7 maart
Dag 67
En tot Hem kwamen Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedéüs, zeggende: Meester! wij wilden wel, dat Gij ons deedt, zo wat wij begeren zullen. En Hij zeide tot hen: Wat wilt gij, dat Ik u doe? En zij zeiden tot Hem: Geef ons, dat wij mogen zitten, de een aan Uw rechter-,en de ander aan Uw linkerhand in Uw heerlijkheid. Maar Jezus zeide tot hen: Gij weet niet, wat gij begeert. Kunt gij de drinkbeker drinken, die Ik drink, en met de doop gedoopt worden, waar Ik mee gedoopt word? En zij zeiden tot Hem: Wij kunnen het. Doch Jezus zeide tot hen: De drinkbeker, die Ik drink, zult gij wel drinken, en met de doop gedoopt worden, waar Ik mee gedoopt word; Maar het zitten tot Mijn rechter-en tot Mijn linker hand staat bij Mij niet te geven; maar het zal gegeven worden die het bereid is. En toen de andere tien dit hoorden, begonnen zij het van Jakobus en Johannes zeer kwalijk te nemen.
Wees niet bang om te vragen. Vraag overvloedig. “U hebt niet omdat u niet vraagt. U vraagt niet omdat u niet gelooft.” Dat klopt. Vraag, vraag een heleboel. God zal u een heleboel geven. Heb een heleboel geloof.
Een man vertelde me pas, hij zei: “Hij reed nog in een oud model T-Ford.” Zei: “Op een dag kreeg hij wat goed geloof en God gaf hem een Buick.” Zei: “Ik had een Buick geloof, nu bid ik voor Cadillac geloof.” In orde. Dat is goed. Dat is juist. Ga door. Wat u gelooft, houd daar aan vast. God zal het geven. Hij had Ford geloof, dus blijf bij de Ford dan, dat is in orde. Laten we een beetje meer geloof krijgen. In orde.
Merk nu op. Toen zei hij: “Hoe dan ook, als je me ziet weggaan, dan zul je krijgen wat je vraagt.” Dus hij liep verder. Ik kan zien hoe hij zijn ogen op die profeet houdt. Ik kan iemand horen zeggen: “O, Eliza, kijk deze kant op.”
“Nee, nee, ik houd mijn ogen vast op Elia gericht.” Zo liep hij verder, een type van de gemeente en een type van Christus, Christus die de Elia is. En Eliza was een type van de gemeente, enkelvoud.
Eens kwam een vrouw naar Jezus toe en zei: “Sta toe dat van mijn zoons er een aan de rechterhand en een aan de linkerhand mag zitten.”
Hij zei: “Dat is niet aan Mij om te geven. Maar kunt u de beker drinken die Ik drink?”
“Ja.”
“En kunt u worden gedoopt met de doop waarmee Ik word gedoopt?”
Zeiden: “Ja.”
Zei: “Dat kunt u inderdaad. Maar de rechter- en linkerhand is niet aan Mij om te geven.”
Let nu op. Gedoopt met dezelfde doop. Merk op. Hij lette op hem. Na enige tijd kwam er een vurige wagen naar beneden die scheiding tussen hen bracht en de oude profeet sprong op de wagen en ging omhoog in de opname, zoals Jezus omhoog ging in de opstanding. En terwijl hij omhoog ging, trok hij zijn mantel uit en wierp die naar beneden en Eliza raapte zijn mantel op, legde die over zijn eigen schouders en liep naar de Jordaan: een prachtig type van Christus die met de Heilige Geest gedoopt werd opgenomen. En toen Hij in de heerlijkheid kwam, zond Hij de Heilige Geest voor ons terug om te dragen. De gemeente is gedoopt met de mantel van Christus.
Een dubbel deel? Ja. Wat? “Deze dingen die Ik doe, zult u ook doen en grotere dan deze zult u doen, want Ik ga naar Mijn Vader.” Is dat juist? Een dubbel deel!
Aanhaling genomen uit de prediking:
- God geeft Mozes, de profeet, zijn opdracht 8 mei 1953