdat het meer inhield dan politiek. Ik zou u graag een profetie willen voorlezen die gegeven werd. Ik kreeg op... en tussen haakjes, meneer Mercier en velen van hen zullen enkele van die oude profetieën nemen, ze bijeen zoeken om ze een beetje na te zien, ze in volgorde van datum te leggen en ze op schrift te stellen. Ik zou graag enige dingen willen lezen, die ik voor u zou willen... (Deze eerst.)
20 Ik wil u iets voorlezen:
"1932," luister hiernaar, "toen ik onderweg was... of toen ik mij vanmorgen gereedmaakte om op weg naar de samenkomst te gaan, kreeg ik een visioen. Onze diensten worden aan Meigs Avenue gehouden in het oude weeshuis waar Charlie Kern woont, in een gedeelte van het gebouw." Hij woont nu aan de overkant.
En terwijl ik in dit visioen was, zag ik een paar vreselijke dingen plaatsvinden. Ik spreek dit in de Naam des Heren.
"De president, die nu President Franklin D. Roosevelt is," vergeet niet dat dit achtentwintig jaar geleden is, "zal de hele wereld tot oorlog brengen: en de nieuwe dictator van Italë, Mussolini, zal zijn eerste invasie in Ethiopië houden en hij zal Ethiopië innemen; maar dat zal zijn laatste zijn. Hij zal aan zijn einde komen."
"We zullen in oorlog komen met Duitsland. Let op Rusland!" Nu, dat is... "Communisme, Nazisme en Fascisme. Let op Rusland!" Maar dat is niet het voornaamste om op te letten.
"Er zal ook een kwade zaak gebeuren in dit land: men heeft de vrouwen toegestaan om te stemmen. Dit is een vrouwen-natie en zij zal deze natie verontreinigen, zoals Eva deed in Eden."
21 Ziet u nu waarom ik er zo op hamer? Ik heb het ZO SPREEKT DE HERE.
"Met haar stemmen zal zij de verkeerde persoon kiezen. De Amerikanen zullen een grote nederlaag krijgen op een plaats die Duitsland zal bouwen, wat een grote betonnen muur zal zijn," de Maginot Linie, elf jaar voordat hij ooit gebouwd werd, maar tenslotte zullen zij de overwinnaars zijn.
"Dan wanneer deze vrouwen de verkeerde persoon helpen kiezen... toen zag ik een geweldige vrouw in de Verenigde Staten oprijzen, welgekleed en prachtig, maar wreed in haar hart. Zij zal deze natie sturen of leiden tot ondergang." Nu heb ik hier tussen haakjes gezet: "Misschien de Katholieke kerk."
"Ook de wetenschap zal vooruitgaan, vooral in de mechanische wereld. Auto's zullen steeds meer een eivorm krijgen. Tenslotte zal men er een bouwen die geen stuur nodig heeft." Ze hebben die nu. "Het zal worden bestuurd door een andere kracht."
"Toen zag ik de Verenigde Staten alséén smeulende, verbrande plek. Dat zal tegen het einde zijn." Dan heb ik tussen haakjes geplaatst: "Ik voorzeg dat dit plaats zal vinden..." Bedenk nu, dat is wat de Here toonde, maar... "Ik voorzeg dat dit vóór 1977 zal plaatsvinden. Dat baseer ik op deze voorzegging, vanwege de aanstormende slachting die er nu aan komt en hoe snel het zich voortbewoog", hoe lang het zal duren tot deze natie zijn plaats bereikt.
22 Nu, kijk wat er nu is gebeurd. President Franklin D. Roosevelt nam Amerika mee naar het theekransje van Engeland. Dat is juist. Duitsland had het nooit op ons gemunt; wij hadden het op hen gemunt. Dat bracht de hele wereld in een oorlog; dat veroorzaakte een wereldoorlog. De Duitsers bouwden de Maginotlinie, die daar... elke veteraan hier weet wat hun daar bij de Maginotlinie is overkomen.
23 De vrouwen die het stemrecht hebben gekregen, kozen president Kennedy, de stem van de vrouwen. De verkeerde man, wat er tenslotte toe zal leiden dat de Verenigde Staten onder volledige controle van de Katholieke kerk zullen komen; dan komt de bom die haar zal laten exploderen.
24 Er zijn zeven dingen voorspeld en vijf ervan zijn reeds geschied. Dus kunt u zelf oordelen hoever we zijn. We zijn dichtbij het einde.
25 Indien die vijf dingen gebeurd zijn, zullen die andere twee stellig moeten geschieden. Het moet gewoon gebeuren.
26 Ik denk niet dat meneer Kennedy nu veel effect zal hebben, omdat hij een wonderbare president is, om de anderen binnen te brengen, om een toneel op te bouwen zoals ze in Engeland hebben, zoals ze in Mexico hebben gedaan, zoals ze overal elders ook gedaan hebben. En de Amerikaanse bevolking, zo onstabiel, niet geestelijk, ze zijn knap, maar te knap voor hun eigen bestwil. Intelligentie keert zich soms tegen u en heeft een averechts effect. Dus, men... (Ik zal daar deze morgen, zo dadelijk over prediken.)
27 We ontdekken dus dat wij precies aan de rand staan... De reden dat ik dit zei... dat is de reden waarom ik dit onlangs zo sterk benadrukte, dat kwam hierdoor. Dat is juist. Vrouwenstemrecht bracht...
28 Hebt u de verkiezingsbijeenkomsten op de televisie opgemerkt? Bij Nixon waren het bijna allemaal mannen. De vrouwen wilden allemaal Kennedy kussen, ze sprongen schrijlings op de auto's en al dat soort dingen, sprongen op en neer.
29 Laat me nu iets anders brengen... Ik heb het hier niet opgeschreven, maar het staat op de geluidsband (en dit wordt ook opgenomen). In 1956 te Chicago, Illinois, terwijl ik in de Lane Tech High School stond [Iemand zegt: "Wij waren daar." – Vert], zij waren daar, zei ik: "Dit jaar zal het keerpunt van Amerika zijn."
Ik was juist van overzee teruggekeerd, ik weet niet waarom ik kwam; ik kwam terug, annuleerde mijn samenkomsten in Afrika en omgeving en keerde terug.
Billy Graham, iets geheimzinnigs, annuleerde de zijne. Tommy Osborn annuleerde de zijne. En wij allen doorkruisten de Verenigde Staten met samenkomsten. Ik zei: "Amerika zal dit jaar Christus ontvangen of verwerpen." Daarna zei ik, toen zij in Indiana een tweeëntwintigjarige jongen tot rechter kozen... de Geest des Heren kwam op mij en ik zei: "Zij zullen uiteindelijk een president hebben als een van die kortgeknipte halfzachte playboy-, beatnik-soort presidenten, een vrouwenversierder." Welnu, dit zijn profetieën van jaren geleden. Ziet u waar we aan toe zijn? Het is later dan we denken.
30 Dus ik denk dat deze boodschappen over die zeven gemeentetijdperken actueel zijn. Laten we in gebed zijn en het bestuderen. Nu, als u het er niet mee eens bent en zegt: "Ik denk dat broeder Branham het verkeerd heeft", hebt u het recht om dat te denken; maar vóór we dat doen, voordat u dit doet, laten we onderzoeken wat de Heer door de Schrift heeft gezegd. Kijk of... en dan de profetieën, die gegeven werden, over wat er zou gebeuren... en kijk om te zien of ze uitkomen of niet.
31 Nu, het staat op de geluidsband, enzovoort. U weet dat het jaren geleden werd uitgesproken en hier is het nu aan het geschieden. Mussolini trok naar Ethiopië, nietwaar? Die arme kleurlingen daarginds met zeisen, zwaarden en stokken om mee te vechten, en hij met moderne machinerie; hij slachtte ze gewoon af, en kwam zo trots als een pauw terug; maar hij ging zijn ondergang tegemoet. Dat is juist.
32 En de Amerikanen... en de Duitsers bouwden de Maginot linie, en zij... En de Amerikanen kregen daar zware klappen, maar overwonnen tenslotte. Precies juist. U veteranen-broeders weet dat, en u allen op de D-dag, enzovoort, en hoe ze binnenvielen.
33 Nu, en dan ontdekt u dat vrouwen stemrecht hebben gekregen en dat zij een president hebben gekozen die ze niet hadden moeten kiezen. Zie? Dat is die val.
34 En met het oog hierop naderen we nu deze volgende samenkomst, die aanstaande is. En wees in gebed en bid nu hard dat God ons zal zegenen en ons begrip zal openen, opdat wij zullen weten in welk uur wij leven.
35 Laten wij nu onze hoofden buigen voor een woord van gebed.
Onze genadevolle Heer, aan de ene kant doet het me beven, te weten dat deze wereld zich in de eindtijd bevindt. Ik zou niet weten naar welk land te vluchten. Er is geen toevluchtsoord meer dan alleen naar omhoog te zien. Want ons is gezegd, wanneer deze dingen beginnen te gebeuren, om omhoog te zien, daar onze verlossing nabij is.
36 O God, ik bid voor deze huidige zondige wereld in haar toestand, als ik zie wat er allemaal gaande is. Ik bid, Heer, dat U op een of andere wijze tot ieders hart wilt spreken, tot iedere prediker, opdat hij in deze laatste dagen een vuurvlam mag zijn, om de gemeente van de levende God tot bekering te roepen en tot terugkering naar het geloof. Zoals wij weten, leven wij in dat Laodicéa gemeentetijdperk, waarin ze lauw zouden zijn. Ik bid, Vader, dat U ons stevig laat vasthouden aan wat wij hebben, aan Christus, terwijl we uitkijken naar de dag van Zijn verschijning.
37 Vergeef ons onze zonden, gelijk wij diegenen vergeven hebben die tegen ons gezondigd hebben. En wij weten nu, Here, als wij kijken naar de buitenwereld... wetend dat het moest gebeuren; er is geen manier om het te stoppen. Al spreken wij ertegen, en geven wij er een stem tegen, toch weten wij in ons hart, overeenkomstig Uw Woord, dat het hoe dan ook zal geschieden. Want Gij hebt het gezegd. Maar op die dag van het oordeel, wanneer Gods grote magnetische geluidsband zal worden afgespeeld, willen wij dat onze stem tégen het verkeerde en vóór het goede zal zijn.
38 Bemoedig ons vandaag met Uw tegenwoordigheid, Here. Zegen al deze predikers hier en alle leken van de gemeente, alle wedergeborenen over de wereld, de grote brandende fakkels die U over de radio hebt en buiten in de andere delen van de wereld, die het Evangelie prediken; zendelingen die honger lijden, mannen met hun vrouwen onder zware vervolgingen, nog steeds staande op hun post van plicht. God, zegen hen vandaag.
39 En in de kleine Tabernakel, geef ons van Uw zegeningen, Here. Zalf ons. Zegen degenen die vanmorgen die prachtige liederen van Sion zongen die wij door de jaren heen koesterden in ons hart, wetend dat wij op een dag in de tegenwoordigheid van het Lam zullen staan en deze liederen zullen zingen. Zegen het Woord vandaag en zalf de boodschap, Here; want wij vragen het in Jezus' Naam en omwille van Hem. Amen.
40 Ik wil vanmorgen uw aandacht vragen voor enkele Schriftgedeelten, gevonden in het boek Genesis. En nu, ik probeer snel verder te gaan met deze boodschap, zo de Here wil, daar wij voor de zieken willen bidden en een doopdienst houden. Ik wil graag dat u het eerste boek van de Bijbel opslaat, het eerste hoofdstuk van Genesis.
Laat ons lezen vanaf het negende vers:
En God zeide: Dat de wateren van onder de hemel in een plaats vergaderd worden, en dat het droge gezien worde! En het was alzo.
En God noemde het droge aarde, en de vergadering der wateren noemde Hij zeeën; en God zag, dat het goed was.
En God zeide: Dat de aarde uitschiete grasscheutjes, zaadzaaiend kruid, vruchtbaar geboomte, dragende vrucht naar zijn aard, welks zaad daarin zij op de aarde! En het was alzo.
En de aarde bracht voort grasscheutjes, zaadzaaiend kruid naar zijn aard zaad, en vruchtdragend geboomte, welks zaad daarin was, naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.
Nu wil ik als tekst over dit onderwerp nemen: Veroordeling door vertegenwoordiging. En moge de Here Zijn zegen toevoegen aan Zijn Woord.
41 Twee of drie weken geleden doorkruiste ik de westerse staten en ik keek om mij heen terwijl ik alleen reed, op weg naar de Christelijke Zakenlieden, om die in Idaho te ontmoeten. Ik was verbaasd toen ik lette op de aanplakborden, de reclame. Je kunt bijna rondkijken en zien wat er leeft in de gedachten van de mensen en wat er in hun hart schuilt. Zoals ik vaak gezegd heb: "Laat mij in iemands huis komen en laat mij zien naar wat voor soort muziek zij luisteren; zien wat voor boeken zij lezen en wat voor liederen zij zingen, wat voor soort schilderijen er in hun huis hangen; dan kan ik u vrijwel vertellen wat de natuur van die persoon is, zie. Want het maakt niet uit hoe tegengesteld zij hieraan getuigen, het zijn de vruchten die bewijzen wat zij zijn."
42 En ik heb opgemerkt dat wij een geweldige wetenschappelijke natie zijn, wetenschappelijke wereld. En ik bemerkte op de reclameborden, vooral in de westerse korengordel en zo verder, een afbeelding van een man die een korenaar vasthield en het koren aan het afpellen was, en zei: "Man, wat een koren is dit!" En het was een welbekend bastaardkoren.
43 Op de een of andere wijze, terwijl ik daar aan dacht en zo alleen verder reed... en u kunt uw radio niet meer aanhouden, speciaal in streken waar op elk zendstation die rare boogie-woogie muziek en al die troep is, weet u, rock-en-roll. En u hebt gewoon geen... tenzij u hem toevallig net aanzet op het uur van het nieuws en het weer, daarna moet u hem weer uitdoen. Dus geloof ik dat de Here mij waarschijnlijk aan het helpen was en ik schreef achterop mijn wegenkaart 'bastaard', omdat iets mij trof toen ik ernaar keek. Zulke mooie, geweldig grote graankorrels! Ik dacht: "Dat is zo'n verschil met het koren dat wij gewend waren te verbouwen."
44 Alles wordt een bastaard [hybride]. Maar wist u dat het niet goed is? Het heeft geen leven in zich. Het kan zich niet meer voortplanten. U kunt bastaardkoren niet planten. Als u het doet, krijgt u enkel een klein, in de groei belemmerd, gewas op het veld, omdat het verbasterd is. Toen beklom ik de bergen en een van de gidsen die bij mij was, was een kippenfokker. En hij... fokte kippen en verder diende hij als gids in de bergen als tijdverdrijf. Een heel fijne man.
45 Toen hij vernam dat ik een prediker was, begon hij direct met mij te spreken over bastaard kippen. Terwijl hij dit deed, bracht dat mijn tekst, die ik op mijn wegenkaart geschreven had, terug in herinnering: "bastaard". Terwijl wij zo in onze kampeerzakken in de sneeuw lagen, boven in de bergen, zei ik tegen hem: "Ik zou graag wat meer over dat soort kippen willen leren."
46 "Wel," zei hij, "de wetenschap heeft werkelijk iets geweldigs gedaan. Men heeft kippen met verschillende dingen gefokt tot men zover kwam dat er amper nog poten of vleugels aan de kippen zaten. Het is helemaal borst. Maar", zei hij, "het nadeel blijkt nu dat de mensen het niet graag willen hebben, omdat het vlees te zacht is. En de kip leeft slechts een jaar en sterft." Hij is bijna dood om mee te beginnen. Ziet u, het is verbastering. Het is niet juist; niet goed.
47 De meeste mensen nu, die een heerlijke kipmaaltijd willen hebben, gaan naar het platteland om een kip te kopen, die poten heeft om te kunnen krabben en vleugels om te kunnen vliegen; en dat is een kip zoals God hem maakte. Maar door het kruisen van de kippen heeft men het gebracht tot enkel borst, en hij tuimelt rond en men moet ze op een rooster houden. Men kan ze niet buiten laten; hij kan niet krabben. Hij kan zichzelf niet onderhouden. En het vlees is zo slecht, dat men het niet kan gebruiken; en als de kip fungeert als legkip, zullen haar eieren niet uitkomen. En dan nog iets, de kip legt zichzelf binnen een jaar dood. Ze leeft maar een jaar. Ik dacht: "Wel, dat is me een kip." Verbasteren – bederven wat God gemaakt heeft.
48 Dan hadden we daar een reeks muildieren voor onze bagage en ik heb opgemerkt dat de muilezel ook een hybride is. Verwijt God nooit het maken van een muilezel. God heeft daar nooit iets mee te maken gehad. Nee, het was de mens. De muilezel weet niet waar hij thuis hoort. Hij kan zich niet voortplanten. Hij is een bastaard. Zie, hij weet niet wie zijn vader was of wie zijn moeder was, en hij kan zich niet meer voortplanten. Hij is gewoon een muilezel en op een weg die afglijdt naar de dood. Ongeacht hoeveel hij probeert naar zijn aard voort te brengen, hij kan het niet.
49 Dit is geheel tegengesteld aan Gods Woord. God zei hier in Genesis 1:11: "Laat elk zaad voortbrengen naar zijn aard", want het leven zit erin. Laat elk zaad voortbrengen naar zijn aard. Maar de mens probeert te laten zien dat hij knapper is dan zijn Schepper. Hij wil bewijzen dat hij meer van deze dingen afweet dan God. Dus daarom probeert hij constant door wetenschap God te tonen dat hij er meer over weet dan Hij. En God laat hem gewoon doorgaan met zijn wetenschappelijk onderzoek; en zodoende doodt hij zichzelf. God staat hem toe zichzelf te doden door zijn eigen onwetendheid.
50 Mijn moeder zei vroeger altijd: "Geef de koe genoeg touw, dan zal hij zichzelf ophangen." Wel, dat is waar. En u laat gewoon.... God laat de mens gewoon doorgaan met zich op te hangen aan zijn eigen dwaasheid. U zult nooit slimmer dan God worden. God weet wat goed is. Maar de mens tracht door verbastering een beter product te krijgen dan wat God schiep.
51 Nu, toen God Zijn gemeente schiep, schiep Hij een Pinkstergemeente. Dat was de oorspronkelijke! Een Pinkstergemeente gevuld met de Heilige Geest! Mannen en vrouwen geleid door de Geest van God! De mens kon dat niet met rust laten. Hij wilde de gemeente verbasteren. Dus plantte hij de wereld erin: theologie, leerstellingen, denominaties. O zeker, het maakt een mooiere kerk. My, ja! Hoe anders is die dan de oorspronkelijke gemeente.
52 O, wij hebben grote gebouwen, opgeleide predikanten, een betere klasse mensen, de hoogstaanden, beter gekleed; die hun namen in het kerkregister laten schrijven en hun geld erin steken om het hoogstaand te houden: zenden hun predikers naar seminaries om hun wetenschap en theologie op te poetsen, en het brengt hen steeds verder weg van God.
53 Dat was in den beginne niet Gods plan. Hij heeft nooit één van hen naar enig seminarie gezonden. Hij zond hen naar een opperkamer om daar te wachten tot de Heilige Geest op hen kwam, om geordineerde predikers te worden van de Heer. Maar verbastering bracht de gemeente tot theologie. In plaats van de Heilige Geest het te laten leiden, bracht men bisschoppen binnen, algemene opzieners; terwijl de Heilige Geest Gods oorspronkelijke Leider van de gemeente is. Maar men verbasterde de kerk, zoals men met de kip deed, en zoals men met de muilezel deed, zoals ze met al het andere deden, verbasterden het, maakten het anders; plantten de wereld erin, de dingen van de wereld, basketbalspelen, soepdiners, bingo spelen en allerlei dingen van de wereld. Het is waar dat het mooier is; het is een groter gebouw, een beschaafde klasse mensen. Hun zingen kan wellicht ordelijker van toon, enzovoort, zijn dan dat van die ouderwetse Pinkstermensen met tamboerijn en gitaar, maar het heeft het zaad niet! Het heeft de goede klank niet! Zij hebben alles ervan wegverklaard: "Dit is beter dan hoe dat was." Zoals zij met het verbasterde koren hebben geprobeerd: "Het is beter dan dat van vroeger." Het was niet beter! Het leven erin was niet beter. De buitenkant mag er beter uitgezien hebben, maar het leven was niet goed; en wij spreken over leven.
54 Het leven is niet goed bij verbasteren. God wil het zoals Hij het in het begin heeft gemaakt. Dus de kerk is verbasterd. Nu komt het zover dat de kerk meer op een loge lijkt dan op een Pinksterzegen. De geleerden zijn meer opvoeders dan predikers. Ze zijn meer een plaats om geweldige geleerdheid te verkrijgen: "Onze voorganger heeft een doctorsgraad", of zoiets dergelijks, "in de theologie"; en zij kunnen zich niet voortplanten. Hoe prachtig het ook is, zij kunnen niet tot zichzelf terugkomen. Hoe zou u...? Zij kunnen zich niet met elkaar kruisen.
55 Probeer een Methodist met een Baptist te kruisen en kijk wat u krijgt. U krijgt een ergere afvallige dan u eerst had. Dat is waar. U hebt een dwerg gekregen. Dat is zo. Als u hybride-koren plant zal het ongeveer zo opkomen en geel worden. Er zit geen leven in. Daarom kan het niet produceren. En dat is wat er vandaag met de kerk aan de hand is. Er zit geen enkel leven in. Het heeft een hoop show en een betere klasse mensen (noemen zij het), grotere graankorrels; mooiere gebouwen, beter geschoolde predikers; maar zonder leven erin om nieuw geboren baby's voort te brengen!
56 Het kan zich niet terugkruisen. Toen het graan voor het eerst geplant werd... vervolgens kwamen zij binnen en toen kruisten zij het. En het eerste wat u weet... het kan nooit meer terugkeren. Ik vraag elke geleerde om met mij de geschiedenis door te nemen. Elke kerk die zijn oorspronkelijke fundament heeft verlaten, is nimmer in staat geweest om weer op te komen. Toen God Luther zond en hij een opwekking had, bewoog hij de hele wereld; maar hij organiseerde het en kruiste het met de wereld, net als de Katholieke kerk. Toen hij dit deed, wat deed hij toen? Hij bracht een stel afvalligen voort, bastaards; en hij is nooit meer opgekomen en zal nooit meer opkomen.
57 John Wesley kwam vervolgens en deed hetzelfde, met een opwekking. Zodra hij, en Asbury, en de vroegere oprichters stierven, organiseerden zij het en vormden zij de Wesleyaanse Methodistenkerk; en ze zijn nooit meer opgestaan, en zullen nooit meer opstaan.
58 De Anglicaanse kerk kwam precies zo voort uit Calvijn. Toen zij een opwekking hadden was het fijn. (Broeder Simpson uit Canada heeft het nu in zijn zak.) De Anglicaanse kerk, nu, zij zijn mee gaan doen (de predikers en ieder van hen) met drinken. Zij mengen hun bier met jenever en dergelijke midden in de kerk, houden feestjes en drinken. Wat is het? Het kan nooit meer tot het oorspronkelijke terugkeren, omdat het met de wereld gekruist is. Het is verloren.
59 We spreken nu over de Anglicanen, de Methodist en de Baptist, maar de Pinkstermensen zijn hetzelfde!
60 Een paar jaar geleden hadden we een Pinkstergemeente die in vuur en vlam stond; maar wat deden zij? Zij verbasterden het, maakten er een denominatie van, brachten het terug in de wereld! Wat hebt u nu gekregen? Precies zoals God met de muilezel deed; zij bevindt zich nu op de weg van de duivel naar de ondergang. Ze zal nooit weerkeren! Het is afgelopen. Ze is een denominatie geworden en te gronde gegaan. En nu heeft men mooiere kerken.
61 O, de Pinkstermensen zaten gewoonlijk in een kleine zendingspost, op de hoek van een steeg; werden van het kastje naar de muur geschopt en de helft van de tijd zaten ze in de gevangenis, omdat ze de hele nacht juichten. O, ze zouden heel wat moeite hebben om er nu één te vinden! Wat is er gebeurd? Men verbasterde het. Zij maakten het zoals de Baptisten; de Baptisten deden zoals de Methodisten, de Methodisten deden als de Lutheranen; Lutheranen deden zoals de Katholieken. Wat hebt u gekregen? Een hybride groep wilde ezels. Dat is waar.
62 Het onwetendste dier dat ik ken is een muilezel. Hij heeft totaal geen persoonlijk gevoel. Hij zal tot het laatste uur van zijn dood balkend om u heen lopen om te proberen u te doden. Hij weet niets meer dan "vort" en "ho"! Hij heeft geen sentimenteel gevoel. Hij weet niet wie zijn pappa was, wie zijn mamma was, waar hij heengaat, of waar hij vandaan komt.
63 Zo is het ongeveer vandaag met heel wat mensen. Het is ongeveer hetzelfde. Hebt u ooit een muilezel gezien? Je kunt tegen hem praten en hij zal daar staan met die uitgestoken oren; kijk naar dat lange gezicht en die oren die uitsteken. Zo doen heel wat van die ezels. Dat is waar. Staan daar gewoon naar je te kijken en balken: "De dagen van wonderen zijn voorbij. Die goddelijke genezing en spreken in tongen en de Heilige Geest; zoiets bestaat er niet." Dat is waar. Muilezel religie. Dat is juist. Bastaard! Dat is alles wat hij weet! Hij kan nooit iets anders weten. Laat hem varen. Laat ons verdergaan met God!
64 Bastaard; slechts een muilezel. Hij weet niet waar hij vandaan komt; hij heeft geen stamboom. Hij kan niet in het stamboek worden opgenomen. Maar met een paard is het anders. Jazeker. Als u een paard neemt van een zuiver ras, opgenomen in het stamboek... hij is zo vriendelijk en prettig; hij houdt ervan om uit te gaan en trots rond te stappen, weet u, en keert terug, legt zijn hoofd op je schouder, hinnikt en zo door; hij is een prachtig dier. Hij is trouw, zal aan uw zijde staan. Waarom? Hij weet dat hij papieren heeft om te tonen dat hij in het stamboek staat. Amen! Van hem staat beschreven dat hij een stamboom heeft. Zijn bloed is zuiver.
65 Zo is het met een wedergeboren heilige van God. U kunt hem vertellen dat Jezus Christus gisteren, heden en voor altijd Dezelfde is. Hij zal "Amen" schreeuwen. Waarom? Hij staat in het stamboek. Zijn ervaring staat in de Bijbel geschreven. Hij is geboren uit het bloed van Jezus Christus en hij is een stamboek-Christen. Glorie! Geen kruising. Hij is oorspronkelijk. Teder, zachtaardig; u kunt hem iets leren.
66 Hij probeert te gehoorzamen. U kunt hem in de shows laten optreden en hem zich bijna als een menselijk wezen laten gedragen. Hij zal buigen, op zijn achterbenen staan, steigeren, springen. U hebt een muilezel dat nooit zien doen. U ziet in de voorstelling geen enkele muilezel zo optreden, omdat hij van aanvang de kwaliteit er niet voor heeft.
67 Dat is waarom een wedergeboren Christen Goddelijke genezing kan aannemen. Een wedergeboren Christen kan de Heilige Geest aannemen, omdat er iets in hem ligt, iets diep in hem dat hem de Geest van God doet geloven en daar het Woord van God laat bevestigen dat hij in het stamboek is opgenomen. Ja. Maar muilezels doen zo niet; zij kunnen het niet. Er is niets in hen om het ze te laten doen.
68 Nu wat deze verbastering betreft. Weet u, Eva was de moeder van de verbastering. Zij verbasterde het menselijk geslacht. Weet u, nadat zij deze kwade zaak gedaan had en... (Ik weet dat dit op de band komt dus zullen we het kinderlijk eenvoudig voor hen houden, als zij dat willen.) Maar toen zij deze affaire met de slang had, die toen nog geen slang was, of reptiel... De Bijbel zei dat hij de listigste van alle dieren van het veld was. De wetenschap probeert nu de beenderen van een schepsel te vinden tussen een aap en een mens en zoekt dat bij het gekleurde ras, enzovoort. Ze zijn zo onwetend als het maar kan zijn. De slang was een man.
69 Het bloed van een dier zal zich niet mengen met het bloed van een mens. Beslist niet. Maar deze soort was er zo dicht bij dat hij het wel vermengde en Satan wist dat. Een grote reus van een kerel.
70 Is het niet vreemd dat men daarna grote reuzen in het land vond? Ik wenste dat Josephus, de schrijver, daaraan zou hebben gedacht. Waar kwamen deze reuzen vandaan? Het zaad van de slang! De Bijbel zei dat Hij zou veroorzaken dat het zaad van de slang (het zaad van de slang, de slang had een zaad), en het zaad van de vrouw... maar we zullen dat maar liever met rust laten. Ze geloven het niet, dus zullen wij het gewoon in babyvorm voor ze houden. Maar toen zij dat deed, bedierf zij de hele zaak.
71 Ga nu alstublieft niet in op die belachelijke zaak van een appelboom. Zoals ik menigmaal gezegd heb: "Als het eten van appels de vrouwen laat beseffen dat ze naakt zijn, konden ze beter weer met de appels rondgaan, want het is tijd." Ik zeg dit niet om ruw te zijn, maar om duidelijk te maken dat het de waarheid is! Het waren geen appels. Laten we daar niet zo belachelijk over doen. Het was geen appelboom; maar laten we het over een andere boom gaan hebben, zodat we het naar voren kunnen brengen om onze tekst te volbrengen.
72 Laten we het beschouwen als een boom van geloof; dat Eva genomen heeft van deze verboden boom van ongeloof. Dan kunnen wij de tekst uit laten komen. Het was geloof. Zij geloofde Gods Woord niet. God zei dat er iets bepaalds zal gebeuren. Zij had het met rust moeten laten! Zij had het moeten geloven zoals God het zei. Maar nee, Satan kwam langs met zijn theologie; en zij vermengde het en gaf het aan Adam en het veroorzaakte een bastaardgeloof. Dat is wat de kerk vandaag heeft gekregen, de zogenaamde kerk: een bastaardgeloof. Het is vermengd met vrees, twijfels en frustraties. Als het waarachtig geloof was, zou het niet wankelen. Wanneer God iets zei, was het zo. Maar ziet u, zij vermengde het, nam wat God zei en wat Satan zei, roerde het stevig door elkaar en zei: "Hier is het."
73 Dat is wat veel mensen tegenwoordig doen. Zie, zij nemen wat de Bijbel zegt en wat de mensen zeggen, dat maakt een bastaardgeloof. En wanneer zij het doen, brengen zij het terug... O, het vormt een prachtige kerk. Zeker, maar er zit geen leven in, het is dood! Een verbasterd geloof: "O, ik geloof dat God het was, ja, maar vandaag is Hij geen geneesheer meer." Dat is verbasterd geloof. "Ik geloof dat Hij daar vroeger de Heilige Geest gaf aan de Pinkstermensen op de Pinksterdag, maar dat is niet voor ons vandaag." Een verbasterd geloof! Door God veroordeeld. Verbasterd! Niet goed. Blijf er vandaan! Het is slecht. Het brengt twijfels binnen. "Misschien ga ik naar boven en word ik genezen. Misschien zal de Here mij genezen." Dat is bastaardgeloof. Het is niet goed. Dat is kerkgeloof. Wij willen Gods geloof. God heeft iets gezegd, en dat is de Waarheid; blijf erbij. Amen!
O, ik wenste dat mijn woorden geschreven waren met een ijzeren pen. Blijf bij wat God heeft gezegd; het is de Waarheid!
74 Bastaard geloof, het zal lezen in Hebreeën 13: "Jezus Christus, gisteren, heden en in eeuwigheid Dezelfde." En dan komt het bastaard geloof binnen: "Wel, in zekere zin is Hij gisteren, heden en in eeuwigheid Dezelfde; maar Hij is niet... Hij kan heden niet genezen, want dat is buiten Zijn programma." Maar echt geloof zal zeggen: "Hij IS dezelfde!" Het is niet verbasterd. Het is niet helemaal verkerkelijkt met menselijke theologie; geen muilezel religie, mensenwoord en Gods Woord door elkaar gemengd.
75 Zoals de bedorven wijnstok. Jezus zei: "Het was niet zo in den beginne." En het is niet zo in den beginne. God wilde dat elk zaad voortbracht naar zijn aard. Maar wij kruisen alles; wij vernielen Gods programma.
76 Neemt u een bloem. Een viooltje, de oorspronkelijke bloem is blauw... of wit. Blijf ervan af en het zal terugkeren tot wit. U moet steeds doorgaan met kruisen. God maakt de dingen verschillend. Hij houdt van verschil. En verbasteren is zoiets gevaarlijks en vervloekts, dat het Gods plan totaal vernielt; het vernielt het menselijke ras!
77 God zei in Deuteronomium dat een bastaardkind zelfs niet in de gemeente toegelaten zou worden, in de samenkomst des Heren, tot in het tiende geslacht. Zo erg is overspel. Tien generaties, tien keer veertig; vierhonderd jaar. Voordat een bastaard...
78 Een vrouw die gehuwd is met een man, of een man gehuwd met een vrouw, die de grenzen van het heilige huwelijk zal overschrijden en een onwettig kind krijgt, diens nakomelingen zullen het Koninkrijk van de Here niet binnengaan tot en met het tiende geslacht. Deuteronomium 23:2.
79 Goed, een onwettig kind zal niet binnengaan, hij of zijn nakomelingen of diens nakomelingen of diens nakomelingen; zelfs al proberen zij, als Ezau, wenende om een plaats te vinden, duurt het tien geslachten; veertig jaar is een geslacht. Kunt u zien dat deze verdoemde, corrupte wereld gereed is voor het oordeel? Zo zondig. Vaneen scheiden; vaneen scheiden wat God heeft samengevoegd.
80 Een vrouw die onrein leeft tegenover haar echtgenoot; een echtgenoot die onrein leeft tegenover zijn vrouw, brengt een bastaardkind voort. O, een vrouw zou zeggen: "Is hij niet knap, een grote, forse, lange man." Dat is wellicht hetzelfde als wat Eva dacht. Zij baarde een bastaardkind, en dat bastaardkind was Kaïn; en door Kaïn kwamen die reuzen. Het is altijd de vervloekte van de Here geweest. Hybride. Blijf erbij vandaan. Bastaardreligie. Vermeng het niet.
81 Jezus zei: "Indien u het geloof als een mosterdzaad hebt..." Waarom hield Hij van een mosterdzaad? Kool en spinazie met elkaar vermengd brengt koolraap voort, maar mosterd zal zich met niets vermengen. Mosterd, oorspronkelijke mosterd! Je kunt het niet verbasteren, het is mosterd. Mannen die uit de Geest van God geboren zijn, zijn Gods zonen en dochters. Zij vermengen zich niet met de wereld. Zij zijn geen bastaards; zij blijven bij God; zij blijven bij Zijn programma; zij blijven bij Zijn Geest. Zij willen niets hebben van het verbasterde spul. Het maakt geen enkel verschil hoe voornaam en beschaafd de andere kerken eruit zien; hoe voornaam en beschaafd de samenkomst eruit ziet, hoe schitterend, en wat voor geweldige bijeenkomsten zij hebben, dat brengt hen totaal niet van de wijs. Ik heb altijd van dit lied gehouden: "Leer mij Heer, te wachten, terwijl harten in vuur staan", terwijl men grote gebouwen bouwt en geweldige dingen heeft.
Leer mij, Heer, te wachten, terwijl harten in vuur staan,
Laat mij mijn trots vernederen en Uw Naam aanroepen.
Leer mij niet te steunen op wat anderen doen,
Maar te wachten in gebed op een antwoord van U.
Want zij die wachten op de Heer, zullen hun kracht vernieuwen;
Zij zullen opstijgen met vleugelen als van een arend.
Zij zullen lopen en niet moe worden; als zij wandelen, worden zij niet mat.
O, leer mij, Heer; leer mij, Heer, te wachten.
82 Word niet meegesleept door dat bastaardgedoe. Het is niet juist. Het zal tenslotte tot zijn eind komen; het kan niet terugkeren. Wanneer het verbasterd is, is het afgelopen. Het kan zich nooit meer voortplanten. Als het gebeurt, is het een dwerg. Kijk wat Wesley's opwekking... wanneer wij ingaan op dat tijdperk van Filadelfia, wat een opwekking zij hadden! Kijk naar de volgende opwekking, kijk naar de volgende opwekking. Het blijft gewoon zwakker, zwakker, zwakker en zwakker worden tot op heden. Kijk waar het nu aan toe is!
83 Kijk waar de Baptisten begonnen met John Smith. Kijk hoe het is afgezwakt. Kijk naar de Pinkstermensen. Zij begonnen in 1906. Zij vermengden zich met de wereld; brachten de wereldse zaken en de wereldse leer binnen. Zij adopteerden een handdruk voor de Heilige Geest. Zij adopteerden besprenkelen voor de onderdompeling. Zij adopteerden voor de waterdoop in de Naam van Jezus Christus: Vader, Zoon en Heilige Geest, zoals de wereld. Zij adopteerden een handdruk om de Heilige Geest te ontvangen in plaats van het spreken in tongen met de kracht van God die erop volgt. Zij plaatsten Goddelijke genezing in de kamer van de dokter, in plaats van het gebed op uw knieën. Zij verbasteren zichzelf; en ze worden ieder jaar minder, wegkwijnend.
84 Die dingen staan niet in de Bijbel, die leerstellingen. Maar om populair te zijn, zich een kerk te vormen, om zich zoals ze nu zijn te scharen achter de Raad van Kerken, om zich erin te brengen en zich net eender te maken als de rest van hen; zij deden dat en kwijnden weg. Steeds meer wegkwijnend.
85 De eerste generatie Pinkstermensen stond in vuur. De tweede generatie begon uit te doven. Dat is nu. Let op wat de derde generatie zal brengen. Het zal niet helemaal uitdoven voordat Jezus komt, omdat de gemeente van Laodicéa lauw was. Noch warm, noch heet; er was nog steeds een klein beetje van de zegen in achtergebleven. Zij waren vermengd; de een hier, de ander daar en weer daarginds. Ze waren gemengd, niet helemaal koud, maar warm.
86 God zei tot de gemeente in haar geheel: "U maakt Mij zelfs misselijk. Daar Ik u de Heilige Geest heb gegeven, en u het met de wereld kruiste en de dingen van de wereld liet binnensluipen, zal Ik de hele organisatie gewoon uit Mijn mond spuwen. Maar vrees niet, kleine kudde die de geboden van God hebt bewaard, het is uw Vaders welbehagen u het Koninkrijk te geven." Blijf bij het Woord. Wat het Woord zegt, blijf erbij. Kruis het met geen enkel ding. Het maakt me niet uit welke bisschop, welke aartsbisschop, welke man er iets over zegt, blijf precies bij het Woord!
87 Zoals Petrus zei op de Pinksterdag: "Bekeert u en wordt gedoopt in de Naam van Jezus Christus." Op elke andere plaats in de Bijbel werd men gedoopt in de Naam van Jezus Christus. Accepteer nooit Vader, Zoon en Heilige Geest daarvoor. Als u dat doet verbastert u uzelf.
88 Toont u mij één plaats in de Bijbel waar iemand ooit werd gedoopt in de Naam van de Vader, Zoon en Heilige Geest. Het staat er niet! Het is een door mensen gemaakte theologie die uitgebroed is in de kerk, wat een gelegenheid gaf voor een afgod zoals die nu in de natie opkomt.
89 Ik kan u aan de hand van de geschiedenis en de Bijbel bewijzen, dat ieder die in de Naam van Vader, Zoon en Heilige Geest gedoopt is, in de Katholieke kerk is gedoopt. Uit hun eigen catechismus. Ze zeiden: "Zal een Protestant gered worden?" Ze zeiden: "Sommigen, zij hebben iets van onze leer aangenomen. Zij beweren de Bijbel te geloven. De Bijbel zei: 'Bekeert u en wordt gedoopt' (dat zei Petrus op de Pinksterdag, enzovoort), 'in de Naam van Jezus Christus.' Hun Bijbel leert dat, maar zij accepteren onze leer." Dat is Vader, Zoon en Heilige Geest. Dat is een catechismus. Het is geen Protestantse leer; het is een Katholieke leer. Maar wij, als Pinkstermensen, hebben het gekruist met mensengemaakte theologie.
90 Ziet u waar wij op uitkomen? Geen wonder dat God geen opwekking kan zenden, Hij heeft niets om het op te bouwen. Dan zal Hij individuen nemen en het op deze individuen bouwen en hen aan de wereld bekendmaken, die bij dat Woord blijven.
91 Besprenkeling, wie heeft daar ooit van gehoord? Zij accepteren de waterdoop door onderdompeling, nemen het daar weg en veranderen het in besprenkeling.
92 Wie heeft er ooit van gehoord dat men hun de rechterhand van gemeenschap zou geven om hen binnen te brengen in de kerk? Of door een brief? Nonsens! Het is verbastering. We moeten allemaal via dezelfde route komen.
93 Sommigen zeggen: "Ik ben Methodist omdat moeder een Methodist is." Moeder kan misschien een Methodistische Christin zijn geweest, maar dat maakt u nog geen Christen. Ze kan misschien een Baptisten-Christin zijn geweest, maar dat maakt u er nog niet een.
94 Zoals ik vaak David du Plessis heb aangehaald, die zei dat God geen kleinkinderen heeft. God heeft geen kleinkinderen. God is geen grootvader. Nergens in de Bijbel staat dat God grootvader is. Dus hoe komt u aan die extreme drieëenheidsgedachte: God de Vader, één; God de Zoon, nog één; de Vader, vervolgens God de Heilige Geest. Dat maakt God een grootvader. God heeft geen kleinkinderen! God heeft zonen en dochters! Geen kleinkinderen. Zonen en dochters! Hij accepteert geen kleinkinderen! Ieder mens moet komen net zoals de ander. U moet een zoon of een dochter zijn. Dus ziet u wat verbasteren veroorzaakte? Slechts de gemeente. Wij waren allemaal veroordeeld door Eva, door verbastering. Dat is precies juist. Wij komen allemaal tot die plaats door Eva. Eva veroorzaakte dat het gehele menselijke ras viel. Zij en Adam waren één. Zij... Het begon met de vrouw. Het zal eindigen met een vrouw.
95 [Leeg gedeelte op de band – Vert] Eén man kwam binnen, genaamd de mens der zonde. Zij vergeven zonden op aarde. Nemen hun leer, geven die aan de mensen en zij slikken het. De volken der aarde, "de koningen", zei de Bijbel, "zijn dronken geworden van de wijn van haar hoererij." Wat is haar hoererij? Haar ontrouw.
Een vrouw die overspel pleegt, leeft ontrouw aan haar echtgenoot. Een kerk die overspel pleegt, predikt iets wat niet Gods Woord is; verbastert de kerk.
96 Wat heeft ze gedaan? Zij bracht ook enkele dochters voort. Welnu, wat zijn de dochters van de Katholieke kerk? Waar kwam Luther uit vandaan, en zo verder langs de lijn; deze denominaties en organisaties? Ziet u waar het binnenkwam? Maar de ware gemeente van God zit tussen elk daarvan verweven. Methodisten, Baptisten, Presbyterianen en door dat alles heen, de waarachtige door het bloed gekochte gemeente van God. Zoals dat rode koord waaraan de verspieders werden neergelaten. Zij waren erin vermengd, maar hun denominaties kunnen hen niet redden.
"Bent u een Christen?"
"Ik ben een Presbyteriaan." "Ik ben een Baptist." "Ik ben een Methodist."
Dat betekent niets voor God. U bent een Christen wanneer u bent wedergeboren.
97 Zij veroorzaakte dit allemaal. Menigmaal heb ik mensen horen zeggen: "Dan, broeder Branham, omdat Adam en Eva dit kwaad gedaan hebben, het Woord van God kruisten en ons in deze toestand brachten, is God niet rechtvaardig als Hij mij veroordeelt. Ik heb er niets mee te maken gehad. Ik heb nooit gezondigd. Het was Adam die zondigde." De Bijbel zei dat ik in zonde werd geboren, gevormd in ongerechtigheid, en leugen sprekend ter wereld ben gekomen. Dus iemand vertegenwoordigde mij.
98 O, hier is een gedachte, het zal u misschien schokken. Iemand vertegenwoordigde u als een zondaar. Dat was degene die het Woord kruiste. En als u vandaag verwacht dat de Pinkster-, de Methodisten- of Baptistenkerk u vertegenwoordigt, is het een verbasterd woord en veroordeeld. U wordt veroordeeld omdat Adam u veroordeeld heeft. Adam en Eva, die één waren, namen de verbasterde vorm aan en veroordeelden de wereld.
Dan zegt u: "Broeder Branham, waarom zou ik... waarom moest God mij verantwoordelijk houden? Omdat één man mij vertegenwoordigde, en dan sterf ik omdat die man zondigde? Dan ben ik een zondaar door vertegenwoordiging." Dat klopt. U bent een zondaar door vertegenwoordiging. U had nooit... God houdt u niet verantwoordelijk omdat u een zondaar bent. Hij houdt u niet verantwoordelijk omdat u liegt en steelt en de dingen die u doet. Hij houdt u niet verantwoordelijk omdat u een zondaar bent. Hij houdt u verantwoordelijk omdat u uzelf niet helpt! Er is voor u een weg gebaand. U verwerpt de weg die God heeft voorgeschreven; daarvoor wordt u door God veroordeeld. Er is een weg ter ontkoming!
Verbastering, verbastering, o, wat vreselijk! Verbastering. Ze verbasteren de mensen. New York, de grote smeltkroes...
99 Ik heb honderden dierbare kleurling-vrienden die wedergeboren Christenen zijn. Maar in deze gedachtegang van rassenscheiding, en dergelijke, waarover men spreekt, het kruisen van mensen... Vertel me welke fijne beschaafde, fijne Christen-kleurlingvrouw zou wensen dat haar baby een mulat wordt bij een blanke man? Zeker niet! Het is niet goed! Welke blanke vrouw zou wensen dat haar baby een mulat werd bij een gekleurde man? God maakte ons wat we zijn! Laten we blijven bij wat God ons maakte! Ik geloof dat dat goed is.
100 Toen die grote ophef daar niet lang geleden ontstond in Shreveport, stond die oude gekleurde prediker daar; hij heeft een plekje in mijn hart. Hij zei: "Ik heb me nooit geschaamd omdat ik een gekleurde man ben. God maakte mij wat ik ben en ik ben er trots op. Maar", zei hij, "vandaag schaam ik mij voor de manier waarop u mensen zich gedraagt. De manier waarop mijn eigen mensen zich gedragen, maakt me beschaamd!"
101 O my! Wat zijn we aan het doen, vrienden? Mensen denken dat zij er alles over weten.
102 De mensen zouden beter af zijn als u ze gewoon zou laten zoals ze zijn, zoals God hen gemaakt heeft. Laat het bruine ras huwen met het bruine ras, laat het blanke ras trouwen met het blanke ras; het donkere ras, het gele ras en wat nog meer, houd het zoals God hen maakte. Zoals een viooltje; God maakte het en het was wit, laat het wit blijven. Als het blauw, zwart, bruin is, wat voor bloem het ook is, laat het met rust. Als maïs op een zekere manier verbouwd werd, gele maïs, mix het niet met witte maïs. Als u het wel vermengt, kan het zich niet meer terugkruisen.
103 Als een muilezel... of een 'jack' [mannetjesezel] van aanvang een 'jack' was, en een 'jenny' [vrouwtje], laat ze dan zo. Kruis ze niet met paarden. U maakt een afvallige. Hybride. O, het is zo'n vloek! Ga terug naar waar God begon. Laat ons terugkeren naar het begin. Keer terug naar waar God ons heeft gebracht, naar wat wij verondersteld worden te zijn.
104 Ik zeg dit met eerbied. Ik zeg dit met achting. Ik ga naar Afrika. Maar weet u? Voor mijn dierbare gekleurde broeders en zusters, één van de grootste fouten die deze natie heeft gemaakt, maakte zij op 11 november dit jaar. Dat was haar grote fatale vergissing.
105 Eén van de grootste vergissingen die het gekleurde ras ooit heeft gemaakt was daar in Louisiana, toen zij die avond voor Kennedy stemden en hem erin brachten. Feitelijk spuwden zij op dat kleed van Abraham Lincoln, waarmee het bloed van de Republikeinse Partij hen bevrijd had; en stemden op een Katholiek. Terwijl Booth Lincoln doodschoot, en hij stierf voor het mensenras om hen te bevrijden, zodat ze geen slaven meer zouden zijn, en dan omkeren en stemmen op een Democraat, die bovendien een Katholiek is. Zij brachten een van de grootste schandvlekken die ze ooit gebracht hebben. Weet u waarom? De blanke man met zijn wetenschap heeft hun een heleboel reclamebluf gegeven. Dat is precies juist.
106 Ik ben zo blij dat velen van hen weten waar ze staan. Hetzelfde zou het zijn als ik op Christus zou spuwen, Die mij genas en redde van een zondaar te zijn, en mij voor iets anders tegen Hem zou keren, Hem mijn rug toe zou keren en zou wegwandelen.
107 O, dit kruisen! Hoe kan de wereld zo nog veel langer doorgaan? Geen wonder dat het visioen van de Here hier zegt dat ik het tenslotte tot een punt zag komen waar zij bestond uit één grote smeulende hoop. Ze werd de lucht ingeblazen. We zijn erheen op weg, vrienden. Er is geen ontkomen aan. We moeten hiertoe komen; het onder ogen zien. Verbastering!
108 U zegt: "Ik ben niet verantwoordelijk, want Eva deed dat." Eva deed het inderdaad. Zij vertegenwoordigde ons allemaal. Adam vertegenwoordigde ons als zondaren, en wij zijn zondaren. Hij vertegenwoordigde onze gevallen menselijke natuur die ons aftrekt van het Woord van God door het te verbasteren.
109 "O, ik weet dat God het gezegd heeft, maar God begrijpt zeker dat ik Presbyteriaan ben." "Ik ben Methodist." "Ik ben van Pinksteren. God begrijpt dat."
110 God begrijpt één ding; dat is het bloed. Dat is al wat Hij begrijpt. Hij kent het bloed. Hij kent geen kleurgrenzen. Hij kent geen rassengrenzen. Of een mens zwart is, blauw, wit, bruin of wat voor kleur hij ook heeft, God weet daar niets over. Zij zijn zonen en dochters. Hij maakte hen als Zijn bloementuin. Hij houdt ervan naar ze te kijken zoals ze zijn. Laat hen zo blijven.
111 Eva begon met deze kwade zaak toen zij zich daar vermengde met die ander die bijna een man was, waardoor het zaad zou vermengen; want de slang had een zaad dat steeds voort zou gaan met vermorzelen. (Ik neem het nu van de geloofskant vanwege de zwakke Christenen die het niet begrijpen.)
112 Laten we dan het geloof nemen. Zeg dan: "Door geloof, door de voortplanting van geloof, zoals u zegt, broeder Branham." Toen bracht Eva haar theologie binnen; zij en Adam, en zij probeerden zich voor elkaar te verontschuldigen, en gaven elkaar de schuld. (Zoals men in het leger zegt: "De emmer doorgeven."): "De vrouw die Gij mij gaf..." "De slang heeft mij verleid."
"De slang heeft mij bedrogen." Hij heeft haar nooit een appel gegeven om te bedriegen. Iedereen zou genoeg normaal verstand moeten hebben om dat te weten.
113 Maar "de slang heeft mij bedrogen", deed iets oneerbaars. God vervloekte die zaak tot men geen been meer in een slang kan vinden dat lijkt op een man. Zij zullen het nooit vinden. Ze zullen blijven doorgaan als een dwaas te graven. Dat is alles. Gods geheim ligt bij Hem. Dat is juist.
114 En het land was vol reuzen en Josephus zei, dat... de grote geschiedschrijver. Kunt u zich voorstellen dat een historicus zoals Josephus zegt dat de zonen van God de dochteren der mensen aanzagen en zich van een engel in menselijk vlees persten? Een historicus!
115 Als dat zo is, dan is Satan een schepper! Waar zijn we dan? Zie? Er is één Schepper! Dat is God! Satan verdraait alleen wat God heeft geschapen. Ongerechtigheid is enkel verdraaide gerechtigheid!
116 Het is wettig voor een man en een vrouw om getrouwd te zijn, maar niet om er met een ander vandoor te gaan. Zie, dat is verdraaiing.
117 Dood is bedorven leven; en een bedorven kerk is afkomstig van een originele.
118 Dus worden wij allen veroordeeld door menselijke wezens onder vertegenwoordiging. Adam vertegenwoordigde ons voor God als zondaars, ongelovigen in Zijn Woord. Op die basis wordt het aan ons overgedragen, ongelovigen van Zijn Woord.
119 "O, God zei dat, maar ik weet dat God een goede God is. Hij zal dat niet doen."
120 Ik hoor dat zo vaak. God is een goede God, maar God is een God van oordeel! God is een God van heiligheid. God is een God van rechtvaardigheid. God is een God van toorn. We zullen voor Hem staan wanneer Hij vertoornd is. De Bijbel zei het. Zijn tegenwoordigheid alleen al zal een verterend vuur zijn. Dat is juist. Probeer God niet naar uw eigen gevoel te beoordelen. Wij moeten God beoordelen naar Zijn Woord; wat Hij gezegd heeft. Loop niet te hard van stapel met: "Dit is een voorname kerk. Hij heeft heel wat stormen doorstaan en deze is het." Keer terug naar wat God gezegd heeft.
121 Wanneer ik voor Hem kom te staan wil ik onschuldig bevonden worden aan het ooit geprobeerd te hebben één ding aan dat Woord toe te voegen of ervan af te nemen; ik wil het precies zoals het is, en de mensen leren zich er precies naar te richten!
122 Als de Bijbel dit zegt, kan ik het niet helpen wat iemand anders zegt; ik moet precies daarbij blijven.
123 Voor voetwassing, zeggen ze: "O..." (Pinksterbroeders), "Broeder, o, broeder Branham, dat is ouder-... zo deden we het vroeger." Laten we het nóg doen, als we het eens gedaan hebben. Jezus deed het, voetwassing.
124 "O," zeggen ze, "het is ongezond. Mensen hebben voetschimmel." Het geeft niet wat ze hebben. Ze kunnen het in die dagen ook wel hebben gehad. [Broeder Gene zegt: "Zij worden genezen." – Vert] Ja, ja, dat is waar, Gene. God is een Geneesheer. Ziet u, men probeert een weg te vinden om eronderuit te komen.
125 Zoals men zegt: "O, ik zou niet uit hetzelfde glas willen drinken als waar iemand anders uit gedronken heeft, tenzij het brandschoon is."
126 O my! Mijn broeder en zuster is mijn broeder en zuster. Amen! God is mijn bescherming als er iets verkeerd is! Ik vertrouw Hem! Laten wij terugkeren tot het Woord. Het maakt mij niet uit of hij gekleurd is, of wat hij ook is, of tot welke kerk hij behoort, als hij mijn broeder is, is hij mijn broeder! Ik zal de geboden van God uitvoeren.
127 Dat is de reden, vrienden, dat wanneer het op de waterdoop in de Naam van Jezus Christus aankomt, ik daarbij moet blijven. O, dat houdt mij weg van veel grote... van het zielen redden daarginds. Dat doet het zeker, wat dit ene geschilpunt betreft, vanwege het extreme drieëenheidsgeloof.
128 Zeker geloof ik in Vader, Zoon en Heilige Geest – als ambten van God; niet als drie goden, maar drie ambten van dezelfde God. Hij is Vader, Zoon en Heilige Geest, maar dat zijn titels van Zijn ambt. Hij is God de Vader, zeker was Hij dat in den beginne. Hij is God de Zoon, Die vlees werd op aarde. Hij is God de Heilige Geest, Die in mij is. Maar het is dezelfde God. God alleen, drie ambten. Eens kon Hij niet aangeraakt worden of iets. Toen kwam Hij neer, werd vlees, nam mijn zonden op Zich en droeg mijn zonden. Toen, terwijl Hij mij heiligde met Zijn eigen bloed, kon de Heilige Geest binnenkomen, en Hij en ik kunnen gemeenschap hebben zoals wij dat in Eden hadden; wij hebben elkaar lief.
129 Hij is mijn Vader; ik ben Zijn zoon. Niet drie goden; dezelfde God Die mij schiep en mij liefhad en Zichzelf voor mij gaf, is de God Die in mij is; Zijn Naam was Jezus Christus toen Hij op aarde was. "Er is onder de hemel geen andere Naam, die onder de mensen gegeven is, waardoor u gered moet worden."
130 Nu, als het mijn vrienden kwetst, kan ik er niets aan doen. Ik kwets liever mijn vriend dan mijn Vader, zie. Hij is mijn Bloedverwant, mijn Vader, God. Dat is wat Zijn Woord zegt.
131 God heeft mij nooit iets laten verbasteren, met te zeggen: "De dagen van wonderen zijn voorbij." "O, Jezus doet niet hetzelfde." "O, dat kon wel telepathie zijn." "Dat was misschien gedachtelezen." "Ik geloof niet dat wij in deze dagen profeten hebben." De Bijbel zei van wel! Ik geloof het! Wij kijken uit naar een gezalfde, zoals Johannes de Doper die tevoorschijn kwam om de eerste komst van Christus aan te kondigen, die de tweede komst van Christus komt aankondigen net als hij. Hij beloofde het, om het geloof van de mensen terug te herstellen tot God.
132 Wat moest Johannes doen? Het geloof herstellen. Het geloof dat er eens was, het ware zaad dat er in de Hof van Eden was, om Gods Woord te nemen waar het verbasterd was in kerkelijkheid. Johannes komt om het terug te brengen (Halleluja!), om de natie te schudden voordat de grote en vreselijke dag des Heren komt. Dat is Johannes, Johannes' opdracht, de gezalfde.
133 Merk eveneens op... U zegt: "Wel, waarom veroordeelt dat mij dan, terwijl Eva en Adam dit deden? Zij vertegenwoordigden mij als een zondaar. Ik kan het niet helpen."
134 Ja, maar broeder, op een dag was er Eén Die weerkwam uit de heerlijkheid. O, Hij is Degene waarover ik nu ongeveer twee minuten wil spreken. Eén kwam er van glorie en werd aards. Eén kwam en nam de vorm van zondig vlees aan. Hij kwam ook om ons te vertegenwoordigen; en Satan probeerde Hem te verbasteren. Ja, dat probeerde hij. Overal was Satan daar om Hem te kruisen, maar Hij liet Zich niet kruisen. Hij nam het kruis en steeg op! Amen!
135 Satan kon Hem niet kruisen. Nee, nee. Hij was een andere soort Adam. Hij kwam van de heerlijkheid om ons te vertegenwoordigen. Wat? "Wel," zei Adam, "als mijn vrouw het zegt, vermoed ik dat het wel in orde is."
"Wel, ze zei dat ze een openbaring had, en dat dit de manier is waarop het hoort te zijn. Ik weet dat God het op deze manier zegt, maar mijn vrouw zei..."
136 Zo gaat het vandaag met het plaatselijke kerklid: "O, ik weet dat de Bijbel dat zegt, maar mijn kerk zegt zo-en-zo."
137 O, u arme ellendige huichelaar! Ziet u niet dat God zei: "Mijn Woord zij waarachtig en elk mensenwoord een leugen"? Neem God op Zijn Woord! Het is Gods Woord. Het interesseert me niet wat mijn vrouw zei, wat mijn kerk zei; het is wat God zei.
138 Dus, wanneer zij de inspirator van zijn vrouw Eva zien, toen hij tot Jezus kwam, staat er: "O ja, er staat geschreven, dat Hij de engelen aangaande U opdracht zal geven dat zij, opdat Gij Uw voet niet tegen een steen zult stoten, deze omhoog zullen tillen."
"Ja", zei Hij, "en er staat eveneens geschreven..."
139 Hij kon Hem niet verbasteren. Hij was God, vleesgemaakt. Hij was mijn Redder en mijn God. Hij kon Hem niet kruisen!
140 Wat deed Hij toen? Hij omarmde het kruis. En aan het kruis stierf Hij voor mij en voor u en voor de wereld, opdat Hij weer mocht herstellen tot God... wat? Zonen en dochters. Zoals in de Hof van Eden, voordat zij verbasterd werden met theologie.
141 O God, als de mensen dat maar konden zien! Als ik dat er maar bij de mensen in kon stampen! Jezus stierf opdat Hij mensen uit dit verbasterd, kerkelijk gedoe kon halen; opdat Hij uw gedachten en geloof weg kon nemen van wat mensen gezegd hebben, terug naar wat God heeft gezegd.
Geen hybride geloof: "Wel, misschien zijn de dagen van wonderen voorbij." "Misschien zal dat niet gebeuren."
O, broeder! God heeft gezegd dat het gebeurt en dat maakt het vast! Dat is voor altijd! God zei het!
142 Jezus stierf opdat Hij terug kon planten! O, halleluja! Alleen het bloed kan dat doen. Alleen door de chemie van het bloed van Jezus Christus kan een persoon die niet één woord wil wijzigen van wat God heeft gezegd, weer teruggeplant worden.
143 Eva toonde haar zwakte, de kerk; toonde wat zij deed. Ze zei: "Wel, misschien hebt u gelijk. Misschien houdt God mij niet verantwoordelijk, omdat ik gewoon niet... Wel, als ik alleen maar... O, wat maakt het uit, zolang ik maar gedoopt ben? Zie? Wat maakt het uit zo lang ik maar...?"
144 O, u... Weet u, dat laat zien dat u een andere planting nodig hebt. Dat toont dat er iets bij u terug moet keren om u tot een geloof te brengen, dat er van wat God gezegd heeft geen tittel of jota van Gods Woord voorbij zal gaan tot alles is vervuld. Laat ieder mensenwoord een leugen en het Zijne waarachtig zijn. Christus kwam opdat Hij door de Heilige Geest terug kon planten.
145 O broeder, terwijl wij nu tezamen zitten in hemelse plaatsen in Christus Jezus, en de Heilige Geest op ons ademt zoals wij hier nu zijn, terug plantend – de nonsens van de theologie wegnemend, de rommel van de wereld wegnemend, mensengemaakte dogma's, "hebbende de gedaante van godzaligheid, maar die de kracht daarvan verloochenen" – het terug plant tot een onvervalst geloof in God.
Jezus zei... Satan zei: "O, ik weet dat het geschreven staat, maar weet u, er stond gij zult eten..."
Jezus zei: "Er staat eveneens geschreven." "Er staat ook geschreven..."
146 "Ja, er staat geschreven dat Hij dit zal doen en U zult deze... veranderen... als U de Zoon van God bent, kunt U hier een wonder voor mij doen en deze stenen in brood veranderen. Laat me het U zien doen." Hij had de gedachten van Satan door. Ziet u daar de scherpzinnigheid van God?
"Er staat geschreven dat de mens niet zal leven van brood alleen." Ziet u, Hij bleef direct bij het Woord. Hij versloeg Satan telkens direct met het Woord. Hij bleef bij het Woord.
147 En als Hij kwam om ons terug te planten tot zonen en dochters van God, zoals wij in den beginne waren, hoe kunnen wij dan bij het Woord vandaan gaan? Hoe kunnen wij ooit iets bereiken, tenzij wij terugkeren naar het Woord?
148 O, ik hoop dat deze band die uitgaat naar mensen, en u die over de hele wereld naar mij luistert, dat u beseft dat wij moeten... dat als wij van Christus zijn, wij uit Christus geboren zijn. Wij moeten terugkomen tot het Woord. We zullen nooit in staat zijn de mensen erin op te voeden. We zouden grote kerken kunnen bouwen, mijn broeders, rond deze wereld... We zouden kunnen bouwen en grote opleidingsprogramma's hebben, we hebben dat geprobeerd en het veroorzaakt afvalligen!
149 Waar komen de meeste misdadigers vandaan? Niet uit de ranken van de ongeletterden, maar van de hoogopgeleiden; uit de lijn en de broedplaats van de opperklasse... de opleiding.
150 Niet lang geleden stond ik naast de F.B.I. agent, die naar de muur verwees en zei: "Ik waardeer uw prediking." Hij zei: "U zei dat het niet de arme klasse mensen is die dat veroorzaakt – een arme man die niet al te veel weet, zij zijn een beetje bevreesd om daarmee te spelen – maar het zijn die types die denken dat zij die andere misdadiger nog slimmer af kunnen zijn. Zij zien waar hij zijn fout maakte en proberen het."
151 Hij ging regelrecht naar het huis van bewaring en toonde alle jeugdmisdaad-gevallen die over de hele natie gedaan waren en tachtig procent of meer kwam uit aristocratische kringen; knap, schrander.
152 Kijk naar de beginne. Nu, het toonde dat het de zonen van Kaïn waren. Kijk naar Kaïns volk. Wat waren Kaïns nakomelingen? Volg hen die voortkwamen uit het geslacht van Kaïn. Wat waren zij? Zij waren schrandere geleerden, doctors, hooggeplaatste mensen; godsdienstige, voorname mensen. Zij vonden uit hoe ze verschillende metalen konden bewerken, hoe ze mooie gebouwen konden bouwen; zij waren geleerden. Waar kwamen de anderen uit voort? Boeren, veehouders, schaapherders, enzovoort.
153 Ziet u dat. Kijk nu vandaag naar deze hoogmoedigen. Men heeft het zo in de kerk ingeplant, dat de kerk geen arme, ongeletterde persoon, die de Here echt liefheeft, meer binnen wil laten komen. En misschien zal de prediker iets zeggen en zij zeggen: "Amen." Zij zullen hem de deur uitleiden. Zij willen hem niet in hun samenkomst, als hij zich niet helemaal goed kleedt en niet gekleed gaat zoals die van Jansen of iemand anders, ziet u. Men wenst ze daar niet als ze niet in een mooie auto kunnen rijden, maar in een roestige kar bij de kerk voorrijden.
154 Broeder! Broeder! O, kunt u dat niet zien. En veel mensen vandaag willen niet eens de gekleurde mensen in hun kerken verwelkomen! O God, wees zulke huichelaars genadig. God, ik wil altijd, zolang ik een gemeente heb, de deuren open hebben voor ieder die wil. Het maakt mij niet uit of u in een kruiwagen komt, kom toch. Kom toch. Het maakt mij niet uit of u een overall draagt. Ik zeg u één ding, als u in orde komt met God dan kan een overall naast een smokingpak zitten en ze zullen hun armen om elkaar heen slaan en elkaar "broeder" noemen. Dat zullen ze zeker. Zeker zullen ze dat.
155 Een katoenen jurk kan naast een zijden japon zitten en haar armen om haar heenslaan en "zuster" zeggen. Ja, het doet u iets! Het plant het terug.
156 En wat doen wij op het ogenblik? Zitten in hemelse plaatsen in Christus Jezus; we nemen niet onze theologie, maar laten de Heilige Geest ons terug planten tot zonen en dochters van God.
157 Wat betekent het woord "besnijden" eigenlijk? [Een broeder zegt: "Afsnijden." – Vert] Stefanus zei... Dat is juist, het overtollige vlees afsnijden, zie. Het overtollige afsnijden, het deel dat niet nodig is. Besnijdenis, afgesneden worden.
158 Nu, in het Oude Testament kon alleen de man besneden worden; het overtollige vlees werd weggesneden. Nu, wat de Heilige Geest in de laatste dagen doet is het overtollige wegsnijden. Hij snijdt de theologie van de wereld weg; snijdt de mensengemaakte leerstellingen weg, snijdt alle ongeloof weg, snijdt alles weg.
Stefanus zei: "O, gij onbesnedenen van hart en oren, waarom wederstaat gij altijd de Heilige Geest? Zoals uw vaderen deden zo doet gij." Zover is het, vrienden.
159 U moet wegkomen van te zeggen: "Welnu, ik hoorde gisteravond een toespraak en er werd gezegd: 'Die goddelijke genezers kunt u maar beter in de gaten houden.'"
160 Het gaat niet om de goddelijke genezers. Ik heb ze ook in de gaten gehouden. Maar ik let op het Woord van God, op wat dat zegt. Ik neem het Woord. Het Woord zei het, zie.
161 "Ah, u moet oppassen met die mensen die geloven in het spreken in tongen, want dat was voor een andere dag. Zij zijn niets dan duivels."
Wat zegt het Woord? "Deze tekenen zullen de gelovigen volgen tot het einde der wereld. In Mijn Naam zullen ze duivelen uitwerpen; met nieuwe tongen zullen zij spreken; op zieken de handen leggen en zij zullen gezond worden" – Jezus' laatste opdracht aan Zijn gemeente.
162 Wat probeert de Heilige Geest vandaag te doen? Al dat ongeloof af te snijden: "Zij zullen handen op de zieken leggen en zij zullen gezond worden", proberend de mensen terug te voeren naar het ongerepte Woord, waar God van zei dat het was zoals in Eden voordat er theologie aan was toegevoegd; om het terug te brengen zoals het was in Eden toen de mens met God wandelde, en hij zei... als de boom hier niet goed stond, zou hij zeggen: "Word uitgerukt en hier geplant." Als de wind waaide, zei hij: "Zwijg, wees stil", en het hield op. Wat hij maar wilde, hij had alle dieren onder zijn controle; alles op aarde was van hem; hij was god over de aarde. Hij had besturende kracht in zich.
163 Eén daalde uit de hemel neer in heel deze verontreiniging en bewees dat dit Gods plan was, want Hij was de Zoon van God. Wat deed Hij? Sterven, zodat wij terug konden komen en door de gerechtigheid van Zijn bloed worden gezuiverd. En Hij vertegenwoordigt ons vanmorgen! Halleluja!
164 Nu, tot u die zegt dat het voor u verkeerd is om door Adam als een zondaar vertegenwoordigd te worden, wat zegt u ervan dat wij door vertegenwoordiging ook redding hebben? U kunt uzelf net zomin redden als dat u met uw jachtlaarzen over de maan zou kunnen springen. U kunt net zomin... U bent in zonde geboren; u bent een afvallige om mee te beginnen. Ieder van ons! En wij konden onszelf niet helpen. En hoe zullen wij ooit gered worden? Eén kwam om ons te vertegenwoordigen: Jezus. Hij kwam om ons voor God te vertegenwoordigen als zonen en dochters van God. En Hij zond Zijn Heilige Geest, zodat Hij nu broedt over de plaats en probeert ons terug te brengen tot geboorte, om te worden... te sterven aan onszelf en weer herboren te worden tot zonen en dochters van God; om God op Zijn Woord te nemen; om Gods Woord te geloven.
165 Welnu, als wij veroordeling gekregen hebben door vertegenwoordiging, hebben wij ook... Hoe hebben wij veroordeling? Wegens verbastering; door de wereld in te planten bij de dingen van God. Zo hebben wij het gekregen. Hoe komen we ooit van die verbastering af? Keer u af van dat hybride spul. Keer hier naar terug, naar Gods Woord dat de Waarheid is! Ieder mensenwoord is een leugen, wat God zegt is waar. Blijf er precies bij. Het plant u hier weer regelrecht in terug. Er is een weg gebaand. Eén staat er vanmorgen bij de troon van God om u te vertegenwoordigen.
166 Uw vader en moeder vertegenwoordigden u als Adam en Eva, jazeker, toen u in de wereld geboren werd. De heilige echtvereniging was door God verordineerd om kinderen voort te brengen. Nu bent u precies teruggekeerd tot hetzelfde punt als waar u was in de Hof van Eden, zoals Adam en Eva, u zonen en dochters van God.
167 U bent precies terug tot twee bomen. De ene was de boom der kennis en de andere was de Boom des Levens. Nu, wilt u de wetenschappelijke weg van verbastering gaan? Kijk waar u terecht komt. In wat voor een knoeiboel heeft de mens zichzelf gebracht met deze verbastering? In wat voor een warboel heeft hij zichzelf door zijn eigen kennis gebracht? In plaats van gewoon een kind te zijn, nederig en vertrouwend op God, probeert hij de wetenschap te nemen en een atoom te splitsen. Kijk in wat een warboel hij zich op het ogenblik bevindt. God laat hem gewoon zichzelf vernietigen, dat is alles.
168 In den beginne vernietigde de mens zichzelf, scheidde zich van God af, van de gemeenschap, door de boom der kennis. Hij verliet de Boom des Levens om van de boom der kennis te eten.
169 Kom bij die verbasterde boom vandaan! Kom hier naar de oorspronkelijke vrucht die leven in zich heeft. Eet van Hem. Jezus zei: "Ik ben het Brood des Levens dat van God uit de hemel kwam. Uw vaders hebben het manna gegeten in de woestijn..." niet met geloof gemengd, zie, "hebben het manna gegeten in de woestijn, en zij zijn allen gestorven. Maar Ik ben het Brood des Levens dat van God uit de hemel neerdaalt. Wie dit brood eet heeft eeuwig leven. Ik zal hem opwekken ten uitersten dage. Hij zal nimmer vergaan; hij heeft eeuwig leven." Laten we vanmorgen tot die Boom terugkomen. Laten we ons afkeren van wat mensen zeggen. Laten we ons afkeren van wat de kerken zeggen. Laten we terugkomen en de Bijbel nemen, en de Bijbel geloven. We zijn nu te laat om weer ruzie te gaan maken. Zie?
170 We zullen nooit meer grote organisaties zien oprijzen. Ik kan dat nu bewijzen gedurende de tijd van de gemeentetijdperken. We zullen nooit een ander oprijzen van organisaties meer hebben. Het gemeentetijdperk van Laodicéa, het zullen gewoon Pinkstergroepen zijn die zich verder en verder en verder zo organiseren. Maar grote opwekkingen zullen het land nooit meer treffen. Slechts enkelen die in de kerk zijn achtergebleven en nog binnen moeten komen zullen getrokken worden. Want de Bijbel zegt dat de gemeentetijdperken eindigen in een lauwe toestand. Zo is het. Dus moet het zo gaan worden.
171 Nu, tot iedereen. Laten we van dit kruisen vandaan komen; laten we terugkomen tot de echte oorspronkelijke vrucht. Laten we teruggaan tot de plaats waar God ons zonen en dochters van God maakte, vertrouwend op wat God heeft gezegd, en neem niet het woord van verbastering van de vrouw.
172 Ziet u hoe het natuurlijke en het geestelijke worden getypeerd? Ziet u mijn visioenen hier uitgeschreven van hoe het zou zijn, hoe aan de vrouw stemrecht gegeven zou worden? Wat heeft deze natie geruïneerd?
173 Nu, luister. Niet u, Christinnen. Vrouwen zijn de ruggegraat van elke natie. Breekt u het moederschap, dan hebt u de natie al meteen gebroken. Zo is het door de hele geschiedenis geweest. Wat zijn Amerikaanse vrouwen?
174 Vroeger gingen wij naar Parijs voor de mode. Nu komt Parijs hierheen om de mode te krijgen voor hun vulgaire, vuile levenswijze; komen naar ons toe om mode te krijgen. Wat is er gebeurd? De duivel heeft onze vrouwen ontkleed. Zij trekken hun kleding uit. Ieder jaar trekken zij wat meer uit. Zij knippen hun haar af, waarvan God zegt dat het verkeerd is; dragen die kleine oude kleren waarvan de Bijbel zegt dat het een gruwel voor God is wanneer een vrouw een kledingstuk aantrekt dat aan een man behoort; en nu kunt u niet eens meer zien of ze mannen of vrouwen zijn.
175 Roken sigaretten! Bastaard, zo is het; bastaard, zij weten zelfs niet of ze een man of een vrouw zijn. Dat is waar. Je kunt nauwelijks zeggen tot welk geslacht ze behoren als je naar ze kijkt en naar ze luistert. Dat is waar, vrienden. Ik zeg dit niet over u, Christinnen. Mijn stem gaat vele naties rond. Maar het is een verbastering. Dit Amerika is veroordeeld.
176 En wat heeft zij, overeenkomstig het visioen, gedaan? Zij stemde op de verkeerde persoon. Ik weet niet hoe lang het zal duren voor zij tot haar einde komt, maar op een dag zal het zover zijn. ZO SPREEKT DE HERE! Het zal ten einde lopen.
177 Ze beweegt zich nu reeds bergafwaarts. Ze zal nooit meer terugkeren. Ze is verloren. Dat is waar. Sinds 1956 is zij verloren toen zij God veroordeelde en wegstuurde van de grote opwekkingsuren.
178 Nu, ik denk dat het tijd voor ons is om op dit ogenblik te eindigen en een gebedsrij voor de zieken te hebben.
Nu, gelooft u dat de duivel de mensen, de naties, verbasterd heeft? Gelooft u dat? Zeker heeft hij dat gedaan. Heeft de kerken verbasterd tot wij mensengemaakte dogma's worden in plaats van Christus vrezende dienstknechten.
179 Ziet u waarom ik veroordeel, en schud, en zo hard als ik kan sla tegen het verkeerde? Hoe kan ik iets anders doen, terwijl het Woord het hier zegt en de Heilige Geest zegt: "Beweeg erin"?
180 Ik zeg: "Here, ik predik; zij kleden zich nog net zo. Zij doen nog steeds hetzelfde als altijd." "Predik het toch. Blijf gewoon doorgaan. Uw stem wordt opgenomen op de band." Op de oordeelsdag zullen er dan geen excuses zijn. Omdat u het hebt gehoord, zie. Zo is het. U hebt het gehoord.
181 "Geloof komt door het horen; en het horen..." door wat de kerk zegt? Dat klinkt niet goed, is het wel? "... het horen door het Woord van God", dat u terugbrengt tot een geloof in God.
182 Nu, wanneer u vanmorgen komt, willen wij bidden. En wij willen bidden dat God u alles terzijde zal laten leggen. Misschien zal deze kleine boodschap die verbastering van u wegnemen, u terugbrengen tot een nederige dienstknecht die naar voren komt en zegt: "Ik geloof God." Ze hebben zich vaak afgevraagd...
183 Ik ga nu dit zeggen. Luister ernaar. Men zegt: "Broeder Branham, uw bediening met haar bovennatuurlijkheid is nergens ter wereld geëvenaard." Grote mannen (ik zou hun namen kunnen noemen, als het niet vanwege deze band was) belden mij op om met hen mee te gaan! Ze zeiden: "Uw bediening is het enige wat de wereld zal redden." Waarom is dit niet ergens anders? Keer terug naar het Woord. God kan alleen bouwen op dat fundament. Wanneer ik dan zo nadrukkelijk verkeerd ben in de manier waarop ik mensen doop, de wijze waarop ik spreek over de Heilige Geest en in de dingen die ik doe, waarom eert God dit dan? Waarom brengt het zoiets teweeg? Waarvoor is het? Ik zeg dit niet voor mijzelf, dat zou verkeerd zijn, maar ik probeer het te zeggen omdat ik op de Waarheid sta, het Woord en het Woord alleen.
184 Zich verheffen en grote dingen en grote gebouwen bouwen, betekent niets voor God. Helemaal niets. Het gaat erom bij dat Woord te blijven. God Die werkt in dat Woord, dat Woord bevestigt, erbij blijft; het teken van de levende God onder ons.
185 Wilt u zo zijn? Wilt u dat al het wereldse van u afgewassen wordt? O my! U, kleine kinderen, God zegene jullie. Ik verwacht de eeuwigheid met u door te brengen. Ik verwacht op een dag daarginds in het grote Eden met u te zijn. En wanneer ik daar kom...
186 Ik had niet lang geleden een visioen (u hebt ervan gehoord) en ik keek daar en zag al die mensen daar. Het waren er miljoenen. En ik zei: "Bedoelt U dat Hij naar mij toekomt?"
Ze zeiden: "Ja, en dan keren wij met u terug."
Ik zei: "Wel, moet elke voorganger daar zo staan?"
"Ja meneer."
"Staat elke voorganger op zijn bediening met zijn samenkomst?"
Hij zei: "Ja meneer." (Die engel die met mij sprak zei dit.)
En ik zei: "Zal Paulus daar dan ook moeten staan?"
"Paulus moet er staan met zijn generatie."
Ik zei: "Dan weet ik dat ik in orde ben, omdat ik woord voor woord hetzelfde heb gepredikt als hij."
En toen ik dat zei, schreeuwden miljoenen het uit: "Daar rusten wij op." Amen! Op dat Woord, dat Woord! Wat het ook was, dat Woord!
187 Daarom heb ik de mensen gedrongen om te komen, zoals het vanmorgen zal zijn, sommigen om overgedoopt te worden. Paulus deed het. Paulus ontmoette mensen die gewoon zo blij waren en vervuld met Gods goedheid, juichend en God prijzend, en die een geweldige samenkomst hadden. Hij zei: "Maar hebt u de Heilige Geest ontvangen sinds u geloofd hebt?" (Handelingen 19.)
Ze zeiden: "We weten niet of er een Heilige Geest is." Ze zeiden met andere woorden: "Wij zijn gewoon Baptisten." Hun herder was een Baptistenprediker, precies juist, een bekeerde advocaat, een baptistenprediker.
Paulus zei: "Hebt u de Heilige Geest ontvangen sinds u geloofd hebt?"
Zij zeiden: "Wij weten niet of er een Heilige Geest is?"
Hij zei: "Hoe werd u dan gedoopt? Wat was uw doop? Op welke manier?"
Zij zeiden: "Wij werden gedoopt door Johannes."
"Dat werkt niet meer."
Zij zeiden: "Wij werden gedoopt door Johannes."
188 Hij zei: "Johannes doopte alleen tot bekering." Net zoveel water als waar u ze onder kon houden, zie, tot bekering; niet voor de vergeving van zonden, omdat het offer nog niet gedood was. Hij zei: "Tot bekering, en hij zei dat men moest geloven in Hem Die komen zou", geloven in Jezus Christus. En toen zij dit hoorden, liepen zij regelrecht het water in en werden overgedoopt in de Naam van Jezus Christus. Wat de Bijbel... En Paulus zei in Galaten 1:8: "Al zou een engel uit de hemel..." Nu, luister. Wat ben ik... Terugkomen van dit bastaardspul, kom er bij vandaan. "Al zou een engel uit de hemel een ander evangelie verkondigen dan dit wat ik u onderwezen heb," (Paulus, die de mensen overdoopte), "die zij vervloekt." Laat staan een prediker, een bisschop of een paus of een priester. Al zou een engel, een blinkende engel, uit de hemel neerdalen en iets zeggen, tegengesteld aan wat hij zei, die zij vervloekt. Galaten 1:8: "Al zou een engel uit de hemel..." Nu, luister. Wat ben ik... Terugkomen van dit bastaardspul, kom er bij vandaan. "Al zou een engel uit de hemel een ander evangelie verkondigen dan dit wat ik u onderwezen heb," (Paulus, die de mensen overdoopte), "die zij vervloekt." Laat staan een prediker, een bisschop of een paus of een priester. Al zou een engel, een blinkende engel, uit de hemel neerdalen en iets zeggen, tegengesteld aan wat hij zei, die zij vervloekt.
189 Hoe gaan we ons hier tegen opstellen, vrienden? Niet alleen... Nu, u zou gedoopt kunnen worden in de Naam van Jezus Christus, terwijl uw hart net zo vuil is als het maar kan zijn. Dat redt u niet, maar het is een stap in de goede richting. U wordt gered door uw geloof, door Jezus Christus. Zo is het. Maar wanneer u tot die plaats komt en dit ziet, en het dan verwerpt, dan keert u terug.
190 Nog dit korte verhaal en dan sluit ik. Ik heb het hier misschien eerder verteld. Een veldprediker zei dat hij eens werd opgeroepen bij een man die was geschoten met een machinegeweer, en hij was stervende. Hij zei: "Bent u een Christen?"
Hij zei: "Dat was ik vroeger."
"Vroeger?" zei hij, "Waar hebt u Christus verlaten?"
Hij zei: "Ik kan het me niet herinneren."
Hij zei: "U kunt maar beter nadenken, want uw longen vullen zich met bloed. U kunt zich maar beter haasten, omdat u dwars door uw longen heen bent geschoten."
Hij zei: "Ik weet het."
Hij zei: "U bent stervende."
Hij zei: "Ja."
Hij zei: "En eens kende u Christus?"
"Ja."
Hij zei: "Nu denk snel na, omdat u geen..." Zei: "Kapitein, u hebt maar een klein beetje tijd om te denken. Denk nu hard na. Waar hebt u Christus verlaten?"
Hij worstelde, worstelde, en probeerde te denken. Meteen kwam er een glimlach over zijn gezicht. Hij zei: "Ik herinner het me, ik herinner het me."
191 Dat is wat u moet doen. Herinner u, wanneer u tegen een Waarheid van God ingaat, zult u Hem precies daar verlaten. U zult Hem precies daar verlaten. En het zal u geen goed doen om zo verder te gaan, omdat u hiernaar terug moet keren. U bevindt zich al die tijd op een omweg. Ik zeg niet dat u geen Christen bent, maar u neemt een omweg. Zij waren Israëlieten, maar niet allen gered. Dat is waar. U bevindt zich op dat moment op een omweg. U moet daar naar terugkomen. En de kapitein zei: "Ik herinner het me."
Hij zei: "Begin precies vanaf daar." Daar zult ú vanmorgen moeten starten, waar u van het pad afraakte.
192 Hij zei: "Nu leg ik mij ter ruste neer en ik bid de Heer mijn ziel te bewaren. Als ik moet sterven voor ik ontwaak, bid ik U, Heer, mijn ziel te nemen", en hij stierf. Waar hij Christus verlaten had was bij de wieg. U kunt Hem bij de doop verlaten hebben; u kunt Hem bij de Heilige Geest verlaten hebben; u kunt Hem ergens anders verlaten hebben.
193 Waar u Hem ook verlaten hebt... Neem niet dit bastaard kerkspul. Er is Eén vanmorgen Die u vertegenwoordigt voor redding. U hoeft geen zondaar te zijn. U hoeft dat niet te zijn. U bent het, als u het bent. God houdt u niet verantwoordelijk omdat u een zondaar bent; Hij zal u vanaf nu in geen enkel opzicht verantwoordelijk houden, maar Hij zal u verantwoordelijk stellen als u dit verwerpt. Hij zal u niet verantwoordelijk stellen omdat u misschien in het verleden geen verschil kende in waterdoop, in het ontvangen van de Heilige Geest en de kracht van God. Hij zou u daarvoor wellicht niet verantwoordelijk stellen, u mocht het misschien niet eerder hebben gehoord; maar vanaf nu weet u beter. Keer terug naar het Woord. Keer naar God terug.
194 Laten we nu bidden en overdenkt u het, terwijl wij bidden.
Heer, ik weet dat ik een sterveling ben en dat ik spoedig heen zal gaan, mijn dagen tellen af. Binnenkort zal ik tweeënvijftig jaar op deze aarde zijn. En ik wil getrouw zijn, Heer, ik wil getrouw zijn tot het einde. Over heel de wereld zijn er vele, vele naties, mensen, kleuren, rassen; bij het zien van vele geloofsbelijdenissen en ziende hoe zij die vermengen, en al hun verschillende kleine ruzies en frustraties, terwijl in die plaatsen veel ware kinderen zijn – vele mannen en vrouwen in die plaatsen, daarginds in dat verbasterde veld, die werkelijk daar niet willen zijn. Zij denken dat ze Gods wil doen.
195 Ik bid U vanmorgen, Vader, alle twijfel van mijn kleine groep hier vandaag weg te nemen, en van degenen die naar de banden zullen luisteren, dat U alle mensengemaakte geloofsbelijdenissen zult wegnemen; zoals Jezus, toen Hij de eerste keer kwam en hen dingen zag onderwijzen die van den beginne niet zo waren; van den beginne, terwijl God het zuiver en onvervalst gemaakt had, maar de mens had Gods Woord genomen en het krachteloos gemaakt door het onderwijzen van geloofsbelijdenissen van mensen.
196 Vader, zo is het nu opnieuw bij de nabije komst van Jezus. Zoals de wijnstok; als de wijnstok een rank voortbrengt en die rank was een Pinksterrank, vervuld met de Heilige Geest, en vruchten van tekenen en wonderen volgden die rank; als die wijnstok ooit nog een andere rank geeft, zal het dezelfde soort rank zijn. Wij weten dit, Vader, uit de natuur zelf. Maar wij weten ook dat U elke vrucht die in die wijnstok behoort erin kunt enten, en het zal leven door de wijnstok.
197 Wij weten dat wij een sinaasappelboom kunnen nemen en citrusvruchten van verschillende soorten, zeven of acht, erop kunnen enten. We kunnen er citroenen inbrengen, het zal er precies in groeien omdat het een citrusvrucht is. Het zal grapefruit en vele andere laten groeien, mandarijnen en vele andere citrusvruchten. Maar als die boom weer een eigen tak voortbrengt, zal het een sinaasappel zijn, Heer. Hij zal zijn zoals de eerste. En wij geloven dat er in deze laatste dagen een gemeente zal zijn, die zowel de vroege als de late regen zal ontvangen. Het zal in dit Laodicéa tijdperk over de hele wereld verspreid worden. Het zal een gemeente zijn die teruggeroepen wordt tot het oorspronkelijke geloof in God. Het zal een gemeente zijn waar Jezus Christus in wandelt, Die Zichzelf manifesteert; het geroep van de Koning zal daarin zijn.
198 God, hoe startte U tijdperk na tijdperk, en hoe hebben ze die wijnstok genomen en het daarin geënt; en het bloeit daardoor onder de naam van Christendom, maar brengt nog altijd een leerstelling voort die in den beginne niet werd geleerd. O God, wat spijt ons dat, Heer. Wij weten niet wat te doen; maar vanmorgen bid ik dat U alles wat door de mens gemaakt is uit onze harten wilt wegnemen. Neem en plaats in onze harten, Heer, het ware Woord van God. Ik sta op het punt om voor de zieken te bidden, Heer. Hoe kan ik daar naar beneden lopen met een twijfel in mijn gedachte of God mijn gebed zal beantwoorden? Dan, Vader, zou ik zelf een huichelaar zijn.
199 God, als daar één enkele twijfel in mijn hart is, wilt U het mij nu vergeven. Als daar iets is wat ik gedaan of gezegd heb dat verkeerd is, vergeeft U mij. Laat mij treden in wat de Waarheid is. En, Vader, ik weet dat Uw Woord de Waarheid is, en ik tracht te blijven staan op dat Woord. Ik werd verbasterd, Heer, ginds terug, door afstamming door mijn generaties, zodat ik weet dat mijn gedachte is vertroebeld, maar toch kan ik hierheen kijken en het Woord zien. Ik weet dat het de Waarheid is. Ik verlang daar te zijn, Heer. Ik houd mij vast aan dat anker ginds in de Rots. De stormen slingeren mij heen en weer in het rond, maar mijn anker houdt. Het is in Christus en in Zijn Woord. Ik geloof dat Uw Woord de Waarheid is.
200 Help mij, Heer, nooit ook maar in iets ervan af te wijken, maar voort te gaan in goddelijke liefde, mijn armen om alle mensen heengeslagen, alle rassen, alle kleuren, alle geloofsbelijdenissen, alle denominaties om hen naar de Rots te trekken.
201 Sta het toe, Vader. Genees alle zieken en aangevochtenen. Breng hen vandaag terug tot dat type mensen uit die ouderwetse opwekking. Breng ze terug naar het oorspronkelijke Pinksteren. Breng hen terug naar de zegeningen. Breng hen terug naar Pinksteren, zoals dat viel in 33 na Christus. Geef hun de Pinksterzegeningen. Moge de kracht van God in de gemeente komen. Mogen er gaven van Goddelijke genezing aan de gemeente worden gegeven. Mogen er sprekers in tongen en vertalers van tongen zijn. Mogen er gaven van profetie en allerlei verschillende manifestaties zijn. Geen gemaakt geloof of trachten te geloven of doen alsof; moge het werkelijk origineel komen met het Woord. Het Woord van God bekend gemaakt, dingen profeterend, die zullen gebeuren.
202 U hebt in Uw Woord gezegd: "Indien er iemand onder u is die beweert of wordt verondersteld een profeet te zijn, en wat hij zegt... en als het niet gebeurt, hoor hem niet. Maar indien het wel gebeurt luistert dan naar die profeet, want Ik ben met hem." God, geef ons dat soort profeten. Geef ons het echte soort, de echten die in tongen spreken, de echten die de echte interpretaties geven. Sta het toe, Vader. Genees de zieken en aangevochtenen en maak Uzelf onder ons bekend, want wij vragen het in Jezus' Naam. Amen.
Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst heeft liefgehad
En mijn redding verwierf
Aan Golgotha's kruis.
En nu, al u Methodistenzonen van God, Baptistenzonen van God; al u zonen en dochters van God, laat ons gewoon onze handen opheffen, onze ogen sluiten en dit voor Hem zingen en Hem aanbidden.
Ik heb Hem lief, ik heb Hem lief,
Omdat Hij mij eerst heeft liefgehad
En mijn redding verwierf
Aan Golgotha's kruis.
203 Hebt u Hem lief? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Een ieder die Hem liefheeft, zeg: "Prijs Jezus!" ["Prijs Jezus."] Nog een keer: "Prijs Jezus!" O, wat ben ik... Hmm! In het Afrikaans zou het zijn: "Prijs die Here! Yesus, Yesus", zo noemen ze Hem. "Prijs Yesus! Dankie Yesus." Dank U, Jezus. O my! Wat een dag! Ja. Wat prijs ik... wat danken wij onze goede Heer voor Uw...
Ik heb Hem lief...
204 Aanbid Hem gewoon. Zo'n harde en scherpe boodschap. Laten we gewoon aanbidden, de lieflijkheid van de Geest terug.
Omdat Hij mij eerst heeft liefgehad
En mijn redding verwierf
Aan Golgotha's kruis.
Het dierbaar bloed van Gods eigen Zoon heeft gered en geheiligd
Een wonderbaar volk voor Zijn Naam, en zij worden 'de bruid' genoemd.
Hoewel hier genegeerd en veracht, zal de Here op een dag
Die uitverkorenen brengen in de poort, en dat is alles waard.
Allemaal samen:
Wanneer we binnen de paarlen poorten zijn zullen wij veel dingen leren,
We zullen een harp hebben, gemaakt van goud, misschien wel duizend snaren.
We zullen zingen, juichen en ronddansen (halleluja!), het Lam zal onze tranen afdrogen.
We zullen een grootse thuiskomstweek hebben, de eerste tienduizend jaar.
205 Geef ons de juiste toon daarvan. Laten we het nog een keer zingen. Houdt u daar niet van? Denk er gewoon aan:
Het dierbaar bloed van Gods eigen Zoon heeft gered en geheiligd
Een wonderbaar volk voor Zijn Naam, en zij worden Zijn bruid genoemd. (Amen.)
Hoewel hier genegeerd en veracht, zal de Here op een dag
Die uitverkorenen brengen in de poort, en dat is alles waard.
Allemaal samen nu:
Wanneer we binnen de paarlen poorten zijn zullen wij veel dingen leren,
We zullen een harp hebben, gemaakt van goud, misschien wel duizend snaren.
We zullen zingen, juichen en ronddansen, het Lam zal onze tranen afdrogen.
We zullen een grootse thuiskomstweek hebben, de eerste tienduizend jaar.
Laten we elkaar een hand geven terwijl we het zingen.
Het dierbaar bloed van Gods eigen Zoon heeft gered en geheiligd
Een wonderbaar volk voor Zijn Naam, en zij worden Zijn bruid genoemd.
Hoewel hier genegeerd en veracht, zal de Here op een dag
Die uitverkorenen brengen in de poort, en dat is alles waard.
Nu, laten we onze handen opheffen tot Hem.
Wanneer we binnen de paarlen poorten zijn zullen wij veel dingen leren,
We zullen een harp hebben, gemaakt van goud, misschien wel duizend snaren.
We zullen zingen, juichen en ronddansen, het Lam zal onze tranen afdrogen.
We zullen een grootse thuiskomstweek hebben, de eerste tienduizend jaar.
O, hoe lief heb ik Jezus,
O, hoe lief heb ik Jezus,
O, hoe lief heb ik Jezus,
Omdat Hij mij eerst liefhad.
Ik zal Hem nimmer verzaken,
Ik zal Hem nimmer verzaken,
Ik zal Hem nimmer verzaken,
Omdat Hij mij eerst liefhad.
206 Ik zal Hem nooit verzaken, omdat Hij mij vertegenwoordigt. Amen. Hij is mijn Redder, en omdat Hij voor mij stierf... Ik ben niet waardig, maar omdat Hij mij tot de Zijne maakte werd Hij mij zodat ik Hem kon worden. Hij werd een zondaar en nam mijn zonden op Zich zodat ik een zoon van God kon worden.
O, hoe lief heb ik Jezus,
O, ...
Here Jezus, ik bid dat U de zuster zult genezen. En maak haar gezond, Heer, voor Uw glorie, in Jezus' Naam.
... hoe lief heb ik Jezus,
Omdat Hij mij eerst liefhad.
Doen die oude liederen niet iets voor u? Ik herinner mij een gekleurd gezinnetje dat gewend was hier te komen. Een man en zijn vrouw en een klein meisje. Nu, laten we gewoon... ik kan het niet zingen maar ik ga het proberen. Ik voel de Heilige Geest op mij. Amen. Het zegt:
O, wat een dierbare liefde had de Vader
Voor Adams gevallen ras;
Gaf Zijn enige Zoon om te lijden,
En ons te verlossen door Zijn genade.
O, daar houd ik van.
O, wat een dierbare liefde had de Vader
Voor Adams gevallen ras;
Gaf Zijn enige Zoon om te lijden,
En ons te verlossen door Zijn genade.
207 Daar houd ik van, u niet? Is er niet iets mee? Nu, deze boodschappen zijn hard, streng en scherp, dat is wat het Woord van God is, scherper dan een tweesnijdend zwaard. Maar wanneer dat allemaal voorbij is, zie, dan is de grote Heilige Geest hier ergens in het gebouw, wakend; engelen. O, wanneer dat allemaal voorbij is zult u Hem Zijn arm zien uitstrekken en dan beginnen de zegeningen te vallen. Wij heffen onze handen op naar Hem op en beginnen Hem te aanbidden in de lieflijkheid van de Heilige Geest. Doet het u niet iets? Het reinigt u, geeft u een nieuwe start, brengt u terug naar het Woord.
Hoeveel zieken zijn er nu die zeggen: "Ik kom om vanmorgen genezen te worden. Dit is het uur van mijn genezing"? Eén, twee, drie, vier, vijf, ongeveer acht of tien van u. In orde. Ik vraag me af of mijn kleine kinderen hier iets voor mij willen doen. Wilt u dat doen? Ik vraag me af of u allemaal voor een klein ogenblikje hier zou willen komen. Ik wil u allemaal vragen om hier naar het altaar te komen terwijl wij bidden, terwijl wij blijven zingen, laten degenen die gezalfd willen worden en die willen dat er voor hen wordt gebeden... broeder Neville, kom. En we gaan voor hen bidden, daarna zullen we de waterdoop hebben, dan een officiële afsluiting over ongeveer twee of drie, hooguit tien minuten, schat ik. In orde.
O, wat een dierbare liefde had de Vader
Voor Adams gevallen ras;
Gaf Zijn enige Zoon om te lijden
En ons te verlossen door Zijn genade.
208 Als iemand weet waar dat gekleurde gezinnetje is, ik zou graag willen dat ze naar voren zouden komen om dat lied nog eens te zingen tijdens de opwekking. Ze waren daar ergens op Broadway. Ik ben vergeten hoe ze heten, een man en zijn vrouw en een klein meisje. Zij hadden die kleine pauze erin, weet u.
O, wat een dierbare liefde had de - Vader
Voor Adams gevallen - ras;
Gaf Zijn enige Zoon om te - lijden
En ons te verlossen door Zijn genade.
209 Ziet u wat het is? Adams geslacht was gevallen en had zich langs de hele weg gekruist. Zij kwam helemaal langs de lijn neer van het werkelijke, geestelijke geloof in Gods Woord, naar allerlei seksuele vuiligheid, neer tot het laagste deel. En o, wat een dierbare liefde betoonde de Vader aan Adams gevallen ras. Hij gaf Zijn enige Zoon om te lijden, kwam neer naar het laagste wat er was, en verloste ons terug tot Zijn Woord, verloste ons door Zijn genade.
210 En nu, vanmorgen staan wij door Zijn genade en zeggen: "Wij zijn Zijn kinderen. Wij hebben recht op deze zegeningen." Jezus Christus stierf om een ieder van u te genezen. Dat is waar. Hij heeft het beloofd. En hier zijn wij... weten wij dat het waar is. Hoevelen van u weten dat het de Waarheid is? Dan is het uw bezit. Het behoort aan u, het is van u. Dan is er maar één ding dat u ervan kan weerhouden om het te ontvangen, dat is Satan die u een verbasterde leugen probeert te vertellen.
211 Wat heeft God gezegd? "Hij werd verwond voor onze overtredingen; door Zijn striemen zijn wij genezen." Gelooft u dat dat het Woord van God is? Laat Satan u dan niets anders vertellen. Het Woord van God zegt: "Gaat heen in de gehele wereld, predikt het Evangelie aan alle creaturen." Hoe ver? De gehele wereld. Dat is nog nooit bereikt. "De gehele wereld." Hoe lang zou dit duren? Tot het einde der wereld. Wat? "Gaat heen in de gehele wereld, predikt het Evangelie. Ziet, Ik ben met u al de dagen tot de voleinding der wereld. Deze tekenen zullen hen volgen die geloven: In Mijn Naam zullen zij duivelen uitwerpen, met nieuwe tongen zullen zij spreken; als zij een slang zullen opnemen of iets dodelijks zullen drinken zal het hun niet schaden; als zij de handen op de zieken leggen zullen zij gezond worden." Dat is het Woord. Nu, leg u hieraan vast... elk principe van God, leg u daar precies aan vast.
212 Kom dan tot dat punt en zeg: "God, ik heb mij bekeerd. Ik ben gedoopt in de Naam van Jezus Christus. Ik heb het bloed herkend. Ik heb de Zoon van God herkend, ik herken U, Mijn Vader. U hebt mij gezegend met de Heilige Geest. Satan probeert mij te plagen en maakt mij ziek. Ik kom vrijmoedig." Amen, zonder veroordeling. "Ik heb Uw Woord gehouden. Ik ben hier gebleven zoals Hizkia", toen de Here zei: "Vertel... Jesaja, ga en vertel hem dat hij niet van dat bed af zal komen, hij zal gaan sterven."
213 Hij zei: "Here, ik heb met een volkomen hart voor U gewandeld. Ik heb nog vijftien jaar nodig."
214 De Here vertelde de profeet: "Ga terug en vertel hem dat Ik hem heb gehoord. Hij zal blijven leven." Dat is waar. Het verandert de dingen. Dat is hoe je moet komen. Geen veroordeling. Als er veroordeling is dan vecht je gewoon tegen de lucht. Je moet komen tot waar je rein en schoon bent. "Ik geloof het. Ik sta hier, Here, ik geloof het." Als u een zondaar bent en u kent God niet, vertel God dan precies hier: "Here, ik wil genezen worden. Ik wil U dienen. Maar ik geef U nu mijn hart. Hier ben ik, gebruik mij."
215 Zoals de profeet in de tempel zei: "Hier ben ik. Zend mij, Here." En de engel nam een gloeiende kool.
216 Nu, we zijn in de gemeente. Op de evangelische velden gebruiken wij de andere soort bediening. Hier zijn wij... de Bijbel zegt voor de gemeente: "Zijn er zieken onder u? Dat zij tot zich roepen de ouderlingen der gemeente, en dat die hen zalven met olie en voor hen bidden. Het gebed des geloofs zal de zieke behouden." U weet dat, Jakobus 5:14.
217 Broeder Neville hier, onze prediker, een goede door God gezonden, met de Heilige Geest vervulde man. Hoevelen van u hebben broeder Neville zien opklimmen? Hebt u het opgemerkt? Hebt u hem afgelopen zondag voor het eerst horen profeteren? Wie zou ooit gedacht hebben dat een Methodistenprediker daar zo zou staan? Maar toen de Heilige Geest op hem kwam gebeurde er iets, zie? Ja, het kwam er regelrecht in, gewoon automatisch, zie. U komt regelrecht terug naar de juiste planting en dan moet u verder trekken. Als u leven in een graankorrel plaatst en het onder de juiste condities plaatst, dan zal het groeien. Laat het gewoon met rust, het zal groeien. Op die manier is het ook met de gemeente. Als u ooit terug kunt keren naar het juiste, blijf dan gewoon daar, blijf doorgaan en dan zal het juiste zonlicht, water, lofprijzingen en halleluja's, liederen, enzovoort, dit voortbrengen. Het zal u regelrecht naar de plek brengen waar u zich kunt uitstrekken en kunt ontvangen: "Alles is mogelijk voor degenen die geloven."
218 Nu, wanneer hij u met olie zalft zal ik u de handen opleggen. Nu, ik zal eerst bidden voor ieder van u en ik wil dat u, terwijl u in de rij staat, de handen op elkaar legt. Leg uw handen nu gewoon op elkaar. Waarom doe ik dit? Nu, de Bijbel zegt nergens: "Als broeder Branham zijn handen oplegt." Er staat: "Deze tekenen zullen degenen volgen die geloven. Als zij hun handen leggen..." Is dat waar? Zij leggen hún handen... Uw handen zijn net zo goed als alle andere handen, zie. Tenslotte zijn het Gods handen die tellen. Dus, als zij de handen op de zieken leggen, zullen zij herstellen. Nu, met uw handen op elkaar, laten wij onze hoofden buigen. En ik wil dat u, gemeente daar, allen voor deze mensen bidt.
219 Onze hemelse Vader, wij brengen deze lange rij zieke mensen tot U. God, bedenk slecht, dat velen van dezen hier... ik vertrouw dat zij allen Uw kinderen zijn, geboren uit de Geest, gewassen in het bloed, vervuld met de Heilige Geest, gereed voor de komst. En Satan kan niet op die manier tot hen komen om hen te laten zondigen, hij kan niet tot hen komen om ze Uw Woord te laten betwijfelen, dat het verkeerd zou zijn. En zij gaan door en volgen precies naar de letter. Maar dan probeert hij langs te komen en hun lichaam aan te vechten, omdat hij weet dat hun lichaam nog zondigt, maar dat hun ziel gered is. Hun lichamen keren terug naar het stof maar hun ziel gaat naar God. Dus probeert hij dat gedeelte aan te vallen dat hij kan. Maar ik ben zo blij dat U ook verlossing voor het lichaam hebt inbegrepen. Dit is het onderpand van onze opstanding, de genezing van ons lichaam. En Here, in deze tijd zijn er miljoenen zielen en miljoenen lichamen opgetekend die genezen zijn. Dus weten wij dat U God bent.
220 En nu leggen zij hun handen op elkaar. Kijk naar hen, Here. De één is geïnteresseerd in de ander. Men wil weten, ongeacht tot welke gemeente zij behoren, waar zij bij aangesloten zijn, welke kleur zij hebben, of welke geloofsbelijdenis zij... Dat heeft er niets mee te maken, Here. Zij zijn Uw kinderen. Sommigen zijn Methodisten, sommigen behoren tot de Baptisten, sommigen tot de Presbyterianen, misschien zijn sommigen Katholiek, ik weet het niet, sommigen zijn van Pinksteren; maar U kent hen niet door die naam. U kent hen als de Uwen. Zij zijn met bloed gekocht en zij staan hier en geloven Uw Woord, en zij komen met vrijmoedigheid. En ik pleit voor hen als Uw dienstknecht. God, moge er niet één zwak persoon in dit gebouw zijn wanneer de dienst voorbij is. Moge een ieder genezen zijn.
221 Als Uw gezalfde oudste naar voren komt om die olie aan te brengen, dat kleine beetje olie dat over hun voorhoofd loopt, dat symboliseert... olie is de Geest. Wij brengen het daarop aan om de mensen te laten weten dat deze vergine olijfolie op hun hoofd is aangebracht als een gelijkenis is van de Heilige Geest Die komt. Wanneer ik dan zelf handen op hen zal leggen, mogen zij zo blij naar hun plaats gaan, zich verheugend in een volbracht werk. Het is allemaal voorbij. Zij zijn genezen. Zij gaan naar huis om gezond te zijn. Sta het toe, Heer.
222 En gejuich en lofprijzingen zullen van overal in de stad opstijgen, en rond de verschillende plaatsen waar deze mensen heen zullen gaan. "Weet u, ik had eens een maagprobleem, maar het is over." "Ik had ooit zus-en-zo, een bepaalde ziekte, maar het is over. Ik heb slechts die boodschap die morgen gehoord over terug planten tot het Woord; en ik kom terug tot het Woord, en ik geloof het Woord, en nu ben ik gezond." Sta het toe, Vader. Ik draag hen aan U op in Jezus Christus' Naam.
Nu, met onze hoofden gebogen, Ik wil dat de oudsten naar voren komen. Laat de... Teddy, als u wilt. Laten sommigen van u nu 'Geloven alleen' zingen, als u kunt. En laten degenen die voorbij zijn gekomen meteen naar hun zitplaatsen gaan, terwijl wij zalven en voor hen bidden.
In de Naam van Jezus Christus, bid ik nu...?...
Vader in de hemel, terwijl ik mijn handen op deze vrouw leg, met zalfolie nog steeds op haar...