28 mei
Dag 149
Als Hij dan hun voeten gewassen, en Zijn klederen genomen had, zat Hij weer aan, en zeide tot hen: Verstaat gij, wat Ik u gedaan heb? Gij noemt Mij Meester en Heere; en gij zegt het terecht, want Ik ben het. Indien dan Ik, de Heere en de Meester, uw voeten gewassen heb, zo zijt gij ook schuldig, elkanders voeten te wassen. Want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat, gelijk Ik u gedaan heb, gij ook doet.
Hier is Hij dan. De stroom van het hele Christendom, het Hoofd, het Begin, de Oorsprong van het Christelijk geloof, het was Jezus Christus, Gods Zoon. Het begin van het Christelijk geloof, het startpunt voor de gehele mensheid gedurende alle eeuwen, om naar dat startpunt te kijken en van daar af aan te beginnen. Hij was een voorbeeld voor ons. Klopt dat? In het 13de hoofdstuk van Johannes wordt voetwassing geïntroduceerd. Let op Petrus (zo stijfkoppig als deze Petrus was), hoe hij protesteerde en daar als een onbuigzaam figuur stond. En Hij liep naar Petrus’ voeten toe en hij zei: “U zult mijn voeten niet wassen in der eeuwigheid.” Oh. Daar hebben we er zoveel van vandaag.
“U zult in der eeuwigheid mijn voeten niet wassen.”
Jezus keek naar hem, zei: “Wel, als Ik je niet was, heb je geen deel aan Mij.”
Petrus zei: “Dan Here, niet alleen mijn voeten maar ook mijn handen en hoofd.” Het ontdooide hem enigszins, is het niet?
O, ik kan me deze vriendelijke woorden voorstellen terwijl Hij naar Petrus keek en zei: “Welnu, als Ik je niet kan wassen heb je geen deel aan Mij. Als je Mijn geboden niet kunt opvolgen, als je de wil van Mijn Vader niet kunt doen. Petrus, Ik heb je lief. Maar je moet deze dingen doen.” Dat is een deel van het Christelijk geloof.
En toen Hij klaar was met het wassen van de voeten van de discipelen, ging Hij zitten en zei: “Nu, jullie noemen Mij Here en Meester. En dat zeggen jullie goed, want dat ben Ik. Als Ik dan, als jullie Here en Meester jullie voeten heb gewassen, dan behoren jullie die van elkaar te wassen. (Luister hiernaar.) Want Ik heb jullie een voorbeeld gegeven, en jullie behoren aan elkaar te doen wat Ik aan jullie heb gedaan.” Hij was het voorbeeld van Christendom. Hij was Christendom. Hij was ons patroon. Probeer nooit uw leven te laten lijken op dat van een prediker, op dat van een priester, op dat van een geweldig religieus man hier op aarde, maar breng uw leven in overeenstemming met dat van Christus. Hij is uw voorbeeld. Hij zet een voorbeeld. Hij leefde het voor en presenteerde dit aan de gemeente. O, ik hoop dat dit diep inzinkt.
Aanhaling genomen uit de prediking:
- Ernstig strijden voor het geloof 23 januari 1955